Associaties voor Paleolithisch

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een overgangsfase tussen paleolithische en neolithische culturen. Dit concept verschilt van ‘mesolithisch’ doordat het meestal wordt toegespitst op de cultuur in het oosten van Europa en veeleer de nadruk legt op de continuïteit van eerder begonnen processen dan op uitgesproken vernieuwingen die zich in deze periode hebben ontwikkeld.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de laatste fase van de Paleolithische periode, met name in Europa, waar de fase zich kenmerkt door ingrijpende culturele veranderingen, veroorzaakt door verandering van klimaat, flora en fauna.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar het eerste gedeelte van de paleolithische periode, inclusief het grootste deel van het Pleistoceen, van circa 2.000.000 tot circa 250.000 jaar geleden. De vroegste fase van de laag-paleolithische periode kenmerkt zich door de vervaardiging van eenvoudige stenen werktuigen door vroege mensachtigen. De latere laag-paleolithische traditie omvat de zogenaamde Chopper chopping-tool industry, die is vernoemd naar gevonden stenen werktuigen, en die veel voorkwam op het Oostelijk halfrond. De traditie wordt toegeschreven aan de homo erectus, die waarschijnlijk ook werktuigen vervaardigde van hout en botten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst in het algemeen naar een periode tussen de hoog-paleolithische en de laag-paleolithische tijd, die begint in de derde interglaciale fase en die duurt tot tijdens de eerste belangrijke schommeling van de vierde ijstijd of het Weichselien. Tijdens de periode bestonden de culturen van het Moustérien, een gedeelte van het Levalloisien en het Tayacien, die alle bekendstaan om de vervaardiging van gereedschap van steensplinters, hoewel ook de oudere handbijltraditie behouden bleef.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode en cultuur waaraan het eerste gebruik van bewerkte stenen gereedschap in een bepaald gebied wordt toegeschreven. Het tijdskader van deze periode kan sterk uiteenlopen in verschillende delen van de wereld, maar het wordt ongeveer 2.500.000 jaar geleden voor het eerst aangetroffen bij mensachtigen. De vroegst bewaard gebleven artistieke productie van een cultuur is meestal afkomstig uit de paleolithische periode, en kan bestaan uit kleine gesneden of gehakte stenen en botten beeldjes, maar ook uit grote schilderingen en gegraveerde afbeeldingen in grotten. De Paleolithische artistieke productie in de westerse kunst vond plaats tussen ongeveer 30.000 tot 10.000 v. Chr.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een hoog ontwikkelde midden- en laat-paleolithische gereedschap voortbrengende cultuur die wijdverbreid was in noordelijk Afrika tijdens het late Pleistoceen vanaf circa 30.000 v. Chr. Deze cultuur ontwikkelde zich klaarblijkelijk als een geavanceerde Afrikaanse vorm van de Europese Levalloisien traditie en is genoemd naar de opgravingen bij Bir al-Tir in Tunesië. Deze cultuur kenmerkt zich door het gebruik van pijl en boog, de opkomst van schachten of scherpe uitsteeksels op pijlpunten, speerpunten en schrapers om het bevestigen van handvatten mogelijk te maken, en door een zeer fijne drukbeiteltechniek. Sommige geleerden menen dat er een verband is tussen de Aterian bladvormige lemmeten en Solutréen lemmeten en dat de Aterians het Iberisch schiereiland zijn binnengedrongen tijdens de Solutréen tijd.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de gereedschaps- en kunstcultuur van hoog-paleolithisch Europa die volgde op de Moustérien cultuur, gelijktijdig was met het Périgordien en is genoemd naar de opgravingen bij Aurignac in het zuiden van Frankrijk. De typische stijl kan wijzen op een invasie van nieuwe volkeren in West-Europa en onderscheidt zich van gelijktijdige culturen door een overdaad aan bewerkt hakgereedschap in plaats van snijgereedschap, de vervaardiging van lemmeten en burijnen door middel van ponstechniek, en dubbelkonische punten met gespleten basis. Deze cultuur heeft de burijn uitgevonden, die de graveerkunst mogelijk maakte. De kunst kenmerkt zich door gestileerde venusfiguren, kleine snijwerken en graveringen waarin verkort perspectief en schakering is toegepast door middel van kruisarcering, en grotschilderingen van mensenhanden die worden gebruikt als sjablonen en geschilderde meerkleurige dieren, vaak met een opvallend verdraaid perspectief, dat wil zeggen dat de dieren en profil zijn afgebeeld met hun hoorns gedraaid in een frontale weergave.