Associaties voor Egyptisch

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst in algemene zin naar de cultuur en stijlen die in verband worden gebracht met het gebied rond de Nijl in het noordoosten van Afrika, met name dat deel dat tot de huidige staat Egypte behoort.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een ruw breccia marmer dat stukjes porfier, basalt, kwarts en graniet bevat in een groenige of paarsige ondergrond.

Toegevoegd op: 16-8-2017

B Verwijst naar de stijl in de Amerikaanse en Europese architectuur en kunstnijverheid die te dateren is tussen de late 18de eeuw en vroege 19de eeuw en die werd beïnvloed door de publicaties over Egypte en de veldtochten van Napoleon. De stijl kenmerkt zich door het gebruik van Egyptische vormen en motieven, waaronder obelisken, piramiden, hiërogliefen, gevleugelde zonnen, sfinxen, papyri en lotusknoppen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de cultuur die in de oudheid is ontstaan in het Nijldal in het tegenwoordige Egypte.

Soort vijgenboom die inheems is in Afrika en die al sinds de oudheid wordt gekweekt. De oude Egyptenaren gebruikten de soort vanaf de predynastische periode in het derde millennium voor Christus. Zo werd de boom gebruikt voor het afbeelden van de oude Egyptische levensboom. De vrucht, het hout en zelfs de takken werden tijdens het Oude Rijk, het Middenrijk en de Late Periode in graven gelegd. De kisten van sommige mummies zijn gemaakt van het hout van deze soort. De soort wordt ook genoemd in een aantal bijbelpassages. Voor de voortplanting van deze soort is de aanwezigheid van de symbiotische wesp Ceratosolen arabicus vereist, maar dit insect is inmiddels uitgestorven in Egypte. In tropische gebieden waar de wesp veel voorkomt, omgeven complexe mini-ecosystemen met de wesp, nematoden, andere parasitaire wespen en diverse grotere roofdieren de levenscyclus van de vijgenboom.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de kunst en cultuur die zijn verbonden met de islamitische Berberdynastie die regeerde in Spanje en Noord-Afrika van 1054 tot 1147, toen deze dynastie werd opgevolgd door de Almohad-dynastie. De Almoravids ontwikkelden zich uit een puriteinse beweging in westelijk Afrika die Noord-Afrikaanse Berbers aansprak. De Almoravid-leider Yusuf b. Tashfin stichtte Marrakesh in 1069. Vanaf 1090 bestuurde de dynastie Andalusië en via deze connectie werd de Umayyad-kunst van Spanje overgebracht naar Noord-Afrika. Er was ook sprake van een Egyptische invloed. De Almoravids stonden bekend om hun puriteins fanatisme en waren vooral begunstigers van religieuze architectuur. Ze bouwden moskeeën in Tilimsen en Algiers die waren geïnspireerd op de moskee van Córdoba; andere opmerkelijke moskeeën werden gebouwd in Fez. Almoravid-architecten stonden bekend om hun vindingrijke manipulatie van driedimensionale ruimte waarbij gebruik werd gemaakt van ornamentele bogen en decoratieve gewelven, architecturale vormen die traditioneel gescheiden werden gehouden. Deze en andere architecturale vormen verlevendigen in plaats van toegepaste decoratie hun gebouwen. Het kenmerk van hun karakteristieke Maghribi-muqarnas is dat het exterieur niets onthult van de interne configuratie. Het muqarnas-gewelf van Fez is gebouwd over een rechthoekige ruimte en fungeert op deze manier visueel eerder als een hangend plafond dan als een traditionele koepel. Een fontein die eens deel uitmaakte van de Grote Moskee van Marrakesh is bekend om zijn gelobde en gekrulde boogvormen die een krachtig ritme in de beeldhouwwerken creëren.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Motief van een oog binnen een driehoek of piramide, dat zich in de 17de en 18de eeuw in Europa en Noord-Amerika uit het Egyptische oog van Horus heeft ontwikkeld. Het motief symboliseert een oog dat alles ziet of het oog van God, en wordt vaak in verband gebracht met de Vrijmetselarij.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Levenssymbool in de Egyptische kunst; later overgenomen door de christelijke kunst. (VKW). Het bovenste deel van dit kruis is een lus.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode, cultuur en kunst van het oude Griekenland die begint rond het midden van de 8ste eeuw v. Chr. en eindigt in de vroege 5de eeuw v. Chr. met de Perzische invasie. Deze stijl kenmerkt zich door de introductie van het alfabet vanuit Foenicië, de stichting van belangrijke stadstaten en kolonies, het ontstaan van het openbare plein –de agora – in het ontwerp van steden, en typische stijlen in de schilderkunst, beeldhouwkunst en architectuur. In de vaasschilderkunst werden de gestileerde dieren uit de oriëntaliserende periode vervangen door meer naturalistische figuren in de zwartfigurige en later de roodfigurige stijl. In de beeldhouwkunst ontwikkelden zich meer naturalistische vormen vanuit de stijve, orthodoxe Egyptische figuren uit de oriëntaliserende periode. In de architectuur kwamen de Dorische en de Ionische bouworde tot ontwikkeling.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar het systeem van zonnemonotheïsme in het oude Egypte, in het bijzonder tijdens de regering van farao Akhenaton (Amenophis IV) in de 14de eeuw v. Chr. Aten (of Aton), de Egyptische naam voor de zonneschijf, werd afgebeeld als een zonnecirkel met stralen die eindigden in handen. Aten was oorspronkelijk een aspect van de zonnegod Ra maar begon onder de beide voorgangers van Akhenaton ook zelfstandig vereerd te worden. Akhenaton meende dat Aten de enige god was die aanbidding verdiende en hij vervolgde andere goden zoals de vooraanstaande Amun. Akhenaton werd beschouwd als de enige bemiddelaar tussen Aten en de wereld. In deze tijd bloeide de belangstelling voor kunst en het resulterende schilder- en beeldhouwwerk is meer naturalistisch dan vroegere Egyptische kunst. Aanhangers van het atenisme aanbaden de echte zon als brenger van leven, schoonheid en liefde door middel van zijn licht en warmte. Het atenisme had een ontwrichtende uitwerking op de heersende klasse maar had weinig gevolgen voor de geloofsovertuiging van gewone mensen; kort na de dood van Akhenaton stortte de nieuwe religie ineen en werden de oude goden in ere hersteld.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Beschrijft de cultuur van Arabisch sprekende Bedoeïenen die wonen in het Egyptische deel van de Libische Woestijn.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Marmer dat bestaat uit hoekige fragmenten ingesloten in een fijnere matrix of grondmassa. Het meest bekend zijn de Egyptische breccië, vele Numidische marmersoorten en de brecciës van Gragnano en Serravezza in Italië.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Knotsen die vooral een ceremoniële functie hebben en niet als wapens werden gebruikt. Een ceremoniële knots is een object in de vorm van een staf of een knuppel, gewoonlijk met een knop of een ander bovenstuk, dat vaak rijk versierd is en wordt gedragen door priesters of andere geestelijken, magistraten en academici als symbool van hun bevoegdheid of functie tijdens een plechtige ceremonie. Voorbeelden zijn afkomstig uit de Egyptische oudheid, precolumbiaans Amerika, Europa en Noord-Amerika. Gebruik ���scepter' voor vergelijkbare objecten die door leiders worden gedragen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Voor zover bekend een van 's werelds oudste bordspellen, dat wordt het gespeeld door twee mensen die tegenover elkaar zitten met tussen hen in een bord met 64 afwisselend lichte en donkere velden. De 24 schijfvormige speelstukken hebben onderscheidende kleuren. Tijdens het spel worden stukken diagonaal naar een aangrenzend leeg veld verplaatst. Om te winnen moet de speler alle stukken van de tegenstander hebben ingenomen of geblokkeerd, zodat ze niet meer kunnen worden verplaatst. Spellen die vergelijkbaar zijn met checkers werden al gespeeld in de tijd van de vroege Egyptische farao's (ca. 1600 v.Chr.), zoals vermeld in de werken van de Griekse schrijvers Homerus en Plato. In de 12e eeuw werd een vroege vorm van het spel aangepast aan de 64 velden van het schaakbord en in de 16e eeuw werd de regel van het verplichte slaan toegevoegd. Zo ontstond het spel dat in wezen hetzelfde is als het moderne checkers.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl in de kunstnijverheid van 1799 tot 1805 tijdens het eerste consulaat van Napoleon. De stijl zet het neoclassicisme van het Directoire voort, maar onderscheidt zich door zwaardere vormen, overdadig gebruik van draperieën en de introductie van Egyptische motieven geïnspireerd door de veldtochten van Napoleon in Egypte.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Kleine boomsoort die inheems is in de droge savannebossen van Afrika en West-India. Wordt al sinds de Egyptische oudheid gebruikt als hoogwaardig productiehout. Geen echt ebbenhout.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Het topje van een Egyptische piramide dat op zichzelf ook een miniatuurpiramide vormt. Werd vervaardigd uit dioriet, graniet of kalksteen en bedekt met een laagje goud of electrum.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een oud-Egyptisch schrift dat is ontstaan uit hiëratisch en werd gebruikt van ongeveer 700 v.C. tot 500 n.C..

