Associaties voor archaïsch

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode, cultuur en kunst van het oude Griekenland die begint rond het midden van de 8ste eeuw v. Chr. en eindigt in de vroege 5de eeuw v. Chr. met de Perzische invasie. Deze stijl kenmerkt zich door de introductie van het alfabet vanuit Foenicië, de stichting van belangrijke stadstaten en kolonies, het ontstaan van het openbare plein –de agora – in het ontwerp van steden, en typische stijlen in de schilderkunst, beeldhouwkunst en architectuur. In de vaasschilderkunst werden de gestileerde dieren uit de oriëntaliserende periode vervangen door meer naturalistische figuren in de zwartfigurige en later de roodfigurige stijl. In de beeldhouwkunst ontwikkelden zich meer naturalistische vormen vanuit de stijve, orthodoxe Egyptische figuren uit de oriëntaliserende periode. In de architectuur kwamen de Dorische en de Ionische bouworde tot ontwikkeling.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de aardewerkstijl die werd aangetroffen in Perzië circa 6000 v. Chr. De stijl kenmerkt zich door fijn, eenvoudig vaalgeel aardewerk, toebereid met stro, dat soms is versierd met eenvoudige rode of oranje geschilderde ontwerpen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een aardewerkstijl die wordt aangetroffen Noord-Mesopotamië binnen de Hassoena-periode, van circa 6200 tot 5700 v.Chr. De stijl wordt gekenmerkt door rood schilderwerk en een glanzend afgewerkt oppervlak.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de laatste fase van de Grieks Archaïsche periode, van circa 540 tot circa 480 v. Chr. De periode kenmerkt zich met betrekking tot de beschildering van vazen door de introductie van de techniek voor rode figuren, en met betrekking tot zowel de beschildering van vazen als de beeldhouwkunst door de ontwikkeling van meer naturalistische figuren die vloeiender bewegen dan in voorgaande perioden het geval was.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een fase van de Grieks Archaïsche periode, van circa 580 tot ongeveer 535 v. Chr. De stijl kenmerkt zich in de beeldhouwkunst en de beschildering van vazen door de afbeelding van naturalistischer figuren dan in de vroeg-Archaïsche fase.

Toegevoegd op: 16-8-2017

B Verwijst naar de eerste fase van de Griekse archaïsche periode, van circa 660 tot circa 580 v. Chr. Kenmerkend voor de beeldhouwkunst in deze tijd is de sterke stijlovereenkomst met de Egyptische prototypen en het gebruik van grotere stenen beelden dan in vroegere perioden. De vaasschilderkunst kenmerkt zich door de zwartfigurige techniek die wordt toegepast om meer naturalistische figuren af te beelden dan in de oriëntaliserende periode.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar werken in een stijl die een imitatie is van de vroegere archaïsche stijlen, in het bijzonder Hellenistische beeldhouwwerken uit de periode tussen 323 en 100 v. Chr., die de Griekse archaïsche stijl imiteerden maar met nieuwe, meer geraffineerde kerftechnieken werden vervaardigd.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de cultuur en stijl van werken uit het bayougebied van zuidelijk Louisiana welke zijn vervaardigd door de afstammelingen van Frans-Canadese immigranten die in de 18de eeuw door de Britten waren verdreven uit de Franse kolonie Acadië (met als centrum het grondgebied dat nu tot Nova Scotia behoort). Een opvallend kenmerk van deze cultuur is het specifieke dialect, een mengelmoes van archaïsche Franse woorden en uitdrukkingen die hun oorsprong hebben in de Engelse, Spaanse, Duitse, indiaanse en zwarte culturen van zuidelijk Louisiana.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Genus van één tot drie soorten uit het Middellandse Zeegebied van Europa, Azië en Afrika. Men denkt dat het een archaïsch overblijfsel is van zijn familie. Lang werd gedacht dat het genus slechts één levende soort (C. siliqua) bevatte, maar inmiddels denken sommige wetenschappers dat bepaalde Afrikaanse soorten er ook toe behoren.