Bakken, bakken, bakken.. bij KSART krijgt u de "taste of art" te pakken!
Welkom, voordat u kunt inloggen zet uw cookie instelling aan.
Nieuwe kunstvorm gevonden? Voeg nu een nieuwe kunstvorm toe!
Het verwijderen van onregelmatigheden van de vleeszijde van leer met behulp van een schuurmiddel of een schaafapparaat. Gebruik 'polijsten (leerbewerkingsprocedé)' voor het verwijderen van onregelmatigheden van de nerfzijde van leer met vergelijkbare middelen.
Wordt gebruikt voor procédés waarmee een voorwerp, een behandeling of een werk worden afgerond, zoals het chemisch, elektrolytisch en mechanisch aanbrengen van appretuur.
Wordt gebruikt voor het proces van het aanbrengen van een nieuwe oppervlaktebehandeling zoals verf, poriënvulsel of beits op een object of werk.
De oudste Romeinse geldsoort die hoofdzakelijk bestond uit ruwe, onopgemaakte of niet afgewerkte klontjes brons van verschillend gewicht.
Gouden schijven van het Afrikaanse Akan-volk, vaak verfijnd afgewerkt, doorgaans op de borst gedragen hangers, maar sporadisch ook bevestigd aan kapjes of het haar of de enkel. Ze waren oorspronkelijk bedoeld, met name bij de Asante, om de drager te onderscheiden als de 'akra' of 'zielenreiniger' van een koning, die verantwoordelijk was voor het reinigen van de ziel van de koning tijdens zuiveringsrituelen of ceremonieën ter vernieuwing van de ziel. Later kregen akrafokonmu meerdere functies en werden ze gedragen door koningen, stamhoofden, zwaarddragers, herauten, onderhoofden, krijgsheren, lagere functionarissen en jonge meisjes tijdens puberteitsrituelen.
Verwijst naar een stijl van wandkleedontwerpen die werd ontwikkeld in de Gobelins-fabriek en zijn bloeitijd had in het Frankrijk van de 18de eeuw. Het wordt gekenmerkt door een relatief kleine, ingekaderde afbeelding met personages of een ander tafereel, waarbij het tafereel wordt omlijst door rijk afgewerkte randen die bestaan uit motieven als bloemen, guirlandes, decoratieve touwen en andere versieringen.
Verwijst naar de cultuur van de Andhra-regio van centraal India. De Andhra’s waren een Dravidiaanse stam die zeer machtig werd in de Deccan-regio, en die haar hoogtepunt bereikte in de 2de eeuw n. Chr. en de meeste handelsroutes en zeehavens van India controleerde. De term verwijst over het algemeen naar de oude cultuur van de Andhra’s, met name naar de cultuur van de Satavahana’s (of Satakarni), een van de meest bekende van de Andhra-dynastieën, die aan de macht kwam in de 1ste eeuw n. Chr. en onder welke het boeddhisme floreerde. Men bleef stoepa's en in rots uitgehouwen grotten bouwen, maar deze waren in deze periode groter en fijner afgewerkt. De term kan ook worden gebruikt om te verwijzen naar de cultuur van deze regio in latere eeuwen, niet noodzakelijkerwijs van Andhra-stammen of -dynastieën, met name uit de 10de eeuw, toen kunstactiviteit wijder verbreid werd en de stijl duidelijke Andhra-kenmerken ging vertonen.
Papier dat is gemaakt van gebleekte houtpulp of espartogras, met een betrekkelijk ruw of onafgewerkt oppervlak. Antiek papier kan licht of zwart van gewicht zijn. Boeken, met name romans, worden op antiek papier gedrukt.
Verwijst naar de periode en cultuur van de Bronstijd die zich over een groot deel van het Italiaanse schiereiland uitstrekte. Deze kenmerkt zich door schaarste aan metalen voorwerpen, fijn afgewerkt aardewerk met complexe handvatten, en in het algemeen door kleine nederzettingen met enkele grotere als opmerkelijke uitzonderingen. Voorheen meende men dat het voornamelijk een semi-nomadische herderscultuur betrof, maar de meeste geleerden van tegenwoordig geloven dat velen in deze cultuur een vaste woonplaats hadden.
Een steen die is gevormd met een bijl en niet is afgewerkt bij het leggen.
