Bakken, bakken, bakken.. bij KSART krijgt u de "taste of art" te pakken!
Welkom, voordat u kunt inloggen zet uw cookie instelling aan.
Nieuwe kunstvorm gevonden? Voeg nu een nieuwe kunstvorm toe!
Massa of laag materiaal van uiteenlopende dikte die in een vloeibaar medium is afgezet of neergeslagen op een andere materiaalmassa, of zich op één plaats heeft opgehoopt als gevolg van een natuurlijk proces.
Gesteenten zoals zandsteen of kalksteen ontstaan door materialen afgezet als sedimenten.
Verfpigmenten die worden gemaakt door het vermalen van mineralen die ijzeroxide en andere materialen bevatten, zoals klei, krijt en silica. Elke afzetting heeft een unieke samenstelling, werking en kleur, met diverse reeksen geel, oranje, rood, bruin en zwart. Aardkleuren worden als sinds de prehistorie gebruikt en komen terug in alle technieken. Synthetische ijzeroxiden, de zogenaamde Mars-kleuren, worden sinds het einde van de 18e eeuw geproduceerd.
Afzetting van aarde, zand en ander meegevoerd materiaal dat is achtergelaten door water dat stroomt over land dat niet permanent bedekt is met water; hoofdzakelijk van toepassing op de afzettingen die zich hebben gevormd in rivierdalen en -delta's.
Gereedschappen die in een buis of riool worden gebruikt om overtollig specie of afzetting te verwijderen.
Variant van een bruin fossiel hars met een hoog zuurstofgehalte. Het wordt aangetroffen in afzettingen in het Oostzeegebied en wordt gekenmerkt door de hoge dichtheid en het feit dat het slecht glanst. Voorheen werd het beschouwd als mineralogisch te onderscheiden van normaal Baltisch succiniet, op basis van fysische eigenschappen als dichtheid en chemische eigenschappen als het verzepingsgetal. Recent onderzoek heeft echter aangetoond dat dit niet klopt.
Variant van een fossiel hars dat wordt aangetroffen in afzettingen in Birma; meestal rood, maar soms ook bleekgeel, goud of bruin. De Chinezen gebruikten het voor het vervaardigen van kunstvoorwerpen.
Verticale doorsneden van de bodem, met de aard en volgorde van de verschillende lagen zoals die zijn ontstaan door afzettingen, verwering of beide.
Gecementeerde afzettingen van calciumcarbonaatmaterialen.
Gesteente dat zich kenmerkt door of bestaat uit concreties, of concreties voortbrengt. Concreties zijn harde, compacte aggregaten van minerale materie. Ze zijn subsferisch of onregelmatig van vorm en ontstaan door neerslag van in water opgeloste stoffen rond een kern, zoals een schelp of bot, in afzettingsgesteente of pyroklastisch gesteente. Concreties verschillen doorgaans van het gesteente waarin ze voorkomen. Ze vormen concentraties van een bestanddeel dat in kleine hoeveelheden voorkomt in dat gesteente. Soorten concreties zijn onder andere vuursteen, hoornkiezel en klompen onzuivere kalksteen die soms in klei voorkomen.
Een losjes hechtende substantie, meestal een wit kristallijnen poederachtige afzetting op het oppervlak van (bak)steen, mozaïekblokjes of cement, veroorzaakt doordat oplosbare zouten worden aangetrokken tot het oppervlak, waar ze vervolgens kristalliseren.
Gebieden verkennen met het doel de aard van de minerale afzettingen en gesteenten te bepalen.
Onderzoek naar de verspreiding en oorsprong van minerale afzettingen en rotsgesteenten.
Het mineraal hemimorfiet is een gehydrateerd zink-silicaat. Het behoort tot de sorosilicaten. Het mineraal komt met name voor als oxidatieproduct in de bovenlaag van zinkblende afzettingen. Bekende vindplaatsen zijn de Belgisch-Duitse grens, Silezië in Polen, en de staten Pennsylvania en Missouri in de Verenigde Staten.
Algemene benaming voor een afzettingsgesteente dat in vele soorten voorkomt en hoofdzakelijk bestaat uit calciet of dolomiet.
Hard materiaal bestaande uit calciumcarbonaat; de skeletafzetting van bepaalde zeedieren.
Eolische afzettingen van slib en gruis.