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode van circa 2925 tot 2775 v. Chr. in Egypte. Kunstwerken uit deze periode zijn onder meer muurschilderingen, beeldhouwwerk, reliëfs en aardewerk, die worden gekenmerkt door enerzijds de introductie van artistieke conventies die de norm zijn geworden voor latere Egyptische kunst en anderzijds de voorstelling van het goddelijk koningschap.

Toegevoegd op: 16-8-2017

In de natuur voorkomende legering van zilver en goud. Het stond ook bekend onder Egyptische naam Asem en er werd gedacht dat het een elementair metaal was, tot de Romeinen het maakten als legering.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de opperste heersers van het oude Egypte, die werden beschouwd als koningen en goden. De term is afgeleid van het Egyptische woord 'per-aa', dat 'groot huis' betekent en oorspronkelijk naar het koninklijk paleis verwees. De term werd als synoniem of uiting van eerbied voor de Egyptische koning gebruikt in het Nieuwe Rijk vanaf de Achttiende Dynastie (1539-1292 v. Chr.). In het moderne taalgebruik wordt de term in het algemeen gebruikt om te verwijzen naar alle Oudegyptische koningen, ongeacht wanneer zij heersten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Egyptische kleine boeren die in het Nijldal leven.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl die zich ontwikkelde langs de Levantijnse kust in het eerste millennium v. Chr. De stijl kenmerkt zich door een combinatie van verschillende stijlen uit het Nabije Oosten en Egyptische motieven die met name in de ivoor-, glas- en ijzerbewerking naar voren komen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl die zich ontwikkelde langs de zuidelijke kust van Palestina tijdens het eind van het tweede en het begin van het eerste millennium v. Chr. De stijl kenmerkt zich door een combinatie van Egeïsche, Canaänitische en Egyptische elementen, met name in het keramiek en de ijzerbewerking.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een ruw brecciëmarmer, bestaande uit witte en roze fragmenten in een donkerdere matrix; afkomstig uit Serravezza in Italië. Lijkt erg op Egyptisch brecciëmarmer.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Fijnkorrelige, marmerachtige variant van gips. De term wordt soms gebruikt voor calciumcarbonaat als het gaat om oude Egyptische artefacten. Albast is eenvoudig te bewerken en daarmee vrij broos. Het wordt al sinds de oudheid gebruikt als beeldhouwmateriaal.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Algemene term voor constructies die bedoeld zijn voor de overblijfselen van overledenen. Met name gebruikt voor Etruskische, oud-Griekse en oud-Egyptische tomben.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een oud-Egyptisch schrift dat bestaat uit aan elkaar geschreven vormen van hiërogliefen, die gebruikt werden in de documenten van priesters.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Oud-Egyptisch schrift., en tevens bepaalde andere schriften zoals het schrift van de Maya's, dat voor het grootste deel bestaat uit pictografische karakters.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar schilderingen en andere decoraties die zijn toegepast op boeken, rollen, of andere soorten documenten met als doel de tekst te illustreren of te versieren. Dit manifesteert zich in een van de volgende drie vormen: miniaturen, dit zijn kleine afbeeldingen die vaak apart staan van de tekst en omvatten een op zichzelf staand onderwerp; versierde beginletters, die zelf mogelijk een kleine scène bevatten; en in gedecoreerde randen, die ook mogelijk taferelen bevatten. Verluchtigingen zijn in het algemeen gemaakt met verf, inkt, en edele metalen op perkament, papier of zijde. Onder de oudste bewaard gebleven verluchte stukken bevinden zich de papyrus rollen van het oude Egyptische Dodenboek. Andere vroege voorbeelden zijn bewaard gebleven uit het klassieke Griekenland en Rome, alsook in de Azteekse picturale kaarten en in de handschriften van de Maya en de Chinezen. De kunstvorm kwam tot bloei in Bijbelse teksten en andere heilige boeken uit het middeleeuwse Europa, alwaar men meestal eitempera op perkament gebruikte. Ook werden verluchtingen toegepast in 19e eeuwse Indiase en islamitische miniaturen. Voor afbeeldingen die geen geschilderde miniaturen zijn,of die machinaal gedrukt zijn in boeken of reclame, gebruik dan "illustraties."

