Associaties voor Rajput

Toegevoegd op: 16-8-2017

Indiase schilderstijl die wordt geassocieerd met de hindoeïstische Rajputvorsten, welke na de val van het Guptarijk aan de macht kwamen. Hun hoven waren vaak hindoeïstische leercentra, en ze begunstigden dichters, geleerden en kunstenaars. De Rajputschilderkunst was een omvangrijke stroming met een sterk Indiase inslag en vormde daardoor in zekere zin een contrast met de kunst van hun tegenstanders, de islamitische Mogols. Niettemin moesten de Rajputheersers zich uiteindelijk aan de Mogolheersers onderwerpen om hun gebied te kunnen behouden; het gevolg was dat de kunstzinnige ontwikkeling van de Mogols aan het eind van de 16de eeuw en het begin van de 17de eeuw invloed ging uitoefenen op de traditionele manuscriptverluchting van de Rajputhoven. De Mogols waren met name belangrijk voor de invoering en verspreiding van het portretschilderen in de kunstcentra van de Rajput. In tegenstelling tot de realistische schilderkunst van de Mogols is de Rajputschilderkunst symbolisch van karakter en al net zo doordrenkt met poëtische metaforen als de Hindiliteratuur waarmee deze kunst sterk verwant is. Zelfs de kleuren hadden vaak een specifieke betekenis; het coloriet is meestal vlak, zonder kleurmenging, waardoor er een soort glas-in-loodeffect ontstaat. De bekende voorbeelden uit de periode eind 16de eeuw tot de 19de eeuw vallen uiteen in twee hoofdgroepen, Rajasthan en Pahari.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een regionale school van Pahari-miniatuurschilderkunst die wordt geassocieerd met de staat Jammu in het heuvelgebied van Rajput, ooit de machtigste groep staten ten westen van de rivier de Ravi, het heuvelgebied van Pahari. In de loop der jaren hebben er verschillende visies bestaan op Jamma als centrum van schilderkunst. Sommige schilderkunst die oorspronkelijk als vroeg Jammu-werk werd beschouwd, wordt tegenwoordig bij de Basohli-school ingedeeld. De schilderkunst in Jammu uit het midden van de 18de eeuw wordt in verband gebracht met Nainsukh, een belangrijk Pahari-schilder. De 'Bahu Shangri Ramayana' (circa 1710) maakt deel uit van de grote reeksen schilderijen die in de Pahari-heuvels werden geproduceerd. Kenmerkend voor dit geïllustreerde epos zijn de heldere kleuren, het zwierige ontwerp en de ingenieuze compositie. De stijl was evenwel een kort leven beschoren, aangezien de naturalistische stijlen overal in het Pahari-heuvelgebied in opmars waren. Na de vestiging van de machtige Dogra-dynastie onder Gulab Singh, halverwege de 19de eeuw, groeide Jammu uit tot een voornaam centrum van schilderkunst dat veel kunstenaars van buiten aantrok. Schilders uit Guler, Kangra en de hoogvlakten van Punjab werkten eveneens voor de Dogra-heersers, maar gebruikten oudere schilderstijlen. Halverwege de 20ste eeuw kwam er een einde aan de traditionele Jammu-schilderkunst.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een 18de-eeuwse Indiase schildersschool die is verbonden met de prinselijke staat Kishangarh in centraal Rajasthan. Net als andere Rajput-schilderstijlen is ook deze school enigszins schatplichtig aan contemporaine Mogol-schilderkunst. De school wordt gekenmerkt door zijn religieuze intensiteit en individualistische gelaatsuitdrukking die bestaat uit puntige kinnen en neuzen, diep gekromde ogen en golvende haarlokken. Panoramische landschappen vormen vaak de achtergrond voor de geïllustreerde scène. Een belangrijke begunstiger gedurende de vormende fase was Raja Savant Singh (regeerde 1748-57), die zelf een dichter en devoot lid was van de Vallabhacarya-sekte. Vooral de reeks schilderijen van Radha en Krishna zijn opmerkelijk. Er wordt gespeculeerd dat Savant Singh's minnares mogelijk model heeft gestaan voor het Kishangarh-gelaatstype. Nihal Chand is de meesterkunstenaar aan wie de verdienste wordt toegeschreven dat hij de romantische en religieuze aard van zijn begunstiger heeft omgezet in frisse, visuele beelden. De Kishangarh-school bleef haar activiteiten op een lager prestatieniveau voortzetten tot halverwege de 19de eeuw.

