Associaties voor Grieks

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de cultuur en stijlen van het oude Griekenland, doorgaans niet de moderne en de prehistorische periode, maar de periode tussen circa 900 v. Chr. en circa 31 v. Chr. Voor de cultuur van Griekenland in het algemeen, met inbegrip van het moderne Griekenland, zie 'Grieks'.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst in algemene zin naar de cultuur en stijlen die in verband worden gebracht met het gebied in het zuidoosten van Europa dat het zuidelijke Balkan-schiereiland omvat, met de Peloponnesos en diverse eilanden in de Egeïsche, Ionische en Middellandse Zee, alsmede andere gebieden die gedurende verschillende perioden door Griekenland zijn gekoloniseerd of bezet.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Alfabet van Semitische oorsprong, geleend van de Phoeniciërs in het 1e millennium v.Chr., en zodanig door de Grieken bewerkt dat er letters zijn voor zowel klinkers als medeklinkers.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Te gebruiken voor meanderpatronen die bestaan uit een relatief doorlopende serie van rechtlijnige haakvormen en die elkaar soms kruisen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Kruisen waarvan de verticale en horizontale armen van gelijke lengte zijn.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Bronzen kurassen uit het oude Griekenland, meestal bestaande uit twee delen met aan één kant een scharnier en aan de andere kant een sluiting met metalen pinnen of lussen; ze worden gekenmerkt door een inwaartse bocht bij de taille, waaronder de onderste rand scherp naar buiten buigt. Ze kwamen veel voor tot het eind van de 6e eeuw v.C.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Ontvlambaar, vloeibaar mengsel dat bekend was bij de Byzantijnse Grieken en vooral werd gebruikt om vijandelijke schepen in brand te steken.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl en de culturen die zich op het Italiaanse schiereiland ontwikkelden op plaatsen waar de Etrusken via Griekse kolonisten en hun kunst in aanraking kwamen met de Griekse cultuur.

Toegevoegd op: 16-8-2017

te gebruiken voor de autonome nationale staatskerk van het moderne Griekenland.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl en cultuur die zich ontwikkelde toen de Romeinen in aanraking kwamen met de Griekse kunst en cultuur en deze probeerden te overtreffen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar gebouwen waarvan het grondplan de vorm heeft van een Grieks kruis, met een vierkant middendeel en vier armen van gelijke lengte. De Griekse kruisvorm werd algemeen gebruikt in de Byzantijnse architectuur en in westerse kerken die op Byzantijnse voorbeelden waren geïnspireerd.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Benaming die tijdens de periode van de Griekse heropleving werd gebruikt voor een rustbank met gekrulde uiteinden die aan Griekse en Romeinse meubelontwerpen doen denken.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar geestelijken binnen de Anglicaanse Kerk die verantwoordelijk zijn voor het assisteren van de diocesane bisschoppen bij ceremoniële functies en administratieve werkzaamheden. Tot de gebruikelijke taken van de aartsdeken behoren het algemeen beheer van de parochie en aandacht voor zaken die de kerkgebouwen en andere kerkbezittingen betreffen. Aartsdekens hebben de aanspreektitel 'Hoogeerwaarde'. De functie bestond vroeger ook in de rooms-katholieke en Grieks- en Russisch-orthodoxe kerk; in de katholieke kerk is deze functie nu vervangen door die van vicaris-generaal.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Te gebruiken voor de stichters of mannelijke hoofden van families, stamlijnen of hele sociale klassen, standen of volkeren. Wordt ook gebruikt voor de hooggeplaatste kerkvorsten van die naam in bepaalde christelijke kerken, zoals de Grieks-orthodoxe, Russisch-orthodoxe en Koptische kerken.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Beschrijft gebouwen, in het bijzonder klassieke Griekse en Romeinse tempels en gebouwen met een gelijksoortige structuur, met een of meer rijen van acht zuilen aan een of beide zijden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Kleine binnenkamers grenzend aan of binnenin de naos, te vinden in sommige oude Griekse tempels.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een brecciëmarmer dat bestaat uit grote zwarte, groene, roze, rode, grijze, paarse en bronskleurige kiezelstenen. Deze marmersoort is bekend om zijn sterk geprononceerde kleuren. Het marmer is afkomstig van het Griekse eiland Chios en heeft dus niets te maken met Afrika. De naam is gebaseerd op de donkere kleurtekening van het marmer.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Open ruimten in oud-Griekse nederzettingen die werden gebruikt als marktplaatsen of algemene openbare verzamelruimten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

De hoger gelegen en meestal versterkte delen van oude Griekse steden, met doorgaans tempels en een aantal openbare gebouwen, en gebruikt als toevluchtsoorden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Kleine Oudgriekse of Romeinse vaten voor het bewaren van oliën, zalven of parfums; meestal langwerpig van vorm, bijna cilindrisch, en rond aflopend aan de onderkant. Ze hebben ofwel geen handvat ofwel één klein handvat aan de zijkant. Alabastra zijn zo klein dat ze in één hand konden worden gehouden en ook konden worden gedragen aan een touwtje dat ofwel door de smalle hals heen liep, ofwel door kleine lussen op de schouder werd gehaald. De vorm is oorspronkelijk afkomstig uit Egypte, waar de alabastra waren uitgevoerd in glas, faience of albast (de naam is van deze steen afgeleid).

Toegevoegd op: 16-8-2017

De preekstoelen in het schip ter lezing van het evangelie of de brieven, in vroeg-christelijke kerken. In de Balkan en Griekse kerken vandaag de dag, grote preekstoelen of lessenaars.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Leren riemen die aan de schachten van werpsperen werden vastgemaakt en werden gebruikt bij het werpen, waardoor de speren krachtiger werden geworpen dan met alleen de hand mogelijk was geweest; van Grieks-Etruskische origine en later overgenomen door de Romeinen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Beschrijft gebouwen, in het bijzonder klassieke Griekse en Romeinse tempels en gebouwen met een soortgelijke structuur, met zuilen aan de voor- en achterkant, maar zonder zuilen aan de zijkanten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een cycladische stijl en cultuur in de Bronstijd, kenmerkend voor artefacten die zijn opgegraven op het Griekse eiland Amorgós. De kunst kenmerkt zich door typische stenen beeldjes met gevouwen armen, zegels, verfijnde zilveren voorwerpen en ander metaalwerk.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Klassieke Griekse en Romeinse opslagvaten in velerlei verschijningsvorm, met meestal een ovale romp met nauwe hals, en met twee of meer handvatten die vanaf de opening of de hals naar de schouders op de romp lopen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Delen van Griekse huizen in de Oudheid die alleen door mannen werden gebruikt.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Kleedkamers in oude Griekse en Romeinse badhuizen en palaestra.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar werken in een stijl die een imitatie is van de vroegere archaïsche stijlen, in het bijzonder Hellenistische beeldhouwwerken uit de periode tussen 323 en 100 v. Chr., die de Griekse archaïsche stijl imiteerden maar met nieuwe, meer geraffineerde kerftechnieken werden vervaardigd.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de Griekse beeldhouwschool die was geconcentreerd in Argos in de 5de eeuw v. Chr. en waaruit Polykleitos als belangrijkste kunstenaar naar voren kwam.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Gebruik voor de monumenten die worden opgericht als permanente herinnering aan militaire overwinningen, meestal met afbeeldingen van de buit en van de strijd. Ze werden meestal opgezet in het land van de overwonnenen. Het ontwerp van deze monumenten is afgeleid van de bergen van wapens en harnassen die werden verzameld en tentoongesteld na de Griekse en Romeinse militaire overwinningen. Voor de daadwerkelijke objecten die als buit in de oorlog of de jacht werden genomen, of uitgereikt als prijs voor de overwinning in wedstrijden, gebruik 'trofeeën (prijzen)'.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar kant die werd gemaakt in Armenië, Cyprus, Turkije en de Griekse eilanden. Deze kant wordt gekenmerkt door het gebruik van een enkele naald en traditionele technieken en steken. De ontwerpen en steken verschillen per regio, maar in het algemeen wordt Armeense kant gekenmerkt door een extreme verfijndheid en gecompliceerde ontwerpen. Hij werd vaak gemaakt met zijden draad en gouden draden, en versierd met parels en verschillende kostbare edelstenen. Armeense kant was vooral populair in de 17de eeuw en werd gebruikt in kantranden op kleding, als kelkbedekkingen en op ander liturgisch linnengoed. Sommige wetenschappers denken dat Venetiaanse kant voortkomt uit 16de-eeuwse Armeense kant.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Betrekkelijk kleine Oudgriekse vaten met een bolvormige buik, een korte hals, een platte, schijfvormige flessenmond met een kleine opening, en een handvat (soms twee), uitlopend vanaf de schouder tot de rand; gebruikt om oliën, parfums en zalven in te doen. Deze uit terracotta vervaardigde vaten werden gedragen door atleten, die ze aan hun pols droegen, vastgemaakt aan een riem of een stuk touw. Aryballoi hadden ook een belangrijke functie bij funeraire rituelen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Kleine Oudgriekse flesvormige vaten met een ronde romp, meer breed dan hoog, met een bolle bovenkant en een boogvormig handvat, dat van de ene kant over de bovenkant naar een tuit aan de andere kant loopt; werd gebruikt om geparfumeerde olie uit te schenken. Askoi werden vaak meegegeven als grafgift. Ze hebben soms de vorm van een vogel.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Ronde, ovale of tweelobbige schilden uit de Griekse Oudheid en daarna; ze waren Dorisch van origine, gemaakt van lagen koeienhuid en groot genoeg om bijna het gehele lichaam mee te beschermen. Oudere modellen werden in de hand gehouden maar latere uitvoeringen hadden een diagonaal geplaatste armband, met een handvat aan de rand, en werden op de arm gedragen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een stervormig instrument, meestal van goud of zilver, dat tijdens de eucharistieviering in de Grieks-orthodoxe kerk wordt gebruikt. De asterisk wordt boven de miskelk en pateen geplaatst, om te voorkomen dat de afdekdoeken in contact komen met het gewijde brood.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de cultuur en stijlen die zich ontwikkelden in Athene of elders in Attica, in het bijzonder naar geschilderde aardewerkstijlen die zich chronologisch ontwikkelden na de geometrische stijlen. Attische stijlen verschillen met opzet van Corinthische stijlen en worden gekenmerkt door de fantasierijke composities die niet noodzakelijkerwijs in overeenstemming zijn met standaards voor schaal of balans, door monumentaliteit en grandeur, en uiteindelijk door een typische zwartfigurige stijl die de norm zou worden voor de rest van de Griekse wereld.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode en kunststijl tijdens de regering van Augustus Caesar van 27 v. Chr. tot 14 n. Chr. Het doel van deze kunst is de verheerlijking van de prestaties van de keizer. De stijl kenmerkt zich door de nadruk op propaganda en grandeur, die tot uiting komt in herdenkingsmonumenten en beelden uitgevoerd op een eclectische, elegante wijze en beïnvloed door de klassieke Griekse kunst. In deze periode ontwikkelde zich ook de ‘derde stijl’ in de muurschilderkunst.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Staf bestaande uit een stok met aan het uiteinde een knop in de vorm van een dennenappel, soms versierd met klimop of wijnbladeren. In de Griekse mythologie hoorde de staf toe aan Dyonisos en zijn aanhangers. Hij werd gebruikt als gewijd instrument tijdens religieuze rituelen en feesten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar boeken, perkamentrollen, schriftrollen of andere documentvormen die de heilige geschriften van het jodendom of het christendom bevatten. Bijbels kunnen daarnaast verluchtingen bevatten in de vorm van geschilderde scènes of decoraties. De Bijbel bestaat uit twee delen: de Hebreeuwse geschriften oftewel het Oude Testament, oorspronkelijk geschreven in het Hebreeuws (met enkele delen in het Aramees) inclusief de geschriften van het joodse volk, en het Nieuwe Testament, in het Grieks geschreven, waarin het verhaal van Jezus en de oorsprong van het christendom zijn opgetekend. De rooms-katholieke en oosters-orthodoxe versies van het Oude Testament zijn uitgebreider dan die van de protestantse bijbel, aangezien zij bepaalde boeken en delen van boeken accepteren die door de protestanten als apocrief worden beschouwd. De joodse Bijbel omvat alleen de boeken die de christenen kennen als het Oude Testament. De indeling van het joodse en christelijke canon toont grote verschillen. Van oudsher hebben de joden hun geschriften (het Oude Testament) in drie delen verdeeld: de Thora (de 'Wet') of Pentateuch; de Nevi'im (de 'Profeten'); en de Ketuvim (de 'Geschriften') of Hagiographa. De verhalen, de zedenleer en de theologische doctrines in de Bijbel leverden stof voor een immense hoeveelheid kunstwerken die zowel christelijke als joodse thema's verbeelden. Voor de christenen werd de canon van Bijbelboeken in de vroegchristelijke periode vastgelegd; ook nog lang daarna bleven er echter diverse apocriefe geschriften circuleren. Vanaf de late middeleeuwen genoten poëtische en dramatische interpretaties van Bijbelverhalen grote populariteit, wat aanleiding gaf tot een overvloed aan buitencanonieke literatuur die bijdroeg tot belangrijke thema's in de christelijke kunst.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de vroegste stijl van Neolithisch aardewerk op het Griekse vasteland. De stijl kenmerkt zich door gepolijste decoratie; dat wil zeggen dat de pot werd opgewreven met een gereedschap dat het oppervlak samendrukte en het een schijnend of glimmend uiterlijk gaf.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Antieke Griekse altaren gewijd aan oppergoden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Dierenriemteken van een boogschutter, vaak een centaur, ruwweg gebaseerd op het gelijknamige sterrenbeeld. De tekens van de dierenriem, overblijfselen van Oudgriekse en Romeinse decoraties, waren populair in de romaanse en gotische kerken van Noord-Europa. Ze worden ook vaak aangetroffen in middeleeuwse psalters en getijdenboeken als symbool van iedere maand waarin de zon in het betreffende sterrenbeeld komt. Daarnaast zijn ze gebruikt als decoratie op plafonds, kaarten, uurwerken en astronomische instrumenten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Wordt gebruikt voor de raadszalen van oude Griekse steden, de plaats waar de Boulè, een senaat, bijeenkwam.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Het schrijven van opeenvolgende regels in tegengestelde richting, om beurten van links naar rechts en van rechts naar links, waarbij de letters van de regels die rechts beginnen gespiegeld worden geschreven. Aangetroffen in verschillende oude geschriften in het Grieks en andere talen. Wordt metaforisch gebruikt bij de analyse van verhalende schilderingen, als verwijzing naar compositie die eerst van rechts naar links en vervolgens van links naar rechts is geplaatst.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Griekse luiten met een lange hals, meestal met vaste metalen fretten, drie of vier dubbele reeksen metalen snaren en bespeeld met een plectrum.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl en periode in de christelijke kunst die zich ontwikkelde in het oostelijke Middellandse-Zeegebied tijdens het Byzantijnse Rijk (330-1453), zich verspreidde over een groot deel van de christelijke wereld en in Oost-Europa bleef voortbestaan tot in de 16de eeuw. De stijl kenmerkt zich door de keizerlijke en religieuze onderwerpskeuze, en door een verwijdering van de Griekse naturalistische vormen ten gunste van een ritualistische stilering, bedoeld om spiritualiteit te suggereren.Gebruik ‘vroegchristelijk’ voor de stijl en periode in de christelijke wereld van Italië en het westelijke Middellandse-Zeegebied van de 3de tot het midden van de 9de eeuw.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een zeer specifieke stijl van zwartfigurig aardewerk, voornamelijk hydria’s, uit circa 530 tot 500 v. Chr., gevonden in Etrurië. Waarschijnlijk werd dit aardewerk gemaakt in Caere, het huidige Cerveteri bij Rome (Italië). De tekeningen zijn van zeer hoge kwaliteit en het schilderwerk is opmerkelijk kleurrijk. De vorm en decoratie van de hydria’s verschillen van voorbeelden uit dezelfde tijd die elders in de Griekse wereld werden gemaakt.Als decoratie zijn vooral lotusbloemen, klimopkransen, palmetfriezen en mythologische taferelen gebruikt.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Gewoonlijk het binnenste, besloten gedeelte van een Griekse of een Grieks-Romaanse tempel die subkamers omvat zoals de hal, het sanctuarium of de centrale ruimte en de schatkamer. Wordt soms als synoniem gebruikt voor 'naos', maar volgens sommige wetenschappers verwijst deze laatste term uitsluitend naar de centrale ruimte.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een toestand van volledige verwarring en wanorde, waarbij alles uit een gedifferentieerde vormloze massa of mengeling bestaat. Stamt af van het oorspronkelijke begrip uit de oud-Griekse kosmologie, dat de oeroude leegte van het universum betekent voordat er afzonderlijke entiteiten bestonden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Voor zover bekend een van 's werelds oudste bordspellen, dat wordt het gespeeld door twee mensen die tegenover elkaar zitten met tussen hen in een bord met 64 afwisselend lichte en donkere velden. De 24 schijfvormige speelstukken hebben onderscheidende kleuren. Tijdens het spel worden stukken diagonaal naar een aangrenzend leeg veld verplaatst. Om te winnen moet de speler alle stukken van de tegenstander hebben ingenomen of geblokkeerd, zodat ze niet meer kunnen worden verplaatst. Spellen die vergelijkbaar zijn met checkers werden al gespeeld in de tijd van de vroege Egyptische farao's (ca. 1600 v.Chr.), zoals vermeld in de werken van de Griekse schrijvers Homerus en Plato. In de 12e eeuw werd een vroege vorm van het spel aangepast aan de 64 velden van het schaakbord en in de 16e eeuw werd de regel van het verplichte slaan toegevoegd. Zo ontstond het spel dat in wezen hetzelfde is als het moderne checkers.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een Griekse aardewerkstijl die zich in de 7de eeuw v. Chr. ontwikkelde op het eiland Chios en ook elders bekend was, onder meer in de Griekse kolonie in Nakratis (Egypte). De stijl kenmerkt zich door een ongewoon witte slip en een schildertechniek die verschilt van de eigentijdse Wild Goat stijl doordat dieren en figuren niet zijn opgevuld met een patroon maar meestal op de achtergrond blijven.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Vormen die lijken op de letter P die wordt doorkruist door de letter X. Dit zijn chi en rho, de eerste twee letters van het Griekse woord voor Christus. Het wordt gebruikt voor het symboliseren van deze naam in de christelijke iconografie.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Kruisen met het chi-rho-symbool, dat wordt gevormd door de eerste twee Griekse letters in de naam van Christus, waarbij de X-vorm is aangebracht op de poot van de P-vorm in plaats van er dwars overheen. Zo ontstaat een kruis met erbovenop een lus naar rechts.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Wordt gebruikt voor kleine Romeinse, Etruskische of Griekse stèles of stenen pilaren, meestal met inscripties, die bijvoorbeeld gebeurtenissen, grenzen of graven aangeven.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Ronde schouwplaatsen, strijd-, renbanen, worstelperken, ook met ovale banen, die aan een eind gebogen zijn, met rijen zitplaatsen langs drie kanten en gebouwd voor wedstrijden met paard en wagen. Gebruik 'hippodromen' voor soortgelijke antieke Griekse gebouwen. Gebruik 'paardenrenbanen' voor sportbouwwerken die worden gebruikt voor paardenraces in moderne context.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een Etruskische aardewerkstijl die waarschijnlijk is ontstaan onder invloed van stijlen op het Griekse eiland Rhodos. Deze stijl wordt vaak gekenmerkt door donker-op-lichtdecoraties, in het bijzonder gestileerde zwarte dierlijke of menselijke figuren die in horizontale stroken op de vaten werden geschilderd.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een vorm van sacrament en centraal element van de eredienst bij veel christelijke kerkgenootschappen, met als basis het Laatste Avondmaal, waarop Jezus de wijn die hij ronddeelde en het brood dat hij brak als respectievelijk zijn bloed en lichaam omschreef. Het ritueel bestaat doorgaans uit de wijding van brood en wijn door de predikant of priester en de verdeling onder de gelovigen. De term is afgeleid van het Griekse woord 'eucharistia', dat 'dankzegging' betekent.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode en stijl in de kunst, vooral de beeldhouwkunst en architectuur, die samenviel met de regeerperiode van Constantijn de Grote van 311 tot 337 n. Chr. In de beeldhouwkunst kenmerkt de stijl zich door het loslaten van het klassieke Griekse illusionisme en naturalisme, met een grotere nadruk op symboliek, expressionisme en heldere vertellingen om de leer van het Christendom over te brengen. In de architectuur kenmerkt de stijl zich door de toevoeging van een transept en apsis aan Romeinse basilieken, waardoor de typische kruisvorm van de vroeg-christelijke kerken ontstond.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl van Oudgriekse vaasschilderkunst die de overgang vormde tussen de stijl met de zwarte en de stijl met de rode figuren. Een van de kenmerken is dat sommige figuren werden geschilderd in de stijl van de zwarte figuren en andere, vaak de vrouwelijke, geen gegraveerde contouren hadden maar waren omlijnd met een kwast. Rond 530 v. Chr. banden enkele schilders de stijl van de zwarte figuren volledig uit en omlijnden alle figuren. Maar vervolgens schilderden zij de achtergrond zwart, waardoor de overgang naar de stijl van de rode figuren werd bewerkstelligd.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Van oorsprong Griekse zuilenorde, die evenwel door de Grieken weinig is toegepast. Het kapiteel wordt gekenmerkt door twee kransen van acanthusbladeren, waarboven krullen als zich ontrollende bladeren. De abacus is aan de zijden gezwenkt. De hoogte van de zuil is tienmaal de onderdoorsnede. VWB.