Toegevoegd op: 16-8-2017

Gom dat wordt geproduceerd door de zaden van de johannesbroodboom te vermalen tot een fijn poeder, die oplost in warm water en afkoelt tot een stabiele gel die uitstekend is geschikt om folie mee te maken. De gom wordt gebruikt als verdikkingsmiddel voor verfstof en als appret voor voedsel, cosmetica, textiel en papier. Johannesbroodpitmeel is aangetroffen in de windselen van Egyptische mummies.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Decoratief gestileerd bloemenmotief dat voor het eerst werd toegepast in Oudegyptische en Oudgriekse ontwerpen, en later in Romeins, Europees en Amerikaans werk; wordt meestal aangetroffen als decoratie van bouwwerken en meubilair. Het kamperfoeliemotief is symmetrisch en bestaat uit drie of vijf gebogen uitlopers die aan iedere zijde van een langgerekt centraal bloemblad ontspringen; het verschil met een palmet is dat het kamperfoeliemotief meestal dunnere uitlopers heeft.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl die zich ontwikkelde in de kuststreek van Syrië, Libanon en Palestina van circa 3000 tot 1200 v. Chr. De stijl kenmerkt zich door eclecticisme waarin een mengeling van Egeïsche, Anatolische, Mesopotamische en Egyptische invloeden tot uitdrukking komt. Deze invloeden zijn vooral zichtbaar in de metaalnijverheid en het ivoorsnijwerk.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar fijn, decoratief ajourwerk in textiel, gemaakt door draden van linnen, katoen, zijde, haar, metaal of een andere vezel in lussen te leggen, in te rijgen, samen te draaien of te vervlechten om ontwerpen of patronen te vormen. Bij het maken van kant wordt gewerkt met een naald of met klossen. Het toevoegen van borduursels is niet ongewoon. Modern kant kan machinaal zijn vervaardigd. Ajourstoffen die op een weefgetouw zijn gemaakt en decoratief ajourbreiwerk worden doorgaans niet als kant geclassificeerd. Kant is vaak wit of effen van kleur. Echt kant ontstond in de veertiende eeuw in Europa en het Midden-Oosten, hoewel oude culturen bekend waren met gedecoreerde ajourstoffen, waaronder de Egyptische cultuur. Kant is te gebruiken als rand, boord of inzetstuk voor linnengoed of apparels. Ook wordt het samengevoegd tot grotere stukken textiel en dan gebruikt als voorhang, draperie, apparel of iets anders.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Motief afkomstig uit het Midden-Oosten en Noord-Afrika in de vorm van een gestileerde handafdruk met een oog in het midden. De khamsa wordt doorgaans in verband gebracht met goede gezondheid en het afweren van het kwaad. De 'hand' is meestal symmetrisch, met twee kleine 'duimen' aan iedere zijde, in plaats van een pink aan de ene kant. Het motief wordt tegenwoordig vooral aangetroffen in joodse en islamitische sieraden en als deurdecoratie, maar is ouder dan de islam of zelfs het jodendom. Het motief heeft zich mogelijk ontwikkeld uit het symbool voor de vagina, als verwijzing naar de Punische godin Tanit, waarna het is beïnvloed door het palmettenmotief en is gecombineerd met het Oudegyptische motief van het Oog van Horus.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de christelijke kerk van Egypte, waar de islam de belangrijkste godsdienst is. Vóór de verovering door de Arabieren in de 7de eeuw duidden de Egyptenaren zichzelf en hun taal aan met de Griekse term Aigyptios (met Kopt als westerse vorm). Later namen de Egyptische moslims afstand van de term Aigyptioi en ging deze fungeren als specifieke aanduiding van de christelijke minderheid in Egypte. Sinds de 5de eeuw zijn deze christenen monofysitisch: ze erkennen slechts één natuur van Christus. Afgezien van de monofysitische kwestie hebben de kopten dezelfde geloofsleer als de oosters-orthodoxe kerken. De erediensten worden vrijwel geheel in het Arabisch gehouden, en de kerkboeken, met liturgieën die zijn toegeschreven aan Marcus, de Heilige Cyrilus van Alexandrië en Gregorius van Nazianzus, zijn geschreven in het Koptisch (het Bohairische dialect van Alexandrië), met daarnaast de Arabische tekst in een tweede kolom. Na de jaren 90 van de 19de eeuw introduceerde de kerk een democratische bestuursvorm met aan het hoofd de patriarch, die in Cairo woont. Buiten Egypte zijn er nog enkele koptisch-orthodoxe kerken te vinden in het Heilige Land, en Khartoem (Sudan) heeft een koptisch bisdom. De Ethiopische, Armeense en Syrische Jacobietenkerken vormen een gemeenschap samen met de koptisch-orthodoxe kerk. Er bestaat een overvloed aan koptische religieuze kunst. Ook is de kerk actief op het gebied van scholing. De ruim drie miljoen kopten vormen weliswaar een minderheid in Egypte, maar zijn niettemin sterk vertegenwoordigd in allerlei beroepsgroepen. Kopten hebben vaak onder vervolging te lijden gehad, ook nog in deze tijd. Gebruik 'Koptisch (periode)' om specifiek te verwijzen naar de vroegmiddeleeuwse periode in Egypte.