Toegevoegd op: 16-8-2017

School van miniatuurschilderkunst die in verband wordt gebracht met de staat Mewar in Rajasthan, een belangrijk centrum van de Rajput-cultuur. De bevolking in deze regio beleed een strenge vorm van het hindoeïsme, en Mewar was het laatste Rajput-machtscentrum dat ten prooi viel aan de Mogols. Sinds de 17de eeuw of nog eerder vormt Mewar een van de belangrijkste en productiefste scholen van Rajasthani-schilderkunst. De stijl wordt gekenmerkt door krachtige contouren, een zeer helder coloriet en enigszins archaïsche conventies, bijvoorbeeld het (narratief) tonen van opeenvolgende episoden binnen één afbeelding. Het traditionele aspect van de Mewarkunst wist lang stand te houden, in weerwil van invloeden van de Mogols, Deccan en Europeanen, hetgeen toe te schrijven is aan het behoudende karakter van dit Rajputhof en de traditionele structuur van de kunstenaarsfamilies. De kunstenaars verwerkten de typische Mewar-details op consequente wijze in hun werk, zoals lokale architectuur en flora en fauna. In de 17de eeuw maakte de inheemse traditie van mythologische en poëtische manuscriptillustraties hier een ware wedergeboorte door. In de 18de eeuw gingen de door de Mogols geïnspireerde hofportretten en beeldvertellingen een prominentere rol spelen. Na 1947, het jaar waarin de vorstendommen werden ontbonden en er een eind kwam aan het koninklijk mecenaat, verdween de stijl naar de achtergrond.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst in algemene zin naar schilderijen in de voormalige Mogolstijl die in de 18de en 19de eeuw zijn vervaardigd in Lucknow, in de Indiase regio Oudh. Na de ineenstorting van het Mogolrijk, aan het eind van de 17de en het begin van de 18de eeuw, leefde de schilderstijl van de Mogols nog enigszins voort in de kopieën van oudere schilderijen die werden vervaardigd, meestal door gevluchte kunstenaars uit het geplunderde Delhi. De hier vervaardigde schilderijen laten een versmelting zien van de thema's en stijlen van de Mogols met die van Rajput. Andere locaties waar gevluchte schilders werkten waren Patna, Fyzabad en Murshidabad; dat de aldaar geproduceerde schilderkunst een zekere westerse invloed verraadde, hing samen met het feit dat de opdrachtgevers nu Brits waren. In de 18de en 19de eeuw maakte ook de schilderkunst in de Companystijl hier een bloeiperiode door; de kunstenaars in Lucknow maakten schilderijen met tal van verschillende thema's, waaronder panorama's, als afspiegeling van het feit dat dergelijke werken destijds populair waren in Engeland.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een van de twee belangrijkste scholen van de Indiase miniatuurschilderkunst in de Rajputstijl; de andere is Rajasthan, een stijl die sterk verwant is qua techniek en themakeuze. Deze stijl wordt geassocieerd met het gebied aan de voet van de Himalaya, tussen Jammu en Garhwal. Het gebied is kleiner van omvang dan dat van Rajasthan, hetgeen verklaart waarom veel kunstenaars vermoedelijk elders op zoek gingen naar werk. Hoewel geleerden meestal Basohli en Kangra aanwijzen als de twee belangrijkste scholen, bestaan er daarnaast nog tal van andere regionale idiomen. Vaak is een categorisering op basis van ateliers en families zinvoller, aangezien de regionale scholen moeilijk van elkaar te onderscheiden zijn. De plundering van Delhi in 1739 en de daaropvolgende ineenstorting van de macht van de Mogols dwong kunstenaars elders te zoeken naar opdrachtgevers; deze kunstenaars zorgden voor een nog grotere verfijning van de Pahari-schilderkunst, met name wat het realistisch gehalte betreft. De Pahari-schilderkunst wordt beschouwd als de laatste vitale hindoeïstische kunstvorm voordat het neutraliserende effect van het westen in de 19de eeuw zijn invloed liet gelden. Evenals bij sommige andere Rajputschilderkunst laat de Pahari-schilderkunst een voorkeur zien voor het afbeelden van de legende van de veeherder en godheid Krishna.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een regionale school van Rajasthan-miniatuurschilderkunst met als centrum Raghogarh in Malwa, Centraal-India. De opdrachtgevers van deze school waren de Rajput-heersers van het Khichi Chauhan-geslacht, die Raghogarh als hoofdstad hadden. De school, die in de 17de eeuw een bloeitijd doormaakte, is stilistisch verwant met de Bundi-school, hoewel de aard van de relatie niet duidelijk is. De figuren zijn vaak afgebeeld met een smal middel, slanke ledematen, grote ogen en een enigszins langgerekt hoofd. De Raghogarh-schilderkunst heeft zich tot aan de 19de eeuw gehandhaafd.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een van de twee belangrijkste scholen van de Indiase miniatuurschilderkunst in de Rajputstijl; de andere is Pahari, een stijl die sterk verwant is qua techniek en themakeuze. Deze stijl wordt geassocieerd met het gebied van de Centrale Hoogvlakten. Het is nog niet geheel duidelijk hoe de Rajasthan-schilderkunst zich uit de vroege West-Indiase schilderkunst heeft ontwikkeld. Het lijkt erop dat het begin ligt in de 16de eeuw, en dat de eerste fase nog een overwegend hiëratisch en abstract karakter had. De thema's zijn meestal hindoeïstisch, met een sterk accent op het leven van Krishna. De literatuur en schilderkunst uit deze periode waren het product van de religieuze ontwikkelingen van die tijd, waarbij devotie aan Krishna de weg naar de verlossing zou wijzen. Populaire thema's waren verbeeldingen van de muzikale modi (ragamali) and liefdesgedichten. Tot de 18de eeuw werd de stijl nog nauwelijks beïnvloed door Mogolstijlen. Pas daarna viel het duidelijke onderscheid tussen de twee stijlen geleidelijk weg. Uit de stijl hebben zich diverse scholen ontwikkeld, waarvan sommige buiten de geografische grenzen van Rajasthan.