Een mineraal dat bestaat uit loodtetroxide en dat dezelfde samenstelling heeft als rood lood, een oranjerood pigment dat al sinds de oudheid wordt gebruikt. Afzettingen van menie zijn gevonden in Egypte. De meeste bronnen wijzen er echter op dat het pigment Egyptisch rood lood werd vervaardigd uit loodmetaal en loodglit en niet van gemalen menie.
Gesteenten die worden gevormd door veranderingen in reeds bestaande gesteenten als gevolg van gewijzigde omgevingsfactoren, zoals variaties in temperatuur, druk en mechanische belasting, en de toevoeging of onttrekking van chemische bestanddelen. De reeds bestaande gesteenten kunnen stollinggesteenten, afzettingsgesteenten of andere metamorfe gesteenten zijn.
Afzettingsgesteente dat voornamelijk bestaat uit zandsteen en schalie, gevormd als kustafzettingen.
Asfalt dat wordt aangetroffen in natuurlijke afzettingen, in tegenstelling tot asfalt dat wordt gevormd als een residu na de distillatie van petroleum. Natuurlijk asfalt ontstaat waar ruwe olie uit de grond komt. Het wordt in een vroeg stadium gevormd bij de afbraak van organische mariene afzettingen in petroleum. Het bevat meestal mineralen, in tegenstelling tot residuaal petroleumasfalt (hoewel mineralen wel kunnen worden toegevoegd).
Het verlies van doorzichtigheid bij glas, hetgeen wordt veroorzaakt door kristallisatie of door afzetting van één of meer van de bestanddelen van het glas.
Kalksteen die veel kleine ronde deeltjes bevat die concentrische lagen zijn van calciumcarbonaat-afzettingen.
Compact, kleihoudend afzettingsgesteente dat is gecementeerd met silica.
Het onderzoeken van een gebied, voornamelijk met het oog op het vinden van eventuele mineraalafzettingen. Gebruik 'in kaart brengen' voor het onderzoeken van een gebied om er een uitgebreid overzicht van te krijgen.
Hard, fijnkorrelig afzettingsgesteente bestaande uit de restanten van radiolaria, eencellige organismes die naar de bodem van de oceaan zakken en daar niet oplossen in het zeewater maar dit gesteente doen ontstaan.
Algemene term voor fossiele harsen uit een grote groep die voorkomen in afzettingen van bruinkool, turf, enz. Deze harsen lijken uiterlijk op succiniet, maar bevatten weinig of geen succinietzuur. Er zijn ongeveer veertig ambersoorten bekend, onderverdeeld in twee hoofdgroepen: de soorten die succinietzuur bevatten vormen de succinietgroep en de soorten met weinig of geen succinietzuur tot de retinietgroep.
Een afzetting van kleine ijskristallen, die ontstaan wanneer waterdamp condenseert bij temperaturen onder het vriespunt.
Mineraal dat is samengesteld uit mangaancarbonaat (MnCO3) en voorkomt in de kleuren transparant tot ondoorzichtig roze tot dieprood. Het wordt gebruikt als siersteen en bron van mangaan. Het wordt samen met andere mangaanmineralen aangetroffen in hydrothermale aderen van ertsafzettingen met lage temperaturen, zoals de zilvermijnen in Roemenië, Duitsland en Groot-Brittannië. Het is ook te vinden in Zuid- en Noord-Amerika.
Kalk bestaande uit roodijzererts vermengd in klei; wordt gebruikt voor het maken van tekeningen sinds de Renaissance. Oorspronkelijk werd het uit afzettingen gesneden maar later werd het van hetzelfde materiaal gemaakt.
Afzettingsgesteente dat is samengesteld uit een aanzienlijke hoeveelheid ronde of hoekige fragmenten die grover zijn dan zandkorrels.
Kleiachtig afzettingsgesteente, gevormd door de samenpersing van klei, slib of modder; kan grijs, rood, bruin of zwart zijn. Het bestaat uit fijne platen die vrij zwak zijn, waardoor het gesteente eenvoudig te splijten is.
Een gedeelte van de oliehoudende bestanddelen van een leer die in de vorm van witte kristallijne vetzuren of als een donkere kleverige afzetting aan de oppervlak van het nerfweefsel zichtbaar zijn.
Een zwakkere afzetting van half inzetgeharde overblijfselen van planten, gevormd in een omgeving die is verzadigd met water zoals een moeras.
Materiaal dat wordt gebruikt om een bak, holte of opening te vullen, om een bestaand niveau te verhogen, een kunstmatige afzetting te vormen of om beschadigingen of gaten, zoals bij schilderijlijsten of schilderijen, bij te werken.