Associaties voor been

Toegevoegd op: 16-8-2017

Delen van het lichaam van mensen en paarden, bij de overige dieren 'poten' genoemd, die voor steun en voortbeweging zorgen, zoals de beide onderste ledematen van het menselijk lichaam. Gebruik 'armen (dierlijke of menselijke lichaamsdelen)' voor ledematen die eindigen in een hand in plaats van een voet.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een combinatie van organisch en/of anorganisch materiaal die hoofdzakelijk bestaat uit collageen en calciumfosfaat; het vormt het geraamte van de meeste gewervelde dieren.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een vorm van houtskool die wordt geproduceerd door dierlijke botten te verhitten met gebruikmaking van een beperkte hoeveelheid lucht. Dit materiaal wordt gebruikt als pigment en voor het verwijderen van gekleurde onzuiverheden uit vloeistoffen. Het bevat slechts 12 procent elementaire koolstof; de rest van het materiaal bestaat voornamelijk uit calciumfosfaat en calciumcarbonaat.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Lijm gemaakt van gedegradeerde of gedenatureerde collageen verkregen uit botten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Harnasstellen voor het been.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Diverse bankschroeven die door smeden worden gebruikt en één lange poot hebben die aan een werktafel is vastgemaakt en vaak aan de onderkant wordt gesteund, met een eenvoudig veermechanisme om de kaken open te houden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Voetloze beenbedekkingen meestal gedragen over panty's, broeken, laarzen en dergelijke, voor de warmte of als een modieus accessoire.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Beenbedekkingen van de enkel tot de knie bestaande uit een smalle reep stof die spiraalsgewijs om het been wordt gewikkeld of een nauwsluitende dunne leren broek die is vastgemaakt met een riempje, een drukker of veters.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Harnas voor de dijbenen, meestal onderaan bevestigd aan de knieplaten. Geïntroduceerd in de 14e eeuw, waarna ze zich ontwikkelden van enkele platen die de voorkant van het dijbeen bedekten tot gelaagde harnasplaatjes die het hele dijbeen bedekten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Onderkaak die bestaat uit een enkel bot of volledig vergroeide beenderen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Diagonale onderdelen van een dakspant die de gebinten ondersteunen en waarop de daksparren gelegd worden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Kleine messen met een smal lemmet die worden gebruikt voor het verwijderen van botten uit vlees en graten uit vis of soortgelijke voedingswaren.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Wordt in een archeologische of een antropologische context gebruikt voor bepaalde hopen huishoudelijk afval, die overwegend bestaan uit fecaliën, schelpen en beenderen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Zeldzame roodfigurige vaten in de vorm van botten. De klassieke naam van het vat is onbekend. De Grieken en Romeinen gebruikten het sprongbeen van schapen, de astralagos, als speelstukken en er is geopperd dat het vat oorspronkelijk kan zijn gebruikt als houder voor die stukken.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een gereedschapscultuur in het laat-paleolithische en vroeg-mesolithische Europa, in het bijzonder Frankrijk en Spanje. Deze cultuur volgde op de complexere Magdaléniencultuur en bestond gelijktijdig met de culturen van Tardenoisien, Maglemose, Ertebølle en Asturië. Kenmerkend zijn geometrische tekeningen op kiezelstenen, heel kleine stenen gereedschappen die in een handvat van been of geweitak passen, speerpunten met gekromde ruggen, eindschrapers, benen drevels, platte harpoenen en staven waarvan het doel onbekend is.