Wollen stof in effenbinding, sterk gevold en geruwd, afgewerkt met een lange vleug om vilt te imiteren. Het wordt in één kleur geverfd en gebruikt als beschermende afdekking voor meubelen en interieuronderdelen, b.v. in de 18e eeuw als deurbekleding, maar ook voor kleding, vooral als voeringstof van overkleding.
Hard afgewerkt schrijfpapier dat is gemaakt van de lange vezels van sparrenhout. De term verwijst ook naar zeer hoogwaardig en sterk papier dat volledig of gedeeltelijk is gemaakt van lompenpulp. Vanwege de gladde afwerking gebruiken veel kunstenaars bankpost voor schetsen en pentekeningen.
Verwijst naar de aardewerkstijl zoals aangetroffen op Cyprus in de laat-Cypriotische periode van circa 1600 tot 1050 v. Chr. De stijl kenmerkt zich door vaten met een ingewerkte ringvormige voet, afgewerkt met gepolijste bruine slip met ingekerfde of in reliëf aangebrachte decoraties, of met witte geschilderde lijnen.
Enige of alle processen die bij de productie van leer of ongelooide huid volgen op het verduurzamen en voorafgaan aan het looien of witlooien van vellen of huiden. Op deze manier worden de vellen of huiden ontdaan van stoffen die niet in het afgewerkte leer mogen zitten en zijn ze in de juiste chemische en fysieke staat om ze te looien of te witlooien.
Een koper-zinklegering uit India, afgewerkt met een fluweelachtig zwarte kleur verkregen door een oplossing van kopersulfaat.
Papier waarop met inkt kan worden geschreven; meestal afgewerkt met een glad oppervlak en gesteven.
De buitenste trapbomen, die meestal van een beter materiaal zijn gemaakt of beter zijn afgewerkt dan de draagstukken die ze bedekken. Ze kunnen een onderdeel vormen van de eigenlijke constructie of zijn toegepast aan de voorkant van het ondersteunende deel.
Zwaar versierde boekbanden, gewoonlijk met een omslag van rood marokijnleer, voorzien van fijn afgewerkte gouden randen, vlakken met doorsnijdende of gestippelde lijnen en exotische motieven met dieren, planten en menselijke en mythische figuren in rococostijl. Ook motieven die zijn geïnspireerd door Chinees en uit China geëxporteerd porselein, zoals draken, bloemen en vogels, komen veel voor.
Wordt gebruikt voor bijna volledig afgemaakte tekeningen van gehele composities, gemaakt als modeltekeningen, werktekeningen, of na een afgewerkte opdracht.
Zeer gedetailleerde of afgewerkte lay-outs, vooral van stukken van één bladzijde. Voor meer uitgebreide gedetailleerde lay-outs, met een voorstelling van de volgorde van de bladzijden wordt 'dummy's (gedrukt materiaal)' gebruikt.
Een naam voor een soort opaline glas dat met zuur is afgewerkt en waarbij verscheidene sierlijke figuurtjes in het glas zijn ingelegd, in de kleuren bruin en beige. Een soort kunstglas dat werd ontwikkeld door de Mt. Washington Glass Company.
Barrières die draaien, schuiven, kantelen, of vouwen om een deuropening af te sluiten, meestal van een massieve en afgewerkte constructie en die meestal leiden naar binnenruimtes of die scheiden. Wordt ook gebruikt voor vergelijkbare elementen die een bak of een kast afsluiten. Voor minder massieve of afgewerkte constructies en die meestal twee buitenruimtes scheiden wordt 'hekken (poortonderdelen)' gebruikt.
Verwijst naar een periode en cultuur in Noord-Europa die begon in de laatste fase van de neolithische periode en eindigde rond 1400 v. Chr. De periode wordt gekenmerkt door een enorme technische vaardigheid in het bewerken van vuursteen, in het bijzonder voor de productie van fijn afgewerkte dolken en speerpunten, die imitaties waren van geïmporteerde metalen wapens.
Lange jurken, doorgaans verfijnd afgewerkt met kant, kralenwerk of borduursel, en tijdens de doop gedragen door baby's.
Ruw houten of metalen tussenramen, gezet in een muur, waaraan afgewerkte deurkozijnen worden bevestigd.
