Associaties voor atol

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de cultuur die zich in de oudheid ontwikkelde in het gebied van het tegenwoordige Turkije.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Aanduiding voor cirkelvormige, elliptische of hoefijzervormige eilandjes of een ring van zulke eilandjes; doorgaans bestaan ze uit koraalriffen en omsluiten ze een lagune.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Hoge geestelijken in de islam.

Toegevoegd op: 16-8-2017

De wetenschap of de leer van laatste dingen zoals het eind van de geschiedenis of van de huidige wereld, het lot van de ziel na de dood, het laatste oordeel van individuen en het scheppen of herstellen van een volmaakte wereld.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Analyse en meting van zeer geringe hoeveelheden radio-isotopen in mineralen met behulp van een deeltjesversneller. Het wordt op vakgebieden als archeologie, antropologie, toxicologie, radiochemie en klimatologie gebruikt voor bijvoorbeeld de ouderdomsbepaling en het identificeren en beschrijven van materialen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Spaanse tapijten met acht- of zeshoekige ornamenten, of met trapgewijs geplaatste ruiten,of met een ster in een ruit; ook met wapenschilden en niet-islamitische motieven zoals dieren of mensen; motieven afgeleid van Perzische of Anatolische tapijten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de beeldhouwstijl die zich ontwikkelde in het gebied van Aphrodisias, in Caria, Klein-Azië, het huidige Turkije. Het was een belangrijk centrum voor de verering van een oude Anatolische vruchtbaarheidsgodin en later van de godin Aphrodite en wordt daarom in verband gebracht met de artistieke voortbrengselen uit het tweede millennium v. Chr. of eerder. De bloeiperiode als artistiek centrum begon echter pas met de heerschappij van de Julisch-Claudische keizers in de 1ste eeuw v. Chr. en duurde tot de 5de eeuw n. Chr. Het beeldhouwwerk kenmerkt zich door het gebruik van verfijnd marmer dat in de buurt werd gewonnen, een tweekleurig marmerpalet, thematische subtiliteit, creatieve oorspronkelijkheid en een wijde verspreiding over grote delen van het Romeinse Rijk. Sommige geleerden menen dat ook in Rome zelf een werkplaats van deze school heeft bestaan.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode van circa 1920 tot 1740 v. Chr. in Anatolië. De periode kenmerkt zich door contacten met Mesopotamië die vooral verliepen via de handel met Assyrische kooplieden die kolonies stichtten zoals de stad Kultepe in Anatolië.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een eclectische islamitische bedelorde met haar oorsprong in de 12de eeuw bij een Anatolische derwisj genaamd Hadjdji Bektash, over wie weinig bekend is. De orde werd in de 16de eeuw in Anatolië (Turkije) definitief vormgegeven door Balim Sultan. Hoewel oorspronkelijk een soefi-orde binnen de orthodoxe soennitische islam, werd de orde in deze periode meer syncretisch en nam zij leden van de sjiietische geloofsgemeenschap aan. Ook aspecten van het christendom, zoals biecht-, absolutie- en initiatiepraktijken, werden opgenomen als gevolg van contact met christenen. De Bektashi zijn sjiietisch in die zin dat zij de twaalf imams (geestelijk leiders) erkennen en Ali vereren. Zij wijken echter af van de meeste moslimorden omdat zij traditionele islamitische rituelen als hypocrisie beschouwen en, zoals veel soefi-orden, niet streng toezien op de naleving van alledaagse moslimregels. De Bektashi staan vrouwen toe ongesluierd deel te nemen aan rituelen. Mystieke geschriften van de Bektashi leveren een belangrijke bijdrage aan de soefipoëzie. Door hun betrekkingen met de Janitsaren, een Ottomaans militair elitekorps dat werd gerekruteerd uit christelijke gebieden, behielden de Bektashi hun politieke belang van de 15de eeuw tot kort na 1826, toen de Janitsaren werden ontbonden. De orde der Bektashi werd in Turkije in 1925 net als alle overige soefi-orden opgeheven maar bleef in Albanië bestaan totdat godsdienst daar in 1967 werd verboden. Bektashi worden nog aangetroffen in sommige gemeenschappen in Turkije, Albanese delen van de Balkan en de Verenigde Staten. Aanhangers dragen witte mutsen met vier of twaalf vouwen, waarbij de vier de vier poorten van de islam en de twaalf de twaalf imams symboliseren.