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de derde van de drie Griekse bouwordes en van de latere vijf traditionele klassieke bouwstijlen die samen met de Dorische, Ionische, Toscaanse en composiete bouwstijl werd gebruikt vanaf de Romeinen tot na de Renaissance. De stijl lijkt beïnvloed door de Egyptische architectuur maar is waarschijnlijk ontstaan in Griekenland in de binnenhuisarchitectuur en vanaf de 3de eeuw v. Chr. toegepast in de buitenarchitectuur. In de Griekse architectuur kenmerkt deze bouwstijl zich door een lichtere, meer sierlijke vorm dan de Dorische of Ionische stijl, een klokvormig kapiteel met acanthusversiering ter ondersteuning van elegante voluten, en een meestal gecanneleerde zuil op een voetstuk. Deze stijl is de meest voorkomende Griekse stijl in de Romeinse bouwkunst en is daarin en in latere stijlen vaak gewijzigd. De term is te onderscheiden van de term 'Corinthische orde', aangezien een bouworde slechts kan verwijzen naar het specifieke samenstel van onderdelen dat moet voldoen aan eenduidige, vastgelegde regels en verhoudingen, afhankelijk van de functie van elk onderdeel in het geheel.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Geschreven of geschilderd symbolen die een heel woord voorstellen. Schriftsystemen die gebruik maken van logogrammen zijn onder meer het Chinees, Egyptische hiërogliefen en vroege spijkerschriften. Er is geen schriftsysteem bekend dat volledig logografisch is: alle logografische systemen bestaan zowel uit logogrammen als symbolen die bepaalde geluiden of lettergrepen representeren. In stenografie is een logogram een letter of een enkel streepje waarmee men op een korte manier een woord representeert.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Te gebruiken voor het decoratieve motief van zeer gestileerde bloemen of knoppen afgeleid van bepaalde Egyptische planten; gebruikelijk in oude Egyptische kunst en in anthemia in neo-klassieke stijlen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Algemene benaming voor verschillende planten die niet met elkaar verwant zijn. De bekendste lotussen zijn de volgende. De Egyptische lotus is een witte waterlelie, Nymphaea lotus, of de blauwe lotus, N. caerulea. Bij de oude Egyptenaren waren deze planten een belangrijk motief op kunstvoorwerpen. Ook gebruikte men de planten tijdens ceremonies vanwege de slaapverwerkende en psychotrope eigenschappen. De lotus van de oude Grieken was de soort Ziziphus lotus uit de wegedoornfamilie (Rhamnaceae), een struik die inheems is in Zuid-Europa. De plant heeft grote vruchten met een meelachtige substantie waarmee men brood en gegiste dranken kan maken. In de oudheid waren de vruchten een voedingsmiddel voor arme mensen. Men geloofde dat de wijn die ervan werd gemaakt, zorgde voor een tevreden stemming en vergetelheid, zoals Homerus schreef. Dit is waarschijnlijk ook de lotus die wordt genoemd in het Bijbelboek Job, waarin een grote nijlpaardachtig wezen (Behemoth) wordt beschreven die onder een lotusboom ligt. Homerus beschrijft de lotus ook als een soort klaver of drieblad, een plant die door paarden werd gegeten, misschien Melilotus officinalis of een driebladsoort uit het geslacht Lotus. De heilige lotus van de hindoes was de waterlelie Nelumbo nucifera, een plant met witte, blauwe of roze bloemen. De lotusboom, die bij de Romeinen bekendstond als de Libische lotus, was waarschijnlijk de netelboom uit Zuid-Europa, Celtis australis, een lid van de iepenfamilie (Ulmaceae). Deze boom heeft vruchten die eruitzien als kleine kersen. Ze zijn eerst rood en daarna zwart als ze rijp zijn. De boom wordt genoemd door auteurs uit de oudheid vanwege zijn harde zwarte hout, waaruit men beelden, fluiten en andere objecten sneed.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Wordt gebruikt voor kapitelen die lijken op een lotusknop. Komt veel voor in oud-Egyptische architectuur.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Egyptisch marmer dat door koolstof zwart van kleur is.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Oudegyptische lepelvormige houders die gebruikt werden om make-up in te bewaren en bereiden. Deze houders werden gemaakt uit verscheidene materialen, zoals hout, albast of ivoor, en vaak gebeeldhouwd naar of versierd met symbolische beeldtaal.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Krom zwaard dat afgeleid is van de sabels die de Egyptische mammelukken origineel gebruikten. In de 19de eeuw werd het door verschillende westerse legers, waaronder de Fransen en de Britten, overgenomen. De westerse versie van de sabel had hetzelfde gevest, maar het lemmet leek meer op dat van moderne westerse sabels.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Oud Egyptisch graf in de vorm van een sterk afgeknotte piramide met langwerpig grondvlak.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Oud-Egyptische rituele percussie-instrumenten die gebruikt werden door priester om rituelen uit te voeren of goden op te roepen. De menat was een halsketting met vooraan een plaatje waaraan kralen hingen en op de rug een tegengewicht; het werd zoals een rammelaar gebruikt.