Het aanbrengen van stukjes steen in de voegen van onafgewerkt metselwerk, zodat er minder metselspecie nodig is of om grotere stenen op hun plaats te duwen of om kleine versieringen toe te voegen.
Te gebruiken voor de techniek van het versieren van oppervlakken met uitsneden van papier, linoleum, plastic of ander vlak materiaal, die vervolgens worden afgewerkt.
Verwijst naar het licht golvende houten oppervlak dat is afgewerkt met een dissel, een soort handbijl waarvan het blad in een rechte hoek aan het heft is bevestigd.
Verwijst naar de cultuur van de Ghandara-regio in India, het gebied tussen de rivier de Boven-Indus en Kabul, onder de Kushana-dynastie; deze term verwijst met name naar de boeddhistische architectuur en beeldhouwkunst van de 2de tot en met de 6de eeuw n. Chr. De stijl ervan weerspiegelde de kosmopolitische connecties van zijn begunstigers en werd in hoge mate beïnvloed door de 2de-eeuwse Hellenistische kunst van Egypte en Syrië. Op zijn beurt was deze Ghandara-stijl een stimulans voor andere kunststijlen in Centraal-Azië, Wei China en Japan. Gandhara-kloosters en stoepa's waren zeer sierlijk, met westerse decoratieve elementen zoals acanthus-kapitalen, Hellenistische komediemaskers en putti. De stoepavorm zelf veranderde in Gandhara: de koepel werd hoger, de balustrades groter en fijner afgewerkt en de gelaagde paraplu-eenheid werd uitgebreid totdat deze uittorende boven de hele structuur. Gebeeldhouwde figuren waren gewoonlijk zwaar gedrapeerd in toga-achtige kledij en hun musculatuur werd meestal met nadruk weergegeven; beeldhouwwerken werden meestal gepleisterd en levendig beschilderd. Tegelijk met beeldhouwers in Mathura vervaardigden Gandhara-beeldhouwers een boeddha-icoon voor het in opkomst zijnde boeddhistische geloof; ook droegen ze bij aan de ontwikkeling van het beeld van Bodhisattva. Een groot aantal Gandhara-beelden is bewaard gebleven, alle heel homogeen in stijl. Belangrijke locaties bevonden zich in Shahji-ki Dheri, Takht-i-Bahai, de Taxila-regio, Sar Dheri en Sahr-i-Bahlol. Het uiterste noordwestelijke gedeelte van Gandhara strekte zich uit tot wat nu Afghanistan is; Religie en kunst in Gandhara-stijl bleven in die regio floreren tot ten minste de 8ste eeuw.
Speciaal gipspleister gemengd met kalkplamuur, waarmee gepleisterde oppervlakken worden afgewerkt.
Variabele kleurenterm die verwijst naar de reeks grijsachtige of olijfkleuren die lijken op de kleur van ruw of onafgewerkt textiel dat nog niet is gebleekt of geverfd.
Horizontale delen die over de onderkant van een nog niet afgewerkte opening gelegd zijn en die fungeren als basis tijdens de constructie van raamkozijnen of deurkozijnen. Gebruik 'sill plates' voor de horizontale delen die op de fundering aan de onderkant van een houten constructie rusten.
Zichtbare, functionele ijzerwaren die er afgewerkt uitziet en vaak wordt gebruikt als deel van het decoratieve ontwerp op objecten zoals meubels, in architectuur, maar ook in boekbandonderdelen.
Verwijst naar een aardewerkstijl die wordt aangetroffen Noord-Mesopotamië binnen de Hassoena-periode, van circa 6200 tot 5700 v.Chr. De stijl wordt gekenmerkt door rood schilderwerk en een glanzend afgewerkt oppervlak.
Rekken, meestal met pennen, knoppen, of haken, waaraan hoeden gehangen kunnen worden, in het algemeen bevestigd aan muren of meubels. Minder afgewerkt en minder als meubelstuk bedoeld dan 'hoedenstandaarden'.
Gladde, compacte baksteen die zeer krasbestendig is. Wordt gebruikt voor afgewerkte vloeroppervlakken.
Een reliëfprocédé waarbij het ontwerp in de kopse kant van een blok hout is gesneden en van daaraf wordt gedrukt. Dit procédé verschilt van 'houtsnijden (procédé)', de benaming voor een reliëfprocédé waarbij de afgewerkte zijde van een houtblok wordt gebruikt.