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Antieke paleizen in het Nabije Oosten en Anatolië met twee lange zalen met een portico ervoor, vaak geflankeerd door vleugels; kan ook betrekking hebben op antieke poortgebouwen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een productieve Indiase schilderschool die verbonden is met het vorstendom Bundi in het zuidoosten van Rajasthan. Het andere grote centrum van de Bundi-schilderschool was het naburige vorstendom Kotah, waarmee Bundi ook familiebetrekkingen onderhield. Andere idioomvormen van de Bundi-stijl, zoals Indargarh, Khatoli, Toda Rai Singh, Raghugarh, Uniara en Kapren, hebben zich eveneens ontwikkeld uit deze school, die aanvankelijk uitsluitend door de Bundi-heersers werd ondersteund. De Mogolinvloeden lieten zich met name gelden in de Rajasthan-school, die een periode vanaf de 17de eeuw tot het einde van de 19de eeuw omvat. Bundi-schilderijen vertonen ook overeenkomsten met de Deccan-schilderijen uit het zuiden, een regio waarmee de heersers van Bundi en Kotah intensieve contacten onderhielden. De schilderijen werden meestal uitgevoerd als wandschilderingen in het paleis of als miniatuurkunst. Kenmerken van de Bundi-school zijn bewegende figuren, ronde hoofdvormen, symmetrische, waaiervormige platanen, weelderige plantengroei, spectaculaire nachtluchten en een opvallende weergave van water (lichtgekleurde wervelende vormen tegen een donkere achtergrond). Met name de schilderijen die werden geproduceerd onder Rao Bhao Singh (heerste van 1658-81) en Rao Anurad Singh (heerste van 1681-95) hadden een herkenbaar, gerijpt en verfijnd karakter. Bovendien was de repertoirekeuze vergroot. De schilders in Kotah hadden belangrijke opdrachtgevers als Rao Jagan Singh (heerste van 1658-84), Maharao Umed Singh (heerste van 1770-1819), Maharao Ram Singh (heerste van 1827-66) en Maharao Shatru Sal (heerste van 1866-89); vooral populair waren de weelderige schilderijen van jachttaferelen waarin de heerser een rol speelde, uitgevoerd in de vorm van wandschilderingen of als miniaturen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de aardewerkstijl zoals aangetroffen in centraal Anatolië van circa 3400 tot 2700 v. Chr. De stijl kenmerkt zich door elegante vormen versierd met geschilderde paarsbruine ontwerpen op een oranje slip.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de aardewerkstijl die voorkwam in de Konya vlakte van Anatolië rond 5.000 v. Chr. Deze is genoemd naar de archeologische vindplaats Catal Hüyük West. De stijl kenmerkt zich door potten, simpele kommen, en bekers, versierd met rode geschilderde, lineaire ontwerpen op een bruingele of rode ondergrond, die soms werden gepolijst.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode van circa 1650 v. Chr., toen Hettitische heersers voor het eerst een belangrijke rol gingen spelen in Centraal-Anatolië, tot circa 700 v. Chr., toen de Assyriërs de overgebleven Hettitische stadstaten in het zuidoosten van Anatolië en het noorden van Syrië verwoestten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de Hettitische periode van circa 1400 tot 1200 v. Chr., toen de Hettitische heerschappij in Anatolië en Syrië werd hersteld. De kunst uit deze periode wordt gekenmerkt door monumentale beschermbeeldjes, uit de rotsen gehakte reliëfs en fijn metaalwerk.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Middelgrote soort haagbeuk die voorkomt in Italië, Frankrijk, Oostenrijk, Slovenië, Griekenland, de Balkan, het zuiden van Zwitserland en Anatolië.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar het aardwerk uit circa 2400 tot 2000 v. Chr. dat in het midden van Anatolië werd gevonden. De stijl kenmerkt zich door vazen die werden beschilderd met roze tot bruine geometrische motieven.