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een mineraal dat bestaat uit loodtetroxide en dat dezelfde samenstelling heeft als rood lood, een oranjerood pigment dat al sinds de oudheid wordt gebruikt. Afzettingen van menie zijn gevonden in Egypte. De meeste bronnen wijzen er echter op dat het pigment Egyptisch rood lood werd vervaardigd uit loodmetaal en loodglit en niet van gemalen menie.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de Egyptische aardewerkstijl die werd vervaardigd tijdens de Badarische, Amratische en Gerzeaanse periodes van circa 6.000 tot 2.925 v. Chr. De stijl kenmerkt zich door dunwandige, gepolijste, handgemaakte kruiken, met een rode okeren vernislaag, met zwarte bovenkanten die, waarschijnlijk werden verkregen door de nog hete kruiken in verkolend organisch materiaal te leggen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de tweede van drie grote perioden in de Egyptische beschaving, van circa 2008 tot 1630 v. Chr. en de 11de en 12de dynastie omvattend. Sommige bronnen rekenen hier ook de 13de dynastie toe, die circa 1630 v. Chr. ten einde liep. De periode kenmerkt zich door een heropleving van de kunst, die met name te zien is in de bouw van koninklijke grafpiramiden en tempels, particuliere, uit rotsen gehakte graven en de versiering hiervan, een belangstelling voor portretkunst in de koninklijke beeldhouwkunst en een algeheel hoog niveau van kunstzinnigheid en precieze uitvoering, met name in reliëfbeelden en de schilderkunst.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode van circa 1500 tot 1300 v. Chr. toen in het noorden van Mesopotamië het Mittanische koninkrijk bloeide. De kunst uit deze periode kenmerkt zich door het fijne ivoorsnijwerk, de vervaardiging van glas en glazuur, brons en ijzerwerk. In de rolzegels worden Babylonische, Egyptische en Egeïsche motieven gecombineerd.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Portretten van het gezicht in vooraanzicht, meestal volgens de methode van encaustiek, die op de plaats van het hoofd op Egyptische mummies uit de Romeinse tijd (2e en 3e eeuw na Chr.) werden geplaatst; veelal afkomstig uit El Fayum.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een reeks bruinachtige kleuren die lijken op de kleur van een roodbruin pigment dat vroeger werd geproduceerd door het vermalen van Egyptische mummies.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de laatste van drie grote tijdperken in de Egyptische beschaving, van circa 1540 tot 1075 v. Chr. Het tijdperk loopt van de Achttiende tot de Twintigste Dynastie. De periode kenmerkt zich door een bloeiende kunst, onder andere zichtbaar in de introductie van kolossale standbeelden, hernieuwde belangstelling voor de schilderkunst, een hoge mate van vakmanschap in zowel de koninklijke als de particuliere beeldhouwkunst, en sierlijke decoratieve en luxueuze kunstuitingen. De belangrijkste architectuur omvatte onder andere kapellen, in de rotsen uitgehakte tomben en monumentale stenen tempels voor het aanbidden van de goden, die een bevestiging vormen van de groeiende macht van het priesterdom. Een korte revolutionaire periode, met name in de representatieve kunst, deed zich voor tijdens de heerschappij van Achnaton in Amarna, toen vele bestaande kloosters werden omgevormd en meer vrijheid van meningsuiting was toegestaan.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de Egyptische aardewerkstijl die werd vervaardigd tijdens het Oude Koninkrijk van circa 2650 tot 2150 v. Chr. De stijl kenmerkt zich door gepolijste kruiken die zijn bedekt met een oranje engobe.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de Oudgriekse stijl en periode die volgde op de Geometrische periode, van circa 725 v. Chr. tot circa 650 v. Chr. De stijl overlapte met het vroege deel van de Archaïsche periode in de Griekse geschiedenis. De stijl werd in Korinthië ontwikkeld en verspreidde zich over heel Griekenland, tot in Etrurië en andere plaatsen die met de Griekse wereld in contact stonden. De stijl kwam voort uit de enorm toegenomen Griekse handel en de invloed van het Nabije Oosten en de Egyptische culturen die hier het gevolg van was. Kenmerk van de stijl is het verdwijnen van de geometrische vormen en de dunne figuren uit de Geometrische periode ten faveure van kromlijnige vormen, gevulde figuren en nieuwe thema’s, waaronder exotische dieren en monsters zoals sfinxen en griffioenen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Te gebruiken voor pijlers met een aan de voorzijde bevestigde figuur van Osiris, die zodanig is bevestigd dat de pijler, niet het standbeeld, het entablement ondersteunt; gebruikt in de architectuur van het oude Egypte en de Egyptische herleving. Gebruik voor standbeelden die zelf rechtstreeks een bovenliggende constructie ondersteunen, de descriptoren onder "antropomorfe draagelementen".

