Associaties voor Kwame

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar werken die zijn vervaardigd door de gelijknamige Afrikaanse etnische groep, die in het oosten van Congo leeft.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Duitse vorm van singerie die op porselein wordt aangetroffen en circa 1750-1760 in Meissen werd geïntroduceerd, vermoedelijk door Johann Joachim Kändler. Musicerende apen kwamen reeds langer voor in singerie-schilderijen, bijvoorbeeld in het werk van David Teniers de Jonge. Porseleingroepen met het Affenkapelle-motief bestaan doorgaans uit ongeveer 20 figuren. Ook andere porseleinfabrieken in Europa hebben de Affenkapelle-groepen van Meissen geïmiteerd.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de conservatieve anabaptistische sekte die werd geleid door Jakob Amman en zich afscheidde van de Mennonieten in Zwitserland rond 1693. Hieruit kwamen diverse liberalere sekten voort nadat een groot aantal Amish naar de Verenigde Staten was gemigreerd, met name in de jaren zeventig van de 18de eeuw. Alleen de zogenoemde Old Order Amish (opgericht tussen 1720 en 1740) houden zich nog aan Ammans strikte kledingregels, gewoonten en de weigering om samen te werken met de staat. Tegenwoordig leven de Amish hoofdzakelijk in Zuidoost-Pennsylvania.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de neolithische cultuur die zich ontwikkelde op de steppen van het Minusinsk-bekken in het 2de en 1ste millennium v. Chr. Op sites zijn sporen gevonden van aarden woningen die waren ontworpen voor permanente bewoning, met haarden die werden gebruikt voor verwarming en voedselbereiding. Bronzen voorwerpen kwamen ook veel voor en er waren werkplaatsen voor koperbewerking.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Familie van bomen die bestaat uit 3 genera en circa 45 soorten coniferen. Het betreft een zeer oude familie van kegeldragende bomen die tijdens de Jura en het Krijt wereldwijd verspreid voorkwamen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Familie met twee genera en drie soorten die op Madagaskar voorkwamen en allemaal in de afgelopen 2000 jaar zijn uitgestorven. De familie ontstond in het Holoceen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode, cultuur en kunst van het oude Griekenland die begint rond het midden van de 8ste eeuw v. Chr. en eindigt in de vroege 5de eeuw v. Chr. met de Perzische invasie. Deze stijl kenmerkt zich door de introductie van het alfabet vanuit Foenicië, de stichting van belangrijke stadstaten en kolonies, het ontstaan van het openbare plein –de agora – in het ontwerp van steden, en typische stijlen in de schilderkunst, beeldhouwkunst en architectuur. In de vaasschilderkunst werden de gestileerde dieren uit de oriëntaliserende periode vervangen door meer naturalistische figuren in de zwartfigurige en later de roodfigurige stijl. In de beeldhouwkunst ontwikkelden zich meer naturalistische vormen vanuit de stijve, orthodoxe Egyptische figuren uit de oriëntaliserende periode. In de architectuur kwamen de Dorische en de Ionische bouworde tot ontwikkeling.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Algemene benaming voor het kerkgestoelte voor de armenmeesters van een broederschap. Vanuit deze bank werden levensmiddelen en zaken voor de eerste levensbehoeften uitgedeeld aan armen, ouden van dagen, wezen en gebrekkigen die hiervoor in aanmerking kwamen, veelal op vertoon van een aan hen geschonken armenpenning. Gesneden voorstellingen van de bank kunnen duiden op het gebruik.

Toegevoegd op: 16-8-2017

In de godsdienst der oude Romeinen de voortekenen van de goden die waren geschreven in de natuur en bedoeld om te worden ontcijferd. Auspicia werden gezien als bevestigende of ontkennende antwoorden op een voorgestelde handelwijze. Auspicia kwamen vaak uit de lucht in de vorm van donder, bliksem en verschillende soorten vogels, maar er waren ook andere vormen. Openbare auspicia werden door magistraten of augurs geïnterpreteerd in de heilige ruimte van de templum.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Windsorstoelen met een boogvormige rugleuning die is opgebouwd uit drie uitgezaagde stukken hout met een verticaal middeblad in de rug, eventueel met spijlen. Ze kwamen veel voor in het midden van de 19e eeuw.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl die zich in de late 10de tot de 11de eeuw ontwikkelde in Angkor. De stijl wordt gekenmerkt door bladmotieven, het spaarzaam voorkomen van vrijstaande beeldhouwkunst, en jeugdig uitziende gebeeldhouwde figuren met dunne, nauwsluitende kleding zonder diadeem en met fijn gegraveerde plooien en versierd met scherp uitgesneden juwelen. De stijl is zichtbaar in monumentale beeldhouwwerken zoals de Khleangs, de Phimeanaka's en Ta Keo, en in reliëfwerk op lateien en timpanen. Timpanen in deze stijl zijn voorzien van rechthoekige reliëfpanelen met daarop taferelen uit het leven van Rama en Krishna, waarbij meer aandacht is besteed aan de levendige weergave van bewegingen dan aan anatomische details. De door het hindoeïsme beïnvloede boeddhistische beeldhouwwerken kwamen ook tot bloei onder deze stijl, waarbij het haar werd afgebeeld in fijne vlechten in plaats van krullen. Bronzen werken in deze stijl worden gekenmerkt door figuren met ingelegde ogen en wenkbrauwen en een gevarieerde onderwerpkeuze, uiteenlopend van decoratief tot religieus.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Aardewerk dat is versierd uit de vrije hand, met opgelegde slipmotieven die zijn aangebracht met een pipet. De techniek werd het eerst gebruikt op Rijnlands aardewerk van vóór de 3de eeuw v. Chr., ter vervanging van decoratieve reliëfvormen. De engobedecoratie werd als bies aangebracht om de randen van vlakke schalen te versieren met kleine bloemen en andere motieven. De techniek werd wederom gebruikt in het midden en aan het einde van de 19de eeuw, maar was niet populair omdat er snel stukjes van de engobe loskwamen door problemen met het bakken.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Luchtgeweren met een platte blaasbalg in de kolf die wordt samengeperst door een veer of veren wanneer de trekker wordt overgehaald, zodat er een sterke luchtstoot wordt geproduceerd om het projectiel voort te stuwen. Ze kwamen veel voor in het zuiden van Duitsland en Oostenrijk in de 18e en vroege 19e eeuw.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Kruisen met brede en platte houten planken waarop de gekruisigde Christus is geschilderd, vaak op ware grootte of monumentale schaal en met aanvullende afbeeldingen of taferelen op de uiteinden van de armen van het kruis en de gedeelten boven en onder de afbeelding van Christus. Beschilderde kruisen kwamen met name veel voor in Byzantijnse en vroeg-Italiaanse kunst. Gewoonlijk hingen ze boven of bij het kerkaltaar.