Toegevoegd op: 16-8-2017

De hoorn des overvloeds is een symbool afkomstig uit de oud-Griekse mythologie. Oorspronkelijk was het een kromme geitenhoorn, in het bezit van Amalthea. De eigenaar kon uit de hoorn laten komen wat hij maar wilde. Vaak afgebeeld als een hoorn of kegel gevuld met fruit of graan.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Alfabet van geschreven Russisch, Slavisch en enkele niet-Slavische talen, oorspronkelijk gebaseerd op de 38 Griekse uncialen en inclusief latere toevoegingen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de Griekse kunststijl tijdens de 7de eeuw v. Chr. die vooral wordt gekenmerkt door de figuratieve weergave en is genoemd naar Daedalus, een legendarische architect en beschermheer van handwerkslieden. De stijl wordt gekenmerkt door figuren met zuilvormige lichamen, versierd met ingekerfde patronen die de stof aanduiden, een vereenvoudigde anatomie, grote hoofden met brede platte gezichten, een starende uitdrukking en hoofdhaar in gestileerde strengen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Oude Griekse zilveren munten ter waarde van tien drachmen, geslagen in de 5e en de 4e eeuw v.C., voornamelijk in Sicilië.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Doorgangen tussen de hoger en lager gelegen rijen zitplaatsen in Griekse theaters. Gebruik 'praecinctiones' voor gelijksoortige doorgangen in Romeinse theaters.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Oude Griekse en Romeinse zilveren munten met een waarde van twee drachmen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar componenten of verfraaiingen die tijdens de oudheid zowel in het oosten als in het westen werden gebruikt. Gemodelleerde dierkapitelen werden vaak toegepast bij oud vaatwerk, met name plastische vazen zoals rytons of kantharoi, maar ze komen ook bij andere typen vaatwerk zoals smeltkroezen en schouderhydria's. Dierkapitelen bestaan meestal uit een bovendeel (hoofd, borst en voorpoten) van een dier of mythologisch wezen, of het hoofd en bovenlichaam van een persoon. In Griekse vaasbeschilderingen worden dierkapitelen vaak ook als schildelementen afgebeeld. Dierkapitelen werden onder meer gebruikt als verfraaiing op oude Hettitische architectuur en Romeins meubilair. Met name in hun vroegste gedaanten hadden dierkapitelen vermoedelijk ook een functie als votiefbeeld. De term verwijst soms naar verfraaiingen van latere datum, met name in steen uitgevoerde architecturale verfraaiingen tijdens de Middeleeuwen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Door hedendaagse wetenschappers gebruikte term die verwijst naar Oud-Griekse grote schalen met bolvormige bodem en een gewelfde vorm die eindigt in een grote opening, die vaak op een standaard stonden. Metalen schalen met deze vorm werden waarschijnlijk gebruikt om in te koken, terwijl de schalen van terracotta werden gebruikt om wijn in te mengen. Dinoi dateren uit de periode van het midden van de 7de eeuw tot eind 5de eeuw v.Chr. en onderscheiden zich van ‘lebetes’ door hun grotere afmetingen. Oude geschreven bronnen suggereren dat de term oorspronkelijk niet werd gebruikt voor schalen maar voor drinkkommen, en dat dergelijke schalen in die tijd ‘lebetes’ werden genoemd.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Klassieke Griekse opslagvaten voor wijn, water of olie, vergelijkbaar met een amfora, maar met een puntige bodem en gekenmerkt door een handvat aan weerskanten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Oud-Griekse krukken zonder rugleunig met vier gedraaide poten die soms onderling zijn verbonden met dwarsbalken.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Oud-Griekse opvouwbare krukken zonder rugleuning en met gekruiste poten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Geschilderde tekens op Oudgriekse vazen, meestal op de voet van de vaas. De dipinti, die minder vaak zijn aangetroffen dan graffiti, werden meestal in rood oker op de vaas geschilderd na het bakken in de oven. De verhoudingsgewijs minder algemene dipinti in zwarte hoogglans zijn vóór het bakken aangebracht. Net als graffiti bestaan dipinti meestal uit één letter of uit lettercombinaties, numerieke notaties en, minder vaak, woorden, zinsdelen of zinnen. Meestal betreft het vermoedelijk een soort handelsmerk; ze worden vooral aangetroffen op vazen die voor de export bedoeld waren.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Beschrijft gebouwen, in het bijzonder klassieke Griekse en Romeinse tempels en gebouwen met een soortgelijke structuur, met twee zuilen aan de voorkant tussen hoekpijlers, waarbij de pijlers worden gevormd door verlenging en verbreding van de zijmuren.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Wordt gebruikt voor Griekse en Latijnse papyri die teksten bevatten die betrekking hebben op het leven van alledag, zoals brieven, contracten en archieven.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Constructies met een aantal onderling verbonden gangen die een zeer complex patroon vormen, waardoor het moeilijk is om de uitgang te vinden. Ze gaan terug op de klassieke oudheid. De term is mogelijk afgeleid van ���labrys', Grieks voor ���dubbele bijl' of ���plaats van dubbele bijlen', omdat labyrinten werden aangegeven met een teken in de vorm van een dubbele bijl. Men gaat ervan uit dat de term voor het eerst werd gebruikt voor het mythische labyrint van Knossos op Kreta, waar Theseus de Minotaurus doodde.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de bouwkundestijl die wordt geassocieerd met de eerste van de drie Griekse architectuurordes en de latere vijf traditionele klassieke bouwordes in de architectuur die, met de Ionische, Corinthische, Toscaanse en composiete stijl werd toegepast door de Romeinen en tot in de Renaissance en daarna. De stijl heeft wellicht zijn oorsprong in houtconstructies uit de Bronstijd, terwijl stenen versies van de stijl zich ontwikkelden op het vasteland van Griekenland, waarschijnlijk in het Dorische Corinthe en andere steden zoals Athene, in de 8ste en 7de eeuw v. Chr. In de antieke Griekse architectuur wordt de stijl gekenmerkt door een simpele vorm en een imposante schaal, een sobere abacus en echinus, zuilen zonder basement of sokkel met schachten met twintig ondiepe cannelures, en een entablement met drie onderdelen, een onversierde architraaf, een fries van afwisselend triglieven en metopen, en een krachtig uitstekende kroonlijst. De Romeinse en latere aanpassingen vertonen vaak afwijkingen van de strenge Griekse regels en kunnen enige versiering en een basement voor de zuilen bevatten. De term is te onderscheiden van de term 'Dorische orde', aangezien een bouworde slechts kan verwijzen naar het specifieke samenstel van onderdelen dat moet voldoen aan eenduidige, vastgelegde regels en verhoudingen, afhankelijk van de functie van elk onderdeel in het geheel.

Toegevoegd op: 16-8-2017

In Griekse theaters, de draaiende driehoekige hulpmiddelen waarbij op elk van de drie voorpanelen een verschillend landschap is geschilderd.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Kleine zilveren Griekse munten die oorspronkelijk gelijk waren aan zes obolen; ze werden in de 6e eeuw v.C. uitgegeven en daarna gebruikt door de Parthen en de Sassaniden tot de 7e eeuw n.C.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Te gebruiken voor grote, Byzantijnse galeien met twee rijen banken en een of twee zeilen; meestal uitgerust met vlammenwerpers om Grieks vuur te kunnen gebruiken.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Wordt gebruikt voor gebouwen die de ontmoetingsplaatsen van ekklesia of de zelfbeschikkende vergaderingen van een oude Griekse stad huisvesten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Cultuur en stijl van de Elymianen, oude bewoners van het uiterste westen van Sicilië die volgens klassieke schrijvers van Trojaanse komaf waren. Hun voornaamste centra waren bij Segesta en bij Eryx (Erice). Ze zijn in de Vroege IJzertijd (ca. 1000 tot ca. 500 v.Chr.) archeologisch gezien niet te onderscheiden van hun buren, de Sicani. Ze werden sterk beïnvloed door de stijl van Griekse kolonisten van Sicilië.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Te gebruiken voor de schildertechniek met pigmenten die zijn opgelost in gesmolten was. Het wordt warm aangebracht op panelen of muren met een borstel of een spatel en gefixeerd door met een warmtebron over het oppervlak te gaan om de verf permanent te smelten en vast te zetten. Deze oude techniek was vooral populair in het oude Griekenland. De Engelse term is afgeleid van het Grieks en betekent 'ingebrand'. Hoewel de techniek in de 8ste en 9de eeuw in onbruik raakte, zijn er ook tegenwoordig nog exponenten ervan. Gebruik 'versieringen inbranden' voor de techniek van het versieren van klei.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de aardewerkstijl, vooral die van bokalen, zoals voortgebracht op het Griekse vasteland tussen circa 1600 en 1050 v. Chr., die wordt gekenmerkt door één abstract decoratief element, vaak zee- of plantenleven voorstellend, op een overigens onversierd oppervlak.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Oud-Griekse kruiken met een gedrongen buik, een lange dunne hals en een snaveltuit. De buik is soms voorzien van ribversiering. ‘Epichysis’ betekent ‘schenken’. De meeste van deze vaten werden in Zuid-Italië geproduceerd.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar oude Griekse dij- en kniebeschermers van wolbewerkers. Zij hebben de vorm van een halve cilinder van dik terracotta, aan één uiteinde open en aan het andere gesloten, waarvan het gesloten einde aansluit op de knie. Het precieze gebruik is onzeker, maar op enig moment tijdens de wolmakerij, na het kaarden en wellicht voor het spinnen, werden de vezels langs de bovenkant van een epinetron, ruw gemaakt met een ingesneden patroon, gewreven. Het knie-einde was soms versierd met een geperst vrouwenhoofd, toepasselijk aangezien weven en wolbewerking werden beoefend door vrouwen. Sommige van de met figuren versierde en uitvoeriger beschilderde epinetra werden waarschijnlijk als huwelijksgeschenken aan jonge vrouwen gegeven. Hoewel de term ‘onos’ vaak als synoniem van epinetron wordt gebruikt, was een onos een voetsteun voor wolbewerkers.