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een gereedschapscultuur in het laat-paleolithische en vroeg-mesolithische Europa, in het bijzonder Frankrijk en Spanje. Deze cultuur volgde op de complexere Magdaléniencultuur en bestond gelijktijdig met de culturen van Tardenoisien, Maglemose, Ertebølle en Asturië. Kenmerkend zijn geometrische tekeningen op kiezelstenen, heel kleine stenen gereedschappen die in een handvat van been of geweitak passen, speerpunten met gekromde ruggen, eindschrapers, benen drevels, platte harpoenen en staven waarvan het doel onbekend is.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de paleolithische periode van circa 38.000 tot 25.000 v. Chr. in het Zagrosgebergte in Iran. De periode kenmerkt zich door technologische vernieuwingen bij de vervaardiging van gereedschappen, het gebruik van kleur op stenen en menselijke beenderen en de aanwezigheid van ornamenten gemaakt van kiezelstenen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de paleolithische periode in het zuidwesten van Turkije rond 10.500 v. Chr. die is genoemd naar opgravingen bij Belbasi.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de paleolithische periode in het zuidwesten van Turkije rond 9500 v. Chr. die is genoemd naar opgravingen bij Beldibi.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Te gebruiken voor eenvoudige vaartuigen die zijn gebouwd door een enkele boomstam uit te hollen en te vormen; komen in culturen over de gehele wereld voor en zijn op zijn laatst ontworpen tijdens de Paleolithische tijdperk.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een fase in de hoog-paleolithische gereedschapscultuur, waarvan wordt aangenomen dat deze zich heeft ontwikkeld in Azië maar zich later heeft geconcentreerd in de Franse regio Périgord. Deze fase kenmerkt zich door een voorkeur voor messen met een gebogen rug waarvan zowel de snijkant als de rug is geslepen en door andere stenen gereedschappen. Het Châtelperronien werd voorheen beschouwd als een vroeg stadium van de Aurignaciencultuur, maar tegenwoordig heerst de overtuiging dat het overlapt met het laag-Perigordien.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de neolithische cultuur en stijl van de Cris, een volk dat leefde in het gebied van het huidige Bulgarije, Roemenië en het zuiden van Rusland. Vooral kenmerkend zijn de tamelijk grof uitgevoerde vrouwenfiguren van klei, die doen denken aan paleolithische figuren, met een groot, plankvormig achterwerk dat mogelijk een zittende houding aanduidt. Deze cultuur is verwant met de Köröscultuur. Beide culturen worden soms samen aangeduid als 'Cris-Körös'.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een hoogpaleolithische Noord-Afrikaanse gereedschapscultuur, te dateren van circa 40.000 tot circa 33.000 v. Chr. en genoemd naar de opgravingen bij Hagfet et Dabba, ook wel de Grot van de Hyena genoemd, aan de kust van Libië. De cultuur wordt gekenmerkt door pijlbladen, eindschrapers en dwarsburijnen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een fase in de hoog-paleolithische vervaardiging van stenen gereedschap, die wordt aangetroffen in Italië, Frankrijk en Rusland. Aanvankelijk werd aangenomen dat het een late fase van de Aurignacien-cultuur betrof, maar tegenwoordig wordt het Gravettien beschouwd als gedeeltelijk samenvallend met het hoog-Perigordien. Het kan in verband worden gebracht met de Cro-Magnonmens en wordt gekenmerkt door de paardenjacht in het westen en de mammoetjacht in het oosten, het gebruik van rode oker als kleurstof en de vervaardiging van Venusfiguren, sierraden en verschillende werktuigen. De Gravettien-nijverheid verschilt van die van het Aurignacien in het gebruik van zogenaamde pijlbladen: werktuigen die zijn vervaardigd met een afwerktechniek waardoor er één botte kant ontstaat. De Gravettien-nijverheid in Rusland wordt vaak aangeduid als Oost-Gravettien.

