Associaties voor Yōga

Toegevoegd op: 16-8-2017

In Indiase godsdiensten de middelen en technieken waarmee het bewustzijn wordt geoefend in een staat van volmaakt spiritueel inzicht en kalmte en in het bereiken van de vrijmaking van het karma en de samsara. De term kan specifiek verwijzen naar een systeem van lichaams- en ademhalingsoefeningen in combinatie met meditatie, uitgevoerd in het kader van de yogadiscipline om de beheersing van lichaam en geest te bevorderen. Yoga is waarschijnlijk van niet-Vedische oorsprong. Tegenwoordig bestaan er vele soorten yoga. In het westen wordt yoga minder gewaardeerd als theïstische hindoefilosofie en meer als een activiteit of discipline die goed is voor de geestelijke en lichamelijke gezondheid.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst in algemene zin naar iedere Japanse variant van de beeldende kunsten waarbij westerse technieken worden gebruikt. De term raakte in zwang gedurende de Meiji-restauratie (1868-1912) en was bedoeld om een onderscheid aan te brengen tussen de westers georiënteerde en de traditionele schilderstijlen van Japan. Reeds in de 16de eeuw kende Japan westers georiënteerde schilderstijlen, maar de belangstelling verdween door de invoering van een politiek van nationaal isolement, de sakoku-rei, ten tijde van het Togukawa-shogunaat (1603-1867). In 1855 riep het shogunaat een onderzoeksbureau voor westerse studies in het leven, en in 1876 werd de Technische School voor de Schone Kunsten gesticht. In de jaren 80 van de 19de eeuw kwam er verzet tegen de westers georiënteerde schilderkunst en bloeide de belangstelling voor de traditionele kunsten weer op.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een hindoeïstisch georiënteerde beweging die in de jaren 30 van de 20ste eeuw in Hyderabad is voortgekomen uit de levendige religieuze ervaringen van een koopman genaamd Dada Lekhraj. Onder de nieuwe naam Prajapita Brahma bevorderde Lekhraj de overgang van het leiderschap van de beweging in vrouwelijke handen, waar het is gebleven. In deze duizendjarige beweging zijn de traditionele rollen van man en vrouw omgedraaid. Het hindoeïstische geloof in de mogelijkheid te ontsnappen aan de samsara wordt afgewezen ten gunste van een geloof in een gouden tijdperk dat zal volgen op onze tijd van neergang, die zal eindigen in een atoomramp. Alleen gezuiverde zielen zullen in dit gouden tijdperk blijven bestaan en als goden in een staat van volkomen geluk leven. Aanhangers propageren een vegetarisch, celibatair leven zonder alcohol en sigaretten met een grote nadruk op meditatie en yoga als manieren om geestelijke eenwording met God te bereiken. Hun ideeën worden verspreid in de vorm van boodschappen of 'murli’s' die dagelijks worden afgegeven bij Brahma Kumari-centra over de hele wereld. Volgelingen van de beweging zijn recentelijk actief geworden bij de Verenigde Naties; zij hebben bijvoorbeeld de inspiratie geleverd voor de Global Co-operation Movement. Het hoofdkwartier bevindt zich tegenwoordig in Mount Abu in Rajasthan (India).

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een school in het Tibetaanse boeddhisme die momenteel de op twee na grootste van Tibet is. De school volgt de leer van Marpa, befaamd 11de-eeuws vertaler van boeddhistische teksten, en de tantrische yogi’s of siddha’s uit India. Esoterische tantrische leerstellingen worden gecombineerd met de kloosterdiscipline van het Kadam-boeddhisme. De nadruk ligt op de strengere praktijken van hatha yoga. Kenmerkend voor het Kagyu-gedachtegoed is een meer positieve ontologie van de uiteindelijke staat der dingen in vergelijking met het denken van de Gelugs, volgens wie alle verschijnselen zijn gespeend van een intrinsiek zijn. Milarepa, die als een groot Tibetaans dichter wordt beschouwd, was Marpa’s voornaamste leerling. Gampopa was op zijn beurt Milarepa’s belangrijkste leerling. Hij was verantwoordelijk voor de organisatie van Kagyu als echte school. Er ontwikkelden zich al snel zes aparte (maar doctrinair soortgelijke) Kagyu-scholen, waaronder de Tshal, Baram, Karma en Druk. Van deze subsekten is de Druk de belangrijkste boeddhistische school in Bhutan geworden, terwijl de Karma van de 15de tot de vroege 17de eeuw de belangrijkste rivaal was van de thans overheersende Gelug-school. Het idee van opvolging door reïncarnerende lama’s komt oorspronkelijk uit de Karma-school en is later overgenomen door andere Tibetaanse boeddhistische scholen waaronder de Gelug.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de religieuze beweging en doctrine die floreerde van de 6de tot de 11de eeuw en zowel de Yogacara-discipline omvatte, waarbij de ultimiteit van de geest centraal staat, als de Madhyamika-filosofie, waarbij de nadruk ligt op de afwijzing van relativistische principes. Deze vorm van het boeddhisme markeert ook de overgang van de speculatieve, abstracte gedachten van mahayana naar de praktische toepassing van boeddhistische ideeën op het leven van alledag. Het eerste deel van de term, 'vajra', verwijst naar het Sanskriet voor 'diamant' of 'bliksemschicht' en staat voor het absolute echte en permanente in een individu; 'yana' verwijst naar de spirituele navolging van het waardevolle en het ondoordringbare. Bij deze vorm van het boeddhisme worden mantra's gebruikt om de geest te zuiveren en te richten, waarbij het de bedoeling is dat de symbolische taal een ervaring oproept die gelijkenissen vertoont met de verlichting van Gautama Boeddha.