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode van de Bolsjaja Retjska-fase waarin ijzeren messen, dolken en strijdbijlen in zwang kwamen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Spiegels met lijsten die geheel of gedeeltelijk van marmer zijn en vaak met filigreinwerk of een opengewerkte kroonlijst zijn versierd. Ze kwamen aan het eind van de 18e en begin van de 19e eeuw veel voor en zijn waarschijnlijk afkomstig uit Bilbao, Spanje.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Textiele kledingstukken die vanaf halverwege de 12e eeuw tot het begin van de 15e eeuw op zichzelf werden gedragen of over metalen harnassen. Zij kwamen gedurende deze periode voor in diverse vormen, lang en ruimvallend, kort en nauwsluitend, met of zonder mouwen, gewatteerd of doorgestikt of van binnen gevoerd met metalen platen. Zij werden gewoonlijk verfraaid met heraldische emblemen en andere ornamenten ter herkenbaarheid van de drager.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Stoelen met hoge rugleuning en brede rugspijlen in het midden, die meestal een rugleuning en zitting hebben die met leer is bekleed. Ze kwamen veel voor in Amerika in de 18e eeuw.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Hoger gelegen tonelen in Elizabethaanse en hedendaagse Europese theaters, omvattende chamber en tarrase in Elizabethaanse theaters, hoewel er enige controverse is over hoeveel deze voorkwamen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar boeken of andere documenten die de psalmen, hymnen, gebeden, lessen en andere voordrachten bevatten die een katholieke of andere christelijke geestelijke nodig heeft om de dagelijkse getijden te bidden. De getijden zijn de gebeden die op vaste uren verspreid over de dag gezegd of gezongen worden. In de 11de eeuw verscheen een verkorte versie van het brevier dat uit één deel bestond, terwijl de teksten van de langere versie in de 7de eeuw tot stand kwamen in de Romeinse rite en in de 10de eeuw in Karolingisch Europa. Brevieren kunnen rijkelijk voorzien zijn van verluchtingen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst ofwel naar een schrijftafel met laden ofwel naar een soort kastmeubilair, meestal een ladekast, met een scharnierende, naar voren vallende klep die als schrijfblad fungeert. De eerste meubeltypen waarnaar deze term verwijst, kwamen halverwege de 17de eeuw in Frankrijk tot ontwikkeling. De term 'bureau' heeft zijn oorsprong in een middeleeuws Frans woord voor een grof type linnendoek dat op tafel werd gelegd om als schrijfoppervlak te dienen. In het moderne taalgebruik wordt met 'bureau' een schrijftafel bedoeld, meestal voorzien van een scharnierend schrijfblad dat in gesloten stand in een schuine hoek is geplaatst, terwijl na opening een rij vakjes, laatjes en soms ook een klein kastje zichtbaar wordt. In de Verenigde Staten wordt 'bureau' als synoniem gebruikt voor 'ladekast', waarbij het schrijfblad dus is verdwenen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Te gebruiken voor sloepachtige boten met een brede achtersteven die vanaf de laatste jaren van de 19e tot en met de eerste jaren van de 20e eeuw voorkwamen in de Susquehanna Flats in het noorden van Cheaspeake Bay, in de Verenigde Staten; hebben meestal een gat in de spiegel voor een wrikriem.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de oude Romeinse keizers uit de tijd van Augustus Caesar (geboren in 63 v. Chr.) tot aan de val van Konstantinopel. De term is ontleend aan de achternaam van de Romeinse dictator Caius Julius Caesar, en ging als titel over op de keizers die na hem kwamen. Sinds de tijd van Hadrianus (overleden in 138 n. Chr.) werd deze benaming ook gebruikt als titel voor de aangewezen erfopvolger van de keizer.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de Engelse bouwkundestijl tijdens de regeerperiode van Charles I en Charles II tussen 1625 en 1685, die wordt geassocieerd met bouwwerken van rode baksteen met schilddaken zoals die vooral veel voorkwamen tussen 1640 en 1670.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een regionale school van Pahari-miniatuurschilderkunst die wordt geassocieerd met de grote staat Chamba in het heuvelgebied van Punjab. Het culturele erfgoed van Chamba is goed bewaard gebleven, een gevolg van de natuurlijk beschermde ligging van de staat. Door de gehele geschiedenis van de Chamba-schilderkunst heen hebben buitenlandse schilders er hun stempel op gedrukt. De schilderijen uit de tweede helft van de 17de eeuw zijn naturalistisch van aard, met een voorkeur voor lichte kleuren, een bijzondere weergave van de handen, en opvallend smalle polsen. In de 17de eeuw werden elementen uit de Basohli-schilderkunst geïntegreerd in de Chamba-schilderkunst, hetgeen leidde tot een warmer kleurgebruik en een meer gestileerde en decoratieve weergave van bomen. Aan het begin van de 18de eeuw kwamen sommige Chamba-schilders steeds meer onder invloed van de Basohli-kunst te staan, maar andere werken uit deze periode zijn in een overwegend inheemse stijl uitgevoerd. De aanwezigheid van kunstenaars uit Jamma wordt eveneens merkbaar aan het begin van de 18de eeuw, vooral in de gezichtstypen, die rechthoekiger van vorm worden. Andere invloeden zijn afkomstig uit de Mogol- en Guler-schilderkunst. Guler-kunstenaars, die vooral een grote invloed hebben gehad, trokken vanaf circa 1770 naar Chamba en brachten hun poëtische en expressieve stijl mee, alsmede een voorkeur voor romantische thema's. De Chamba-schilderstijl heeft zich ook in de eeuwen daarna weten te handhaven, maar in een verbrokkelde vorm.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Grote ladenkasten waarop een spiegel is bevestigd. Ze kwamen veel voor aan het eind van de 19e en het begin van de 20e eeuw.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Historische term die wordt gebruikt om stoelzittingen te beschrijven die aan de voorkant rond zijn en die soms naar binnen buigende zijkanten hebben, en zo de omtrek van een hoefijzer vormen. Vooral populair in Amerika tussen 1730 en1760, hoewel ze in veel gebieden tot in de Federale periode voorkwamen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Samenkomsten van mensen. Het betreft hier oude Romeinse burgers in de provincies die samenkwamen voor bestuurlijke of juridische zaken of - in het kloosterleven - groepen mensen van beide geslachten die behoren tot een religieuze orde en met elkaar samenleven.