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl van de artistieke voortbrengselen in Etrurië, het tegenwoordige Toscane en een deel van Umbrië, van de 7de tot de 3de eeuw v. Chr. Tot de kunstwerken van deze cultuur, deels herkenbaar aan de overdadige grafheuvels, behoren bronzen spiegels en stenen grafkisten, muurschilderingen, en beelden in terracotta en brons die zich van de Griekse archaïsche stijl onderscheiden door hun levendige suggestie van beweging en verfijnde versiering. Tot de ontwikkelingen in de architectuur behoren de bouw van leemstenen en houten tempels, gedecoreerd met dakpannen en standbeelden in terracotta. In sommige classificatiesystemen begint de Etruskische cultuur al met de Villanovastijl, die voor het eerst op het Italiaanse schiereiland wordt aangetroffen in de 9de eeuw v. Chr.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een Attische vaasschilderstijl waarvan de vroegste vorm rond 475 v Chr. ontstond en die rond 420 v Chr. verdween, na de bloeiperiode van de Attische zwartfigurige stijl. De stijl wordt gekenmerkt door werk volgens de roodfigurige techniek, later door schildering op een witte achtergrond. De stijl stond oorspronkelijk bekend om een nieuwe mate van losheid en vrijheid in de compositie, en later om de invloed van het gelijktijdig uitgevoerde beeldhouwwerk aan het Parthenon. Het werk bestaat meestal uit ambitieuze composities op grote vazen en maakt, in de vroegere vormen, gebruik van Archaïsche conventies gecombineerd met vernieuwende vrije voorstellingen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode van de heerschappij van koning Jayavarman V (968-1001 n. Chr.). Een voorbeeld van de bouwkundige stijl van deze periode is de staatspaleistempel, Ta Keo, die zich bevindt in het centrum van de hoofdstad Jayendranagari, en de Banteay Srei, een versierde tempel die wordt gekenmerkt door colonnetten en lateien in archaïsche stijl en die timpanen bevat met taferelen uit de Indiase mythologie. Deze periode wordt over het algemeen gekenmerkt doordat nog steeds zandsteen wordt gebruikt en door de verdere ontwikkeling van gelaagde, piramideachtige tempelconstructies.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Handelsnaam voor kleine, min of meer archaische tapijtjes uit het westen van Anatolië met vaak een lichte ondergrond en een kenmerkend patroon dat uit gedetailleerde dubbelnissen bestaat.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Beelden uit de Archaïsch Griekse periode van gedrapeerde staande jonge vrouwen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Beelden uit de Archaïsch Griekse periode van staande naakte jonge mannen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een 17de-eeuwse Indiase school van Rajasthan-miniatuurschilders, met als voornaamste centra Malwa en Bundelkhand (in de tegenwoordige staat Madhya Pradesh). Vanwege de geografische verspreiding wordt de stijl soms omschreven als Centraal-Indiase schilderkunst. De Malwa-schilderkunst wordt meestal als vrij behoudend en sober beschouwd: vlakke composities, vaak met een donkere achtergrond, een in registers ingedeelde ruimte en figuren die tegen massieve kleurvlakken zijn geschilderd, met een helder geschilderde architectuur. De stijl wordt vaak als archaïsch beschouwd, maar vormde wel een stevig gewortelde traditie. Geleerden onderscheiden twee stijltypen, stijl A en stijl B, waarbij de latere stijl Mogolinvloeden verraadt. Vanaf 1690 raakte de Malwa-school in verval, maar wel beïnvloedde de stijl de schilderscholen in naburige regio's.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Schriftstijlen die werden gegoten of gegraveerd op Chinese bronzen vazen en die ontstonden in de Shang-, Westelijke Zhou- en Oostelijke Zhou-tijd; vooral populair tijdens de Westelijke Zhou-dynastie (11de eeuw tot 771 v.Chr.). Metalen schriftstijlen waren afgeleid van inscripties op orakelbotten en werden door latere oudheidkundigen beschouwd als dragers van primitieve en archaïsche esthetische waarden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