Toegevoegd op: 16-8-2017

De bovenverdiepingen van de scène-opbouw in de oude Griekse en Romeinse theaters.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een helder grasgroene variëteit van beril, zeer geliefd als edelsteen. De naam is afgeleid van het Griekse woord 'smaragdos', dat verwijst naar een aantal stenen die weinig gemeenschappelijk hebben behalve een groene kleur. De smaragd in de Bijbel was vermoedelijk granaat. In oude beschavingen werd de echte smaragd, die al in 2000 v. Chr. uit noordelijk Egypte werd ingevoerd, echter ook zeer gewaardeerd. Griekse smaragdwinners werkten voor Alexander de Grote en Cleopatra. De fysische eigenschappen van smaragd zijn in principe hetzelfde als van beril, waarbij licht slechts matig wordt gebroken en verstrooid. Dit betekent dat geslepen stenen beperkt schitteren. De edelstenen worden in plaats daarvan gewaardeerd om de prachtige kleur, die waarschijnlijk het resultaat is van kleine hoeveelheden chroom. De steen verliest zijn kleur wanneer deze sterk wordt verhit. In de jaren dertig van de 19de eeuw werd voor het eerst synthetische smaragd vervaardigd. Heden ten dage wordt synthetische kristalaangroei gerealiseerd met een hydrothermale methode of een proces van gesmolten verdunningsmiddel. Synthetische kristallen vertonen een sterke gelijkenis met de kristallen in natuurlijke smaragd.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl van de artistieke voortbrengselen in Etrurië, het tegenwoordige Toscane en een deel van Umbrië, van de 7de tot de 3de eeuw v. Chr. Tot de kunstwerken van deze cultuur, deels herkenbaar aan de overdadige grafheuvels, behoren bronzen spiegels en stenen grafkisten, muurschilderingen, en beelden in terracotta en brons die zich van de Griekse archaïsche stijl onderscheiden door hun levendige suggestie van beweging en verfijnde versiering. Tot de ontwikkelingen in de architectuur behoren de bouw van leemstenen en houten tempels, gedecoreerd met dakpannen en standbeelden in terracotta. In sommige classificatiesystemen begint de Etruskische cultuur al met de Villanovastijl, die voor het eerst op het Italiaanse schiereiland wordt aangetroffen in de 9de eeuw v. Chr.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de Europese stijl van binnenhuisarchitectuur, meubilair en keramiek in de late 18de eeuw. Deze stijl, voornamelijk afgeleid van de motieven en kleuren van Griekse vazen die destijds werden toegeschreven aan de Etrusken, wordt gekenmerkt door griffioenen, palmetten, harpijen, leeuwen en sfinxen en het gebruik van de kleuren rood, zwart en wit.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Oud-Griekse houders voor vloeistoffen, wellicht parfum (reukolie), met een zeer kenmerkende vorm: een afgeplatte bolvormige kom met een inwaarts gedraaide rand, een korte of lange voet en een deksel met fioel. De deksels zijn zelden bewaard gebleven. In vaasschilderingen komt de exaleiptron meestal voor in taferelen met badende vrouwen of vrouwen die deelnemen aan begrafenisrituelen. Ook andere antieke namen (‘kothon’, ‘plemochoa’ en ’smegmatothèkè’ of ‘smematothèkè’)zijn in de moderne tijd wel gebruikt om te verwijzen naar deze vaatwerkvorm.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Stootwapen met een gekromd snijvlak, gelijkend op de Griekse kopis. Door de vorm is het mogelijk een slag met de kracht van een bijl te geven en tevens de snijrand van een zwaard te behouden. Werd gebruikt op het Iberische schiereiland voor de komst van de Romeinen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een Griekse aardewerkstijl die rond 560 v. Chr. opkwam en is genoemd naar een archeologische vindplaats op het eiland Rhodos. De meest gevonden vorm is een gedrongen amfoor en het schilderwerk wordt gekenmerkt door donker-op-lichte dessins die over het algemeen bestaan uit één menselijke of dierlijke figuur in een leeg veld, of dicht bij elkaar liggende banen met ornamenten, zoals halvemanen en lotusbloemen. In sommige classificatiesystemen wordt deze stijl beschouwd als een variant van de middelste of late wilde-geitenstijl.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een stijl van oude Griekse roodfigurige vaasschilderkunst die zich vanuit de Derde stijl ontwikkelde in het begin van de 4de eeuw v. Chr. Deze stijl onderscheidt zich van de Derde stijl door de overvloediger decoraties en het gebruik van veel meer kleuren, verguldsel en toegepaste klei.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Open ruimten in oude Romeinse nederzettingen, die werden gebruikt als marktplaatsen of als algemene openbare ontmoetingsplaatsen, en plaatsen voor gerechtelijke of openbare zaken. Gebruik 'agora's' voor vergelijkbare ruimten in oud-Griekse nederzettingen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Ramen die zich buiten bevinden in een brede sierlijst net onder kroonlijsten. Wordt aangetroffen in Griekse herlevingshuizen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de aardewerkstijl die werd vervaardigd op het Griekse vasteland vanaf de midden-Helladische tijd. Deze kenmerkt zich door een licht gekleurd oppervlak, en vormen waaronder een bokaal op een lage voet.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een periode en stijl van Griekse kunst en cultuur die zich eerst ontwikkelde in Attica maar uiteindelijk is aangetroffen in heel Griekenland, in Italië en in de Levant. Over het algemeen wordt de periode gedateerd van circa 900 tot circa 700 v. Chr., hoewel sommige classificatiesystemen de protogeometrische periode weglaten en de geometrische laten aanvangen in 1100 v. Chr. Het aardewerk wordt gekenmerkt door donker-op-lichte decoraties, geordend in regelmatig afgebakende horizontale banden, en verschilt van de protogeometrische stijl doordat de ontwerpen drukker zijn, met banden die vrijwel het gehele vat bedekken. De ontwerpen bestaan uit keperbanden, driehoeken, meanders, swastika’s en kenmerkende gestileerde, hoekige menselijke en dierlijke figuren. Soortgelijke ontwerpen en figuursoorten werden gebruikt in de beeldhouwkunst en andere kunstvormen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

18e-eeuwse kunstnijverheidsstijl, geïnspireerd op de klassieke Griekse kunst, maar toch ver van de historische Griekse stijlen verwijderd. Gebruik 'Greek Revival' voor meer historiserende, op de Griekse kunst geïnspireerde architectuur, beeldende kunst en kunstnijverheid.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst in de archeologie en kunstgeschiedenis naar vluchtige krabbels of pictogrammen op muren, stenen of andere oppervlakken. In de context van oude Griekse vaasschilderingen verwijst de term naar merktekens, doorgaans handelsmerken, die in de keramiek zijn gekerfd, meestal aan de onderkant van de voet van de vaas. Tegenwoordig is de term van toepassing op humoristische, satirische, obscene of bendegerelateerde geschriften of tekeningen die anoniem op openbare plaatsen worden aangebracht.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Algemene term voor constructies die bedoeld zijn voor de overblijfselen van overledenen. Met name gebruikt voor Etruskische, oud-Griekse en oud-Egyptische tomben.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Banden die in de vijftiende en zestiende eeuw gebruikt werden in Frankrijk en Italië voor Griekse teksten en vertalingen daarvan. Karakteristiek hiervoor waren de kapitaalbandjes die uitstaken over de platten aan de boven- en onderkant van de rug, door dikke houten platten met ingekerfde randen en bandjes bevestigd aan pinnen die in de kerven zijn vastgezet.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Pottenbakkersgoed dat wordt gekenmerkt door een grijze of bruinachtig grijze kleur, met een relatief eenvoudig geschilderd of bedrukt ontwerp. Het kwam veel voor in het oude India en Korea, en in onder meer Native American, Griekse, Minoïsche, Romeinse en Midden-Oosterse culturen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl van aardewerk dat werd vervaardigd op het Griekse vasteland in de midden-Helladische periode en dat wordt gekenmerkt door grijs gepolijste oppervlakken, hoekige vormen en met een pottenbakkersschijf gemaakte onderdelen zoals ringvormige stelen en geboetseerde randen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Oud-Griekse vaatwerk waarvan de vorm lijkt op die van een olielamp. Ze hebben een uitstekende tuit en lijken speciaal te zijn gebruikt om olielampen bij te vullen met nieuwe olijfolie. De meeste lampen waren gemaakt met een gat in de discus (het ronde deksel van het oliereservoir), zodat men bij het bijvullen geen last had van de pit die uit de tuit stak.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Delen van Griekse en Romeinde huizen in de Oudheid die alleen door vrouwen werden gebruikt.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode en stijl in de kunst, voornamelijk beeldhouwkunst en architectuur, tijdens de regeerperiode van Hadrianus van 117 tot 138 n.Chr. In de beeldhouwkunst wordt de stijl gekenmerkt door de invloed van de klassiek Griekse kunst, in de architectuur door een monumentaal gevoel voor massa, grote binnenruimtes en grootschalig gebruik van gestort beton.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een periode en cultuur in de Late Bronstijd en de Vroege IJzertijd, van circa 1100 tot circa 450 v. Chr. aangetroffen in Centraal- en West-Europa, en genoemd naar een begraafplaats en een zoutmijn in Halstatt (Oostenrijk). Begrafenispraktijken en artistieke stijlen verschilden per tijd en per plaats, maar over het algemeen wordt de cultuur gekenmerkt door de opkomst van handel met omliggende gebieden, door kunstvoorwerpen met symmetrische ontwerpen, geometrische versieringen, vogel- en plantenmotieven, en door de invloed van Italiaanse en mogelijk Griekse kunst.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl van de artistieke voortbrengselen op het zuidelijke en centrale deel van het Griekse vasteland tijdens de Bronstijd tussen circa 3600 en 1050 v. Chr. Tot circa 1600 v. Chr. werd de artistieke productie gedomineerd door aardewerk, vooral in Minyen en matt-painted stijl. Na 1600 v. Chr. behoren tot de belangrijkste kunstwerken waarmee deze periode zich onderscheidt, naast het aardewerk, ook metaalwerk, zoals de bekers van Vapheio, muurschilderingen van oorlogs- en jachttaferelen, en de bouw van paleizen en doorwrochte koepelgraven.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Te gebruiken voor de invloeden van de Griekse cultuur toen deze door nieuwe gebieden werd verspreid na de veroveringen van Alexander de Grote; ook te gebruiken voor het enthousiasme voor de Griekse cultuur en haar idealen in latere periodes.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de oud-Griekse periode, cultuur en kunst in het oude Griekenland die duurde van circa 330 tot 31 v. Chr., toen Augustus afrekende met Cleopatra en Marcus Antonius, en die wordt gekenmerkt door een internationale cultuur, ingeleid door de veroveringen van Alexander de Grote in India, Egypte en het Nabije Oosten. De stijl wordt in architectuur en kunst gekenmerkt door een grotere verfijning, complexiteit en diversiteit dan van eerdere Griekse stijlen bekend is. De architectuur wijkt af van de strikte regels uit vroegere perioden. Beeldhouwers legden meer nadruk op realistischer vormen en een grotere variatie in houdingen dan in vroegere Griekse kunst.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Sculptuur in de vorm van een stenen paal of plaat met een hoofd, buste of figuur ten halven lijve die wordt ondersteund door en als het ware groeit uit een naar onderen taps toelopende pijler of pilaster, en vaak onderaan een fallus vertoont; oorspronkelijk meestal een verbeelding van de Griekse god Hermes.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Oud-Griekse eetzaal waar belangrijke gasten en vreemdelingen ontboden werden om deel te nemen aan gewijde maaltijden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Griekse mantels, bestaande uit een grote, rechthoekige linnen of wollen en dikwijls bontgekleurde lap stof, die los werd omgeslagen; buiten over de peplos of chiton gedragen, zowel door mannen als door vrouwen, en soms ook als enige kledingstuk door de man.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Wordt gebruikt voor oude Griekse terreinen die zijn gebogen aan één kant en gebouwd voor wedstrijden met paard en wagen; gebruik 'circussen (renbanen)' voor soortgelijke oude Romeinse bouwwerken. Gebruik 'paardenrenbanen' voor sportbouwwerken die worden gebruikt voor paardenraces in moderne context.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de middenfase van de Griekse klassieke periode en stijl, van circa 450 v. Chr. tot circa 400 v. Chr. Karakteristiek voor de beeldhouwkunst is de volledige beheersing van de ideale menselijke vorm, weergegeven in uitgebalanceerde, subtiele beweging en met draperieën op het lichaam die de vormen onder de kleding onthullen. De vaasschilderkunst wordt gekenmerkt door een toegenomen verfijning en variatie in menselijke vormen en gelaatsuitdrukkingen. De architectuur wordt gekenmerkt door lichtere proporties en verfijning van eerder gevestigde orden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een van de talrijke organische verbindingen die als chemische boodschapper fungeren. Hormonen worden via een klier of orgaan uitgescheiden in de lichaamsvloeistoffen van dieren, in het bijzonder de bloedbaan, worden vervolgens naar een ander deel van het organisme getransporteerd en initiëren of reguleren daar specifieke functies, zoals de groei, de stofwisseling, de voortplanting en de werking van diverse organen. De term kan ook verwijzen naar soortgelijke verbindingen die door planten worden geproduceerd of kunstmatig worden vervaardigd. De term werd in 1905 bedacht en is afgeleid van het Griekse 'horman', dat 'in werking stellen' betekent.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Oud-Griekse of Romeinse vaten voor water met drie handvatten: twee horizontale handvatten aan de zijkant om ze op te tillen en één verticaal handvat aan de achterkant om ze vast te houden en ermee te schenken. Hydria's zijn vaak niet alleen in terracotta maar ook in brons vervaardigd; in tegenstelling tot de metalen uitvoeringen van andere vormen zijn er vrij veel van bewaard gebleven.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Beelden van een godheid die als voorwerp van aanbidding worden gebruikt; de term wordt meestal in specifieke zin gebruikt om onderscheid aan te brengen tussen een niet-christelijk object en christelijke beelden. Gebruik 'icoon' voor een christelijk beeld dat als heilig wordt beschouwd. Gebruik 'cultusbeeld' voor een oud-Grieks of -Romeins heilig beeld.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl die wordt toegeschreven aan de tweede van de drie Griekse architectuurordes en die later samen met de Dorische, Corinthische, Toscaanse en Composite stijl de vijf traditionele klassieke architectuurordes vormde die door de Romeinen, in de Renaissance en ook daarna nog werden gebruikt. De stijl kwam tot ontwikkeling op de oostelijke Egeïsche eilanden van Griekenland en op de kust van Klein-Azië, waarschijnlijk onder invloed van de joodse en Fenicische architectuur waarin gebruik werd gemaakt van zogenaamde lily capitals. Stenen versies uit de 6de eeuw v. Chr. werden gevonden in Griekenland, maar mogelijk waren er eerder al houten voorbeelden. Het kenmerkt zich in de oude Griekse architectuur door een vorm die fijner is dan Dorisch, een kapiteel dat is opgebouwd uit twee zijkrullen, een pilaar die dikwijls een Attische voet heeft en een schacht met dikwijls 24 halfronde groeven met stroken ertussen. Het entablement is afwisselender dan bij Dorisch het geval is, zoals een architraaf met overlappende lijnen, decoratieve mallen aan de bovenzijde en een doorlopende, gebeeldhouwde fries en/of rij kalfstanden onder de deklijst. In de Romeinse en de latere architectuur werd de stijl vaak aangepast, en is voornamelijk herkenbaar aan de krullen van de kapiteel. De stijl onderscheidt zich van de Ionische orde omdat een architectonische orde strikt verwijst naar een specifieke assemblagemethode die is gebaseerd op uniforme, vastgelegde regels en verhoudingen, bepaald door de rol die elk onderdeel moet vervullen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Genus dat circa 300 soorten bloeiende planten omvat. De naam is afgeleid van het Griekse woord voor regenboog, waarmee wordt verwezen naar de grote kleurenvariëteit van de bloemen binnen deze soort. Irissen zijn inheems in Europa, Noord-Afrika en gematigde delen van Azië en Amerika. De meeste soorten hebben knolachtige (minder vaak bolvormige of vezelige) wortels, zwaardvormige equitante bladeren en opzichtige bloemen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Het zodanig schikken en aanpassen van proporties dat de hoofden van figuren zich op hetzelfde horizontale niveau bevinden. Vooral veel toegepast in Griekse reliëfs en friezen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de cultuur en de stijlen die in de oudheid bestonden op het Italische schiereiland, voor het ontstaan en de expansie van de Romeinse cultuur. Het omvat de culturen van talloze stammen die ongeveer veertig verschillende talen of dialecten spraken en waarvan de culturen zeer uiteenliepen. De term wordt niet gebruikt voor de Grieken die het gebied koloniseerden, en meestal ook niet voor de Etrusken. In de meest strikte zin verwijst de term alleen naar de culturen die Italische talen spraken, zoals Latijn, Faliskisch, Osco-Umbrisch, Piceens en Venetisch. Deze talen worden algemeen beschouwd als Indo-Europese talen die veel gemeenschappelijke kenmerken vertonen en die zich onderscheiden van het Etruskisch en het Grieks. In sommige verbanden wordt de term ook gebruikt voor de Etrusken en andere preromaanse culturen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl en periode die zich ontwikkelde na de verovering van Constantinopel door de legers van de Vierde Kruistocht in 1204, en die duurde tot het begin van de 14de eeuw. De stijl is met name duidelijk aanwezig in het zuiden en midden van Italië, en werd gevoed door de import van draagbare Byzantijnse objecten, door Griekse kunstenaars in Italië en door westerse kunstenaars die terugkeerden van Byzantijns grondgebied. De Italo-Byzantijnse stijl kenmerkt zich door de vermenging van Byzantijnse thema’s, figuratieve soorten en decoratieve elementen met Hellenistisch-Romaans illusionisme, gotische vloeiende lijnen en lokale Italiaanse tradities.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Klassieke Griekse vaten met een wijde opening en licht uitlopende zijkanten, en met soms een tuit aan één kant in de buurt van de bodem.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Liefdesinscripties die op sommige Oudgriekse vazen worden aangetroffen en die meestal een uiting van mannelijke homoseksuele liefde betreffen. Een kalosinscriptie heeft als vorm 'die-en-die [is] kalos," waarbij kalos mooi of knap betekent, met een erotische connotatie. De namen zijn in de regel die van aristocratische inwoners van Athene. De kalosinscripties die in verband kunnen worden gebracht met bekende historische figuren hebben een belangrijke rol gespeeld bij het vaststellen van de chronologie van Attische vaasschilderingen; ze werden namelijk vermoedelijk geschreven toen de betreffende persoon nog jong was. Voor vrouwen zijn ook kale-inscripties gevonden, maar de verhouding tussen kalos- en kale-inscripties is ruim 20 op 1; de vrouwen die in deze inscripties werden geprezen, waren waarschijnlijk courtisanes. Het merendeel van de kalosinscripties is tussen 550 en 450 v. Chr. geproduceerd.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Hoge randloze hoeden met een platte bovenkant, die worden gedragen door bepaalde geestelijken van de Grieks orthodoxe kerk.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Decoratief gestileerd bloemenmotief dat voor het eerst werd toegepast in Oudegyptische en Oudgriekse ontwerpen, en later in Romeins, Europees en Amerikaans werk; wordt meestal aangetroffen als decoratie van bouwwerken en meubilair. Het kamperfoeliemotief is symmetrisch en bestaat uit drie of vijf gebogen uitlopers die aan iedere zijde van een langgerekt centraal bloemblad ontspringen; het verschil met een palmet is dat het kamperfoeliemotief meestal dunnere uitlopers heeft.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Gestileerde bloem- en rankenmotieven, meestal in de vorm van palmet- of kamperfoeliemotieven afgewisseld met lotusbloemen of andere soortgelijke planten met kwab- of bladvormen die stervormig uitlopen vanuit de basis. Komt voor in Griekse en latere antiquiserende stijlen. De term is ontleend aan het Griekse woord voor bloem, en wordt soms ook gebruikt als verwijzing naar één bloem, een kamperfoelie of palmet.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Cycladische vaten met een bolvormige buik, een lange hals, een voetstuk en vier doorboorde oren aan de buik. De doorboorde oren dienden voor koorden waarmee een deksel op het vat werd vastgezet. Kandilai danken hun naam aan hun gelijkenis met modern-Griekse kerklampen; ze zijn waarschijnlijk gebruikt voor vloeistoffen als olie of wijn. De kandilavorm kwam zeer veel voor en werd gemaakt van marmer of klei en in uiteenlopende formaten. De geleidelijke verdwijning van een voet of basis kan een stap zijn in de overgang van de kandila naar de bolle pyxis, een vorm die later populair werd.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Oud-Griekse drinkvaten met een diepe kom met basis, geplaatst op een lange gesteelde voet, met twee verticale handvatten aan weerszijden die van de onderkant tot de bovenkant lopen. De kantharos wordt geassocieerd met de wijngod Dionysos, die vaak wordt afgebeeld op vazen met in zijn hand een type A-kantharos of een rhyton.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Wordt gebruikt voor de belangrijkste kerken in Byzantijnse of Grieks-orthodoxe kloosters.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl van Attisch-Griekse vazen met rode figuren, gevonden in Kerch in de Oekraïne en in Noord-Afrika. De stijl kenmerkt zich door de toepassing van nieuwe technieken, het gebruik van goud en andere kleuren en de afbeelding van lange figuren. De term werd voor het eerste gebruikt in de 19de eeuw, maar wordt haast niet gebruikt door moderne wetenschappers omdat deze van mening zijn dat de gemeenschappelijke kenmerken van de verschillende schilders niet sterk genoeg zijn om van een afzonderlijke stijl te spreken.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de oude Griekse stijl en periode die begint circa 480 v. Chr., toen de Griekse stadstaten de Perzische indringers versloegen, en eindigt met de dood van Alexander de Grote in 323 v. Chr. De periode kenmerkt zich door de wederopbouw van de steden na de Perzische oorlogen en de bloei van filosofie, drama, architectuur, beeldhouwkunst, schilderkunst en andere kunsten. In de beeldende kunst is de stijl bekend om de beheersing van de menselijke vorm en de verfijning van bouwkundige ontwerpen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Gebied binnen de archeologie waarin men zich bezighoudt met de cultuur en artefacten van de oude Griekse en Romeinse beschavingen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Studiegebied dat de oude Griekse en Romeinse beschaving beslaat, met inbegrip van de geschiedenis, filosofie, taal, literatuur en tot op zekere hoogte kunst en archeologie.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Over het algemeen te gebruiken voor iets dat tot de Griekse of Romeinse Oudheid behoort of daarop teruggrijpt. Met name te gebruiken voor die aspecten van klassieke kunst, vooral de uitbeelding van het menselijk lichaam in oude beeldhouwwerken en het gebruik van ornamenten in oude kunst wanneer die in andere perioden model staan voor perfectie.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Klassieke Griekse stoelen met een diepe bovenrand die vanuit de rugleuning in een gebogen lijn naar voren gaat, en sabelpoten. Ze zijn meestal onversierd en werden veel geïmiteerd tijdens diverse klassieke oplevingen, met name in de 19e eeuw.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de christelijke kerk van Egypte, waar de islam de belangrijkste godsdienst is. Vóór de verovering door de Arabieren in de 7de eeuw duidden de Egyptenaren zichzelf en hun taal aan met de Griekse term Aigyptios (met Kopt als westerse vorm). Later namen de Egyptische moslims afstand van de term Aigyptioi en ging deze fungeren als specifieke aanduiding van de christelijke minderheid in Egypte. Sinds de 5de eeuw zijn deze christenen monofysitisch: ze erkennen slechts één natuur van Christus. Afgezien van de monofysitische kwestie hebben de kopten dezelfde geloofsleer als de oosters-orthodoxe kerken. De erediensten worden vrijwel geheel in het Arabisch gehouden, en de kerkboeken, met liturgieën die zijn toegeschreven aan Marcus, de Heilige Cyrilus van Alexandrië en Gregorius van Nazianzus, zijn geschreven in het Koptisch (het Bohairische dialect van Alexandrië), met daarnaast de Arabische tekst in een tweede kolom. Na de jaren 90 van de 19de eeuw introduceerde de kerk een democratische bestuursvorm met aan het hoofd de patriarch, die in Cairo woont. Buiten Egypte zijn er nog enkele koptisch-orthodoxe kerken te vinden in het Heilige Land, en Khartoem (Sudan) heeft een koptisch bisdom. De Ethiopische, Armeense en Syrische Jacobietenkerken vormen een gemeenschap samen met de koptisch-orthodoxe kerk. Er bestaat een overvloed aan koptische religieuze kunst. Ook is de kerk actief op het gebied van scholing. De ruim drie miljoen kopten vormen weliswaar een minderheid in Egypte, maar zijn niettemin sterk vertegenwoordigd in allerlei beroepsgroepen. Kopten hebben vaak onder vervolging te lijden gehad, ook nog in deze tijd. Gebruik 'Koptisch (periode)' om specifiek te verwijzen naar de vroegmiddeleeuwse periode in Egypte.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Beelden uit de Archaïsch Griekse periode van gedrapeerde staande jonge vrouwen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de derde van de drie Griekse bouwordes en van de latere vijf traditionele klassieke bouwstijlen die samen met de Dorische, Ionische, Toscaanse en composiete bouwstijl werd gebruikt vanaf de Romeinen tot na de Renaissance. De stijl lijkt beïnvloed door de Egyptische architectuur maar is waarschijnlijk ontstaan in Griekenland in de binnenhuisarchitectuur en vanaf de 3de eeuw v. Chr. toegepast in de buitenarchitectuur. In de Griekse architectuur kenmerkt deze bouwstijl zich door een lichtere, meer sierlijke vorm dan de Dorische of Ionische stijl, een klokvormig kapiteel met acanthusversiering ter ondersteuning van elegante voluten, en een meestal gecanneleerde zuil op een voetstuk. Deze stijl is de meest voorkomende Griekse stijl in de Romeinse bouwkunst en is daarin en in latere stijlen vaak gewijzigd. De term is te onderscheiden van de term 'Corinthische orde', aangezien een bouworde slechts kan verwijzen naar het specifieke samenstel van onderdelen dat moet voldoen aan eenduidige, vastgelegde regels en verhoudingen, afhankelijk van de functie van elk onderdeel in het geheel.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Kleine Oud-Griekse vaten met deksel en een naar binnen geplooide rand; ze werden gebruikt voor het bewaren van cosmetica, oliën en parfums.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Beelden uit de Archaïsch Griekse periode van staande naakte jonge mannen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Elk van de verschillende grote, klassieke Griekse vaten met een wijde opening en aan weerszijden een meestal horizontaal handvat, die meestal werden gebruikt voor het mengen van wijn en water.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Dierenriemsymbool van een kreeft, ruwweg gebaseerd op het sterrenbeeld met dezelfde naam. De dierenriemtekens zijn bewaard gebleven via klassieke Griekse en Romeinse decoratie, waren populair in Noord-Europese Romaanse en Gotische kerken en werden vaak aangetroffen in middeleeuwse psalters en getijdenboeken. Ze symboliseren elke maand waarin de zon het betreffende sterrenbeeld binnengaat. Deze tekens zijn ook gebruikt als decoratie op plafonds, kaarten, uurwerken en astronomische instrumenten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Terrassen met meestal drie treden waarop Griekse tempels staan. DEB