Toegevoegd op: 16-8-2017

te gebruiken voor prehistorische kunst, met name paleolithische, die in grotten wordt gevonden, inclusief schilderwerk, gravures en bepaalde artefacten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de Paleolithische periode in de Levant van ongeveer 14.000 tot 10.500 v. Chr. De periode kenmerkt zich door een lithische industrie en het gebruik van natuurlijke materialen voor kunstobjecten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de paleolithische periode vóór circa 10.500 v. Chr. in het zuidwesten van Turkije.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de Paleolithische periode van circa 30.000 tot 25.000 v. Chr. in het noordelijke en centrale deel van de Levant. De periode kenmerkt zich door een lithische productie die bestond uit klingen en stenen vuistbijlen, en een uitgebreid gebruik van botten en geweien.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode en cultuur van het hoog-paleolithische Europa, die is vernoemd naar de grot van Madeleine in de Franse Dordogne en die van ruwweg 17.000 jaar geleden tot 11.000 jaar geleden bestond. De cultuur kenmerkt zich door het ontstaan van permanente of seizoensnederzettingen, het gebruik van een grote verscheidenheid aan planten en dieren, onder andere door het gebruik van strikken en vallen, en de ingenieuze vervaardiging van werktuigen, decoratieve vormen en kunstvoorwerpen. Gereedschappen werden gemaakt van bot en steen en hebben geometrisch gevormde snijbladen. Er zijn ook andere werktuigen van bot en geweien, graveerijzers, naalden, schrapers, boren, snijbladen met achterkanten, harpoenen en bladvormige punten voor projectielen. De artistieke productie bestond uit monumentale inscripties en schilderingen in grotten, bewerken van botten werktuigen, beeldhouwwerk en juwelen. Het vroegere thema van dieren wordt tijdens deze periode voortgezet in de kunst, maar de stijl wijkt bij muurschilderingen af van eerder kunst door het levendige realisme, de expressieve houdingen en de geslaagde weergave van volume, en in andere, verplaatsbare werken door het verfijnde, gedetailleerde snijwerk en de ontwikkeling van samenhangende composities door de gezamenlijke weergave van meerdere dieren, zoals in een tafereel.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst meestal specifiek naar een periode van culturele ontwikkeling in Europa die reeds 10.000 jaar v. Chr. begon, toen de ijskap zich aan het eind van het Pleistoceen begon terug te trekken, en die voortduurde tot circa 2.700 v. Chr. De term wordt soms ook algemeen gebruikt voor een periode die wordt geassocieerd met de overgangsfase tussen de paleolithische en neolithische cultuur in alle gebieden. De periode kenmerkt zich door grote veranderingen in omgeving en cultuur, en door verscheidene lokale aanpassingen aan specifieke omgevingsomstandigheden. De periode wordt doorgaans gemarkeerd door de vervaardiging van microlithen die op stokken, pijlen, botten, geweien, houten werktuigen, en af en toe een gepolijst stenen werktuig werden geplaatst. De artistieke producten die uit deze periode bewaard zijn gebleven omvatten gravures en grotschilderingen met relatief verfijnde afbeeldingen van menselijke en dierlijke voorstellingen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de Paleolithische periode in de Levant van circa 10.500 tot 8.000 v. Chr. De periode kenmerkt zich door de vaardige bewerking van stenen en botten en de belangstelling voor persoonlijke decoratie.