Reliëfprocédé waarbij het ontwerp in de afgewerkte kant van een blok hout wordt gesneden en van daar wordt gedrukt; verschilt van 'houtgraveren', waarbij de kopse kant van een blok hout wordt gebruikt.
Tafels met verschillende vormen, die aan alle kanten zijn afgewerkt en bedoeld om in het midden van een kamer te worden gezet. Ze worden vaak in dezelfde stijl als andere woonkamermeubels gemaakt. Gebruik 'woonkamertafels' voor versierde tafels die, vooral in woonkamers, als pronkstuk dienen.
Wordt gebruikt voor munten die door middel van een fout tijdens de productie hetzelfde beeld op de voor- en keerzijde krijgen, één in reliëf en het andere hol en in negatief. Dit gebeurt wanneer de afgewerkte munt in de keerzijde van het stempel is blijven hangen en als gevolg daarvan zijn afdruk achterlaat op de volgende munt.
Deuren, meestal klein, die openen door een afgewerkte constructie, als in een schacht of muur, die het mogelijk maken om installaties of leidingen die erachter zitten te kunnen inspecteren.
Een dikke papiersoort die historisch in Japan met de hand werd gemaakt en glad werd afgewerkt; een imitatie van velijnperkament.
Handelsnaam voor boekbinderslinnen van de Winterbottom Book Cloth Company of England, gemaakt van linnen en afgewerkt met een korrelpatroon dat lijkt op leer, meestal langnervig marokijnleer.
Het meest voorkomende type zink, dat wordt gemaakt uit een lang stuk hout dat in tweeën wordt gedeeld en, nadat de conische buis eruit is gegutst, worden de twee delen weer tegen elkaar gelijmd. De buitenkant wordt achthoekig afgewerkt, met dun zwart leer bedekt. Het instrument buigt meestal naar rechts, aangepast aan de rechtshandige bespelers, maar kan ook naar links buigen.
Planken voor timmerwerk met weinig foutjes en geschikt voor zorgvuldig afgewerkt houtwerk.
Verwijst naar de periode in Meso-Amerika van circa 300 tot 250 v. Chr. Verenwerk in Meso-Amerika had zijn oorsprong in deze periode als symbool van macht en rang en bestond onder andere uit verfijnde ceremoniële hoofdtooien die waren gemaakt van veren van de staart van quetzals. Beeldhouwwerken uit deze periode omvatten aardewerk en grafurnen, zoömorfe en antropomorfe graffiguren, gegroefde vazen met karakteristieke parallelle lijnen die zijn getekend op oranje slip, en schalen die zijn beschilderd met kronkelige vormen op randbanden aan de buitenkant. De architectuurstijl in deze periode nam paleisachtige vormen aan, met robuuste, platte of gewelfde dakbedekkingen, fijn afgewerkte trappen met strekse hellingen aan weerszijden, lijstwerk, tablero's en maskers. Piramide-achtige structuren in deze periode tonen complexe cirkel- en kegelvormige secties en secties met terrassen.
Lagen die bij metselwerk met natuursteen ter hoogte van de latei zijn geplaatst en zich meestal onderscheiden van de muur doordat ze meer uitsteken, dikker zijn afgewerkt of in het geheel dikker zijn, waarbij ze in afmetingen overeenkomen met de latei.
Metalen haak (ca. 17-45 cm lang) met een ringvormig of T-handvat, dat soms van hout is. De schoenmaker gebruikt de leesthaak om de leest uit de afgewerkte schoen te trekken. De haak wordt daarvoor in de gaten gestoken die in de leest geboord zijn.
Verwijst naar het vroege gedeelte van de Oosterse Zhou-periode, vanaf 722 tot 481 v. Chr., hoewel sommige onderzoekers de periode dateren van 770 tot 475 v. Chr. De periode is genoemd naar de kroniek voor de staat Lu, de 'Chunqiu.' Houtsnijwerk uit deze periode is verbonden met de zuidelijke staat Chu. Brons ritueel vaatwerk werd in grote aantallen en afmetingen gemaakt en werd gekenmerkt door een fijn afgewerkte decoratie die werd ontwikkeld gedurende de 6de en 5de eeuw v. Chr. Dergelijke vaten waren belangrijker tijdens deze periode dan tijdens de latere periode van Strijdende Staten toen vaatwerk vaak niet werd gedecoreerd. Het vroegste archeologische bewijs voor Chinese zegels komt uit de periode van de Lente en Herfst-annalen, hoewel er letterkundig bewijs is dat er vóór deze annalen al Chinese zegels bestonden. Goudbewerking was tot deze tijd niet wijdverbreid in centraal China.