Toegevoegd op: 16-8-2017

In algemene zin verwijst de term meestal naar een cultuur of stijl welke is geproduceerd door mensen die in Noord- of Zuid-Amerika of op de nabijgelegen eilanden geboren zijn, maar die afstammen van kolonisten of slaven, ter onderscheiding van mensen die rechtstreeks uit Europa of Afrika kwamen of die van oorspronkelijke bevolkingsgroepen afstammen. De term verwijst naar de culturen van verschillende bevolkingsgroepen binnen de context van verschillende regio's; vaak verschilt de betekenis van de term per regio en worden daarbij zelfs tegenstrijdige betekenissen gezien. De term verwijst naar de cultuur en stijlen geproduceerd door blanken met Spaanse ouders die in de periode van de 16de tot en met de 18de eeuw in de Spaanse gebieden in Noord- en Zuid-Amerika werden geboren; ze hadden een andere cultuur en maatschappelijke positie dan bewoners die in Spanje waren geboren. In het moderne taalgebruik kan de term binnen de context van Latijns-Amerika verwijzen naar de cultuur van mensen die daar wel geboren zijn maar van wie beide ouders Spaans zijn, of in specifieke zin naar de tradities van oude families met een overwegend Spaanse achtergrond. Ook kan de term verwijzen naar de cultuur van vroege Zuid-Amerikaanse zwarten die in Amerika zijn geboren, ter onderscheiding van zwarten die rechtstreeks uit Afrika waren overgebracht. In Louisiana, in de Verenigde Staten, verwijst de term naar de cultuur van Franstalige blanke afstammelingen van vroege Franse en Spaanse kolonisten, of naar mulatten die een soort Frans-Spaanse mengtaal spreken. Daarnaast kan de term verwijzen naar de cultuur van mensen op de West-Indische eilanden die daar zijn geboren en genaturaliseerd, maar van Spaanse, Franse of Afrikaanse afkomst zijn; in het moderne taalgebruik, binnen de context van het Caribisch gebied, verwijst de term vaak naar de Caribische cultuur in het algemeen, met inbegrip van oorspronkelijk Europese, Afrikaanse, Aziatische en Amerikaans-Indiaanse elementen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een decoratietechniek die in Spanje werd gebruikt voor tegels en ander aardewerk, en die de cuerde seca-methode heeft verdrongen. Het betrof het drukken van het patroon op tegels om randen te vormen die voorkwamen dat de gekleurde glazuren zich zouden vermengen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Brede, meestal lage ladekasten of kastmeubilair op poten, met kastruimte. De kasten worden langs de muur van een eetkamer geplaatst en gebruikt als bewaarplaats en voor het opdienen van voedsel, alsmede voor het uitstallen van borden en ander kostbaar tafelgerei. Vroege exemplaren bestonden vaak slechts uit een plank die bij de eettafel werd geplaatst, en kwamen uitsluitend voor in ruimten waar werd gegeten. Gedurende de middeleeuwen vervulde de kast dezelfde functie. Vroege Europese dressoirs waren vaak etagegewijs opgebouwd, met schappen waarop koppen en schotels konden worden uitgestald. In de 17de eeuw werden de dressoirs ontworpen met een kast of een aantal laden onder een vlak tafelblad. De bovenzijde was hoger dan bij een gewone tafel, waardoor de borden beter zichtbaar waren en het voedsel eenvoudiger bereikbaar was voor een staand persoon. Soms gebruikte men ook dressoirtafels of zijtafels waarop al het voedsel werd uitgestald, en dienden de kostbaarder uitgevoerde dressoirs uitsluitend voor het uitstallen van servieswaar. 'Keukenkasten (wandkasten)' kunnen ongeveer dezelfde vorm en functie hebben, maar kwamen meestal in keukens voor en niet in eetkamers. Gebruik 'dressoirtafels' voor wandtafels die langs de wand van eetkamers worden gebruikt.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Allegorische voorstellingen, meestal voorzien van een motto en een bijschrift; kwamen vooral vaak voor in de 16e en 17e eeuw. Te onderscheiden van 'emblemen (symbolen)', die eenvoudiger symbolische voorwerpen of voorstellingen van voorwerpen zijn.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar fotomechanische kleurenafdrukken die lithografisch werden geproduceerd van fotografische negatieven. De techniek werd in de jaren 90 van de 19de eeuw ontwikkeld door het Zwitserse Art Institute Orell Füssli, ook bekend als Photoglob Zürich. De techniek werd geïntroduceerd tijdens de Wereldtentoonstelling in Parijs in 1898 en werd gebruikt tot de jaren 30 van de 20ste eeuw. De techniek was een van de meer succesvolle pogingen om kleurenafbeeldingen te produceren voor de komst van de kleurenfotografie. Fotochroomafbeeldingen lijken inderdaad bedrieglijk veel op kleurenfoto's, tenzij ze worden bekeken met een vergrootglas. Een zwart-witfoto diende als basis en een vorm van fotolithografie met maximaal zestien kleuren werd gebruikt voor de uiteindelijke afbeelding. Fotochroomafdrukken onderscheiden zich van chromolithografieën door hun harde, heldere coating. Het gepatenteerde proces werd in licentie gegeven aan bedrijven in Engeland en Amerika. De meeste fotochroomafdrukken zijn vergezichten van het westen van de Verenigde Staten, Europa en het Midden-Oosten. William Henry Jackson en de Detroit Publishing Company produceerden een groot aantal fotochroomafbeeldingen. Voor de onderschriften werden vaak gouden letters gebruikt in het onderste gedeelte van de recto's, met vermelding van de locatie op de afbeelding en soms de maker. Het proces was arbeids- en tijdintensief en er kwamen snellere en eenvoudigere technieken voor in de plaats.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar schilderijen, foto's of kunstvormen met andere media, waarin het onderwerp een naakte vrouw in een suggestieve pose is, of andere erotica. Het verwijst meestal specifiek naar afbeeldingen uit de Westerse kunst uit de 17de eeuw tot en met de 19de eeuw, toen dergelijke afbeeldingen werden getoond in rookkamers, studeerkamers of een ander woonvertrek waar vooral mannen kwamen. De vrouwelijke modellen namen meestal traditionele poses aan naar het voorbeeld van oudere, traditionelere kunst, zoals het achteroverleunende naaktmodel dat oorspronkelijk werd afgebeeld in iconografie van de mythologische figuren Venus of Diana.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Lichte, tweewielige rijtuigen die meestal worden getrokken door één paard, die met banden in de vering hangen en worden gebruikt voor plezierritjes; kwamen vooral voor in de 18e en 19e eeuw.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Familie van zoogdieren met slechts twee bestaande soorten, de giraffe en de okapi, en diverse uitgestorven genera die vroeger in heel Eurazië en Afrika voorkwamen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Visserschoeners met twee masten, lange smalle boegen, rechte kielen en een diepte van maximaal 3 tot 3,5 m om van de ondiepe aanlegplaatsen in de haven van Gloucester, in de Amerikaanse staat Massachusetts, gebruik te kunnen maken; kwamen vooral voor van ongeveer 1900 tot de jaren 30 en werden gebruikt voor het afvissen van zandbanken en vissen voor de markt.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een religieuze ideologie die in de 4de eeuw populariteit genoot in de christelijke wereld, hoewel ook mogelijk is dat het eerdere, niet-christelijke wortels heeft en is ontstaan als gevolg van een breuk met het judaïsme. De aanhangers van het gnosticisme hadden het idee dat alleen zij in aanmerking kwamen voor volledige verlossing, omdat zij beschikten over de leer van Christus met betrekking tot de kosmische oorsprong en de spirituele bestemming van mensen. Het werd beschouwd als een ketterse ideologie omdat gnostici God niet konden zien als Schepper, zij geheime tradities hadden, en geloofden dat Christus eigenlijk niet menselijk was en dat zijn kruisiging alleen een manier was om kwade machten te misleiden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Graven in de vorm van een tempel. Tempels voor het verzorgen van en offeren aan vergoddelijkte koningen; kwamen veel voor in het oude Egypte.