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een fase en cultuur van de Europese Kelten in de Late IJzertijd, genoemd naar de archeologische vindplaats La Tène, of De Ondiepe Wateren, bij het Meer van Neuchâtel in Zwitserland. De fase begon in het midden van de 5de eeuw v. Chr. en de cultuur verspreidde zich over Noord-Europa en de Britse Eilanden, om ten slotte halverwege de 1ste eeuw v. Chr. te verdwijnen. La Tène kenmerkt zich door Griekse en Etruskische invloeden op de traditionele Keltische cultuur en door de sterke geografische verspreiding van de Kelten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de laatste fase van de Grieks oriëntalistische periode. De stijl kenmerkt zich door patronen en figuren die uitbundiger en drukker zijn dan in de vroegere fasen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de laatste fase van de Grieks Archaïsche periode, van circa 540 tot circa 480 v. Chr. De periode kenmerkt zich met betrekking tot de beschildering van vazen door de introductie van de techniek voor rode figuren, en met betrekking tot zowel de beschildering van vazen als de beeldhouwkunst door de ontwikkeling van meer naturalistische figuren die vloeiender bewegen dan in voorgaande perioden het geval was.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl en artistieke productie op het zuidelijke en centrale deel van het Griekse vasteland tijdens de Bronstijd tussen circa 1600 en 1050 v. Chr. De Myceense cultuur domineerde de Egeïsche cultuur tijdens deze periode, waardoor de kunstwerken, hoewel deze ook nog Minoïsche invloeden tonen, in toenemende mate verfijnd en gevarieerd zijn. Er zijn onder andere metalen werken, zoals de gouden Vapheio-bekers en gouden gezichtsmaskers, en muurschilderingen waarop voornamelijk oorlogs- en jachttaferelen staan afgebeeld. Het aardewerk kenmerkt zich door de introductie van nieuwe vaste motieven geïnspireerd op het planten- en dierenrijk, terwijl de architectuur zich kenmerkt door de constructie van paleizen en verfijnde tholosgraven zoals de Schatkamer van Atreus.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de laatste fase van de klassieke periode en stijl, van circa 400 tot circa 330 v. Chr. De periode begon aan het einde van de Peloponnesische oorlog en eindigde nadat de Griekse staten hun onafhankelijkheid verloren aan Philippus van Macedonië. De stijl kenmerkt zich door een verminderd streven naar de perfecte, ideale stijlnormen, en meer nadruk op het verbeelden van de werkelijke wereld en afzonderlijke individuen. Voorts is de diversiteit en de inventiviteit van verschillende kunstenaars kenmerkend. Opvallende vernieuwingen in de beeldhouwkunst zijn de afbeelding van naakte godinnen, de weergave van minder strikte, sensuelere poses en gebaren die buiten de vaste begrenzingen treden van wat gold als de ideale klassieke pose, en slankere lichaamsvormen dan in de hoogklassieke kunst.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Oud-Grieks en Romeins vaatwerk, vaak gebruikt om wijn uit te schenken; ze waren vooral populair in de hellenistische periode. De lagona had een smalle, lange hals, een uitpuilende buik, een brede schouder en een horizontaal handvat. De lagonavorm komt oorspronkelijk uit het oosten van Griekenland. Er zijn ten minste twee plaatsen in het Middellandse Zeegebied bekend waar lagonae werden geproduceerd.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Oud-Griekse sarcofagen in de vorm van een kist, gewoonlijk gemaakt van terracotta en beschilderd met versieringen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar Oud-Griekse kleine, diepe schalen die bij de schouder sterk versmallen en een duidelijke hals hebben met een overhangende lip, en een bolle bodem, zodat de schalen op een standaard konden staan. Een lebes is bij de schouder voorzien van twee hoge, staande handvatten en vaak van een bol deksel met een lange steelvormige handgreep. Bronzen lebetes werden gebruikt om in te koken en in de terracotta exemplaren werd wijn gemengd. Ze onderscheiden zich van ‘dinoi’ door hun kleinere afmetingen. In het verleden gebruikten veel wetenschappers de term om te verwijzen naar zowel de dinos als de lebes, omdat zij meenden dat de term ‘dinos’ verwees naar een drinkkom.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een oud-Grieks vaatwerktype dat werd gebruikt bij bruiloften. Over het algemeen wordt gedacht dat het water bevatte voor het rituele bad dat de bruid, en misschien de bruidegom, voor de huwelijksvoltrekking nam. Een andere theorie luidt dat er voedsel voor het huwelijkspaar in werd bewaard; er kan ook sprake zijn geweest van begrafenisgebruik. Op dit type vaten staan vaak afbeeldingen van een huwelijksprocessie of van vrouwen die zich voorbereiden op de bruiloft.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Dierenriemsymbool van een leeuw, ruwweg gebaseerd op het sterrenbeeld met dezelfde naam. De dierenriemtekens zijn bewaard gebleven via klassieke Griekse en Romeinse decoratie, waren populair in Noord-Europese Romaanse en Gotische kerken en werden vaak aangetroffen in middeleeuwse psalters en getijdenboeken. Ze symboliseren elke maand waarin de zon het betreffende sterrenbeeld binnengaat. Deze tekens zijn ook gebruikt als decoratie op plafonds, kaarten, uurwerken en astronomische instrumenten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een stijl en cultuur uit de Bronstijd die wordt gedefinieerd aan de hand van de artefacten die afkomstig zijn uit de archeologische vindplaats bij Lefkandi, op het Griekse eiland Evia. Deze term wordt normaliter alleen gebruikt voor de cultuur voorafgaand aan de instroom van vluchtelingen die de verwoesting van de Myceense paleizen rond 1200 v. Chr. ontvluchtten. Dus niet voor de latere, rijke cultuur van Lefkandi.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Oud-Griekse vaten in de vorm van een ondiepe kom met twee horizontale handvatten en een deksel. Dergelijke vaten werden vaak afgebeeld in samenhang met bruiloften, als houders voor objecten die door vrouwen werden gebruikt bij het kleden en de persoonlijke verzorging, en als houders voor kleine objecten zoals speelgoed, specerijen of garen. Lekanai werden ook gebruikt voor het opdienen van voedsel.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Klassieke Griekse houders met één handvat, meestal groot en slank en met een nauwe hals, die werden gebruikt voor olie en zalf en als offerande aan de doden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar het perspectiefsysteem waarbij rechthoeken uitlopen in de richting van een of meerdere verdwijnpunten. In de westerse kunst verwijst de term vaak naar het systeem van het éénpuntsperspectief, dat werd ontwikkeld tijdens de Italiaanse renaissance, maar dat gebaseerd was op oude Griekse en Romeinse modellen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Schrift dat werd gebruikt door de Myceners na omstreeks 1500 of 1450 v.C. en dat, naar men gelooft, een vroege vorm van het Grieks had vastgelegd.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Wordt gebruikt voor Griekse en Latijnse papyri die literaire werken bevatten of fragmenten daarvan.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Vaten die vermoedelijk zijn gebruikt voor het vervoeren van water ten behoeve van het baden of wassen, aangezien de naam zou zijn afgeleid van het Griekse woord voor bad. Louterion lijkt ook de oude benaming te zijn van een lavet of een waskom op een voet. Tegenwoordig wordt de naam algemeen, zij het mogelijk niet correct, toegepast op nog twee vormen. De eerste is een grote, brede kom met een tuit en twee verticale handvatten. Het betreft hier in hoofdzaak een vroege en vrij zeldzame zwartfigurige vorm. De tweede vorm is bekend in zowel zwart- als roodfigurige uitvoering, maar ook deze vorm is zeldzaam. De vorm lijkt op die van een lebes gamikos, maar heeft een ander type rand met tuit en hoge, verticale vlakke handvatten met lusvormige toevoegsels. Deze laatste vorm houdt mogelijk verband met funeraire riten; mogelijk bevatte de kom water dat als offer aan de dode was bedoeld, of voor de ceremoniële wassing van het lijk.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Hoge, slanke vaten met een lange hals en een wijd uitlopende opening, meestal in de vorm van een amfoor met twee handvatten, maar soms in de vorm van een hydria met drie handvatten. Deze vaten werden vaak als geschenk gegeven bij een huwelijk, omdat het water in deze vaten diende voor het rituele bad van de bruid voorafgaand aan de huwelijksvoltrekking. De term is het Griekse woord voor 'brenger van het bad'. Omdat het vaak voorkwam dat meisjes overleden voordat ze konden trouwen, symboliseerde de loutrophoros het gemiste huwelijk en werd deze doorgaans op een graf geplaatst. De vorm komt veel voor bij zwartfigurig aardewerk uit de tweede helft van de 6de eeuw v. Chr.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl van de kunst en de architectuur die in de oudheid voorkwam in de regio Lycia in de zuidwestelijke hoek van Anatolië. De stijl kenmerkt zich met name door monumentale graven die in het gebied veelvuldig voorkwamen van circa 500 v. Chr. tot circa 200 na Chr., en die Griekse, Perzische en Romeinse invloeden vertonen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Oud Grieks vaatwerk op een hoge voet of steel, met een bolvormige romp en een schijfvormige richel rond de rand.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode tijdens de 7de en het begin van de 6de eeuw v. Chr., toen het onafhankelijke koninkrijk Lydia het westen van Anatolië overheerste vanuit de hoofdstad Sardis. De kunstvoorwerpen uit deze periode kenmerken zich door Oost-Griekse invloeden vermengd met Anatolische tradities, met name in grafobjecten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de Griekse stijl in de beeldhouwkunst die werd vervaardigd door Lysippos tijdens de vierde eeuw v. Chr. De stijl kenmerkt zich door beelden die langer lijken door de slanke lichamen en de kleine hoofden, en door een idee van driedimensionale beweeglijkheid die afwijkt van de vroegere, meer statische beelden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Dierenriemteken van een jonge vrouw, ruwweg gebaseerd op het gelijknamige sterrenbeeld. De tekens van de dierenriem, overblijfselen van Oudgriekse en Romeinse decoraties, waren populair in de romaanse en gotische kerken van Noord-Europa. Ze worden ook vaak aangetroffen in middeleeuwse psalters en getijdenboeken als symbool van iedere maand waarin de zon in het betreffende sterrenbeeld komt. Daarnaast zijn ze gebruikt als decoratie op plafonds, kaarten, uurwerken en astronomische instrumenten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een werk van een bepaald iconografische type, met een afbeelding van de maagd Maria en het Kindje Jezus op een troon, met aanbiddende heiligen en engelen aan beide zijden. Dit type werd in de 13de eeuw in Italië gemaakt en was gebaseerd op eerdere Griekse typen. Werken van dit type zijn meestal tweedimensionaal, onder andere geschilderde panelen (vaak altaarstukken), manuscripten en bas-reliëfversieringen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een christelijk feest dat meestal wordt gevierd op 2 februari, of 40 dagen na Kerstmis. Op deze dag wordt herdacht dat Maria de Tempel in Jeruzalem bezocht, 40 dagen na de geboorte van Jezus (Lucas 2: 22-39). Overeenkomstig de joodse wetten werd Maria gereinigd en bood ze haar zoon als eerstgeborene aan God aan. In de rooms-katholieke kerk heeft dit feest tegenwoordig 'Opdracht van de Heer in de tempel', in de anglicaanse kerk 'Opdracht van Christus in de tempel'. Hypapante, zoals dit feest in de Griekse kerk wordt genoemd, betekent 'ontmoeting' en verwijst naar de ontmoeting van Jezus met Simeon en Anna in de Tempel. De vroegste verwijzing naar het feest stamt uit het einde van de 4de eeuw, uit Jeruzalem. De viering verspreidde zich al snel naar de steden van het Midden-Oosten, maar in het westen ging het minder snel. Justinianus I verordende in 542 dat het feest op 2 februari moest worden gevierd. In Rome werd Maria-Lichtmis vermoedelijk al vóór het pontificaat van paus Sergius I (687-701) ingesteld, en de processie lijkt daar haar oorsprong te hebben, wellicht zelfs voor het feest zelf ingang had gevonden. In de westerse kerk stond de verering van Maria centraal (tot aan de kalenderhervorming van 1969), terwijl het in de oosterse kerk op die dag vooral om de Christusverering ging. De naam Maria-Lichtmis verwijst naar de traditie die in de 5de eeuw ontstond en waarbij kaarsen worden aangestoken tijdens het feest. In het westen symboliseert de processie met de kaarsen Christus als zijnde het licht van de wereld, en zijn presentatie in de Tempel.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Hars dat wordt gewonnen op het Griekse eiland Chios en dat bekendstaat om zijn hoge kwaliteit.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Klassieke Griekse koppen lijkend op mastoi, maar met een smalle, vlakke voet, een uitstaande rand, en een, twee of geen handvatten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Oud-Griekse koppen met twee handvatten, in de vorm van een vrouwenborst. De vorm is voornamelijk bekend in de zwartfigurige en witgrondige stijl.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl van het aardewerk dat werd vervaardigd op het Griekse vasteland vanaf de midden-Helladische tijd, en dat zich kenmerkt door de eenvoudige handgemaakte vormen waaronder veel gesloten kruiken, en door de decoratieve beschilderingen met geometrische en lineaire motieven. De stijl is ook te herkennen aan het matte uiterlijk van het oppervlak. Dit in contrast met het gepolijste en dus glanzende aardewerk.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Oorspronkelijk gebruikt door de Syrische monofysieten en nestorianen, en later door moslims, om oosterse christenen aan te duiden die trouw bleven aan het gezag van het concilie van Chalcedon dat plaatsvond in 451 (waarbij werd aangenomen dat Christus zowel goddelijk als menselijk was) toen de meeste christenen monofysiet werden. De naam had aanvankelijk een negatieve connotatie omdat melkieten op theologisch gebied instemden met de Byzantijnse keizer (melkieten betekent 'royalisten' of 'mannen van de keizer'). Later wordt de term gebruikt om te verwijzen naar die orthodoxe, oostelijke christenen die een Arabische versie van het Griekse ritueel volgen, in het bijzonder die christenen die zijn verenigd in de gemeenschap van de rooms-katholieke kerk en toch hun eigen organisatie behouden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode van het christelijke Romeinse Rijk van de 5de eeuw tot aan de renaissance, waarvan het begin ligt in de 13de, 14de of 15de eeuw, afhankelijk van welk land het betreft. De herwaardering van de Grieks-Romeinse tradities met integratie van christelijke thema's, de dynamiek van de Keltische en Germaanse volkeren, en de opkomst van de steden, welke werden bevolkt door vrije burgers, drukten hun stempel op de veelheid van stijlen die tijdens de middeleeuwen tot ontwikkeling kwamen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een fase van de Grieks Archaïsche periode, van circa 580 tot ongeveer 535 v. Chr. De stijl kenmerkt zich in de beeldhouwkunst en de beschildering van vazen door de afbeelding van naturalistischer figuren dan in de vroeg-Archaïsche fase.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl die volgde op de iconoclastische crisis, van het midden van de 9de tot het begin van de 13de eeuw. De stijl komt voornamelijk voor in het Oost-Romeinse rijk, en verspreidde zich samen met het Orthodoxe geloof naar de Balkan en Rusland na het verlies van Klein-Azië aan de Seljuk-Turken in 1071. De stijl kenmerkt zich door het voortborduren op en verder ontwikkelen van vroegere Byzantijnse kunst, bijvoorbeeld door een kleinere schaal van kerken en kloosters, het regelmatige gebruik van de Griekse kruisplattegrond, interieurs bedekt met weelderig marmer, mozaïeken, schilderingen en ivoorsnijwerk. Het betrof meestal eenvoudiger, meer lineaire en abstracte composities in een strak iconografisch systeem.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl van de kunstvoorwerpen op het zuidelijke en centrale Griekse vasteland tijdens de bronstijd tussen circa 2000 en 1600 v. Chr., herkenbaar aan het Minyan en matgeschilderde aardewerk en door de ontwikkeling van de tholos-graven.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode en stijl die wordt toegeschreven aan de Griekse beschaving in de Bronstijd op het eiland Kreta, van circa 3.500 tot circa 1050 v. Chr. Deze onderscheidde zich van de gelijktijdige culturen op het Griekse vasteland die bekend zijn onder de naam Helladisch en op de andere eilanden onder de naam Cycladisch. De Minoïsche kunst en cultuur verspreidde zich in de Egeïsche regio en kwam derhalve ook in streken buiten Kreta voor. De cultuur kenmerkt zich door vernieuwingen en grootschalige ontwerpen van steden en paleizen, door het veelvuldig gebruik van schrift, en door kenmerkend verfijnde kunst, waaronder gedetailleerde rolzegels, aardewerk, fresco’s en beeldhouwkunst.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl van het aardewerk dat werd vervaardigd op het Griekse vasteland en dat dateert van de midden-Helladische tijd. Het kenmerkt zich door de vervaardiging met behulp van een pottenbakkerswiel, de hoekige vormen en het onversierde oppervlak.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Stenen of houten funerair object uit de Romeinse periode in Egypte. De label werd aan de mummie bevestigd en bevatte informatie in het Grieks of het demotisch over de identiteit van de overledene, zoals naam, leeftijd en woonplaats.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Beschilderde maskers uit stuc, karton, metaal of hout die op het hoofd van een mummie werden geplaatst. De oude Egyptenaren wouden zo de gelaatstrekken van de dode bewaren, die deze zou nodig hebben in het hiernamaals om te kunnen ademen, zien en eten. Deze gelaatstrekken waren geïdealiseerd; pas in de Grieks-Romeinse periode werden ze realistischer.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de cultuur en stijl die in de late Bronstijd bloeide op het Griekse vasteland en op verschillende eilanden, maar niet op Kreta, van circa 1600 tot circa 1100 v. Chr. De stijl is bekend door aardewerk, beeldhouwkunst, architectuur, metaalwerken en muurschilderingen, en door de invloed op verscheidene gelijktijdige culturen. De stijl kenmerkt zich door een combinatie van vroegere Minoïsche en midden-Helladische motieven met nieuwe elementen die ofwel werden ontwikkeld ofwel van onbekende oorsprong zijn, zoals gestileerde planten en verfijnde composities met levendige, naturalistische (zee-)dieren. In beperkte zin wordt de term gebruikt om specifiek te verwijzen naar de kunst en cultuur van de antieke stad Mycene. Het wordt echter ook gebruikt om te verwijzen naar plaatsen waar de Myceense taal werd gesproken of waar het Linear B-schrift werd gevonden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Meestal gebruikt om te verwijzen naar de belangrijkste inwendige ruimte van een Griekse tempel, met daarin het beeld van een godheid, hoewel het woord soms ook als synoniem van 'cella' wordt gebruikt.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl van het beeldhouwwerk dat werd vervaardigd op het Egeïsche eiland Naxos tussen circa 600 en 480 v. Chr., tijdens de periode die overeenkomt met de Grieks- Archaïsche periode. Het eiland is vooral bekend als centrum voor de vervaardiging van monumentale beeldhouwwerken, met name de kouroi, vanwege de talloze marmergroeves.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een zeer zware serpentijnsoort in de vorm van een afgeplatte bol. De naam is afgeleid van het Griekse woord voor nier. De stenen werden door de oude Romeinen gebruikt als standaardgewichten en werden waarschijnlijk ook om de nek van veroordeelde Christenen gebonden voordat deze de verdrinkingsdood stierven. Hierdoor wordt de steen soms ook martelaarsteen genoemd. Nefrietsteen is meestal gitzwart met kleine grijze spikkels en een metaaltextuur.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Beschrijft gebouwen, in het bijzonder klassieke Griekse en Romeinse tempels en gebouwen met een gelijksoortige structuur, met een of meer rijen van negen zuilen aan een of beide zijden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl van de beeldhouwers uit de 1ste eeuw v. Chr. tot de 2de eeuw na Chr., die het woord Athenaios aan hun handtekeningen toevoegden. Volgens het classificatiesysteem van de 19de-eeuwse kunsthistoricus Heinrich Brunn. De beelden werden vervaardigd voor rijke opdrachtgevers in Griekenland, Pergamon, Alexandrië en Italië. De stijl kenmerkt zich door het kopiëren van, of aanpassen aan de beroemde vroegere Griekse beelden, en speelde een belangrijke rol bij het overbrengen van de klassieke Griekse stijl op de Romeinen en later de West-Europese cultuur. De stijl onderscheidt zich door het formalisme en de kunstmatigheid, die afwijken van het realisme dat typerend was voor de Romeinse kunst uit deze periode.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl in architectuur en kunstnijverheid die opgang maakte in Europa en de Verenigde Staten van de jaren 50 van de 18de eeuw tot circa 1840. De stijl wordt gekenmerkt door het gebruik van klassiek Griekse vormen en ornamenten, en trachtte, geïnspireerd door 18de-eeuwse archeologische opgravingen, zo nauw mogelijk aan te sluiten bij de oorspronkelijke voorbeelden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een type oud-Griekse vaten, genoemd naar de pottenbakker Nikosthenes, met een koepelvormig deksel met fioel, een buik in de vorm van een omgekeerde klok op een korte steel, en een naar buiten gedraaide voet als ondersteuning.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Kleine, uiterst zeldzame eivormige oud-Griekse vaten, zowel zwart- als roodfigurig gevonden. Waarvoor oa specifiek gebruikt werden is niet bekend, maar echte, marmeren en aardewerken eieren werden wel in graven geplaatst. In oa met deksel is wellicht reukolie (parfum) bewaard. Oa zonder deksel waren waarschijnlijk geen houders omdat ze maar een kleine opening aan een of beide uiteinden hebben, of helemaal geen opening.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Kleine zilveren munten gemaakt in verschillende delen van de oude Griekse wereld sinds de 6e eeuw v.C.; gewoonlijk een zesde van een drachme waard.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Oude Griekse zilveren of gouden munten met een waarde van acht drachmen, uitgegeven omstreeks 500 v.C. in het noorden van Griekenland tijdens de Hellinistische periode, vooral in Egypte.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een afwijkende stijl van Griekse vaasschilderkunst die ontstond in de 12de eeuw v. Chr. De stijl ontwikkelde zich vermoedelijk in de Dodecanese en was geïnspireerd op de octopusdessins van de Minoïsche vazen met zeetaferelen. Het werd gevonden op Rhodos, Kos, de Cycladen en in het oosten van Attica. De stijl kenmerkt zich door de donkere dessins op een lichte ondergrond, die meestal een grote, gestileerde octopus verbeelden met tussen de tentakels kleine geschilderde vogels en vissen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

