Associaties voor animisme

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar het geloof in spirituele wezens die in staat zijn menselijke gebeurtenissen te beïnvloeden. De basis hiervoor is het idee dat dieren, planten en zelfs levenloze objecten net als mensen een ziel hebben. De 19de-eeuwse antropoloog Edward Tylor beschouwde dit als de vroegste vorm van religie, een opvatting die bij moderne antropologen geen acceptatie vindt.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de Franse artistieke en literaire beweging die in 1908 werd opgericht door Jules Roman en die een sterke invloed had op de Abbaye, een gemeenschap van jonge kunstenaars en schrijvers die woonden in Parijs. De stroming kenmerkt zich door een nadruk op het groepsbewustzijn en collectieve emotie en de noodzaak dat het werk van de kunstenaar deze ervaring weerspiegelt.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode en de stijl rondom de cultuur van het eiland Bali. De stijl vormt een afspiegeling van de rijke religieuze en politieke geschiedenis en is beïnvloed door het hindoeïstische saivisme, het boeddhisme, de islam, voorouderverering, tantrische riten en het animisme. In de stijl staan het geloof in reïncarnatie en de thematische idee van de nietigheid van de mens ten opzichte van de natuur centraal. In de schilder- en tekenkunst manifesteerde de stijl zich in afbeeldingen op rotswanden en later, toen Europese invloeden zich deden gelden, in naturalistische en romantische schilderijen in krijt, olieverf of gouache waarop gestileerde dierlijke en menselijke figuren werden afgebeeld met twee of drie horizons op de achtergrond. Beeldhouwwerken kenmerken zich door stenen constructies die Balinese vorsten als goden voorstellen, dierlijke en demonische figuren, en hindoeïstische en boeddhistische standbeelden. Voor beeldsnijwerken werd ook gebruik gemaakt van been en schildpad. In de keramiek werd deze stijl gebruikt voor aardewerken gebruiksvoorwerpen en abstracte beeldjes van zowel menselijke als mythische figuren. Sieraden als armbanden, halskettingen, zegelringen, krissen, hoofdtooien en haarspelden werden vervaardigd met robijnen, barokparels, ivoor en bloedkoraal, waarbij technieken als drijven en repoussé werden toegepast. De hofsieraden in deze stijl zijn voorzien van complexe iconografie.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een inheemse Tibetaanse godsdienst die met het boeddhisme een van de twee voornaamste religies van het land is. Veel aspecten van Bon raakten vermengd met de boeddhistische tradities die in de 8ste eeuw werden ingevoerd uit India en die het Tibetaanse boeddhisme veel van zijn eigenheid hebben verleend. Onenigheid binnen de heersende klasse van Tibet leidde er in de 8ste en 9de eeuw toe dat de adellijke families voor Bon kozen en de heersende dynastie voor het boeddhisme. Bon werd rond de 11de eeuw een georganiseerde godsdienst, vooral dankzij de boeddhistische belangstelling voor geschreven teksten. Bon leeft voort in veel aspecten van het Tibetaanse boeddhisme en is bovendien nog altijd een bloeiende godsdienst in de noordelijke en oostelijke grensgebieden van Tibet. Onduidelijk is hoeveel continuïteit er bestaat tussen het oude en het moderne Bon. De kenmerken van het oude Bon zijn moeilijk vast te stellen omdat alle vroege beschrijvingen boeddhistisch zijn. Alles wat tegenwoordig over Bon bekend is, is zwaar beïnvloed door het Mahayana-boeddhisme. Het oude Bon lijkt elementen van animisme, sjamanisme en de uitoefening van magische riten te hebben bevat. De Bon-goden van lucht, aarde en zee werden als lagere goden in het boeddhistische pantheon opgenomen. Er zijn aanwijzingen voor een cultus van heilig koningschap waarin de koningen worden beschouwd als manifestaties van de luchtgod; dit geloof zou de oorsprong kunnen zijn van de gereïncarneerde lama’s van het boeddhisme. De orakelpriesters van Bon hebben hun tegenhangers in de boeddhistische waarzeggers. Bepaalde aspecten van de Bon-doctrine zijn vrijwel identiek aan die van het Tibetaanse boeddhisme, zoals de leer van het boeddhaschap en het ideaal van bodhisattva. Opvallend zijn de dzogchen-overtuigingen die het Bon deelt met de Nyingma-school van het Tibetaanse boeddhisme; zij houden in dat er een onuitsprekelijke toestand bestaat, voorbij alle boeddha’s en alle verschijningen. Verder is het kloostersysteem van Bon bijna gelijk aan dat van de Gelug-school. Toch bewaken de Bon-gelovigen nauwgezet hun niet-boeddhistische imago. Shenrab wordt beschouwd als de stichter van de godsdienst en de historische Boeddha Shakyamuni zou een manifestatie van hem zijn. Bon-geschriften zijn verdeeld in twee groepen: de Kanjur, met mythen, doctrines en biografieën van Shenrab, en de Katen, die commentaren en rituele en iconografische werken omvat. De naam Tibet komt uit de Bon-religie.