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Bronzen kurassen uit het oude Griekenland, meestal bestaande uit twee delen met aan één kant een scharnier en aan de andere kant een sluiting met metalen pinnen of lussen; ze worden gekenmerkt door een inwaartse bocht bij de taille, waaronder de onderste rand scherp naar buiten buigt. Ze kwamen veel voor tot het eind van de 6e eeuw v.C.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl en de culturen die zich op het Italiaanse schiereiland ontwikkelden op plaatsen waar de Etrusken via Griekse kolonisten en hun kunst in aanraking kwamen met de Griekse cultuur.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl en cultuur die zich ontwikkelde toen de Romeinen in aanraking kwamen met de Griekse kunst en cultuur en deze probeerden te overtreffen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Wordt gebruikt voor kleinere versies van staande klokken, meestal 60 cm tot 1,5 meter hoog, met een koperen mechaniek voor acht dagen en een slinger; ze kwamen veel voor in de Verenigde Staten aan het begin van de 18e eeuw.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een regionale school van Pahari-miniatuurschilderkunst die wordt geassocieerd met het kleine vorstendom Guler in het oosten van het heuvelgebied van Pahari. In de 18de en 19de eeuw leefden er in Guler een aantal kunstenaarsfamilies die tot de begaafdste van de regio behoorden. De destijds heersende dynastie diende het Mogolrijk, iets wat duidelijk terug te zien is in de ontwikkeling van de schilderkunst in Guler, aangezien schilderijen vaak werden uitgewisseld of geschonken. De familie Pandit Seu (begin 18de eeuw) was een vooraanstaande kunstenaarsfamilie die oorspronkelijk uit Guler afkomstig was, evenals de familie Dhumun en Purkhu. Pandi Seu zelf was mogelijk verantwoordelijk voor de versmelting van de intensiteit van de Pahari-kunst met het naturalisme en de atmosferische effecten van de Mogols, later vaste stijlkenmerken van de Guler-schilderkunst. Ook latere kunstenaarsfamilies lieten zich beïnvloeden door Pandit Seu, en zijn mogelijk verre verwanten. Wellicht trokken Guler-kunstenaars naar Chamba en Kangra toen hun families groter werden en er steeds meer opdrachten van buiten Guler kwamen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Windsorstoelen met uitgezaagde achterstijlen in de vorm van een geweerkolf. Ze kwamen veel voor in het midden van de 19e eeuw.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Atletische wedstrijdsport waarbij op bekwame wijze fysieke kracht-, lenigheids- en evenwichtsoefeningen moeten worden uitgevoerd op en aan toestellen zoals matten, evenwichtsbalken, bruggen, paarden en ringen. Gebruik ‘acrobatiek’ voor de kunst van het draaien, balanceren en springen voorzover als voorstelling gepresenteerd.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar kunst en architectuur die is verbonden met de islamitische Hafsid-heersers van Tunis die een van vier regionale machten waren die opkwamen in de Maghrib na de ineenstorting van het Almohad-rijk in 1212. De Hafsids regeerden in het oostelijk gebied van Noord-Afrika. Belangrijke centra waren de kuststeden van Tunis, Sousse en Sfax. Hafsid-cultuur is een ontmoeting van oost en west: de vele Spaanse vluchtelingen in de regio brachten hun artistieke tradities met zich mee en de Hasfids onderhielden tevens nauwe banden met de mammelukken van Egypte. De Hafsids waren verantwoordelijk voor het introduceren van de madrasa bij de Maghrib en er werden er vele gebouwd, evenals talrijke moskeeën. De Hafsids, die zichzelf zagen als verdedigers van het islamitische geloof, gaven ook opdracht tot het vervaardigen van veel opmerkelijke religieuze manuscripten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Leden van een mensachtige soort uit het midden van de vroege steentijd die tussen 200.000 en 100.000 jaar geleden ontstond en 35.000 tot 28.000 jaar geleden werd verdrongen door de vroege moderne mens. De neanderthalers leefden in Eurazië; soortgelijke menselijke populaties kwamen tegelijkertijd voor in oostelijk Azië en Afrika, maar omdat de neanderthalers in een land met overvloedige kalksteengrotten leefden, die zij als schuilplaatsen gebruikten, bleven hun botten bewaard en zijn ze daardoor bekender dan sommige andere oude soorten van het geslacht Homo. In sommige classificaties zijn de neanderthalers opgenomen als een ondersoort van de mens (Homo sapiens neanderthalensis).

Toegevoegd op: 16-8-2017

Helmen die open zijn aan de voorkant, met wangstukken en een nauwsluitende helmkap, oorspronkelijk gemaakt uit twee bronzen platen en later uit één. Ze kwamen oorspronkelijk uit de Peloponnesus aan het begin van de 7e eeuw v.C.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de cultuur van de tegenwoordige staat India, of in bredere zin naar de culturen die tot ontwikkeling kwamen op het subcontinent India, dat wordt begrensd door de Arabische Zee, de Indische Oceaan, de Baai van Bengalen en het Himalayagebergte. De term kent overigens een nog ruimere betekenis en verwijst dan naar de culturen van India, Oost-Indië en het voormalige Brits-Indische rijk. Voorheen kon de term ook in minder specifieke zin verwijzen naar iedere oosterse of Aziatische cultuur.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Oranje blauw gevlochten erekoorden uitgereikt aan de militairen van de Nederlandse Prinses Irene Brigade die in 1944 in Normandië aan land kwamen. Thans ook gedragen door de Fuseliers.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Helmen die tijdens de Romeinse overheersing alom werden gebruikt in Europa, met een halfronde, licht gebolde helmkap met een kleine knop erop en wangstukken die met scharnieren aan de zijkanten zijn bevestigd en onder de kin worden vastgeknoopt. Ze kwamen oorspronkelijk uit Gallië en werden door de Romeinen overgenomen in de 6e eeuw v.C.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de vroeg-Byzantijnse periode en stijl die wordt toegeschreven aan de regeerperiode van de Byzantijnse keizer Justinianus I (527-565) en de heerschappij van de keizers die direct voor en na hem kwamen, Justinus I (518-527) en Justinus II (565-578). De stijl kenmerkt zich door groots optimisme dat het prestige van Byzantium verheerlijkte en wordt gemarkeerd door ambitieuze bouwprojecten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een regionale school van Pahari-miniatuurschilderkunst die bloeide in de heuvelstaat Kangra. Deze productieve school beleefde zijn hoogtijdagen van circa 1770 tot bijna het einde van de 19de eeuw, en het fraaiste werk dateert uit de periode tussen circa 1775 en 1820. Er zijn evenwel al werken uit 1690 bekend, en de regionale schildertraditie heeft zich tot in de 20ste eeuw weten te handhaven. Het in Kangra geproduceerde werk is zeer gevarieerd, waardoor het lastig is van één Kangra-stijl te spreken. De invloed van de late Mogolperiode is evenwel onmiskenbaar aanwezig in de Kangra-schilderijen, en vaak wordt er een afwijzing van de Basohli-school in gezien. Landschap en perspectief zijn naturalistischer, de kleuren zijn gedempter, de lijnvoering is verfijnder en booglijnig, en de stijl maakt in het algemeen een meer lyrische indruk dan Basohli-werk. De Kangra-schilderkunst bereikte een hoogtepunt tijdens het bewind van radja Sansar Chand (heerste van 1775-1823), een belangrijk opdrachtgever. In geografische zin bleef de school niet beperkt tot de staat Kangra, maar verspreidde hij zich naar alle delen van het laaggebergte van de Himalaya, waar tal van eigen idioomvormen tot ontwikkeling kwamen. Bij de meeste werken is het lastig uitsluitsel te geven over de herkomst, aangezien de heuvelstaten klein waren en vaak dicht bij elkaar lagen. Scènes uit de dichtwerken over het leven van Krishna, de 'Bhagavata-Purana' en de 'Gitagovinda,' behoren tot de bekendste thema's in de Kangra-schilderkunst, evenals illustraties van andere hindoemythen, ragamala-reeksen en portretten van heuvelhoofdmannen en hun families.