De belangrijkste kamers van oude Griekse huizen en soortgelijke kamers in oude Romeinse huizen, meestal gebruikt om in te dineren.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Klassieke Griekse vaten met één handvat, die werden gebruikt voor het scheppen en schenken van wijn of water. Gemaakt in een reeks van vormen met het uiterlijk van kannen en kruiken.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een term uit de oude Griekse architectuur voor de platte dakpan of Hollandse pan met een decoratieve neus, gebruikt voor de overhangende dakranden (met antefixen) als vervanger van de neuslijsten (terracotta of marmeren dakgoot van een gebouw). In de tegenwoordige bouwkunst is de onderpan een dakpan die doorgaans korter of eenvoudiger is dan andere dakpannen, en wordt gebruikt in de eerste rij pannen langs de dakranden van een gebouw.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stroming die is ontstaan door de geleidelijke verwijdering tussen kerkelijke autoriteiten in de vroege eeuwen van het christendom en de splitsing tussen het Oost-Romeinse of Byzantijnse rijk en het Heilige Romeinse rijk. Het schisma verdiepte zich in 1054 tussen Rome en Constantinopel, en terwijl de westerse theologie onder de invloed bleef van Augustijnse ideeën, werd de oosterse theologie verder gevormd door de Griekse vaders. In de orthodoxe theologie wordt de autoriteit erkend van lokale kerkcentra zoals Rome, Alexandrië, Antioch en Constantinopel, die worden geleid door hoofdbisschoppen, in plaats van het autoritaire, centrale pauselijke gezag dat in de westerse theologie centraal staat. Daarbij wordt uitgegaan van het idee dat het individu geen autonoom wezen is, maar dat de menselijke aard wordt gedefinieerd door een relatie met god; dit betekent dat in het geval van zonde een verwijdering van God plaatsvindt, en het doel van goede christenen is volgens de orthodoxe ideologie juist een verbond met God.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Ruimten aan de achterzijden van Griekse tempels. VWB