School van miniatuurschilderkunst die in verband wordt gebracht met de staat Mewar in Rajasthan, een belangrijk centrum van de Rajput-cultuur. De bevolking in deze regio beleed een strenge vorm van het hindoeïsme, en Mewar was het laatste Rajput-machtscentrum dat ten prooi viel aan de Mogols. Sinds de 17de eeuw of nog eerder vormt Mewar een van de belangrijkste en productiefste scholen van Rajasthani-schilderkunst. De stijl wordt gekenmerkt door krachtige contouren, een zeer helder coloriet en enigszins archaïsche conventies, bijvoorbeeld het (narratief) tonen van opeenvolgende episoden binnen één afbeelding. Het traditionele aspect van de Mewarkunst wist lang stand te houden, in weerwil van invloeden van de Mogols, Deccan en Europeanen, hetgeen toe te schrijven is aan het behoudende karakter van dit Rajputhof en de traditionele structuur van de kunstenaarsfamilies. De kunstenaars verwerkten de typische Mewar-details op consequente wijze in hun werk, zoals lokale architectuur en flora en fauna. In de 17de eeuw maakte de inheemse traditie van mythologische en poëtische manuscriptillustraties hier een ware wedergeboorte door. In de 18de eeuw gingen de door de Mogols geïnspireerde hofportretten en beeldvertellingen een prominentere rol spelen. Na 1947, het jaar waarin de vorstendommen werden ontbonden en er een eind kwam aan het koninklijk mecenaat, verdween de stijl naar de achtergrond.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl van het beeldhouwwerk dat werd vervaardigd op het Egeïsche eiland Naxos tussen circa 600 en 480 v. Chr., tijdens de periode die overeenkomt met de Grieks- Archaïsche periode. Het eiland is vooral bekend als centrum voor de vervaardiging van monumentale beeldhouwwerken, met name de kouroi, vanwege de talloze marmergroeves.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de Oudgriekse stijl en periode die volgde op de Geometrische periode, van circa 725 v. Chr. tot circa 650 v. Chr. De stijl overlapte met het vroege deel van de Archaïsche periode in de Griekse geschiedenis. De stijl werd in Korinthië ontwikkeld en verspreidde zich over heel Griekenland, tot in Etrurië en andere plaatsen die met de Griekse wereld in contact stonden. De stijl kwam voort uit de enorm toegenomen Griekse handel en de invloed van het Nabije Oosten en de Egyptische culturen die hier het gevolg van was. Kenmerk van de stijl is het verdwijnen van de geometrische vormen en de dunne figuren uit de Geometrische periode ten faveure van kromlijnige vormen, gevulde figuren en nieuwe thema’s, waaronder exotische dieren en monsters zoals sfinxen en griffioenen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een Archaïsch Griekse stijl in de beeldhouwkunst gevonden op de Ionische eilanden voor de zuidelijke kust van de Peloponnesus. De stijl kenmerkt zich door het gebruik van marmer in plaats van kalksteen, dat eerder algemeen werd gebruikt, door een toenemende vaardigheid in het weergeven van de menselijke anatomie, en door de ontwikkeling van nieuwe geometrische concepten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de Griekse stijl in de beeldhouwkunst die werd vervaardigd tussen circa 480 en 450 v. Chr. en die werd beschouwd als een overgangsfase tussen de archaïsche en klassieke stijl. De stijl kenmerkt zich door een groter inzicht in anatomie en beweging maar eveneens door de bronzen beeldjes uit Riace, die sober en statisch zijn, met vereenvoudigde vormen en versiering.