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Harshoudende kegeldragende productieconifeer die inheems is op het Noordereiland van Nieuw-Zeeland. Kauribossen behoren tot de oudste bossen in de wereld: voorlopers van de kaura kwamen reeds voor tijdens de Jura, tussen 190 en 135 miljoen jaar geleden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Periode in Meso-Amerika van circa 250 v. Chr. tot 900 n. Chr. die wordt gekenmerkt door het feit dat er overal steden en ceremoniële centra tot ontwikkeling kwamen, en door de opkomst van grote staten in een drietal gebieden: het Bekken van Mexico in de Centrale Hooglanden, het Oaxaca-dal in de Zuidelijke Hooglanden en het Maya-laagland. In al deze regio's hebben zich unieke patronen en stijlen ontwikkeld.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Trompetachtige blaasinstrumenten met een conische boring, die meestal zijn voorzien van vijf kleppen. Ze werden voor het eerst in 1801 gemaakt in Wenen en kwamen tot 1840 veel voor.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode die samenviel met de heerschappij van de Ko-familie in Korea, van 37 v. Chr. tot 668 n. Chr. Gedurende deze periode lieten koningen en edelen duizenden graftombes bouwen, van P'yong-yang tot Mantsjoerije, met daarin talloze grafobjecten en fresco's met afbeeldingen van alledaagse taferelen. In het laatste kwart van de 4de eeuw werd het sjamanisme verdrongen door het boeddhisme, en kwamen in metaal of aardewerk uitgevoerde afbeeldingen van Boeddha algemener voor.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Term die van toepassing is op damesmutsen die in de 14e tot de 18e eeuw in verschillende vormen voorkwamen, maar vaak kegelvormig. Werden meestal gemaakt van fijne materialen met stroken van kant of met linten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de cultuur van het huidige Kroatië, of in het algemeen naar de culturen in Centraal-Europa waar tegenwoordig Kroatië ligt. In een ruimer verband kan de term verwijzen naar de cultuur van de Slavische Kroatische volkeren die uit de Oekraïne kwamen in de 7de eeuw n. Chr.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de fase in de Jomon-periode van circa 2500 tot circa 1000 v. Chr. Wordt ook wel gedateerd van circa 2000 tot circa 1000 v. Chr. In de periode kwamen grootschalige zeevarende activiteiten tot ontwikkeling, werd aardewerk vervaardigd met geometrische versieringen van rechte groeven, en nam de productie toe van meer driedimensionale beeldjes.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Genus van drie soorten groenblijvende bomen. Fossielen uit de periode voor de ijstijden in het Pleistoceen duiden erop dat de soorten uit dit genus vroeger, toen het klimaat vochtiger en milder was dan nu, in een groter gebied rond de Middellandse Zee en in Noord-Afrika voorkwamen. Tegenwoordig denkt men dat het opdrogen van het Middellandse Zeebekken tijdens de ijstijden ervoor heeft gezorgd dat Laurus zich terugtrok naar de gebieden met het mildste klimaat, zoals het zuiden van Spanje, Portugal en Macaronesië.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl van de kunst en de architectuur die in de oudheid voorkwam in de regio Lycia in de zuidwestelijke hoek van Anatolië. De stijl kenmerkt zich met name door monumentale graven die in het gebied veelvuldig voorkwamen van circa 500 v. Chr. tot circa 200 na Chr., en die Griekse, Perzische en Romeinse invloeden vertonen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Kleine plant, gekenmerkt door de vruchtbare sporenhouder op de stokachtige, rechtopstaande stengel en de zeer kleine microfyllen. Een microfyl is een soort blaadje dat onafhankelijk van de bladeren van andere vaatplanten ontstond en evolueerde. Microfyllen hebben maar één enkele onvertakte strook vaatweefsel. Hoewel deze stam tegenwoordig een kleine en onopvallende groep planten vormt, waren sommige soorten die in het Carboon voorkwamen bomen die bossen vormden en meer dan 35 meter hoog werden. Lycophyta is de oudste bestaande groep vaatplanten en 40 miljoen jaar lang was het in grote gebieden de dominante groep.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Stukken maliën ter bescherming van de genitaliën, bevestigd in het midden van de onderste rand van een maliënkolder of vastgemaakt aan de vork van een gepantserde rok. Ze kwamen voor in verschillende vormen, ook korte rokjes of kniebroeken, en konden ook een broekklep bevatten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Lange hemden van maliën die de armen, romp en benen beschermen tot halverwege het dijbeen en soms ook het hoofd bedekken. Ze kwamen veel voor in Europa van de 11e tot de 14e eeuw.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een oude religie uit het Midden-Oosten die nog voorkomt in Irak en Khuzistan (een provincie in het zuidwesten van Iran). Zij wordt meestal beschouwd als een gnostische sekte en is als zodanig de enige overgebleven vertegenwoordiger van het gnosticisme. Er zijn ongeveer 15.000 tot 20.000 mandeeërs. Het mandeïsme benadrukt, net als andere dualistische geloofssystemen, de verlossing van de ziel door esoterische kennis (gnosis). De spirituele ziel zal worden bevrijd van de materiële wereld door hun verlosser, Manda d'Hayye, maar de slechte archonten verhinderen de opstijging van de ziel. In het mandeïsme wordt Jezus beschouwd als een valse messias maar wordt Johannes de Doper vereerd omdat hij wonderbaarlijke genezingen heeft bewerkstelligd door middel van de doop. De mandeeërs ontwikkelden een uitgebreid cultusritueel, vooral voor de doop, die voor zover bekend bij geen enkele andere gnostische sekte voorkomt. De doop zuivert een mens van de zonde en kan vaak worden herhaald. De oorsprong van de religie is duister en blijft omstreden. Op basis van Babylonische elementen in mandeïsche magische teksten, het gebruik van de Iraanse kalender en de overname van verscheidene Iraanse woorden in de mandeïsche taal, menen sommige geleerden dat het mandeïsme in de pre- of vroegchristelijke tijd is ontstaan in het zuidwesten van Mesopotamië. Anderen denken aan een Syrisch-Palestijnse oorsprong op basis van de Haran Gawaita, een quasihistorisch mandeïstisch document dat verhaalt over de exodus van de nazareeërs (de mandeïstische priesterkaste die zich onderscheidde van de mandeeërs of leken) van Palestina naar Mesopotamië in de 1ste eeuw n. Chr. Ook zekere opmerkelijke overeenkomsten met het jodendom verdienen de aandacht: bekendheid met het Oude Testament, parallellen met de joodse zedenleer, vooral de grote waarde die wordt gehecht aan het huwelijk, het gebruik van de Hebreeuwse engelenleer en het belang van een zuivere cultus. Ook zijn er overeenkomsten met het manicheïsme. De mandeeërs zijn misschien de in de Koran genoemde Sabanen. De mandeïsche literatuur, geschreven in een Aramees dialect en in een apart schrift, is tamelijk uitgebreid. Belangrijke bewaard gebleven werken zijn de Ginza (het Boek van Adam); het Boek van Johannes; het Boek van de Zodiak en de Doop van Hibil Ziwa. Mandeeërs zijn van oudsher bekwame zilversmeden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