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de Oudgriekse stijl en periode die volgde op de Geometrische periode, van circa 725 v. Chr. tot circa 650 v. Chr. De stijl overlapte met het vroege deel van de Archaïsche periode in de Griekse geschiedenis. De stijl werd in Korinthië ontwikkeld en verspreidde zich over heel Griekenland, tot in Etrurië en andere plaatsen die met de Griekse wereld in contact stonden. De stijl kwam voort uit de enorm toegenomen Griekse handel en de invloed van het Nabije Oosten en de Egyptische culturen die hier het gevolg van was. Kenmerk van de stijl is het verdwijnen van de geometrische vormen en de dunne figuren uit de Geometrische periode ten faveure van kromlijnige vormen, gevulde figuren en nieuwe thema’s, waaronder exotische dieren en monsters zoals sfinxen en griffioenen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl van Oudgriekse vaasschilderkunst met rode figuren die zich rond 400 v. Chr. ontwikkelde. De stijl kenmerkt zich door het gebruik van dikke lijnen, donkere patronen op kleding, en het gebruik van wit en geel. De composities zijn vaak druk, met vele voor driekwart afgebeelde figuren.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Basluiten met een korte hals die worden bespeeld in Thracië en door Griekse vluchtelingen in Turkije.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Renbanen die zijn ontworpen of gebruikt worden voor paardenraces. Gebruik de term 'hippodromen' en 'circussen (renbanen)' voor respectievelijk Griekse en Romeinse ellipsvormige bouwwerken bedoeld voor races met paard en wagen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een aardewerkstijl uit de Late Bronstijd die zich vanaf circa 1450 v. Chr. in Knossos op Kreta ontwikkelde en zich verspreidde naar andere centra. De stijl kenmerkt zich door nieuwe vaasvormen, die vanaf het Griekse vasteland werden geïntroduceerd, en door donkere versieringen op een lichte achtergrond met motieven die zijn ontleend aan de bloemen- en zeewereld.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Grieks religieus staatsfestival ter ere van Athena. Uiteindelijk werd het elke vier jaar met veel pracht en praal gevierd, waarschijnlijk om de concurrentie aan te gaan met de Olympische Spelen. Het festival bestond uitsluitend uit offers en rituelen die pasten bij het seizoen (half augustus) in de cultus van Athena, de beschermgodin van de stad. Tijdens de Grote Panathenaeïsche spelen brachten vertegenwoordigers van alle van Athene afhankelijke gebiedsdelen offerdieren. Na het aanbieden aan Athena van een nieuw geborduurd kleed werden verschillende dieren aan haar geofferd. De grote processie met deelname van de helden van Marathon is het onderwerp van de fries van het Parthenon. Van oudsher werden er tijdens het festival muzikale wedstrijden gehouden en delen van epische gedichten voorgedragen. De wedstrijden vonden plaats in het Odeum, door Pericles zelf voor dit doel gebouwd.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Herbergen die gasten van alle rangen en standen ontvangen, in tegenstelling tot herbergen die bedoeld zijn voor gasten uit de hogere klassen. Gewoonlijk gebruikt men deze term alleen voor oud-Griekse en oud-Romeinse gebouwen en voor gebouwen in het Midden-Oosten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst doorgaans naar schilderingen op houten dragers, waaronder ook kleinere draagbare schilderingen en middelgrote schilderingen vallen zoals altaarstukken, waarbij verschillende houten planken zijn samengevoegd om een groter paneel te vormen. De term wordt dikwijls gebruikt om specifiek te verwijzen naar schilderingen op een houten drager in de westerse kunst, die doorgaans dateren uit het oude Griekenland en Rome tot in de renaissance. Pas daarna werd canvas standaard als drager gebruikt voor schilderingen in deze formaten. Bij het vervaardigen van Griekse en Russisch-orthodoxe iconen zijn paneelschilderingen nog steeds heel gebruikelijk.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Te gebruiken in Griekse kerken om zijkapellen of kleine aangebouwde kerkachtige ruimten te onderscheiden van de kathedraal of hoofdkerk van een klooster.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Zij-ingangen in antieke Griekse theaters, tussen het publiek en scaena, die toegang verschaffen aan de toeschouwers.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar onderscheiden vertrekken in tempels of kerken. In klassieke tempels waren deze vertrekken de verblijven van de 'pastophori', leden van een priesterorde die de relikwieën van de goden meedroegen in processies. Volgens de overlevering had ook de tempel in Jeruzalem zulke vertrekken, reden waarom de term ook verwijst naar ruimten die een nabootsing van deze vertrekken zijn en zich gewoonlijk bevinden aan weerszijden van de bema in klassieke kerken of moderne Grieks-orthodoxe kerken.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Oud-Romeinse houders in de vorm van een ondiepe kom zonder handvatten, waarvan de bodem in het midden iets omhoog komt; gebruikt voor plengoffers bij religieuze ceremonies of om uit te drinken.Gebruik ‘phialae’ voor vergelijkbare Oudgriekse houders.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Dualistische christelijke geloofsgemeenschap, in de 7de tot 11de eeuw ontstaan in Armenië en het oosten van het Byzantijnse Rijk. De identiteit van Paulus, de naamgever van de paulicianen, is omstreden. De beweging, in het midden van de 7de eeuw gesticht door een Armeniër genaamd Constantijn, lijkt een wijdverbreide politieke en militaire opstand te hebben veroorzaakt. Behalve gedurende een korte periode waarin zij in de gunst was bij de iconoclastische keizers van de 8ste en 9de eeuw, werd de beweging voortdurend vervolgd met als consequentie dat zij een bondgenootschap aanging met de moslims. De beweging is vooral beïnvloed door de dualistische overtuigingen van het marcionisme en het manicheïsme. De fundamentele dualistische doctrine van de paulicianen stelde dat er een slechte God en een goede God bestaat, van wie de eerste de schepper en heerser van deze wereld is en de laatste de schepper en heerser van de wereld die komen gaat. Hieruit leidden zij de ketterse notie af dat Jezus niet werkelijk de zoon van Maria was. Terwijl de paulicianen het evangelie van Lucas en de brieven van Paulus in ere hielden, verwierpen zij het Oude Testament en de brieven van Petrus. Ook de sacramenten, de eredienst en de hiërarchie van de gevestigde kerk werden verworpen. Ondanks de vervolging verspreidden de doctrines van de beweging zich, in het bijzonder onder Macedonische, Bulgaarse en Griekse boeren. De paulicianen hebben invloed gehad op een andere neomanicheïstische gezindte, de bogomielen die in de 10de eeuw opkwamen. In de vroege 19de eeuw werden nog kleine pauliciaanse gemeenschappen aangetroffen in de door Russen bezette delen van Armenië.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Oud-Griekse peervormige opslagvaten met een brede opening die een doorlopende welving vormt met de romp. Aan het eind van de 6de eeuw v. Chr. geïntroduceerd in de Attische zwartfigurige keramiek, hoewel beschildering voornamelijk in de roodfigurige techniek plaatsvond. Ze werden doorgaans gebruikt voor de opslag van vloeistoffen, maar waren ook geschikt voor andere toepassingen. Vanaf circa 450 v. Chr. werden pelikai eveneens gebruikt als houder voor de as van overledenen. De vorm lijkt op die van amfoortype C.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Griekse en Latijnse term voor lichte, halvemaanvormige schilden gemaakt van riet en bedekt met leer; werd door de Grieken en Romeinen beschouwd als het verdedigingswapen bij uitstek van barbaarse volkeren.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Te gebruiken voor Oud-Griekse oorlogsschepen die door 25 paar roeiers werden voortbewogen; zulke schepen vormden de ruggengraat van de vroege Griekse marinevloot.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een beroemde Griekse marmersoort die wordt gedolven bij de berg Pentelikon in de buurt van Athene. Dit marmer is zuiver wit, maar kan geel worden na lange blootstelling aan lucht. Een paar minuscule talkaderen geven dit marmer soms een groenachtige tint. Het werd in de oudheid al in de 6de eeuw v. Chr. gebruikt en bleef populair in zowel beeldhouwkunst als architectuur. Zowel de beelden als de bouwkundige onderdelen van het Parthenon zijn van Pentelisch marmer gemaakt.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Hieronder vallen de colonnades die een gebouw omgeven, zoals een Griekse tempel en Romeinse patio's die omgeven worden door een colonnade.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar alle grafische technieken waarmee wordt getracht diepte te suggereren, meestal op een tweedimensionaal vlak, door middel van een geometrische projectie waarbij een of meer verdwijnpunten, verkortingen en/of atmosferische effecten worden gebruikt. Onder deze technieken vallen terugwijkende lijnen, kleurgradaties, tint en textuur, en mate van helderheid. In de westerse kunst verwijst de term meestal naar de geometrische techniek van lineair perspectief, die in de vroege renaissance werd uitgevonden en die was gebaseerd op oude Griekse en Romeinse modellen. Hoewel de betekenis enigszins overeenkomt met 'projectie', wordt dit laatste begrip voornamelijk gebruikt voor technische en architectonische tekeningen die de nadruk leggen op de rekenkundige eigenschappen van de afgebeelde voorwerpen. 'Perspectief' wordt gebruikt voor kunstwerken en weergaven met vervormingen van lengte, hoeken, vormen en de rechtheid van lijnen die zich optisch lijken voor te doen als voorwerpen terugwijken in de diepte.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Oud-Griekse houders in de vorm van een ondiepe kom zonder handvatten, vaak met een bodem die in het midden iets omhoog is geduwd. Gebruikt om uit te drinken of voor plengoffers van wijn of olijfolie bij oude Griekse rituelen. De plengoffers werden over een altaar gegoten ter ere van de goden of over een begraafplaats om de zielen van de overledenen te eren. Gebruik 'paterae' voor vergelijkbare Oud-Romeinse houders.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de Griekse stijl in de beeldhouwkunst die door Phidias werd gemaakt tijdens de tweede helft van de 5de eeuw v. Chr. De stijl is gebruikt voor het beeldhouwwerk van het Parthenon en kenmerkt zich door naturalisme, monumentaliteit en een ingetogen grootsheid die tot uiting komt in eenvoudige houdingen en gebaren die blijk geven van een meesterlijke kennis van de menselijke anatomie.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Dit verbeterde proces van William Henry Fox Talbot voor het produceren van een drukplaat van een foto werd in 1858 gepatenteerd. Na het instrijken van een koperen plaat met bichromaat stelde Talbot de plaat bloot aan licht onder een positieve transparant. Vervolgens werd de plaat bedekt met hars in poedervorm en gelijkmatig verwarmd om de harsachtige deeltjes te verdelen. De plaat werd daarna geëtst in een zuuroplossing die de gel oploste en diezelfde gebieden etste. Na het reinigen werd de plaat geïnkt, afgeveegd en afgedrukt op papier. Hij leidde de term photoglyph af van het Griekse woord voor 'gekerfd licht'.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Term die tegenwoordig wordt gebruikt om te verwijzing naar Oudgriekse plaquettes of siertegels, hoewel met de term feitelijk een schilderij op een houten plank wordt bedoeld, en niet een keramische tegel.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een christelijke vernieuwingsbeweging die de nadruk legt op de afdaling van de Heilige Geest op de apostelen tijdens de eerste christelijke pinksterdag. De moderne pinksterbeweging ontstond in 1901 in de Verenigde Staten toen Charles Parham een verband legde tussen de doop en het spreken in tongen. Ook de terugkeer van profetie en gebedsgenezing is een onderdeel van de pinksterbeweging. Pinksterkerken kenmerken zich door de uiteenlopende vormen van participatie en informaliteit in de eredienst en door hun letterlijke uitleg van de Bijbel. De beweging spreekt armen en laagopgeleiden waarschijnlijk deels aan omdat er in het algemeen meer nadruk wordt gelegd op spirituele beleving dan op intellectuele reflectie. Zendingswerk heeft gewoonlijk een hoge prioriteit maar de vorming van een vertegenwoordigend lichaam van pinkstergemeenten stuit op veel weerstand, evenals de oecumenische beweging. Sinds de jaren 60 van de 20ste eeuw is de pinksterbeweging ook opgedoken binnen de rooms-katholieke, de protestantse en de Grieks-orthodoxe kerk.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Grote klassieke Griekse vaten voor het in grote hoeveelheden opslaan van vloeistoffen en vaste stoffen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Brede straten of lanen in oudgrieks en -romeinse steden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Wordt gebruikt om de onderbouwen of basementen van gebouwen aan te duiden, zoals bijvoorbeeld van Etruskische of Romeinse tempels. Voor soortgelijke bouwdelen van Griekse tempels wordt 'krepidomata' gebruikt.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Wordt gebruikt voor oude Griekse steden of stadstaten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Hoge cilindervormige hoofdtooien, aangetroffen op oude Griekse afbeeldingen van bepaalde godinnen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de Griekse beeldhouwkunst vervaardigd door Polykleitos tussen 450 en 420 v. Chr. Zijn werken zijn te herkennen aan de ideale, harmonieuze proporties, de stevigheid en het naturalisme van de beelden van mannelijke atleten, die we nu uitsluitend nog kennen van de Romeinse kopieën.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Doorgangen tussen hoger en lager gelegen rijen zitplaatsen in Romeinse theaters. Gebruik 'diazomata' voor soortgelijke doorgangen in Griekse theaters.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de Griekse stijl van de beeldhouwkunst die werd gemaakt door Praxiteles tijdens de 4de eeuw v. Chr. De stijl is vooral bekend door vrouwelijke beelden, met name de Afrodite van Knidos, en kenmerkt zich door de slanke verhoudingen, de golvende vormen en het vloeiend modelleren waardoor schaduwen een zachte waas werpen over de vlakken van de beelden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Ruimten aan de voorzijden van Griekse tempels. VWB

Toegevoegd op: 16-8-2017

Delen van theaterpodia die dichtst bij het publiek zijn en meestal buiten het gordijn uitsteken. Voor het acteeroppervlak van oude Griekse en Romeinse theaters, gebruik "proscaeniums".