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Dunne latjes, vroeger gemaakt van been maar tegenwoordig meestal van plastic of metaal, die worden gebruikt om verscheidene delen van een kostuum te verstevigen, zoals korsetten, lijfjes zonder schouderbandjes en kragen van overhemden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode en de stijl rondom de cultuur van het eiland Bali. De stijl vormt een afspiegeling van de rijke religieuze en politieke geschiedenis en is beïnvloed door het hindoeïstische saivisme, het boeddhisme, de islam, voorouderverering, tantrische riten en het animisme. In de stijl staan het geloof in reïncarnatie en de thematische idee van de nietigheid van de mens ten opzichte van de natuur centraal. In de schilder- en tekenkunst manifesteerde de stijl zich in afbeeldingen op rotswanden en later, toen Europese invloeden zich deden gelden, in naturalistische en romantische schilderijen in krijt, olieverf of gouache waarop gestileerde dierlijke en menselijke figuren werden afgebeeld met twee of drie horizons op de achtergrond. Beeldhouwwerken kenmerken zich door stenen constructies die Balinese vorsten als goden voorstellen, dierlijke en demonische figuren, en hindoeïstische en boeddhistische standbeelden. Voor beeldsnijwerken werd ook gebruik gemaakt van been en schildpad. In de keramiek werd deze stijl gebruikt voor aardewerken gebruiksvoorwerpen en abstracte beeldjes van zowel menselijke als mythische figuren. Sieraden als armbanden, halskettingen, zegelringen, krissen, hoofdtooien en haarspelden werden vervaardigd met robijnen, barokparels, ivoor en bloedkoraal, waarbij technieken als drijven en repoussé werden toegepast. De hofsieraden in deze stijl zijn voorzien van complexe iconografie.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de paleolithische periode van circa 38.000 tot 25.000 v. Chr. in het Zagrosgebergte in Iran. De periode kenmerkt zich door technologische vernieuwingen bij de vervaardiging van gereedschappen, het gebruik van kleur op stenen en menselijke beenderen en de aanwezigheid van ornamenten gemaakt van kiezelstenen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Ringen, die vroeger vaak van ivoor of been werden gemaakt maar nu meestal van plastic zijn, waarop kinderen kunnen bijten als ze tandjes krijgen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een weinig voorkomend ijzerfosfaat dat wordt gevormd in grond die rijk is aan been. Het heeft een intens blauwe ondoorschijnende kleur die een zeer hoog pigmenterende werking heeft.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Boetewerktuig. Ijzeren band met punten die om arm of been werd gedragen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Te gebruiken voor zoömorfe beeldhouwwerken van de Bamana, die fungeren als draagbare altaren voor het Komogenootschap en gewoonlijk de vorm van een koe hebben. Van binnen bevatten ze materialen zoals dierbeenderen, plantaardige stoffen, honing en metaal, van buiten zijn ze bedekt met een dikke laag aarde.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Delen van het menselijk of dierlijk lichaam die worden omsloten door de ribben en het borstbeen, het bovenste deel van de romp vormen en het hart en de longen bevatten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Dunne, platte kleppers van been, ivoor of hardhout, in paren bespeeld, meestal met in elke hand één paar.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Bureaus die twee rijen laden hebben met beenruimte ertussen. Sommige vormen worden als schrijfbureaus gebruikt en andere als toilettafels. Dit type was populair in Frankrijk tijdens de tweede helft van de 17e eeuw.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Schrijf- of toilettafels met beenruimte.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Gereedschap dat bij het drukken wordt gebruikt voor het graveren van metalen platen of kopse houtblokken en dat bestaat uit een klein stalen staafje, vierkant of ruitvormig in doorsnede, met een scherpe punt en een halfrond houten handvat dat in de handpalm past. Binnen een archeologische context verwijst de term naar een specifieke vuistbijl of kling met een beitelrand; wordt gebruikt voor het beeldsnijden of graveren van zachtere materialen zoals been, hout of gewei. Gebruik 'graveerstiften' voor divers gereedschap voor het ciseleren of graveren van metaal of hout.