De duidelijkste uitdrukking van de apocalyptische denkwijze in het Japanse boeddhisme. Deze derde en laatste fase van het boeddhisme zou zijn begonnen in 1052. Men veronderstelt dat tijdens dit einde van de boeddhistische leer het boeddhisme degenereerde tot het moment dat de leer nog wel bestaat, maar niet meer wezenlijk wordt gepraktiseerd. Dit religieuze pessimisme en de voorbereiding op het einde der tijden leidde tot een opleving van kunstopdrachten tijdens het laat-Heian op terreinen als beeldhouwkunst, kalligrafie, schilderkunst en de bouw van tempels. De opdrachten kwamen van rijke aristocraten, die hoopten op verlossing door Amitābha eerbetoon te brengen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Elegante Windsorstoelen met een vierkante rugleuning naar de ontwerpen van Sheraton. Ze kwamen in Engeland voor in de omgeving van Mendlesham aan het begin van de 19e eeuw.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode van het christelijke Romeinse Rijk van de 5de eeuw tot aan de renaissance, waarvan het begin ligt in de 13de, 14de of 15de eeuw, afhankelijk van welk land het betreft. De herwaardering van de Grieks-Romeinse tradities met integratie van christelijke thema's, de dynamiek van de Keltische en Germaanse volkeren, en de opkomst van de steden, welke werden bevolkt door vrije burgers, drukten hun stempel op de veelheid van stijlen die tijdens de middeleeuwen tot ontwikkeling kwamen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Stijl die betrekking kan hebben op in principe alle kunstvormen, met inbegrip van de literatuur, de ontwerpkunst, de muziek, de beeldende kunst en de performancekunst, en die wordt gekenmerkt door een 'kale' eenvoud, ontdaan van iedere vorm van decoratie. Binnen de muziek verwijst deze term specifiek naar een stijl die in de jaren 60 in de Verenigde Staten ontstond en die wordt gekenmerkt door het langdurig herhalen van korte passages zonder enige harmonische variatie. Binnen de context van de beeldende kunst verwijst de term naar de abstracte kunststroming en stijl die met name op het gebied van de beeldhouwkunst tot bloei kwamen in het midden en het einde van de jaren 60. Deze stroming bepleitte het terugbrengen van de kunst tot een toestand van niet-kunst door middel van het uitbannen van alle natuurlijke en culturele elementen, met als resultaat een kunstwerk dat wordt gekenmerkt door zuivere, eenvoudige vormen en willekeurig geplaatste objecten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Mutsen, vaak van bont, met een ronde bol en zij- en achterflappen, die vanaf de 17e eeuw werden gedragen en oorspronkelijk voorkwamen bij Spaanse jagers.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Architectuurstijl die verwijst naar de tempeltypen van Noord-India welke vanaf de 6de eeuw tot ontwikkeling kwamen; de letterlijke betekenis van het woord is 'behorend bij de stad', hetgeen mogelijk verwijst naar de oorsprong van de vorm. Kenmerkend voor een vroege versie van deze stijl waren de hoekprojecties (bhadra) die als hoofdnis van de kubusvormige cella uitkraagden; de nissen bevatten doorgaans afbeeldingen van de in het heiligdom vereerde godheid. De projecties liepen langs de kromlijnige toren omhoog tot aan het hoogste altaar (uttaravedi), dat werd bekroond met een amalaka; tijdens de wijding werd een fioel, gesneden in de vorm van lustervaas, soms met bladerwerk, boven op de amalaka geplaatst. Nissen met wakende godheden (dikpala's) werden op de hoeken geplaatst en extra hoekprojecties werden toegevoegd. Uit deze basisstijl hebben zich diverse regionale vormen ontwikkeld, de zogeheten latina, zo genoemd vanwege de verticale 'klimplanten' of latas. Vanaf de 11de eeuw groeide de populariteit van vormen met meerdere spitsen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een stijl in de Japanse schilderkunst die floreerde van het midden van de Edo-periode (1600-1868) tot aan de Taisho-periode (1912-1926). De stijl was geïnspireerd op de Chinese geletterde intelligentsia, de zogenaamde Wen ren, een traditie van de leerlingschilderkunst, en was bedoeld voor een klein, intellectueel publiek. In tegenstelling tot andere stijlen die in grote Japanse ateliers tot ontwikkeling kwamen, maakt de Nanga-stijl gebruik van afwisselende technieken, stijlen en onderwerpen, die eerder met elkaar verbonden zijn door een losse traditie dan door gestandaardiseerde regels. De stijl kenmerkt zich doorgaans door de combinatie van schilderkunst, poëzie en kalligrafie, met een voorkeur voor subtiel penseelwerk, geen of gedempt kleurgebruik en abstractie van natuurlijke vormen om een uiterst persoonlijke kijk op de natuur weer te kunnen geven.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Kleine metalen plaatjes met een gegraveerd ontwerp dat wordt gevuld met zwart inlegsel; kwamen veel voor in de 15e en 16e eeuw in Italië.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Uitgestorven orde van fossiele zeereptielen die voornamelijk voorkwamen in Europa en die erg leken op de latere plesiosauriërs, maar als een aparte orde zijn geclassificeerd. De dieren leefden in het Trias. Kenmerkend waren het gesloten gehemelte, de lange, platte schedel met grote openingen, het grote aantal puntige tanden langs de randen van de kaken, het slanke lichaam, de lange nek en staart en de lange ledematen. De openingen voor de luchtwegen waren gescheiden van die van het voedselkanaal. Hoewel het dier in het water leefde, waren de ledematen minder gespecialiseerd voor zwemmen dan bij meer ontwikkelde Sauropterygia.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Familie van vier genera en vijf soorten lemuren die op Madagaskar voorkwamen en in de afgelopen 2000 jaar allemaal zijn uitgestorven. De familie ontstond in het Holoceen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Waterige pap van fijngemalen papier met een klevend bindmiddel. Kan ook stroken papier bevatten en is soms versterkt met textiel, samengeplakt met een natte kleefstof. Met deze pap wordt een object gevormd, dat een vaste vorm aanneemt zodra de kleefstof opdroogt. Het object kan dan worden geschuurd, geglazuurd en geschilderd. Dergelijke objecten zijn zeer duurzaam; ze kwamen tot ontwikkeling in Azië en waren vanaf de 17de eeuw gemeengoed in Europa en daarbuiten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Dualistische christelijke geloofsgemeenschap, in de 7de tot 11de eeuw ontstaan in Armenië en het oosten van het Byzantijnse Rijk. De identiteit van Paulus, de naamgever van de paulicianen, is omstreden. De beweging, in het midden van de 7de eeuw gesticht door een Armeniër genaamd Constantijn, lijkt een wijdverbreide politieke en militaire opstand te hebben veroorzaakt. Behalve gedurende een korte periode waarin zij in de gunst was bij de iconoclastische keizers van de 8ste en 9de eeuw, werd de beweging voortdurend vervolgd met als consequentie dat zij een bondgenootschap aanging met de moslims. De beweging is vooral beïnvloed door de dualistische overtuigingen van het marcionisme en het manicheïsme. De fundamentele dualistische doctrine van de paulicianen stelde dat er een slechte God en een goede God bestaat, van wie de eerste de schepper en heerser van deze wereld is en de laatste de schepper en heerser van de wereld die komen gaat. Hieruit leidden zij de ketterse notie af dat Jezus niet werkelijk de zoon van Maria was. Terwijl de paulicianen het evangelie van Lucas en de brieven van Paulus in ere hielden, verwierpen zij het Oude Testament en de brieven van Petrus. Ook de sacramenten, de eredienst en de hiërarchie van de gevestigde kerk werden verworpen. Ondanks de vervolging verspreidden de doctrines van de beweging zich, in het bijzonder onder Macedonische, Bulgaarse en Griekse boeren. De paulicianen hebben invloed gehad op een andere neomanicheïstische gezindte, de bogomielen die in de 10de eeuw opkwamen. In de vroege 19de eeuw werden nog kleine pauliciaanse gemeenschappen aangetroffen in de door Russen bezette delen van Armenië.