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl die zich ontwikkelde in de kuststreek van Syrië, Libanon en Palestina van circa 3000 tot 1200 v. Chr. De stijl kenmerkt zich door eclecticisme waarin een mengeling van Egeïsche, Anatolische, Mesopotamische en Egyptische invloeden tot uitdrukking komt. Deze invloeden zijn vooral zichtbaar in de metaalnijverheid en het ivoorsnijwerk.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de artistieke stijl in Kastri op Syros in de Cycladische archipel tijdens de vroeg-Cycladische periode. De stijl kenmerkt zich door aardewerken vormen die op Anatolische invloeden wijzen, zoals de zogenaamde depas-beker met een donkere, glanzende geschilderde afwerking.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl en periode die wordt geassocieerd met de Kelten, een vroeg Indo-Europees volk dat zich over Europa verspreidde van de Britse eilanden en het noorden van Spanje tot het oosten van Transsylvanië, de kusten van de Zwarte Zee en Galatia in Anatolië, van het 2de millennium tot de 1ste eeuw v. Chr. Elementen van deze stijl hielden eeuwenlang stand in het zuiden van Scandinavië en de Britse eilanden na de Romeinse tijd. De stijl kenmerkt zich door verwijzingen naar de kunst van het oude Italië, Griekenland en het Oosten, gecombineerd tot een nieuwe en individuele stijl met een sterk gevoel voor vorm en structuur, gestileerde vormen van planten, dieren en mensen, een balans tussen leegte en decoratie, krachtige vitaliteit en textuurcontrasten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Handelsnaam voor kleine, min of meer archaische tapijtjes uit het westen van Anatolië met vaak een lichte ondergrond en een kenmerkend patroon dat uit gedetailleerde dubbelnissen bestaat.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl van het aardewerk dat werd gevonden op de plaats van Troje in Anatolië en dat dateert van circa 1150 v. Chr. Het aardewerk is ruw en handgemaakt, en vertoont overeenkomsten met een stijl die werd gevonden in Hongarije en Midden-Europa.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Te gebruiken voor de situaties waarin, op bepaalde plekken in een bouwwerk en onder bepaalde klimatologische omstandigheden, warmteverlies of ongewenste warmtetoevoer in ruimten en vertrekken optreedt.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl van de kunst en de architectuur die in de oudheid voorkwam in de regio Lycia in de zuidwestelijke hoek van Anatolië. De stijl kenmerkt zich met name door monumentale graven die in het gebied veelvuldig voorkwamen van circa 500 v. Chr. tot circa 200 na Chr., en die Griekse, Perzische en Romeinse invloeden vertonen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode tijdens de 7de en het begin van de 6de eeuw v. Chr., toen het onafhankelijke koninkrijk Lydia het westen van Anatolië overheerste vanuit de hoofdstad Sardis. De kunstvoorwerpen uit deze periode kenmerken zich door Oost-Griekse invloeden vermengd met Anatolische tradities, met name in grafobjecten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl van het aardewerk dat werd gevonden op de vlakte van Konya in het zuiden van Anatolië, vervaardigd tussen circa 3.300 en 2.500 v. Chr. Het aardewerk is handgemaakt en goed gebakken met scherpe profielen en afgeschuinde randen. Het kenmerkt zich door een vaalrode of vaalgele basis die vaak is versierd met geschilderde gearceerde witte, rode of oranje strepen of golvende lijnen, en later met een dekkende bruine of paarsachtige verf.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de Hettitische periode van circa 1500 tot 1400 v. Chr. in Anatolië, tijdens een duistere periode tussen het Oude Hettitische Koninkrijk en het Hettitische Rijk.