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de oriëntaliserende fase van de Griekse kunst in Athene; deze periode viel min of meer samen met de proto-Corinthische fase. In deze vroege fasen van de Attische vaasschilderstijl waren nog elementen van de eerdere laat-geometrische stijl te herkennen. Deze periode begon rond 710 v. Chr. en eindigde circa 610 v. Chr., met de ontwikkeling van de Attische zwartfigurige schilderkunst. De stijl wordt gekenmerkt door een krachtig decoratieschema, met spiraalvormen en andere motieven, en ranke figuren met lichte rondingen zoals die niet bij geometrische stijlen worden aangetroffen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de oriëntaliserende fase van de Griekse kunst in Korinthe, van circa 720 tot 620 v. Chr., die min of meer samenvalt met de proto-Attische fase in Athene. De proto-Corinthische aardewerkstijl ontwikkelde zich in de 8ste eeuw v. Chr. in Korinthe en heeft zich tot circa 640 v. Chr. gehandhaafd. De stijl wordt gekenmerkt door vaatwerk, meestal bekers, kannen of cassolettes, met aanvankelijk nog geometrische decoraties maar later ook dieren- en mensenfiguren, soms ook voorzien van oriëntaliserende kromlijnige ornamenten. De latere voorbeelden onderscheiden zich door de ronde vormen en de dynamische figuren, als contour en silhouet uitgewerkt, waaraan ook ingesneden en witgekleurde motieven zijn toegevoegd.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een periode en stijl in de Griekse kunst en cultuur die zich voordeed van circa 1100 tot circa 900 v. Chr. Deze kenmerkt zich door de import van objecten en stijlen uit de Levant en Egypte, een vernieuwing van binnenlandse Griekse stijlen, en een algeheel herstel van de woelige periode die het gevolg was van de gewelddadige omverwerping van de Minoïsche/Myceense wereld in de 12de eeuw v. Chr. De overgeleverde kunstwerken bestaan uit eenvoudige fibulae, primitieve kleifiguren en aardewerk, meestal versierd met cirkels, bogen, driehoeken en golvende lijnen, vaak met meerdere streken aangebracht en geplaatst in horizontale banden op verschillende delen van de pot.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Openbare gebouwen, raadhuizen, in verschillende Griekse staten, waarin ter ere van Hestia steeds het vuur onderhouden werd: hier gebruikten in Athene de prytanen de maaltijden, eveneens buitenlandse gezanten en eershalve ook verdienstelijke burgers. GNW.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar boeken of andere documentvormen die het Boek der Psalmen bevatten, dat is samengesteld uit 150 psalmen uit het Oude Testament. Een psalter is meestal onderverdeeld in delen die dagelijks bij de metten en op zondag bij de vespers worden gereciteerd, en wordt gebruikt als liturgisch boek door de clerus bij de breviergebeden of getijden, of door leken voor privégebeden. Naast de psalmen bevatten psalters gewoonlijk ook een kerkelijke kalender, gezangen, geloofsbelijdenissen en de litanie van de heiligen. Koning David en zijn hofmuzikanten werden van oudsher beschouwd als auteurs van de psalmen. De onderwerpen van de psalmen zijn meestal hymnen om God te prijzen en smeekbeden om hulp en mededogen. In de christelijke traditie werden de psalmen zo geïnterpreteerd dat de Heer uit het Oude Testament werd gezien als Christus de Verlosser. Diverse passages uit afzonderlijke psalmen werden gezien als christelijke metaforen en vooraankondigingen. Hiëronymus maakte in de 4de eeuw n. Chr. de Hebreeuwse tekst van de psalmen voor westerse lezers toegankelijk door deze in het Latijn te vertalen. Twee vertalingen zijn gemaakt op basis van de Griekse versie (de Septuagint) en één vertaling rechtstreeks uit de originele taal. De drie versies zijn respectievelijk bekend als de Romeinse, gallicaanse en Hebreeuwse psalters. Het psalter was een van de meest geïllustreerde middeleeuwse teksten in het westen. Deze illustraties begonnen rond 725 n. Chr. en floreerden van de 12de tot de 14de eeuw. De tekst werd vaak verfraaid met prachtige ornamenten en afbeeldingen; psalmen leenden zich echter niet goed voor letterlijke illustratie, in tegenstelling tot de meer verhalende Bijbelgedeelten. Als gevolg hiervan waren de illustraties zeer gevarieerd, zowel in stijl als in iconografie. De meeste geïllumineerde psalters bevatten decoratieve gehistoriseerde beginletters bij de belangrijkste onderverdelingen van de tekst.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Oud Grieks vaatwerk waarvan het lichaam nabij de basis smaller wordt en is geplaatst op een hoog voetstuk; gebruikt voor het koelen van wijn.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode in Egypte van circa 304 tot 30 v. Chr., genoemd naar de eerste heerser van de dynastie, Ptolemeus I, aan wie Egypte ten deel viel bij de verdeling van het rijk van Alexander de Grote. De periode kenmerkt zich door het samenvloeien van sterke Griekse invloeden met traditionele Egyptische uitingsvormen, met name in de architectuur, en door veranderingen in de conventies van de beeldende kunst, zoals de afbeelding van de menselijke figuur in de beeldhouwkunst en reliëfsculptuur.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Tonelen van oude Griekse theaters.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Motieven die mollige, soms gevleugelde en naakte figuren van kleine jongens weergeven, afgeleid van Grieks-Romeinse afbeeldingen van Eros. Gebruikelijk in kunst van de Renaissance tot en met de 18e eeuw.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Oud-Griekse, relatief kleine, doosachtige bakjes met zware deksels om cosmetica en toiletartikelen in te bewaren. Deze vaak cilindervormige bakjes werden doorgaans aangetroffen in de graven van vrouwen en krijgers.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Griekse en Romeinse wagens die door vier paarden naast elkaar werden getrokken.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Dierenriemsymbool van een ram, ruwweg gebaseerd op het sterrenbeeld met dezelfde naam. De dierenriemtekens zijn bewaard gebleven via klassieke Griekse en Romeinse decoratie, waren populair in Noord-Europese Romaanse en Gotische kerken en werden vaak aangetroffen in middeleeuwse psalters en getijdenboeken. Ze symboliseren elke maand waarin de zon het betreffende sterrenbeeld binnengaat. Deze tekens zijn ook gebruikt als decoratie op plafonds, kaarten, uurwerken en astronomische instrumenten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode in de geschiedenis en stijl in de kunst die zich ontwikkelde toen Rome werd geregeerd door de Republiek, van 509 v. Chr. tot de slag om Actium in 31 v. Chr., of tot aan de officiële stichting van het rijk in 27 v. Chr. In de kunst uit deze tijd werden weergaven van de politieke macht, lofwerken en belangrijke voorouders van de heersende families weergegeven. Dit resulteerde in vele portretten en historische reliëfs. De stijl kenmerkt zich door de invloed van de Grieks Klassieke kunst en een nadruk op uitgesproken realisme.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een Griekse stijl van aardewerkbeschildering die zich voordeed op Rhodos rond 650 v. Chr. Deze kenmerkt zich door een spontane vrije penseelvoering en thema’s die vaak dieren bevatten. In sommige classificatieschema’s wordt deze stijl gezien als een variant van de wilde-geitenstijl.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode, beschaving en artistieke stijl die zich ontwikkelde toen het oude Rome aan macht won en de Griekse en Etruskische invloed op het Apennijnse schiereiland verdrong.De heerschappij en invloed besloegen op den duur een groot deel van Europa, Noord-Afrika, het Midden-Oosten en Klein-Azië. De Romeinse invloed liet zich op vele vlakken gelden, onder meer in de beeldhouwkunst, de schilderkunst, de architectuur, de techniek, de taal, het wegennet, de wetgeving en op vele andere culturele terreinen. De vroege Romeinse kunst en cultuur zijn afgeleid van de Griekse kunst en cultuur, maar ontwikkelden zich geleidelijk tot een eigen stijl, onder invloed van de verschillende kunststijlen uit de verre streken die onder Romeins gezag stonden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl van de Griekse vaasschilderkunst die voortkwam uit de zwart-figurige stijl. Deze verscheen in Athene rond 530 v. Chr. en verspreidde zich over andere gebieden van Griekenland, Zuid-Italië, Etrurië en elders in het Middellandse zeegebied, totdat de stijl in de derde eeuw v. Chr. verdween. De stijl kenmerkt zich door het gebruik van een fijne engobe en een bakproces in twee fasen, om door middel van sintering een zwarte ondergrond te verkrijgen, met in rood uitgespaarde figuren. De details van de figuren zijn vloeiender dan in de zwart-figurige stijl, meestal aangebracht met een penseel, met zowel een duidelijke, zwarte reliëflijn als een lichtere lijn die in kleur varieert van donkergoud tot zwart.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Vaten uit de Griekse oudheid in de vorm van een dierenkop, werden vaak gebruikt als drinkgerei of om wijn in een ander vat te gieten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Poten van meubels, die gebogen zijn als een cavaleriesabel, vierkant of rond in doorsnede zijn en geleidelijk taps toelopen naar het grondvlak. Afgeleid van de Griekse klismos en veel gebruikt aan laat 18e eeuwse en vroeg 19e eeuwse stoelen en sofa's.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een soort Romeins aardewerk dat een variant is van het Terra sigillata. De term wordt gebruikt voor aardewerk dat ofwel vervaardigd werd op Samos, een eiland in de Egeïsche Zee, of werd gemaakt van klei die van dit eiland afkomstig was. Moderne wetenschappers gebruiken de term doorgaans als een synoniem voor ‘Terra Sigillata', omdat zij ervan uitgaan dat het eerdere gebruik van de term was gebaseerd op een verkeerde interpretatie van de oude toepassing,die waarschijnlijk slechts verwees naar een bij Terra sigillata gebruikte laktechniek en niet naar Samos. Soms wordt de term gebruikt als verwijzing naar Grieks geometrisch en oriëntaal ogend aardewerk dat werd gemaakt of opgegraven op Samos.

Toegevoegd op: 16-8-2017

In oude Griekse en Romeinse theaters, de constructies die naar het publiek gekeerd zijn en die de achtergrond vormen waarvoor de opvoeringen plaats vonden, en die tevens de spelers ruimte boden achter de plaats waar ze toneelspeelden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Wordt gebruikt voor de gevels van de toneelopbouw van oude Griekse en Romeinse theaters.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de midden-Helladische periode en cultuur die wordt geassocieerd met de graven uit circa 1600 v. Chr. tot circa 1400 v. Chr. die werden gevonden in Mycene en in andere steden uit de Griekse bronstijd. De stijl kenmerkt zich door grafconstructies die zich onderscheiden van de vroegere voorbeelden en die uit andere gelijktijdige culturen doordat de graven in cirkels waren gegroepeerd en waarschijnlijk werden bedekt met tumuli. De graven bevatten meerdere, op verschillende tijdstippen begraven mensen, en als overblijfsel van een nomadische cultuur werden kleine gouden objecten en wapens bij wijze van geschenken aan de doden meegegeven.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Dierenriemteken van een schorpioen, ruwweg gebaseerd op het gelijknamige sterrenbeeld. De tekens van de dierenriem, overblijfselen van Oudgriekse en Romeinse decoraties, waren populair in de romaanse en gotische kerken van Noord-Europa. Ze worden ook vaak aangetroffen in middeleeuwse psalters en getijdenboeken als symbool van iedere maand waarin de zon in het betreffende sterrenbeeld komt. Daarnaast zijn ze gebruikt als decoratie op plafonds, kaarten, uurwerken en astronomische instrumenten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Zwartfigurige kylikes waarvan kom en lip meestal gescheiden zijn, vaak door middel van een geschilderde lijn waardoor twee horizontale delen ontstaan. Ze zijn voorzien van twee afzonderlijke typen versiering, maar de versiering kan ook vooral op het onderste gedeelte zijn aangebracht of doorlopen naar het bovenste gedeelte. Sianaschalen danken hun naam aan het dorp op het Griekse eiland Rhodos. De Sianaschaal was een van de dominerende vormen in zwartfigurig aardewerk tot ongeveer 540 v. Chr.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Oude bewoners van het gebied ten westen van de rivier de Gelas op Sicilië. Volgens klassieke Griekse schrijvers waren de Sicani de oorspronkelijke bewoners van centraal-Sicilië, zoals de Sicelen oost-Sicilië bewoonden en de Elymianen west-Sicilië. Archeologisch gezien is er in historische tijden geen wezenlijk verschil tussen Sicani en Sicelen, maar de Griekse historicus Thucydides nam aan dat de Sicani Iberiërs uit Spanje waren die door de invasie van de Sicelen naar het centrale deel van het eiland waren verdreven.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de Oud-Griekse roodfigurige vaasschilderstijl die chronologisch en geografisch samenviel met de zogenaamde Florid style. Deze stijl wordt vooral aangetroffen op kleinere vazen en onderscheidt zich van de Florid style doordat zij eenvoudiger is en voornamelijk rode en zwarte kleuren gebruikt met slechts hier en daar een andere kleur.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een decoratiemethode die door sommige Griekse zwartfigurige kunstenaars werd gebruikt voor het decoreren van kleine vazen. Bij deze techniek, die rond 530 v. Chr. is uitgevonden, worden figuren aanvullend beschilderd met wit, rood of roze boven op een zwarte geglazuurde ondergrond. De details werden ingesneden, zodat het zwarte glazuur doorschijnt. Het eindresultaat is vergelijkbaar met roodfigurig werk. Beazley noemde de techniek naar de Nederlandse geleerde Jan Six, die als eerste de aandacht vestigden op deze polychrome vazen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de Griekse stijl in de beeldhouwkunst van de Atheense beeldhouwer Skopas, in de 4de eeuw v. Chr. De stijl kenmerkt zich door krachtige actie en de weergave van emoties, vooral zichtbaar in de diep liggende ogen en de opgerichte blik van de gezichten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode en cultuur verbonden met de Slaven, een aparte linguïstische en etnische groep, die tijdens het derde of tweede millennium v. Chr. uit Azië kwam en zich geleidelijk over Oost-Europa verspreidde. De Slaven speelde een belangrijke rol in de Middeleeuwse wereld, vooral tijdens de Slavische migratie naar Griekenland en Midden-Europa tijdens de 6de en 7de eeuw. De Slavische stijl kenmerkt zich door heldere kleuren en patronen, en invloeden uit diverse andere culturen, waaronder de Germaanse, Romeinse en Griekse.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Klassiek Griekse vaten voor het opslaan van vloeistoffen en met meestal een eivormige buik met hoge schouders, een korte hals, twee handvatten, en soms een deksel. Meestal kleiner dan een amfora.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Wordt gebruikt voor verscheidene munten van elektron, goud of zilver, voornamelijk uit de Oost-Griekse wereld; ze waren vanaf de 6e eeuw tot eind 3e eeuw v.C. in gebruik.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Dierenriemsymbool van een steenbok, ruwweg gebaseerd op het sterrenbeeld met dezelfde naam. De dierenriemtekens zijn bewaard gebleven via klassieke Griekse en Romeinse decoratie, waren populair in Noord-Europese Romaanse en Gotische kerken en werden vaak aangetroffen in middeleeuwse psalters en getijdenboeken. Ze symboliseren elke maand waarin de zon het betreffende sterrenbeeld binnengaat. Deze tekens zijn ook gebruikt als decoratie op plafonds, kaarten, uurwerken en astronomische instrumenten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

De onderste niveaus van de onderbouw van Griekse tempels.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Drinkgerei zonder handvat of voet, dat op de rand rust als het niet worden gebruikt. Komt vaak voor in de vorm van een dierenkop; gemaakt naar de Griekse ryton; gebruikt voor het begin van de vossenjacht.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een Archaïsch Griekse stijl in de beeldhouwkunst gevonden op de Ionische eilanden voor de zuidelijke kust van de Peloponnesus. De stijl kenmerkt zich door het gebruik van marmer in plaats van kalksteen, dat eerder algemeen werd gebruikt, door een toenemende vaardigheid in het weergeven van de menselijke anatomie, en door de ontwikkeling van nieuwe geometrische concepten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een filosofische stroming die tot bloei kwam in de Griekse en Romeinse oudheid. Stoïcijnen waren er altijd van overtuigd dat alle kennisvergaring ertoe moet leiden dat de mensheid zich een gedragswijze kan aanmeten die wordt gekenmerkt door een onverstoorbare geest en de zekerheid van morele waardigheid, en bepleitten bemoeienis met menselijke aangelegenheden. Morele waardigheid, plichtsbesef en het streven naar gerechtigheid zijn dus kenmerkend voor stoïcijnen, samen met een onbuigzame geest.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Lange, losvallende gewaden met of zonder mouwen, gedragen door Griekse en Romeinse vrouwen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de Griekse stijl in de beeldhouwkunst die werd vervaardigd tussen circa 480 en 450 v. Chr. en die werd beschouwd als een overgangsfase tussen de archaïsche en klassieke stijl. De stijl kenmerkt zich door een groter inzicht in anatomie en beweging maar eveneens door de bronzen beeldjes uit Riace, die sober en statisch zijn, met vereenvoudigde vormen en versiering.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Te gebruiken voor oude Mesopotamische, Egyptische, Griekse en Romeinse voertuigen met meestal twee wielen, die door maximaal tien dieren konden worden getrokken; ze kwamen voor in vele verschillende vormen en met diverse toepassingen en werden meestal bestuurd vanuit een staande positie. Waarschijnlijk ontwikkeld in Mesopotamië rond het begin van het derde millennium.

Toegevoegd op: 16-8-2017

De bovenste niveaus van de onderbouw van Griekse tempels.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode en stijl die volgde op de ondergang van de Myceense beschaving in de 12de eeuw v. Chr., en die vooraf ging aan de ontwikkeling van een sterke Griekse cultuur. De stijl is vooral goed herkenbaar in de vaasschilderkunst, waar vroegere motieven werden vereenvoudigd om abstracte patronen en vormen te creëren, waaronder concentrische bogen en golvende lijnen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een periode van Griekse stijl die chronologisch volgde op de Geometrische stijl, vele elementen uit de Geometrische stijl behield, en die ofwel een tussenvorm, ofwel archaïsch was, afhankelijk van de geografische locatie. In sommige gevallen, verscheen de stijl na de bloei van de Geometrische periode, maar nog voordat de Oriëntaliserende periode volledig was gevestigd, en vormde daardoor een overgangsfase tussen de ene stijl en de andere. In andere gevallen ontstond de stijl nadat de Oriëntaliserende periode was gevestigd, en was derhalve een bewuste poging om de vroegere Geometrische stijl nieuw leven in te blazen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Wordt gebruikt voor Griekse en Latijnse papyri die tussen de categorieën documentaire papyri en literaire papyri vallen, zoals magische teksten en brieven die worden gewaardeerd om hun literaire vaardigheid.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Kleine Griekse beschilderde terracotta figuurtjes, van een type dat voor het eerst werd gevonden in Boeotische tombes uit de 3e en 4e eeuw v. Chr..