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Pliants die een rugleuning met uitsteeksels hadden die vaak naar voren waren gebogen zodat ze op parkieten leken. Ze kwamen in het begin van de 17e eeuw in Frankrijk in de mode en werden voornamelijk gebruikt bij eettafels.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Vrolijke joodse feestdag ter herdenking van de bevrijding van de joden in de 5e eeuw v. Chr. door Mordechai en Ester van een samenzwering om hen uit te roeien. Deze samenzwering was het werk van Haman, hoofd van de hofhouding van de Perzische koning Ahasveros. Het verhaal is opgetekend in het oudtestamentische boek Ester. De naam is afgeleid van de loten waarmee werd bepaald in welke maand de massamoord zou plaatsvinden. Het feest wordt gevierd op 14 adar (rond 1 maart). In de 2e eeuw n. Chr. was het feest al wijdverbreid. De dag voor Poerim, Ta'anit Esther (het vasten van Ester), is een vastendag. Op Poerim wordt de boekrol van Esther in de synagoge gelezen. In een feestelijke en carnavaleske atmosfeer worden verkleedpartijen gehouden, geschenken uitgewisseld en donaties aan de armen gedaan. Op deze feestdag worden driehoekige koekjes genaamd harmantaschen ('Hamansoren') gebakken en Poerim-toneelstukken opgevoerd, die in de 17e eeuw in zwang kwamen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst in algemene zin naar allerlei kunstvormen die aan het eind van de jaren 70 van de 20ste eeuw tot ontwikkeling kwamen. De naam is bedacht door de Amerikaanse kunstcriticus Robert Pincus Witten. De stijl wordt gekenmerkt door kunst in de vorm van een zuiver intellectuele inspanning, en verwijst terug naar vroege vormen van de minimal art, zonder echter dezelfde esthetische grondbeginselen te hanteren.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl en periode van kunst en architectuur die tot ontwikkeling kwam in de jaren zestig van de 20ste eeuw en daarna, toen de overheersende rol van het modernisme werd aangevochten. In het algemeen stond deze stijl een pluralistische benadering van de kunsten voor, waarbij werd gesteld dat het modernisme had gefaald vanwege het ontbreken van een gecodeerde betekenistaal voor de kijker. De term werd voor het eerst gebruikt door de Spaanse dichter Federico de Onis in 1934 en later in 'A Study of History' van Arnold Toynbee in 1938, maar de term werd pas in de jaren zeventig vrij algemeen gebruikt in relatie tot een trend in de architectuur waarbij sprake was van selectief eclecticisme en historicisme. Dit leidde tot structuren waaruit kennis van het modernisme naar voren kwam, maar ook tot speelse, grillige toepassingen van klassieke elementen. In overige kunstvormen, zoals de schilderkunst, was sprake van een terugkeer naar een klassieke benadering van de menselijke gestalte, stijl en compositie, wat vaak resulteerde in werken in de stijl van de Oude meesters, maar dan met eigentijdse beelden, zoals beroemdheden uit die tijd of kunstenaars uit het verleden. In de fotografie en de schilderkunst werd een verhalende benadering ook populair. Aan het begin van de jaren tachtig kwamen veel postmoderne werken in handen van de commerciële kunsthandel, waarbij grote bedragen werden betaald voor het werk van relatief nieuwe kunstenaars. In de jaren negentig leek de populariteit van het postmodernisme enigszins te tanen en kwamen meer traditionele modernistische vormen weer in opkomst.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een van de belangrijkste protestantse groeperingen die voortkwamen uit de 16de-eeuwse Reformatie. In het algemeen hebben moderne presbyteriaanse kerken hun oorsprong in de calvinistische kerken op de Britse eilanden, waarvan de Europese tegenhangers bekend zijn geworden onder de meer algemene naam 'gereformeerden'. De term 'presbyteriaans' verwijst ook naar een collegiaal type kerkbestuur onder leiding van pastors en leken die ouderlingen of presbyters worden genoemd. Strikt genomen maken alle presbyteriaanse kerken deel uit van de gereformeerde of calvinistische traditie, maar zijn niet alle gereformeerde kerken presbyteriaans in hun bestuursvorm.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Indiase schilderstijl die wordt geassocieerd met de hindoeïstische Rajputvorsten, welke na de val van het Guptarijk aan de macht kwamen. Hun hoven waren vaak hindoeïstische leercentra, en ze begunstigden dichters, geleerden en kunstenaars. De Rajputschilderkunst was een omvangrijke stroming met een sterk Indiase inslag en vormde daardoor in zekere zin een contrast met de kunst van hun tegenstanders, de islamitische Mogols. Niettemin moesten de Rajputheersers zich uiteindelijk aan de Mogolheersers onderwerpen om hun gebied te kunnen behouden; het gevolg was dat de kunstzinnige ontwikkeling van de Mogols aan het eind van de 16de eeuw en het begin van de 17de eeuw invloed ging uitoefenen op de traditionele manuscriptverluchting van de Rajputhoven. De Mogols waren met name belangrijk voor de invoering en verspreiding van het portretschilderen in de kunstcentra van de Rajput. In tegenstelling tot de realistische schilderkunst van de Mogols is de Rajputschilderkunst symbolisch van karakter en al net zo doordrenkt met poëtische metaforen als de Hindiliteratuur waarmee deze kunst sterk verwant is. Zelfs de kleuren hadden vaak een specifieke betekenis; het coloriet is meestal vlak, zonder kleurmenging, waardoor er een soort glas-in-loodeffect ontstaat. De bekende voorbeelden uit de periode eind 16de eeuw tot de 19de eeuw vallen uiteen in twee hoofdgroepen, Rajasthan en Pahari.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Stoelen met verstrengelde spijlen in de vorm van gevlochten linten, die bekendheid kregen door Chippendale en vanaf het midden van de 18e eeuw voorkwamen in Engeland en Amerika.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Te gebruiken voor vierwielige, overdekte rijtuigen met zijkanten die zijn afgesloten met ofwel panelen of met gordijnen, al of niet met een bok, en geplaatst op elliptische of platformveringen, meestal met een gemeenschappelijk dak dat over de bestuurdersplaats, die deel uitmaakt van de kast, heen steekt; konden door één of twee paarden worden getrokken en kwamen voor met allerlei soorten kasten; populair in de Verenigde Staten na hun introductie in de jaren dertig van de 19e eeuw.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de derde en laatste fase van de Cochise cultuur, van circa 500 v. Chr. tot Het begin van onze jaartelling. Deze kenmerkt zich door de ontwikkeling van vijzels en stampers, die in de plaats kwamen van eerdere maalstenen, het vervaardigen van aardewerk, en door kenmerkende holwoningen, die bestonden uit met palen en aarde bedekte kuilen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Lange schilden die oorspronkelijk uit Italië kwamen en gebruikt werden door de Romeinse zware infanterie vanaf de 8e eeuw v.C. tot de 5e eeuw n.C. Ze waren rechthoekig of ovaal van vorm, oorspronkelijk van hout of riet maar later van met leer bedekt hout, met een centrale metalen schildknop en een richel over de lengte van de achterkant.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de Japanse periode die begint bij de Onin oorlog (1467-1477) en eindigt met de inname van Kyoto in 1568. Sommige onderzoekers echter, laten de periode in de vroege jaren negentig van de 15de eeuw beginnen. In deze periode kwamen vestingsteden tot ontwikkeling die als commerciële en politieke centra fungeerden, en werden theeceremonies, de haiku, klassieke Chinese inkttekeningen en het pottenbakken populair.