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de eerste van drie grote perioden van de Egyptische beschaving, van circa 2650 tot 2150 v. Chr. De periode loopt van de Derde tot de Zesde Dynastie. Sommige bronnen tellen echter vanaf de Vierde Dynastie, circa 2575 v. Chr. tot aan de Achtste Dynastie, die circa 2134 ten einde loopt. De periode kenmerkt zich door kwalitatief uiterst hoogstaande koninklijke monumenten, zoals de piramidecomplexen van de vierde dynastie, die de absolute soevereiniteit van de Egyptische koningen symboliseerde, en de voortdurende toepassing van de artistieke conventies die in de Vroeg-Dynastieke periode waren geïntroduceerd. Het eind van de periode kenmerkt zich door een algemene neergang in de kunsten als gevolg van de politieke omstandigheden van de tijd.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Wordt gebruikt voor kapitelen die lijken op de kruin van een palmboom, waarbij de uitlopende top is uitgeschulpt om de palmbladeren te suggereren. Komt veel voor in de oud-Egyptische architectuur.

Toegevoegd op: 16-8-2017

De discipline die zich bezighoudt met de vertaling, duiding en behoud van oude documenten op papyrus, van het grootste belang voor Egyptische, Midden-Oosterse en klassieke archeologie.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Wordt gebruikt voor Egyptische kapitelen in de vorm van een bos papyrusbloemen, waarbij de bovenkant wijd uitwaaiert.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Joods feest ter herdenking van de eerste en belangrijkste gebeurtenis in de joodse geschiedenis: de bevrijding van de Hebreeërs uit de Egyptische slavernij en het voorbijgaan van God aan de huizen van de Israëlieten tijdens de tiende plaag in Egypte (toen de eerstgeboren kinderen van de Egyptenaren werden gedood). Pascha begint op de 15de en eindigt op de 21ste of 22ste dag van de maand nisan (in maart of april). Gedurende deze zeven of acht dagen, die ook wel het feest van het ongedesemde brood worden genoemd, is alle toevoeging van gist verboden en mogen alleen ongedesemde broden (matses) worden gegeten. De matse symboliseert het lijden van de Hebreeërs onder de slavernij en de haast waarmee zij aan de uittocht uit Egypte begonnen. Na de verwoesting van de tempel in Jeruzalem werd de viering van Pascha een huisfeest. De eerste avond van Pascha is bijzonder feestelijk met een speciale familiemaaltijd, de seider. Bij de seider wordt symbolisch voedsel gegeten ter herdenking van de bevrijding van de Hebreeërs en worden gebeden en recitaties uitgesproken. Ook is het de gewoonte een plaats vrij te houden voor Elia, de heraut van de Messias. Hoewel Pascha een vreugdevol feest is, dienen strenge spijsvoorschriften te worden nageleefd en gelden er zekere beperkingen ten aanzien van werk aan het begin en het einde van de feestperiode.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Poppen die in oud-Egyptische graven zijn aangetroffen en die enigszins op een peddel lijken. Ze zijn meestal gesneden uit vlakke stukken hout en zijn gedecoreerd met verf en met stroken klei of houten kralen die haar moeten voorstellen. Ze zijn mogelijk als speelgoed gebruikt, maar misschien ook als beschermende figuren voor de overledenen in het dodenrijk.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Monumentale poorten bij Egyptische tempels die bestaan uit twee torenachtige bouwconstructies met schuin aflopende muren aan weerszijden van de toegangsdeur; kan ook meer algemeen worden gebruikt voor grote, op zichzelfstaande bouwwerken die werden gebruikt om grenzen aan te geven, bijvoorbeeld bij toegangswegen naar bruggen of lanen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Algemene term die verwijst naar een modern blauw pigment dat in chemisch opzicht vergelijkbaar is met Egyptisch blauw, maar meestal zuiverder en fijner is dan het oude pigment, of met commerciële producten met een verfstof in dezelfde kleurschakering.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Beeldjes die mensen of dieren voorstellen, inclusief maar niet uitsluitend de figuurtjes die bedoeld zijn als speelgoed voor kinderen, vooral meisjes, of als verzamelobjecten voor volwassenen. Poppen stellen vaak een baby of vrouw voor en hebben soms beweegbare armen en benen. Dikwijls is het mogelijk ze andere kleding aan te trekken. Een pop kan gemaakt zijn van stof (lappenpoppen), hout, klei, porselein, was, papier, plastic, celluloid, maïsvliezen of andere materialen. Poppen kunnen ook figuurtjes zijn die worden gebruikt voor ceremoniële, religieuze of decoratieve doeleinden. Er is archeologisch bewijs dat poppen de eerste speeltjes waren; ze zijn aangetroffen in Babylonische en Egyptische graftomben uit circa 3000 v. Chr. In het oude Griekenland en Rome wijdden meisjes als ze volwassen werden de poppen uit hun kindertijd aan de godinnen. Poppen van stof in de vorm van dieren worden meestal 'pluchen speelgoed' genoemd.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Algemene term die verwijst naar een modern blauw pigment dat in chemisch opzicht vergelijkbaar is met Egyptisch blauw.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Hoofdtooien van de latere Egyptische farao's die de witte kroon van Opper-Egypte combineren met de rode kroon van Neder-Egypte.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode in Egypte van circa 304 tot 30 v. Chr., genoemd naar de eerste heerser van de dynastie, Ptolemeus I, aan wie Egypte ten deel viel bij de verdeling van het rijk van Alexander de Grote. De periode kenmerkt zich door het samenvloeien van sterke Griekse invloeden met traditionele Egyptische uitingsvormen, met name in de architectuur, en door veranderingen in de conventies van de beeldende kunst, zoals de afbeelding van de menselijke figuur in de beeldhouwkunst en reliëfsculptuur.