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Leden van een onderorde die circa 11.000 soorten in meer dan 2000 genera en acht superfamilies van insecten omvat. Het dijbeengebied van de bovenste achterpoten is sterk vergroot, met grote spieren die de poten een grote sprongkracht geven. Het mannetje kan een zoemend geluid voortbrengen door de voorvleugels tegen elkaar te wrijven of door de tandachtige richels op het achterdeel van de dijbeenpoten tegen een verhoogd bloedvat tegen iedere afzonderlijke gesloten voorvleugel te wrijven. De kleur kan variëren van olijf tot bruin. Ze komen voor in tropische laaglandbossen, halfdroge gebieden en op grasland.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Nauwsluitende verlengingen van een pofbroek die het been tot onder de knie bedekken en door mannen werden gedragen vanaf ca. 1570 tot ca. 1620.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Informele broeken voor vrouwen, met nauw toelopende pijpen die boven de enkel eindigen en vaak onderaan aan de buitenkant van het been een verticale split hebben.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Stoelen die vaak zijn gestoffeerd, een volledige beensteun en meestal armleuningen hebben en zijn ontworpen om in te luieren. Gebruik 'ligstoelen' voor soortgelijke stoelen die buiten worden gebruikt.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Lederen beenbedekkingen die aan de bovenkant bijeen worden gehouden door een riem of veters en over de broek worden gedragen bij het paardrijden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Beenharnas gemaakt van maliën, gedragen van de 11e tot de 14e eeuw, dat bestond uit een strook maliën langs de voorkant van het been die was dichtgeregen aan de achterkant en onder de voet, of uit een kous van maliën die rond het been was geregen en onder de knie was vastgezet.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een klasse van zeer oude gewervelde dieren waaronder haaien, roggen, vleten en draakvissen, die zich kenmerken door een kraakbeenachtig skelet en de typische aanwezigheid van een rudimentaire ruggengraat in de jonge dieren die geleidelijk wordt vervangen door kraakbeen, een relatief groot hersengewicht ten opzichte van de lichaamsgrootte, in de milt geproduceerde rode bloedcellen en speciaal weefsel rond de geslachtsklier in plaats van beenmerg, een uniek orgaan van Leydig en een epigonaal orgaan dat onderdeel kan zijn van het immuunsysteem, een taaie huid bedekt met huidtanden, vijf tot zeven kieuwen, inwendige bevruchting, jongen die afhankelijk van de soort levend geboren worden (ovovivipare soorten) of uit een ei ter wereld komen (ovipare soorten), en door het feit dat ze voornamelijk ectotherm of koudbloedig zijn. Veel levende haaien en roggen behoren tot dezelfde genera als soorten die meer dan 100 miljoen jaar geleden in de zeeën van het Krijt zwommen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Orde van één familie met ongeveer twintig levende soorten. Ze hebben een pantser dat bestaat uit verbeende huidschilden en gewoonlijk scherpe klauwen, waarmee ze naar larven graven en holen uitgraven.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Scheenplaten bestaande uit een voor- en achterstuk, aan elkaar gescharnierd om het onderbeen te omsluiten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Het extracellulaire matrixeiwit in bindweefsel. Onelastische eiwitgroepen die aanwezig zijn in pezen, ligamenten, huidbindweefsel, tandbeen, kraakbeen en botten. Wordt gebruikt in gelatine en dierlijke lijm.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Kleine kroesjes die worden gebruikt voor gehaltebepaling en gemaakt van een poreus, vuurvast materiaal, zoals beenderas, die worden gebruikt om kleine hoeveelheden metaal te smelten - meestal zilver - voor het onttrekken van lood of goud ter keuring.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een Chinese neolithische cultuur uit het middelste rivierbekken van de Yangtze-rivier, daterend uit de periode tussen circa 4400 en circa 3300 v. Chr. De naam is afgeleid van een vindplaats in Daxi Wushan in de provincie Sechuan; andere belangrijke Daxi-locaties zijn Guanmiaoshan Zhijiang en Honghuatao in de provincie Hubei, en Sanyuangong in de provincie Hunan. Keramiek is het meest opvallende Daxi-element, waarbij met de hand vervaardigd rood aardewerk overheerst. Technieken als beschilderen, stempelen, afdrukken maken met touw, insnijden, appliqué en ajourwerk worden alle aangetroffen; chevrons, bloembladmotieven en gevlochten kromlijnige en driehoekige motieven worden vaak gezien. Staand vaatwerk zoals de dou met diepe kom en kommen met ringvoet, borden en bekers behoren tot de belangrijkste typen Daxi-vaatwerk. Stenen gereedschappen en ornamenten zoals ringen en halssnoeren van jade, been, steen en schelpen zijn eveneens aangetroffen op Daxi-locaties.