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een minderheidsstroming van de islam, die zich onderscheidt van de populairdere soennitische stroming. Deze stroming ontstond in de vroege islamitische geschiedenis als politieke groepering die de heerschappij steunde van Ali, schoonzoon van Mohammed en vierde kalief van de moslimgemeenschap. Deze tak van de islam stelt dat de heerschappij over de moslimwereld is gebaseerd op afstamming; alleen nakomelingen van Ali kwamen in aanmerking voor het leiderschap. Het merendeel van de aanhangers van deze stroming van de islam bevindt zich in Syrië, Libanon, Oost-Afrika, India en Pakistan. De aanhangers worden vaak geassocieerd met militant islamitisch fundamentalisme.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Gestoffeerde leunstoelen met een rugleuning met oren die door middel van een palmechanisme in elke gewenste stand kan worden ingesteld. Ze kwamen voor het eerst voor ten tijde van de Restauratie.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Politieke ideologie die een geleidelijke overgang naar een socialistische samenleving bepleit via het democratische proces. De beweging, oorspronkelijk een vorm van marxisme, begon in 1869 met de oprichting van de Duitse Sociaal-Democratische Arbeiderspartij, die uiteindelijk heeft geleid tot de Sociaal-Democratische Partij van Duitsland. De bijbehorende filosofie evolueerde en verwierp uiteindelijk militarisme, totalitarisme en revolutie als methoden van politieke verandering. Een belangrijk pleitbezorger van de sociaaldemocratie was de theoreticus Eduard Bernstein, die zich afkeerde van Marx en Engels en in tegenstelling tot hen stelde dat de democratie moest worden omarmd teneinde socialistische veranderingen door te voeren. Na de Tweede Wereldoorlog kwamen in verscheidene landen sociaaldemocratische regeringen aan de macht, onder meer in West-Duitsland en Zweden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Wordt met name gebruikt voor Europese slagwapens met een zware kop, meestal met een stompe of puntige kant en met tenminste één blad of pin aan de andere kant van de kop of bovenop de staf; ze kwamen voor in verschillende typen van de 13e tot de 17e eeuw. Wordt ook meer algemeen gebruikt voor hamers die als gevechtswapens werden gebruikt in bijna alle delen van de wereld sinds de steentijd.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Te gebruiken voor oude Mesopotamische, Egyptische, Griekse en Romeinse voertuigen met meestal twee wielen, die door maximaal tien dieren konden worden getrokken; ze kwamen voor in vele verschillende vormen en met diverse toepassingen en werden meestal bestuurd vanuit een staande positie. Waarschijnlijk ontwikkeld in Mesopotamië rond het begin van het derde millennium.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Gedetailleerde krullen, vaak gelijkend op dieren, mensen of planten, gemaakt door kalligrafen om kalligrafische werken te versieren. Ze kwamen vooral veel voor in 17de- en 18de-eeuwse Europese voorbeeldenboeken en werden gemaakt of wekten de indruk te zijn gemaakt met één ononderbroken lijn.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een theaterproductiesysteem gebaseerd op een duurzame verbintenis met acteurs, en vaak met een vaste locatie of theaterstructuur. Professionele toneelgezelschappen kwamen tot ontwikkeling tijdens de Renaissance, met het verstedelijkingsproces in de grote Europese landen als stuwende kracht. Tegenwoordige toneelgezelschappen werken nog op basis van hetzelfde model als de vroegste vormen: een groep acteurs, scenarioschrijvers en technici die zich wijdt aan het verzorgen van toneelvoorstellingen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een vroeg procedé voor de reproductie van foto's op basis van een negatief, dat rond de jaren negentig van de 19e eeuw in Frankrijk werd ontwikkeld. Het raakte in onbruik toen eenvoudigere technieken met autotypierasters beschikbaar kwamen. Voor de typogravure werd de drukplaat gegoten uit een lichtgevoelig gelatinereliëf, gevormd door het bloot te stellen aan zonlicht door een negatief en vervolgens uitgewassen. Het afgietsel bevatte veel verhoogde pieken van verschillende grootten, waarvan de gelatine werd weggespoeld in verhouding tot de mate van belichting. Deze pieken konden als bij de boekdruk worden gerold met inkt, waardoor een reeks punten ontstonden die zorgden voor de illusie van tintverloop.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een periode (660-730 n. Chr.) waarin de basis voor de islamitische gemeenschap en beschaving is gelegd, zo wordt algemeen aangenomen; de naam is ontleend aan een familie van aristocraten uit Mekka die 90 jaar lang vanuit Syrië over het islamitisch rijk zou heersen. De ambachtslieden kwamen uit Syrië, Egypte en Perzië, aangezien de Arabieren zelf nog geen ambachtstraditie hadden ontwikkeld. Dat verklaart waarom de vroegste islamitische kunst en architectuur opvallend eclectisch van aard zijn, en er nog moeilijk een herkenbaar islamitische stijl in te herkennen valt. Niettemin bevat de kunst van de Umayyaden wel altijd drie afzonderlijke elementen, vaak binnen hetzelfde werk: het naturalisme van Syrië, waar de Hellenistische traditie nog altijd volop leefde; de meer decoratieve stijl van de Egyptische Kopten; en de Sassanische stijl van Perzië, een combinatie van Hellenistische elementen met aspecten uit de vroegere Achaemenidische periode. Van de Umayyaden-kunst zijn hoofdzakelijk voorbeelden van architectuur en de bijbehorende decoraties bewaard gebleven, alsmede enig textiel, metaalwerk, keramiek, ivoor en munten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Wordt gebruikt voor gebouwen waar (sinds de 17e eeuw) leden van de genootschappen van Vrijmetselaars bijeen kwamen, zowel sociaal als professioneel.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de cultuur die in verband wordt gebracht met de Noord-Chinese dynastie die van 386 tot 556 n. Chr. dateert en die werd gesticht door het Tuoba-volk. De Wei-dynastie kwam na de Zestien Koninkrijken (310-439) die Noord-China beheersten na de val van de Westelijke Jin-dynastie, die eenheid nastreefde. De Noordelijke Wei-dynastie heerste van 386 tot 534 en slaagde erin opnieuw het noorden te verenigen. In 534 kwamen grensstreken in opstand, en de Noordelijke Wei-dynastie werd opgevolgd door de twee overlappende staten Oostelijke Wei (534-550) en Westelijke Wei (535-556). China was destijds geografisch sterk verdeeld, maar wist wel te profiteren van buitenlandse invloeden. Onder Wei ingevoerde instellingen zoals landhervorming, belastingheffing en militiestelsels werden verder ontwikkeld door latere Chinese dynastieën. Tijdens de Wei-periode vond het boeddhisme algemeen ingang en zou deze godsdienst uitgroeien tot de belangrijkste inspiratiebron voor figuratieve kunst. De Wei-heersers vormden een krachtig mecenaat voor de boeddhistische kunst, en gaven opdrachten voor de bouw van enorme uit de rotsen uitgehouwen tempels met beeldhouwwerk en schilderingen in Longmen, op de berg Maiji en in Dunhuang. Talloze bronzen beeldhouwwerken werden vervaardigd, waarvan de meeste inmiddels zijn omgesmolten. De landschapsschilderkunst werd belangrijker, zoals blijkt uit de gesneden stenen sarcofagen en uit de wandschilderingen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Kleine kersenboom, inheems in een groot deel van Europa en Zuidwest-Azië, nauw verwant aan de wilde kers (P. avium) maar met een vrucht die zuurder is. Waarschijnlijk zijn gekweekte zure kersen geselecteerd uit wilde bomen die voorkwamen in de gebieden rond de Kaspische Zee en de Zwarte Zee. Ze waren populair in Perzië en in de vierde eeuw v.Chr. al bekend bij de oude Grieken. In de eerste eeuw n.Chr introduceerden de Romeinen ze in Groot-Brittannië. Daar werden ze vooral in de tijd van Hendrik VIII populair. In 1640 waren er 20 geregistreerde cultivars van de bomen. Engelse kolonisten die zich in Massachusetts vestigden namen de zure kers mee naar Amerika.