Toegevoegd op: 16-8-2017

Kruisen in de vorm van de Griekse letter tau.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Dierenriemsymbool van een stier, ruwweg gebaseerd op het sterrenbeeld met dezelfde naam. De dierenriemtekens zijn bewaard gebleven via klassieke Griekse en Romeinse decoratie. Ze waren populair in Noord-Europese Romaanse en Gotische kerken en werden vaak aangetroffen in middeleeuwse psalters en getijdenboeken. Ze symboliseren elke maand waarin de zon het betreffen sterrenbeeld binnengaat. Deze tekens zijn ook gebruikt als decoratie op plafonds, kaarten, uurwerken en astronomische instrumenten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een stijl van verfijnd aardewerk die voorkwam in Italië, Frankrijk, Duitsland, en het gehele Romeinse Rijk van de 1ste eeuw v. Chr. tot de 3de eeuw na Chr. De stijl is schatplichtig aan Oud-Griekse traditiesin het gebruik van calcietrijke klei met een hoog ijzergehalte, om een glimmend oppervlak te creëren, maar verschilt van Grieks aardewerk doordat het maar een keer is gebakken, in een open oven. Kenmerkend zijn de rode kleur, de zorgvuldige afwerking, en soms de decoraties van gestempelde figuren en patronen. De term werd bedacht in de 19de eeuw, en sindsdien bestaat er onenigheid over de vraag op welk soort aardewerk deze van toepassing is, omdat de term verschillend vertaald wordt, ofwel als ‘gestempelde aarde’,hetgeen verwijst naar de gestempelde motieven, of als ‘verzegelde aarde’, hetgeen verwijst naar een harde, vettige medicinale grondsoort genoemd‘terra sigillata’ die voorkomt op het eiland Lemnos, en waarvan werd verondersteld dat het de klei was waarmee het aardewerk werd vervaardigd. Voor meer verwarring zorgde de relatie tussen deze term en ‘Samisch aardewerk’ of ‘Samisch’.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Oude Griekse munten met een waarde van vier drachmen, oorspronkelijk van puur zilver gemaakt maar geleidelijk steeds minder waard. In omloop geweest van ongeveer 550 v.C. tot 300 n.C.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Te gebruiken voor oud-Griekse tronen, gewoonlijk versierd, met een verhoogde zetel en vaak met een hoge rug en armleuningen. Ze hebben soms poten in de vorm van dierenpoten, gedraaid of rechthoekig, en soms zijkanten uit één stuk. Gebruikt door rijke of belangrijke personen en te zien op afbeeldingen van de Griekse goden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Wordt gebruikt voor de altaren die in het midden staan van het orkestra in een Grieks theater.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een oud-Grieks type wierookbranders of kleine wierookaltaars gemaakt van brons, zilver of terracotta; de geparfumeerde rook van de wierook ontsnapte door decoratieve openingen. Thymiateria waren functionele voorwerpen maar zijn misschien ook als offerandes in graftombes geplaatst.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Beschrijft gebouwen, in het bijzonder klassieke Griekse en Romeinse tempels en gebouwen met een soortgelijke structuur, met tien zuilen aan een of beide uiteinden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Oud-Griekse oorlogsschepen, voortbewogen door vijftien paar roeispanen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Oude Griekse zilveren munten met een waarde van drie drachmen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Oude Griekse munten ter waarde van drie obolen of een halve drachme.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Dierenriemsymbool van een tweeling, ruwweg gebaseerd op het sterrenbeeld met dezelfde naam. De dierenriemtekens zijn bewaard gebleven via klassieke Griekse en Romeinse decoratie, waren populair in Noord-Europese Romaanse en Gotische kerken en werden vaak aangetroffen in middeleeuwse psalters en getijdenboeken. Ze symboliseren elke maand waarin de zon het betreffende sterrenbeeld binnengaat. Deze tekens zijn ook gebruikt als decoratie op plafonds, kaarten, uurwerken en astronomische instrumenten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar schilders van oude Griekse vazen die zowel rood- als zwartfigurig schilderden. De term verwijst ook naar vaatwerk waarop zowel rood- als zwartfigurige technieken zijn te zien. De tweetalige stijl manifesteerde zich een korte tijd tijdens de laat-archaïsche periode in de derde en vierde decennia van de zesde eeuw voor Christus, toen de Attische roodfigurige stijl zich aandiende en de zwartfigurige stijl langzaam maar zeker grotendeels verdrong. Tijdens deze overgangsfase vertoonde vaatwerk soms beide technieken, waarbij elke techniek werd gebruikt voor specifieke delen van het vaatwerk. Zo werd de zwartfigurige stijl gebruikt voor de binnenkant en de roodfigurige stijl voor de buitenkant van een beker of werd het ontwerp van de buitenkant van een amfora verdeeld in twee delen, met de ene techniek op de voorzijde en de andere op de achterzijde. De twee technieken worden soms gebruikt door dezelfde vaasschilder en soms werden verschillende vaasschilders gebruikt voor de twee technieken op hetzelfde vaatwerk.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Orde van 2 families en ongeveer 180 soorten nachtelijke roofvogels met een haaksnavel, sterke klauwen en zachte veren. Alle uilen hebben dezelfde algemene vorm: een plat gezicht, een kleine haaksnavel, een korte staart, ronde vleugels en grote, naar voren gerichte ogen. Men associeerde de vogels met Athene, de Griekse godin van de wijsheid. Uilen werden ook een symbool van intelligentie, omdat men geloofde dat ze gebeurtenissen konden voorspellen. Door het nachtelijke bestaan van de dieren en het oehoe-geluid dat ze maken, zijn uilen daarnaast vaak beschouwd als symbolen van het occulte. In de Middeleeuwen werd de uil een symbool van de duisternis die voor de komst van Christus heerste.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een boekhandschrift dat wordt gekenmerkt door ronde majuskels, ontwikkeld uit het oude Romeinse cursief. Het werd vooral gebruikt in Griekse en Latijnse manuscripten van de 4e tot 8e eeuw.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de twee-dimensionale decoratie toegepast op aardewerk door gebruik te maken van verf gemaakt van metaaloxiden of andere pigmenten vloeibaar gehouden in slip of een ander medium. De pigmenten worden typisch toegepast met behulp van een penseel of andere gereedschap, ofwel onder een glazuur of eroverheen en worden over het algemeen aangebracht op een gebakken lichaam, behalve in het geval van hard porselein. Het geschilderde object wordt doorgaans weer gebakken om het pigment te fixeren. De term wordt vooral gebruikt om Oudgrieks rood-en zwart-figuur aardewerk aan te duiden..

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar geschilderde of gebeeldhouwde werken die uit meerdere panelen bestaan. Deze werken zijn vaak altaarstukken, maar kunnen ook een andere functie hebben. Een polyptiek bestaat doorgaans uit een middenpaneel met een even aantal zijpanelen, die soms voorzien zijn van scharnieren om ze dicht te kunnen klappen, en een predella. Hoewel technisch gesproken elk object met twee of meer panelen een polyptiek valt te noemen, wordt het woord meestal alleen gebruikt voor werken die groter zijn dan een triptiek. Oorspronkelijk had de Griekse term 'polyptycha' betrekking op schrijftabletten en kalendericonen die uit meerdere panelen bestonden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar gebouwen, in het bijzonder klassieke Griekse en Romeinse tempels en gebouwen met een soortgelijke structuur, met een of meer rijen van vier zuilen aan een of beide uiteinden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Dierenriemsymbool van een vis, ruwweg gebaseerd op het sterrenbeeld met dezelfde naam. De dierenriemtekens zijn bewaard gebleven via klassieke Griekse en Romeinse decoratie, waren populair in Noord-Europese Romaanse en Gotische kerken en werden vaak aangetroffen in middeleeuwse psalters en getijdenboeken. Ze symboliseren elke maand waarin de zon het betreffende sterrenbeeld binnengaat. Deze tekens zijn ook gebruikt als decoratie op plafonds, kaarten, uurwerken en astronomische instrumenten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar oud-Griekse schotels met een voet, versierd met realistische afbeeldingen van zeedieren. Deze populaire borden werden gebruikt om vis op tafel te serveren en zijn gemaakt van de vroege 4de eeuw v. Chr. tot ver in de hellenistische periode, niet alleen in Attica maar ook in de Griekse kolonies in het zuiden van Italië. Atheense schilders richtten de buik van de vissen altijd naar de rand van het bord terwijl Zuid-Italiaanse schilders ze juist met hun buik naar het midden afbeeldden. Sommige visborden bevatten afbeeldingen van zeevoedsel die zijn gerangschikt rond een centraal sausbakje. Androkydes van Kyzikos was een van de weinige visbordschilders die hun werk signeerden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

De tegels die de open brug tussen twee rijen van dakpannen overbruggen. Bijvoorbeeld in de Oudgriekse architectuur, de dakpan (imbrex) van terracotta of marmer, meestal halfcirkelvormig (Laconisch) of driehoekig (Korinthisch) in doorsnede, die de open voeg tussen twee rijen 'vlakke dakpannen' of 'holle pannen' (tegulae) overbrugt.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Betrekkelijk kleine beelden, geschilderd of gebeeldhouwd als bas-reliëf of als rondsculptuur, die aan een christelijke kerk of bedevaartsplaats worden geschonken in de hoop op of uit dankbaarheid voor het lenigen van ziekte of smart door God, de Maagd Maria of een heilige. De beelden kunnen heiligen, andere menselijke figuren, delen van menselijke figuren of andere levende of onbezielde zaken voorstellen. De Latijnse en Griekse inscripties die vaak op de beelden voorkomen beginnen met de woorden ‘ex voto’ respectievelijk ‘hyper euches’, vandaar dat votiefbeelden ook wel ‘ex voto’s’ worden genoemd. De term kan ook verwijzen naar prechristelijke en pre-islamitische cultusobjecten en rituele voorwerpen van soortgelijke of identieke vorm uit Klein-Azië, Noord-Afrika, het Middellandse Zeegebied en westelijk Centraal-Europa. Kan ook worden gebruikt voor soortgelijke voorwerpen die via recentere tradities zijn ontwikkeld in de godsdiensten van India, Tibet, China en Japan. Gebruik ‘votiefgeschenken’ voor voorwerpen met dezelfde functie maar zonder beelden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

B Verwijst naar de eerste fase van de Griekse archaïsche periode, van circa 660 tot circa 580 v. Chr. Kenmerkend voor de beeldhouwkunst in deze tijd is de sterke stijlovereenkomst met de Egyptische prototypen en het gebruik van grotere stenen beelden dan in vroegere perioden. De vaasschilderkunst kenmerkt zich door de zwartfigurige techniek die wordt toegepast om meer naturalistische figuren af te beelden dan in de oriëntaliserende periode.

Toegevoegd op: 16-8-2017

B Verwijst naar de stijl van de artistieke voortbrengselen in het zuiden en midden van het Griekse vasteland tijdens de Bronstijd tussen circa 3600 en 2050 v. Chr. De stijl kenmerkt zich door eenvoudig, dikwijls onversierd aardewerk in vormen zoals de sauskom en in de architectuur door gangen en apsidiale huizen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de begintijd van de hellenistische periode, van circa 330 tot circa 220 v. Chr, die wordt gekenmerkt door de vestiging van Griekse werkplaatsen in verre steden waaronder Syracuse, Pergamon en Alexandrië. Er worden technisch hoogstaande kunstwerken geschapen waarin de menselijke figuren afwijken van de laat-klassieke kunst door de steeds langere vormen en waarin de subtiel geïdealiseerde portretten op echte karakterstudies beginnen te lijken.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar het begin van de oud-Griekse klassieke periode en stijl, van circa 480 tot circa 450 v. Chr. De beeldhouwkunst in deze tijd onderscheidt zich van de eerdere archaïsche stijl doordat de menselijke vorm wordt geportretteerd met een toenemend naturalisme, met inbegrip van meer subtiliteit in gezichtsuitdrukkingen en contrapost in staande figuren. De vaasschilderkunst vertoont regionale verschillen, maar in het algemeen is ook hier sprake van een toegenomen beheersing van de menselijke vorm en van draperie. In de architectuur wordt de esthetiek van de late 6de en de vroege 5de eeuw voortgezet en verfijnd.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode en stijl in de kunst, die samenviel met de tijd in de Romeinse geschiedenis waarin de volksvergaderingen en de Senaat werden verdrongen door de regerende keizers, meest in het bijzonder door Caesar Augustus. De stijl wordt gekenmerkt door de invloed van klassieke Griekse kunst en de bouw van grootschalige tempels, fora, aquaducten en villa's.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Dierenriemteken van een waterdrager, ruwweg gebaseerd op het gelijknamige sterrenbeeld. De tekens van de dierenriem, overblijfselen van Oudgriekse en Romeinse decoraties, waren populair in de romaanse en gotische kerken van Noord-Europa. Ze worden ook vaak aangetroffen in middeleeuwse psalters en getijdenboeken als symbool van iedere maand waarin de zon in het betreffende sterrenbeeld komt. Daarnaast zijn ze gebruikt als decoratie op plafonds, kaarten, uurwerken en astronomische instrumenten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Dierenriemsymbool van een weegschaal, ruwweg gebaseerd op het sterrenbeeld met dezelfde naam. De dierenriemtekens zijn bewaard gebleven via klassieke Griekse en Romeinse decoratie, waren populair in Noord-Europese Romaanse en Gotische kerken en werden vaak aangetroffen in middeleeuwse psalters en getijdenboeken. Ze symboliseren elke maand waarin de zon het betreffende sterrenbeeld binnengaat. Deze tekens zijn ook gebruikt als decoratie op plafonds, kaarten, uurwerken en astronomische instrumenten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Instrumenten voor het besprenkelen met wijwater, meestal van metaal dat is bevestigd aan een absorberend materiaal. In de westerse kerk bestaat de wijwaterkwast uit een steel met daarop een geperforeerde bol, spons of borstelachtig uiteinde dat het water bevat. Sommige wijwaterkwasten hebben sponzen of interne reservoirs die wijwater afgeven als ermee wordt geschud, terwijl andere regelmatig moeten worden ondergedompeld in 'wijwatervaten (vaten)'. Het werktuig werd oorspronkelijk gemaakt van takken van hysop-, palm- of bukshout, een bosje stro of de staart van een vos (in het oud-Frans heet een vos een 'goupil'). In de 13de eeuw nam de wijwaterkwast zijn moderne westerse vorm aan van een steel met daarop een met haren bedekte rozenvorm. De stelen van het sprenkelgedeelte werden zeer rijk versierd. In de Grieks-orthodoxe kerk is de wijwaterkwast een rechtopstaand vat met een taps deksel, waarin gaten zijn aangebracht voor de besprenkeling. In de Russisch-orthodoxe Kerk is het een kwast die is gemaakt van stof, haar of takjes basilicum. Het werktuig is gebaseerd op oude bronnen, waarbij takken werden gebruikt om tijdens rituelen water, bloed of een andere vloeistof te sprenkelen. Dergelijke werktuigen werden gebruikt in het oude Rome, in het Midden-Oosten, bij oude Noorse rituelen en elders.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een Griekse aardewerkstijl die ontstond in het oosten van Griekenland rond het midden van de 7de eeuw v. Chr. Deze kwam voort uit Sub-Geometrische en Oriëntaliserende stijlen, en kenmerkt zich door een losse schilderstijl, waarbij gebruik wordt gemaakt van donkere verf op een licht gekleurde engobe, verlevendigd met paarse details, en met in licht uitgespaarde gezichten en anatomische details. De onderwerpen zijn vaak dieren, met name geiten, herten, ganzen en griffioenen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een stijl in de Oud-Griekse vaasschilderkunst, die een variatie gebruikte van de techniek van de Roodfigurige stijl en opgeld deed in het midden van de 5de eeuw v. Chr. De stijl kenmerkt zich door het gebruik van een kalkachtige, blanke engobe als achtergrond, waar overheen zwart glazuur werd gebruikt om de figuren uit te lijnen. Verdunde paarse, rode en blanke glazuren werden gebruikt om de figuren in te kleuren. Bijkomende kleuren die niet tegen bakken waren bestand werden naderhand toegevoegd.De taferelen tonen dikwijls figuren op een gemeenschappelijke grondlijn aan de onderkant van een vlak, of in horizontale banden, hetgeen verschilt van eerdere composities waar figuren in het algemeen over het gehele schildervlak waren verspreid.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl van het laat-Minoïsche aardewerk die zich ontwikkelde rond 1500 v. Chr. onder de bescherming van de heersers van de nieuwe paleizen, en die zich vervolgens door export verspreidde naar de Cycladen en het Griekse vasteland. De stijl kenmerkt zich door inventieve, naturalistisch geschilderde decoraties die meestal afbeeldingen bevatten van argonauten, zeesterren, koraalschelpen, inktvissen, zeewier en andere elementen uit de onderwaterwereld.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Beschrijft gebouwen, in het bijzonder klassieke Griekse en Romeinse tempels en gebouwen met een soortgelijke structuur, met een of meer rijen van zes zuilen aan een of beide uiteinden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een gebouw, in het bijzonder een Oudgriekse of Romeinse tempel, met zuilen aan de voorkant maar niet aan de achterkant of zijkanten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl in de Griekse vaasschilderkunst die zich ontwikkelde vanuit de geometrische en de oriëntaliserende stijl. Deze stijl ontstond in Korinthe circa 720 v. Chr., bloeide in Attica circa 600 v. Chr. en werd ook in Sparta (oostelijk Griekenland) en elders aangetroffen totdat hij geleidelijk werd verdrongen door de roodfigurige stijl in de late 6de eeuw v. Chr. De stijl kenmerkt zich door het gebruik van verfijnde slip, een bakproces in twee stappen en sintering om zwarte figuren in silhouet aan te brengen op een rode achtergrond. Details werden in de zwarte figuren ingekerfd of aangebracht met een purperen of witte kleurstof.