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Egyptisch en Romeins glaswerk met een bloedrode kleur, veroorzaakt door de verspreiding van koperoxidekristallen in zwart glas.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de Egyptische aardewerkstijl die werd vervaardigd tijdens de Badarische en Amratische perioden van circa 6.000 tot 3.200 v. Chr. De stijl kenmerkt zich door dunwandige handgemaakte kruiken met een okerrode vernislaag, die werden gepolijst met een kiezel of een ander hard voorwerp.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl in de architectuur en decoratieve kunst die werd vervaardigd in Engeland tijdens het regentschap van George, Prins van Wales van 1811 tot 1820, en die zich voortzette tijdens de periode van zijn koningsschap als George IV van 1820 tot 1830. De meubelkunst en architectuur zijn gevarieerd in stijl en laten een combinatie zien van klassieke en Franse Empire-stijlen met Egyptische en oriëntaliserende motieven.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de Egyptische aardewerkstijl die werd vervaardigd tijdens de badarische periode van circa 6.000 tot 4.000 v. Chr. De stijl kenmerkt zich door een rimpelig gepolijst oppervlak, dat werd verkregen door rimpels in de natte klei te kammen of door met een kiezel over harde klei te wrijven en vervolgens te polijsten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een steen, vergelijkbaar met dioriet, die bestaat uit een compacte felsitische basis waarin hoornblende of veldspaat porfiritisch is ontwikkeld. De befaamde Egyptische porfier of 'Rosso Antico' is een rood antiek porfier.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Oudegyptische make-up houders uit hout, ivoor of been, gebruikt om droge substanties zoals poeder or rouge in te bewaren, vaak rijkelijk versierd of gevormd naar de beeltenis van bepaalde dieren of jonge vrouwen, die wedergeboorte en regeneratie symboliseerden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Wordt gebruikt voor oude Egyptische tempels, heiligdommen of graftombes die zijn uitgehakt in rotswanden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Rituele lemen holtes die werden gegraven onder belangrijke punten onder Oudegyptische tempels of tombes in aanbouw. Ze werden gevuld met ceremoniële objecten zoals amuletten, scarabeeën of voedsel en moesten het nieuwe gebouw beschermen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Te gebruiken voor oude Mesopotamische, Egyptische, Griekse en Romeinse voertuigen met meestal twee wielen, die door maximaal tien dieren konden worden getrokken; ze kwamen voor in vele verschillende vormen en met diverse toepassingen en werden meestal bestuurd vanuit een staande positie. Waarschijnlijk ontwikkeld in Mesopotamië rond het begin van het derde millennium.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode en stijl in de kunst, vooral sculptuur en architectuur, die samenviel met de heerschappij van Trajanus, van 98 tot 117. In de architectuur kenmerkt de stijl zich door de constructie van grote, overvloedige openbare bouwwerken, axiaal aangelegd op dezelfde wijze als Egyptische tempels. De beeldhouwkunst kenmerkt zich door friezen die een doorlopend verhaal vertellen, en die scènes tonen uit de keizerlijke militaire campagnes, zoals bijvoorbeeld de Zuil van Trajanus.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een periode (660-730 n. Chr.) waarin de basis voor de islamitische gemeenschap en beschaving is gelegd, zo wordt algemeen aangenomen; de naam is ontleend aan een familie van aristocraten uit Mekka die 90 jaar lang vanuit Syrië over het islamitisch rijk zou heersen. De ambachtslieden kwamen uit Syrië, Egypte en Perzië, aangezien de Arabieren zelf nog geen ambachtstraditie hadden ontwikkeld. Dat verklaart waarom de vroegste islamitische kunst en architectuur opvallend eclectisch van aard zijn, en er nog moeilijk een herkenbaar islamitische stijl in te herkennen valt. Niettemin bevat de kunst van de Umayyaden wel altijd drie afzonderlijke elementen, vaak binnen hetzelfde werk: het naturalisme van Syrië, waar de Hellenistische traditie nog altijd volop leefde; de meer decoratieve stijl van de Egyptische Kopten; en de Sassanische stijl van Perzië, een combinatie van Hellenistische elementen met aspecten uit de vroegere Achaemenidische periode. Van de Umayyaden-kunst zijn hoofdzakelijk voorbeelden van architectuur en de bijbehorende decoraties bewaard gebleven, alsmede enig textiel, metaalwerk, keramiek, ivoor en munten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Kruidachtige eenjarige plant, inheems in het gebied dat zich uitstrekt van het oosten van het Middellandse Zeegebied tot India. Waarschijnlijk voor het eerst gekweekt in de Vruchtbare Sikkel. De plant wordt 4 meter hoog en heeft blauwe bloemen waaruit peulen met zaadjes ontstaan. De plant wordt verbouwd vanwege de vezels, waar men vlasdraad en linnen van kan maken, en vanwege de zaadjes, waar men lijnzaadolie uit wint, een eetbare olie die wordt gebruikt als voedingssupplement en als bestanddeel van verf en een groot aantal producten waarmee men hout afwerkt. In Georgië en Zwitserland zijn bewijzen gevonden dat vlas al in de prehistorie werd gebruikt, en in Egyptische tombes heeft men geregeld fijne linnen stoffen gevonden. Fenicische handelaren introduceerden linnen in Gallië en Groot-Brittannië. De Romeinen verspreidden linnen producten over hun hele rijk. In West-Europa werd de productie van linnen in de zeventiende eeuw een belangrijke industrie.

