Associaties voor Zes Dynastieën

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een periode in de Chinese geschiedenis die vier eeuwen omvat, na de val de Han-dynastie in 220 n. Chr., en voorafgaand aan de Sui-dynastie (circa 589 n. Chr.). Gedurende deze periode probeerden rivaliserende families delen van het Han-rijk in hun macht te krijgen. De Chinese kunst stond onder invloed van nieuwe ideeën, met name ontwikkelingen op religieus gebied. Het boeddhisme, een religie die zich vanuit het naburige India naar China had verspreid, heeft de kunst van de Zes Dynastieën het sterkst beïnvloed; in de 4de eeuw had de Chinese boeddhistische kunst zich inmiddels als categorie gevestigd. In het klooster in Dunhuang, in het westen van China, zijn belangrijke wandschilderingen bewaard gebleven. Monumentale beeldhouwkunst, een traditie die vanuit het noorden naar China was overgebracht, werd populair, zoals blijkt uit de imposante, in steen uitgehouwen beelden van boeddhistische godheden in de bergen van de provincies Shaanxi en Henan. Houten pagodes, afgeleid van zowel de Indiase stoepa's als de torens van de Han-dynastie, vormden een belangrijke architecturale ontwikkeling in deze periode. Ook de inheemse geloofsstelsels van het confucianisme en taoïsme bleken een voedingsbodem voor nieuwe thema's en stijlen. Het confuciaanse ideaal kwam tot expressie in de populaire taferelen die respect voor de ouders uitdrukten, terwijl taoïstische kunstenaars een voorkeur aan de dag legden voor landschappen en volkslegenden. Ook wereldlijke kunsttradities waren aan verandering onderhevig, met name in de schilderkunst. Gu Kaizhi, die als de vader van de Chinese landschapsschilderkunst wordt beschouwd, was eveneens werkzaam in deze periode. In Zuid-China werden ook belangrijke vorderingen gemaakt op keramisch gebied, met name in het steengoed met groen glazuur Yueh-yao of 'Yueh-aardewerk', een duurzaam soort keramiek dat uiteindelijk zou worden uitgevoerd naar verre streken als Egypte en de Filippijnen. Gedurende deze periode zien we voor het eerst gentleman-schilders, kalligrafen en belangrijke privékunstcollecties in China. Ook de literaire kritiek en kunstkritiek kregen in deze periode vorm.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een Zuid-Chinese dynastie uit de periode 557 tot 589 n. Chr., de laatste van de Zes Dynastieën. De dynastie werd gesticht in 557, nadat Chen Baxian de Liang-keizer had afgezet; het door de Chen beheerste gebied was evenwel kleiner dan dat van hun voorgangers in de reeks dynastieën. Jiankang, de hoofdstad van de Zes Dynastieën, was een belangrijk cultureel, politiek en religieus centrum waarheen kooplieden en boeddhistische missionarissen vanuit Zuidoost-Azië en India trokken. De schilderkunst, kalligrafie, muziek en dichtkunst beleefden een bloeiperiode, mede dankzij het mecenaat van de Chen-keizers en de aristocratie. De werken van Yao Zui en Xie He laten duidelijk zien dat ook de literaire kritiek en kunstkritiek zich hadden ontwikkeld. Nadat generaal Yang Jian, hertog van Sui, zijn macht in het noorden had gevestigd, nam hij Jiankang in 589 in en vestigde daarmee de Sui-dynastie; heel China was nu verenigd.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een Chinese dynastie uit de periode 317 tot 420 n. Chr., de tweede van de zogeheten Zes Dynastieën die elkaar opvolgden in zuidelijk China. Na de verwoesting van Luoyang en Chang-an in 317 vluchtten de Chinezen naar het zuiden om daar een nieuwe zuidelijke staat te vestigen. De keizers van de Sima-familie slaagden er niet in het noorden te heroveren, en dat gebied zou onder de heerschappij blijven van allerlei groepen die gezamenlijk bekend stonden als de Zestien Koninkrijken; een uitzondering werd gevormd door het gebied dat tegenwoordig de provincie Sechuan omvat en dat in 347 werd geannexeerd, waardoor een route naar Centraal-Azië werd opengelegd. In politiek opzicht was dit weliswaar een weinig stabiele periode in de Chinese geschiedenis, maar de literatuur en kunsten maakten een ongekende bloeitijd door. De hoofdstad Jiankang was een bloeiend cultureel centrum dat door boeddhistische missionarissen en kooplieden uit Zuidoost-Azië en India werd bezocht. Een van de vroegst bekende boeddhistische verguld-bronzen beelden werd in 338 gegoten, als imitatie van een Gandhara-model. Wang Xizhi, de invloedrijkste kalligraaf uit de Chinese geschiedenis, was werkzaam gedurende deze periode. De keramiekvormen van de Oostelijke Jin waren innovatiever dan die van de Westelijke Jin. Een aantal graftombes uit deze periode is opgegraven bij de berg Gugui in Nanjing, die volgens literaire bronnen fungeerde als begraafplaats voor de keizerlijke families van de Oostelijke Jin.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een Chinese dynastie uit de periode 265 tot 316 n. Chr., de eerste dynastie van de zogeheten Zes Dynastieën die elkaar in Zuid-China opvolgden. De Westelijke Jin-hoofdstad was Luoyang, in de provincie Henan. Grondlegger van de dynastie was Sima Yan, die later bekend zou worden als keizer Wudi (heerste van 265-289 n. Chr.). Sima Yan zette de laatste Wei-keizer af en onderwierp de staat Wu, waarmee hij China gedurende korte tijd wist te verenigen. De Westelijke Jin-periode is bekend om het bij hoog vuur gebakken steengoed met groen glazuur, bedoeld als imitatie van bronswerk. Dergelijk keramiek is aangetroffen in Westelijke Jin-graven, evenals grafmodellen en bronzen spiegels. Twisten tussen machtige families maakten de vorming van een krachtdadige regering onmogelijk en mondden uit in een burgeroorlog; De situatie werd nog verergerd door droogte en hongersnood. In 311 volgde een inval door de Xiongnu, een noordelijk nomadenvolk, die een einde maakte aan de Westelijke Jin-dynastie. Tot aan de Sui-dynastie zou China verdeeld blijven in noordelijke en zuidelijke dynastieën.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar groen geglazuurd steengoed dat is vervaardigd in de industriële ovens van de provincie Zhejiang in het zuiden van China, met als belangrijkste productiecentra Shangyu, Yuyao en Shaoxing. Dit aardewerk, dat tijdens de periode van de Zes Dynastieën tot ontwikkeling kwam, is het oudste herkenbare type Chinees aardewerk. Yüeh-yao was een uiterst duurzaam keramiek dat voor kommen en potten werd gebruikt. Het werd zo populair dat het uiteindelijk zelfs werd uitgevoerd naar verre oorden zoals Egypte en de Filippijnen.

Verwijst naar een periode in de Chinese geschiedenis tussen 265 en 581 n. Chr. die zes dynastieën en in het zuiden en vijf in het noorden omvat.