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Kalkhoudende materialen die lijken op been maar harder en compacter zijn; ze vormen de belangrijkste delen van tanden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Platte, rechthoekige, duim-grote blokjes, meestal gemaakt van been, ivoor of hout, waarbij de bovenkant van elk stuk over de breedte in twee gelijke stukken is verdeeld door een lijn; elk deel is ofwel blanco of gemerkt met één tot zes stippen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

De gewrichten die de voet met het been (de poot) van een mens of een dier verbinden; ook gebruikt voor het grotere deel van het lichaam dat bestaat uit het slanke gedeelte van het been of de poot tussen dit gewricht en de kuit.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Bedekkingen van stof, leer of soortgelijk materiaal die over de enkel en soms het onderbeen worden gedragen en een (halfhoge) laars of schoen bedekken.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een paar uitstulpingen van been dat jaarlijks wordt afgeworpen; het steekt uit vanaf de voorhoofdsbeenderen van gehoefde dieren die behoren tot de hertenfamilie. Te onderscheiden van 'hoorn', dat uit vervormd huidweefsel of samengeperst haar bestaat.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Chinees schrift dat in strikte zin wordt gedefinieerd als het schrift dat werd gegraveerd in stenen die dateren van vóór de Qin-dynastie (221-206 v.Chr.), zoals gerepresenteerd door Zhou wen. Het grote zegelschrift, dat ontstond rond de Zhou-dynastie, kwam voort uit het orakelbeenschrift, maar met elegantere en regelmatigere karakterstructuren. De term wordt in algemene zin gebruikt voor alle geschriften vóór het Qin-tijdperk, met inbegrip van inscripties op orakelbeenderen, bronsinscripties, Zhou wen en die van de Strijdende Staten in de Oostelijke Zhou-periode.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Bij twee- en viervoetige dieren en bij mensen: de uitstekende delen aan weerszijden van het lichaam die worden gevormd door de laterale uitbreidingen van het bekken en het bovenste deel van het dijbeen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Korte cilindrische rietinstrumenten uit Japan, met een dubbel riet, conische boring, zeven toongaten aan de voorkant, twee duimgaten aan de achterkant en een bamboe ring die het riet beschermt. Ze komen oorspronkelijk uit China en zijn sinds de 8e eeuw bekend in Japan. Voorheen werden ze van hardhout, been of hoorn gemaakt, tegenwoordig meestal van bamboe dat aan de binnenkant is gelakt.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een van de twee onderklassen van kraakbeenvissen (de andere is Elasmobranchii), waartoe slechts één levende orde, Chimaeriformes, behoort, maar die een uitgebreide fossiele geschiedenis kent.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Uitgroei van aangepaste huid of zeer compact haar, vaak in paren die uitsteken vanaf de voorhoofdsbotten aan beide zijdes van de schedel en bestaan uit een permanente opperhuid van keratine. Te onderscheiden van 'gewei', dat bestaat uit aangepast been.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Kousen die in Europa in de 16de en 17de eeuw door mannen werden gedragen als bedekking van het bovenbeen, de dijen en de billen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Beenderlijm gemaakt van gedegradeerde collageen die is verkregen uit huiden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Beeldhouwwerken gesneden uit ivoor, of uit natuurlijk materiaal gelijkend op ivoor, zoals been. Gebruik indien mogelijk de materiaalterm plus een meer specifieke objectnaam, b.v. 'ivoor' + 'diptieken'.