Wordt gebruikt voor schuin afgewerkte openingen in een muur of een dak, die licht van bovenaf doorlaten.
Algemeen te gebruiken voor lange, dunne, platte en soepele repen van een willekeurig materiaal. Specifiek te gebruiken voor repen fijn textiel, zoals zijde, satijn of fluweel, vaak afgewerkt met een koordje langs beide randen in plaats van met een zelfkant. Wordt gewoonlijk als versiering gebruikt.
Bedden met twee uiteindes van gelijke hoogte waarbij ieder eind is afgewerkt met krullen.
Verwijst naar een vereenvoudigd type bed dat dateert uit de eerste helft van de 17de eeuw, waarbij de zware gesneden frames van oude bedden werden vervangen. Het frame van een lit à housse had een eenvoudige kubusachtige vorm die slechts werd onderbroken door prions met veren op de hoeken van het baldakijn, en was volledig overtrokken met textiel. Dit type bed had een hoge val en vier gordijnen: twee brede gordijnen liepen vanaf het midden van het voeteneinde via de buitenkant van de stijlen aan het voeteneinde naar het midden van beide zijkanten; de smalle gordijnen liepen vanaf het hoofdeinde van het bed naar midden van de zijkanten. Rond het eind van de eeuw werden lits à housse verfijnder afgewerkt en hoger, terwijl het frame volledig met textiel overtrokken bleef. Lits à housse worden zo genoemd omdat ze op vanwege de beschermende overtrekken doen denken aan voorname staatsbedden.
Een steen die is afgewerkt tot een specifieke grootte en gewicht, en recht gemaakt tot bepaalde afmetingen en dikte.
Verwijst naar de kunst en architectuur die is verbonden met de mammelukken, een krijgerskaste die Egypte en Syrië regeerde vanaf ongeveer 1250 tot de vroege 16de eeuw, en die in het Midden-Oosten meer dan 700 jaar invloedrijk en machtig is geweest. Mammeluk-architectuur was in wezen conservatief en niet erg vernieuwend, maar wel rijk en over het algemeen van zeer hoge kwaliteit. Mammeluk-architectuur wordt gekenmerkt door het gebruik van zeer fijn afgewerkte minaretten, enorme façades en portalen, en de tendens om structuren voor verschillende toepassingen te bouwen in een enkel complex. Begunstigers bouwden hun belangrijke monumenten gewoonlijk ook dichtbij elkaar. De mammelukken staan ook bekend om hun technische virtuositeit in stenen constructies; metselaars gebruikten verschillend gekleurde stenen op de oppervlakken van gebouwen. Er zijn bijna 3000 belangrijke mammelukmonumenten bewaard gebleven of bekend gebleven via teksten; de meeste monumenten in de oude wijken van Caïro, Damascus, Tripoli en Aleppo zijn mammeluks, evenals de meeste monumenten op de Haram ash-Sharif in Jeruzalem, buiten de Rotskoepel. Net als architectuur bereikten ook de overige kunsten van de mammelukperiode een hoog niveau van technische perfectie, maar staan ze niet bekend om hun originaliteit; er bestaan wel bezienswaardige voorbeelden van ingelegd metaalwerk, kalligrafie, moskeelampen en houten objecten.
Door de paus, bisschoppen en kardinalen in de rooms-katholieke kerk gedragen mijter. Hij is gemaakt van wit linnen of witte zijde en soms afgewerkt met goud en zilver. Wordt gebruikt voor begrafenissen en op Goede Vrijdag.
Kleine, vaak tot in details afgewerkte versies van grotere schilderijen of beeldhouwwerken, vervaardigd om aan de opdrachtgever het beoogde te tonen, of tot in details afgewerkte tekeningen met hetzelfde doel.