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de hoog-paleolithische Gravettiencultuur waarvan gereedschappen zijn aangetroffen in Rusland. Deze onderscheidt zich van de overige Gravettiencultuur door een voorkeur voor de jacht op mammoeten, waarvan het vet als brandstof en het gebeente als bouwmateriaal werd gebruikt.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een paleolithische periode en cultuur die is genoemd naar de archeologische vindplaats Pavolov in het huidige Tsjechië. Het kenmerkt zich door afwijkende vuurstenen werktuigen, vervaardigd van grondstoffen die over relatief grote afstanden werden aangevoerd, in plaats van met de verschillende lokale Moravische vuursteensoorten die door andere groepen werden gebruikt.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een periode in de prehistorische vervaardiging van werktuigen die volgt op de Mousterién-nijverheid in het hoog-paleolithische Europa. Het is genoemd naar een gebied in het zuiden van midden-Frankrijk. De periode overlapt enigszins met de laat-paleolithische nijverheid en werd gevolgd door het Solutréen. De Périgordien-nijverheid kenmerkt zich door de fijn getande gereedschappen in Mousterién-stijl, stenen messen met een scherpe en een platte kant, en verschillende schrapers, boren, graveerstiften, kleine lemmeten en hangers.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de paleolithische periode in Nubië van circa 15.000 tot 10.000 v. Chr. De periode kenmerkt zich door maalstenen en blades die mogelijk wijzen op landbouwexperimenten, door de aanwezigheid van begraafplaatsen en bewijzen van rituele uitvaarten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de paleolithische periode in Egypte van circa 12.000 tot 10.000 v. Chr. De periode kenmerkt zich door vuurstenen werktuigen van het Levallois-type, die later overgingen in een microlithische vuursteenbewerkings-productie.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een laat Paleolithische cultuur die stenen werktuigen produceerde, en die voorkwam van Ethiopië zuidwaarts tot aan de oostkust van Zuid-Afrika. De cultuur had haar bloeitijd tussen 50.000 en 30.000 jaar geleden, wordt vaak vergeleken met de Moustérien-productieVan Noord-Afrika en Europa, en kenmerkt zich door bladvormige, tweezijdige punten en speerpunten of vilmessen gemaakt volgens de Levallois steensplijt-techniek om een geprepareerd stuk vuursteen te bewerken tot puntige scherven.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl en cultuur die is genoemd naar de archeologische vindplaats bij Swidry in Polen, en die voorkwam in Polen, Roemenië, Rusland en elders. Deze cultuur ontwikkelde zich in de laat Paleolithische periode, maar bleef bestaan en floreerde tot in het Mesolithicum. De cultuur wordt hoofdzakelijk gekarakteriseerd door kenmerkende vuurstenengereedschappen, waaronder kleine, asymmetrische, gekartelde snijers, pijlpunten, en slijpbijlen.Er lijken overeenkomsten te zijn met de Campagnische cultuur die zuidelijker floreerde.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de paleolithische stijl en cultuur die is genoemd naar de Baai van Uluzzo aan de hiel van Italië, en die voorkwam van het zuiden tot aan het noorden van het schiereiland. Deze stijl wordt gekarakteriseerd door kenmerkende randschrabbers, en (minder vaak voorkomend) kopschrabbers en naalden. Sommige onderzoekers brengen deze cultuur in verband met de Homo sapiens neanderthalensis.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de Paleolithische periode van circa 25.000 tot 10.000 v. Chr. in het Zagros-gebergte in Iran. De periode kenmerkt zich door alledaagse gereedschappen die met kwalitatief zeer goed vakmanschap werden vervaardigd, het gebruik van geïmporteerde zeeschelpen als versiering en benen werktuigen.