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een aardewerkstijl die werd gevonden in het zuidoosten van Anatolië van circa 3200 tot 2500 v. Chr. Het aardewerk is met behulp van een wiel vervaardigd en goed gebakken met een vaaloranje of vaal-lichtgroene ondergrond die is beschilderd met rood-oranje tot groen-zwarte of zwarte golvende lijnen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de Hettitische periode van circa 1000 tot 700 v. Chr., toen onafhankelijke Hettitische staten floreerden in het zuidoosten van Anatolië en het noorden van Syrië. De kunst uit deze periode kenmerkt zich door een voortzetting van de tradities van het Hettitische keizerrijk, dat met name merkbaar is in het gebruik van het Hettitische hiërogliefschrift voor monumentale inscripties in stenen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode van circa 850 tot 590 v. Chr. waarin het koninkrijk Urartu de heerschappij voerde over het gedeelte van Anatolië rond het Meer van Van. De kunst en architectuur van deze periode worden gekarakteriseerd door kenmerkende bronzen artefacten en forten van kwalitatief hoogstaand hardstenen metselwerk.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl en periode die in verband worden gebracht met de heerschappij van de islamitische dynastie die aan de macht kwam in Anatolië in 1281 tot de afkondiging van de grondwet van de republiek Turkije in 1924. Met ondersteuning van de Osmaanse sultans ontwikkelde zich een opvallende architectuurstijl waarin de islamitische tradities van Anatolië, Iran en Syrië werden gecombineerd met de tradities van de klassieke wereld en Byzantium. Het resultaat was een rationalistische benadering met een hoofdrol voor ruimtelijke eenheid en helderheid, met als belangrijkste structuur de kulliye, een complex met gebouwen voor religieuze, educatieve en charitatieve doeleinden. Het belangrijkste bouwkundige thema van dit complex was een overkoepelde vierkante ruimte en combinaties van uiteenlopende ruimtelijke en architectonische expressies. De moskee, en in sommige gevallen het moskee-klooster, vormde het hoogtepunt. Na de verovering van Constantinopel en de vestiging van nieuwe administratieve paleizen in het hele rijk, werd de relatie tussen Osmaanse beschermheren en de kunstenaar gecentraliseerd. Een staf van hofarchitecten nam architecten van verschillende rangen en standen in dienst en controleerde alle bouwactivieiten in het rijk. Een gemeenschap van kunstenaars en ambachtslieden werkte voor de centrale ontwerpstudio, waar versierde manuscripten, tegelwerk, houtsnijwerk, beeldhouwwerk, jade en metalen voorwerpen werden vervaardigd, evenals tapijten en stoffen. Met deze werken werden gewoonlijk de belangrijke momenten tijdens de heerschappij van de sultan gememoreerd. In de 18de en 19de eeuw raakte de Osmaanse kunst steeds meer verwesterd, vaak met elementen van de Europese barokstijl.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl en periode die samenvielen met de heerschappij van Osman I, een Turkse vorst die actief was in Noordwest-Anatolië aan het eind van de 13de en het begin van de 14de eeuw. Zijn emiraat volgde op de heerschappij van de Sajuqs van Anatolië en religieuze oorlogsvoering vormde hierbij een centraal element. Onder Osman I breidde de staat zich snel naar het westen uit via Byzantijns gebied in Thracië en de Balkan. Er is maar weinig documentatie over de kunst uit deze periode.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de eerste twee eeuwen van de Assyrische periode in Mesopotamië, van 2.000 tot 1800 v. Chr. De contacten met Anatolië, door de handel en het ruilen van koloniën, waren van grote invloed op de stijl van deze periode.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de Hettitische periode van circa 1650 tot 1500 v. Chr., toen Hettitische heersers Hattusa tot hun hoofdstad uitriepen en centraal Anatolië en delen van Syrië beheersten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode in de 8ste eeuw v. Chr. waarin het Phrygische koninkrijk floreerde in het westen van Anatolië, met name onder de heerschappij van koning Midas. De kunst uit deze periode kenmerkt zich door een mengeling van lokale tradities en neo-Hettitische inspiratie uit het oosten van Anatolië, en staat bekend om haar monumentaliteit.