Gordijnmuren, opgetrokken uit zeer gelijkvormige onderdelen, waarbij in elk twee of meer van de traditionele afzonderlijke elementen van ramen, afgewerkte buitenmuur, afgewerkte binnenmuur en isolatie worden gecombineerd.
Uitstekende metsellagen die bij metselwerk met natuursteen worden geplaatst ter hoogte van de vensterbank, en die zich meestal onderscheiden doordat ze verder uitsteken, dikker zijn afgewerkt, of in het geheel dikker zijn.
Kleine gaatjes, meestal rond en afgewerkt aan de randen, in bijvoorbeeld stof of leer om er een veter of koord door te kunnen steken, of in borduurwerk waar het een versierende functie heeft.
Verwijst naar glas dat is vervaardigd met een techniek waarbij gemalen glas tot een pasta wordt verwerkt en vervolgens wordt gekneed tot een vat of beeld, waarna het ontwerp door beeldsnijden wordt afgewerkt. Deze glastechniek was reeds in de oudheid bekend, en beleefde eind 19de eeuw en begin 20de eeuw een opleving, met name in het atelier van glas- en sieradenontwerper René Lalique.
Militaire hoofddeksels gemaakt uit geperst leder, geperst paardenhaar of van metaal. De bol zit vrij dicht op het hoofd en de piekhelmen hebben altijd een vizierklep ter hoogte van het voorhoofd en vaak ook achteraan de nek. De top van de bol is afgewerkt met een metalen piek of bol. Piekhelm is de vertaling van het Duitse begrip "Pickelhaube".
Massieve ijzeren staven waarop een gedeeltelijk afgewerkt gesmolten voorwerp wordt overgezet van het hechtijzer of de glasblazerspijp voor de laatste modelleringen en versieringen.
Verwijst naar de stijl en periode die in verband worden gebracht met de heerschappij van de Qing-dynastie, van 1644 tot 1911. Peking bleef de Chinese hoofdstad en werd verfraaid met grootschalige, fel gekleurde gebouwen in baksteen en steen. Voor keramiek werden contrasterende stijlen van fijn afgewerkte, opake opgeglazuurde objecten en monochrome objecten ontwikkeld. Voor de schilderkunst werd een officiële academie opgericht, waar de traditionele landschapsstijl van de vier Wangs werd voortgezet.
Wordt gebruikt voor de bovenlaag van een gewatteerde deken, vaak onaf gelaten, zonder achterkantbekking, vulling of wattering Anders dan 'zomer spreien' die afgewerkte randen en zomen hebben.
Garen dat opzettelijk uit een afgewerkte stof wordt gehaald met als doel het opnieuw te gebruiken.
Rood of roodbruin kalfsleer dat oorspronkelijk in Rusland werd geproduceerd en in de 17de eeuw in West-Europa werd geïntroduceerd. Het werd plantaardig gelooid met de schors van de wilg, de populier of de lariks en op de vleeszijde bewerkt met extract uit de schors van de berkenboom, die het de karakteristieke prettige geur meegaf, waarschijnlijk bedoeld om insecten op afstand te houden. Het werd vaak afgewerkt met een ruitjespatroon. Tussen 1780 en 1830 werd het zeer gewaardeerd door boekbinders en 'juchtleer' is er een imitatie van.
Pleister van kalk vermengd met schelpen of kiezelstenen, waarmee de buitenkant van gebouwen wordt afgewerkt, gewoonlijk door het pleister met een troffel krachtig tegen de muur te smijten.
Beeldende werken die slechts de hoofdlijnen of -trekken van het onderwerp weergeven, als ontwerpen voor meer uitgewerkte kunstwerken, als zelfstandige uiting, ter oefening, of ter verduidelijking; minder afgewerkt dan 'studies'.
Diverse gereedschappen die worden gebruikt om af te krabben waardoor een schoon of een glad afgewerkt oppervlak tevoorschijn komt, om groeven te maken of om objecten te maken door overbodig materiaal weg te krabben.
Elk van verschillende assemblageprocessen waarin toevoegingen stevig op afgewerkte stukken worden geperst. In de context van boekbinden, het proces van het vlakken can bladen of het verzamelen van een tekstblok voor naaien of hechten door ze herhaaldelijk met een hamer te slaan, om ze te samen te persen en plat te maken. Of, bij het opnieuw inbinden, om de rugsteunen te verwijderen. Ook in het kader van het weven of soortgelijke activiteiten, het gerbruik van een klopper of kam om elke nieuwe inslagdraad in de juiste positie tegen de bestaande inslagen te drukken.