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een periode van Griekse stijl die chronologisch volgde op de Geometrische stijl, vele elementen uit de Geometrische stijl behield, en die ofwel een tussenvorm, ofwel archaïsch was, afhankelijk van de geografische locatie. In sommige gevallen, verscheen de stijl na de bloei van de Geometrische periode, maar nog voordat de Oriëntaliserende periode volledig was gevestigd, en vormde daardoor een overgangsfase tussen de ene stijl en de andere. In andere gevallen ontstond de stijl nadat de Oriëntaliserende periode was gevestigd, en was derhalve een bewuste poging om de vroegere Geometrische stijl nieuw leven in te blazen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar schilders van oude Griekse vazen die zowel rood- als zwartfigurig schilderden. De term verwijst ook naar vaatwerk waarop zowel rood- als zwartfigurige technieken zijn te zien. De tweetalige stijl manifesteerde zich een korte tijd tijdens de laat-archaïsche periode in de derde en vierde decennia van de zesde eeuw voor Christus, toen de Attische roodfigurige stijl zich aandiende en de zwartfigurige stijl langzaam maar zeker grotendeels verdrong. Tijdens deze overgangsfase vertoonde vaatwerk soms beide technieken, waarbij elke techniek werd gebruikt voor specifieke delen van het vaatwerk. Zo werd de zwartfigurige stijl gebruikt voor de binnenkant en de roodfigurige stijl voor de buitenkant van een beker of werd het ontwerp van de buitenkant van een amfora verdeeld in twee delen, met de ene techniek op de voorzijde en de andere op de achterzijde. De twee technieken worden soms gebruikt door dezelfde vaasschilder en soms werden verschillende vaasschilders gebruikt voor de twee technieken op hetzelfde vaatwerk.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar het begin van de oud-Griekse klassieke periode en stijl, van circa 480 tot circa 450 v. Chr. De beeldhouwkunst in deze tijd onderscheidt zich van de eerdere archaïsche stijl doordat de menselijke vorm wordt geportretteerd met een toenemend naturalisme, met inbegrip van meer subtiliteit in gezichtsuitdrukkingen en contrapost in staande figuren. De vaasschilderkunst vertoont regionale verschillen, maar in het algemeen is ook hier sprake van een toegenomen beheersing van de menselijke vorm en van draperie. In de architectuur wordt de esthetiek van de late 6de en de vroege 5de eeuw voortgezet en verfijnd.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Archaïsche houten cultusbeeld uit het Oude Griekenland. Werd door de klassieke Grieken geassocieerd met de legendarische Daedalus. Tegenwoordig overleven enkel stenen of marmeren kopieën van zulke beelden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een Chinese dynastieke stijl en periode tussen 1127 en 1279. Grondlegger van de dynastie was Gaozong (heerser van 1127-1162), zoon van de laatste keizer van de Noordelijke Song. De hoofdstad van de Zuidelijke Song was Nanjing, later Lin'an, en deze dynastie heerste over het gebied ten zuiden van de rivier de Huai. Buitenlandse invloeden werden gemeden en inspiratie werd veelal geput uit archaïsche tradities. Het landschapsschilderen bleef het belangrijkste schildersgenre, met kunstenaars als Ma Yuan en Xia Gui, die lokale, etherische en lieflijke landschappen afbeeldden, een wereld van verschil met de hoekige, ruige landschappen van de Noordelijke-Songschilders. Deze schilderschool, de zogeheten Ma-Xia-school, kwam voort uit de keizerlijke schildersacademie. De levendige, vlot geschilderde werken van de zenmonniken uit die perioden staan hiermee in scherp contrast. Nu de industriële ovens in het noorden niet meer beschikbaar waren, ontvingen de nieuwe productiecentra van keramiek in het zuiden opdrachten van het keizerlijk hof. In de nabijheid van het paleis werd speciaal (officieel) guan-aardewerk vervaardigd. In Longquan produceerde men celadon geglazuurd steengoed in expliciet archaïsche vormen. Een kleine fabriek in Jingdezhen die Qingbai-aardewerk produceerde, kende een uitbreiding in die periode en zou uiteindelijk uitgroeien tot het belangrijkste productiecentrum van keramiek in China. Jade en metaalwerk werden veelal in archaïsche vormen vervaardigd. De productie van wandtapijten uit fijne zijde, de zogeheten 'kesi', bereikte zijn hoogtepunt in de Zuidelijke Song. Kenmerken van de vergulde en beschilderde houten Boeddhabeelden waren sensuele lichamen, een mysterieuze lach en een levendige uitstraling.