Toegevoegd op: 16-8-2017

B Verwijst naar de eerste fase van de Griekse archaïsche periode, van circa 660 tot circa 580 v. Chr. Kenmerkend voor de beeldhouwkunst in deze tijd is de sterke stijlovereenkomst met de Egyptische prototypen en het gebruik van grotere stenen beelden dan in vroegere perioden. De vaasschilderkunst kenmerkt zich door de zwartfigurige techniek die wordt toegepast om meer naturalistische figuren af te beelden dan in de oriëntaliserende periode.

Toegevoegd op: 16-8-2017

B Verwijst naar de vroegste fase van de Minoïsche kunst en cultuur in het alternatieve classificatiesysteem van de archeoloog Arthur Evans. De periode wordt gekenmerkt door de introductie van metalen uit Klein-Azië, onderscheidende beeldhouwkunst en aardewerk, met inbegrip van met de hand vervaardigde potten van klei, versierd met ingekerfde geometrische patronen, en andere die schijnen te zijn geïnspireerd door Egyptische voorbeelden uit de tijd van de eerste tot de vierde dynastie. Deze periode valt gedeeltelijk samen met de prepaleistijd in het classificatiesysteem van Nikolas Platon.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Egyptische figuren van steen, hout of klei in mummiegedaante die in graven werden geplaatst met het doel de overledene te dienen in het hiernamaals.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de Egyptische aardewerkstijl die werd vervaardigd tijdens de Amratische periode van circa 4.000 tot 3.200 v. Chr. De stijl kenmerkt zich door kruiken van gepolijste Nijlklei, met een laag oker, en versierd met geometrische vormen die mandenwerk of geweven stof nabootsten, of met dierenfiguren, mensen, en planten in wit gipspigment.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Houders uit steen of glas, gebruikt om oliën of zalven in te bewaren. De oud-Egyptische zalfpotten waren vaak rijkelijk versierd of gevormd naar de beeltenis van bepaalde dieren of jonge vrouwen, die wedergeboorte en regeneratie symboliseerden.