Torens die zijn afgewerkt met spitsen. Verwijst naar de volledige constructie van de toren, de spits en de lantaarn, wanneer deze aanwezig is.
Houten staven die op de lengte zijn gezaagd van de geplande vrije hoogte tussen afgewerkte vloeren en plafonds en vaak zijn gemerkt met onderverdelingen als hulp bij het aftekenen van bijvoorbeeld deurlijsten, metsellagen of stootborden van trappen.
Beeldende werken, waarin een onderwerp wordt onderzocht en uitgeprobeerd, vaak ter voorbereiding op andere werken; verder afgewerkt dan schetsen.
Verwijst naar de stijl die is vernoemd naar het Indonesische eiland Sulawesi. Beeldhouwwerken in deze stijl zijn onder meer bronzen beelden in de Indiase Amaravati-stijl, beelden van een in een gewaad gehulde Boeddha met één ontblote schouder, terracotta figuren, monolieten met de omtrekken van mannelijke figuren, tau-tau houten beelden van voorouders, levensgrote figuren gekleed in ceremoniële kledij in grotten, en verbeeldingen van de offerbuffel en de levensboom die vruchtbaarheid symboliseert. Kenmerkend voor kunstnijverheid in deze stijl zijn mandjes van bamboe en lontarpalmbladeren afgewerkt met lagen rode en groene lak en bladgoud. In combinatie met edelstenen komt deze stijl tot uitdrukking in armbanden, oorringen in een open ovaalvorm met omgebogen uiteinden en haarsieraden met parels, goud, zilver en versierd metaal. In de huizenbouw komt deze stijl tot uitdrukking in compacte huizen met boogvormige daken, ondersteund door twee verticale palen buiten het huis.
Verwijst naar de stijl die in verband wordt gebracht met het eiland Sumba. De textielproductie in deze regio laat Sumatraanse en Indiase invloeden zien, met grote mantels (hinggi) met een ingeweven ikat-patroon, Indiase patola-ontwerpelementen en ceremoniële sarongs met ingeweven patronen. Populaire regionale motieven in het textiel zijn onder meer menselijke figuren, paarden, herten, slangen en leeuwen. De kleuren duiden op een klassenonderscheid, waarbij Turkse rode verf het meest luxe en zeldzaam is. In de edelsteenkunst wordt de stijl gekenmerkt door het gebruik van granaat, kristal, parels, amethisten, robijnen, rood koraal en ivoor. Kenmerkend voor decoratieve kunst in deze stijl zijn fijn afgewerkte kralen halskettingen en hoofdbanden.
Elastische voorwerpen die gebruikt worden om betonmallen te beschermen tegen de zijwaartse druk van het ongeharde beton, met of zonder voorziening voor het verwijderen van metaal tot een bepaalde afstand van de afgewerkte betonnen oppervlakken.
Verwijst naar een aardewerkstijl uit de vroeg-Helladische tijd die zich ontwikkelde van circa 2.500 tot 2.000 v. Chr. Kenmerkend voor deze stijl is dat het aardewerk handgemaakt is en niet is gedraaid op een wiel, en dat het is afgewerkt met een halfglanzende verf in plaats van met gepolijst slib, in schakeringen die variëren van roodachtig naar bruinachtig tot zwart.
Wordt gebruikt voor lage, niet afgewerkte zolderruimten die zich onmiddellijk onder de nokken van daken bevinden.
Wordt gebruikt voor geronde lijsten die aan beide kanten zijn afgewerkt met voluten, en de zijkanten van een Ionisch kapiteel vormen.
Studies die een eerste verkenning zijn van een onderwerp. Meer afgewerkt dan 'voorbereidende schetsen' en meer gericht op één deel van een ontwerp dan 'voorlopige ontwerptekeningen'. Gebruik voor architectuur liever 'studies (beeldmateriaal)' of 'detailstudies'.
Lichtgewicht bedovertrekken gebruikt bij warm weer, vaak gelijkend op de bovenkanten van quilts, maar dan met omgestikte randen en afgewerkte naden.