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl en periode die samenvielen met de heerschappij van Süleyman I, die in Turkije bekend stond als Kanuni (wetgever) en in het westen als 'de grote', van 1520 tot 1566. Het bewind van Süleyman wordt beschouwd als het hoogtepunt van de Osmaanse politieke, economische en culturele ontwikkeling. De kunstinstellingen en begunstigingsprogramma's die tijdens zijn bewind werden opgericht, vormden een basis waarop door de twee opvolgers van Süleyman, Selim II en Moerad III, kon worden voortgebouwd. Onder Süleyman ondergingen twee belangrijke kunstinstellingen belangrijke veranderingen. De functie van hoofdarchitect werd gedurende het grootste deel van zijn heerschappij ingenomen door Sinan, die toezag op de bouw van een groot aantal religieuze, educatieve en handelsgebouwen. Sinan herstructureerde de sobere buitengevel van de Osmaanse moskee met een scala aan uitgesproken elementen, zoals portieken met een of twee ingangen, met elkaar verbonden koepels en semikoepels en een nieuw type slanke, potloodachtige, hoge minaret. Deze stijl komt het beste tot uitdrukking in de Selimiye-moskee van Sinan in Edirne (1569-1575). Onder Süleyman brachten twee vestigingen van de koninklijke ontwerpstudio een synthese teweeg van de nieuwe Osmaanse keizerlijke stijl in decoraties en boekillustraties. Iznik-tegels uit deze periode worden als uniek beschouwd wat betreft de veelzijdigheid en de diepte van de kleuren, met de introductie van felrood, paars, blauw en olijfgroen. Tapijten die werden vervaardigd in Ushak in zuidelijk Anatolië, werden complexer en kregen een meer gecontroleerd patroon, met rijkere, fluweelachtige oppervlakken.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl die in verband wordt gebracht met het eiland Sumba. De textielproductie in deze regio laat Sumatraanse en Indiase invloeden zien, met grote mantels (hinggi) met een ingeweven ikat-patroon, Indiase patola-ontwerpelementen en ceremoniële sarongs met ingeweven patronen. Populaire regionale motieven in het textiel zijn onder meer menselijke figuren, paarden, herten, slangen en leeuwen. De kleuren duiden op een klassenonderscheid, waarbij Turkse rode verf het meest luxe en zeldzaam is. In de edelsteenkunst wordt de stijl gekenmerkt door het gebruik van granaat, kristal, parels, amethisten, robijnen, rood koraal en ivoor. Kenmerkend voor decoratieve kunst in deze stijl zijn fijn afgewerkte kralen halskettingen en hoofdbanden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de kunst en architectuurstijl uit het zuidoosten van Anatolië en Noord-Syrië in de Neo-hittitische periode van circa 1000 tot 750 v. Chr. De stijl kenmerkt zich door een combinatie van Syrische en Hittitische tradities. Assyrische invloeden zijn met name zichtbaar in levensgrote reliëfs.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Kleden met een symmetrisch patroon met een boog aan elk einde, waarschijnlijk vervaardigd in Anatolië. Ze worden zo genoemd omdat er zoveel in de Transsylvanische regio zijn gevonden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Anatolische bidkleden die worden gekenmerkt door twee achthoekige vormen in het patroon die aan de boven- en onderkant vanaf de rand het kleed opkomen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Anatolische tapijten die bestaan uit een witte ondergrond met een eindeloze herhaling van gestileerde, hoekige bladeren.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Grote bladverliezende eik die 20 tot 40 meter hoog kan worden en inheems is in het grootste deel van Europa en Anatolië. De boom lijkt op Quercus robur (de zomereik). De verspreidingsgebieden van beide soorten overlappen elkaar grotendeels.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Anatolisch tapijtmotief dat een zeer gestileerde muil van een wolf voorstelt, oorspronkelijk een amulet dat herders tegen wolven moest beschermen.