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Variabele kleur, meestal een warme witachtige tint met gele boventonen die doet denken aan de kleur van ivoor, een soort tandbeen waaruit de slagtanden van olifanten en andere dieren met slagtanden is opgebouwd.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode en de stijl die in het algemeen worden geassocieerd met het eiland Java. In de beeldhouwkunst kenmerkt de stijl zich door bronswerk dat sterk is beïnvloed door de Dông-son-cultuur en de Indiase culturen. Voor beeldsnijwerken werd veel gebruik gemaakt van been en schildpad. Naarmate de islam zich in de 15de eeuw over Java verspreidde, werden de beeldhouwstijlen meer gekenmerkt door diep ingesneden reliëfs met een levendige maar minder verfijnde dynamiek en werden religieuze thema's als verlossing en redding afgebeeld. De bouwstijl uit deze periode kenmerkt zich door de candi, een tempelcomplex met meestal een dakstructuur die bestaat uit in lagen aangebrachte stenen, versierd met arkels, basementen met rond lijstwerk, cellae en beeldhouwwerken van banaspatikoppen. Granaten, kristallen, parels, ivoor en amethisten werden gebruikt in armbanden en halskettinghangers. De hofsieraden zijn voorzien van ingesneden iconografie. Op Java werden ook manuscripten geïllumineerd met afbeeldingen van islamitische onderwerpen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Diverse keukenapparaten die worden gebruikt voor het verpulveren of vermalen van graan, koffie, beenderen, gedroogde bonen en erwten of kruiden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Vijfsnarige lieren van de Kipsigis in Kenia, met een raamwerk in de vorm van een vorkbeen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Drijvende planken die door zwemmers worden vastgehouden met de handen of de armen bij het oefenen van bepaalde beenslagen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Orde van amfibieën die wordt gekenmerkt door larven zonder echte tanden en uitwendige kieuwen, volwassen dieren zonder staart en met lange achterpoten, speciaal aangepast voor het springen, en een schedel met één frontopariëtaal deel en geen traanbeen. Leefde reeds in de vroege Jura en omvat twee uitgestorven en 28 of meer nog levende families met circa 5400 soorten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Slaginstrumenten bestaande uit twee of meer stokken, plaatjes, kommen of schaaltjes van hout, been, ivoor, schelp of een ander hard klinkend materiaal, die men laat klinken door ze tegen elkaar te slaan.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een van de twee belangrijkste soorten met de hand vervaardigde kant; 'naaldkant' is de tweede soort. Kloskant kenmerkt zich door de manier waarop de kant wordt gemaakt: door draden die op spoelen of klossen zijn gewonden, om elkaar heen te draaien en in elkaar te vlechten. Het werk wordt met spelden vastgehecht op een kussen, waarop meestal een patroon met voorgeprikte gaatjes is aangebracht. Door met beide handen de klossen om elkaar heen te slaan en van de ene kant naar de andere te werken, ontstaat een twist, passement of stof, tule genaamd. Gewichten van lood of been worden gebruikt. Kloskant is waarschijnlijk aan het begin van de 16de eeuw ontstaan in Vlaanderen. In die tijd werd kloskant vaak gebruikt voor fraises en halsboorden, en kenmerkt deze zich door rijen scherpe punten op een smalle band.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Dunne, gemodelleerde staafjes van ivoor, been, hout of plastic of spits toelopende stokjes, die worden gebruikt in het knibbelspel.

Toegevoegd op: 16-8-2017

De gewrichten, of de regio die het gewricht omringt, tussen het dijbeen en het onderbeen van een mens of een dier.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Harnas voor de knieën, voor het eerst verschenen in de 14e eeuw; ze bestaan uit een komvormig gedeelte dat over de knieschijf past, vaak met aanvullende scharnierende harnasplaatjes erboven en eronder, en een zijvleugel aan de buitenzijde van het been.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Boren die worden gebruikt bij de productie van knopen, om de dunne plaatjes been in te krassen, glad te maken, of om er gaatjes in te boren.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Korte kniebroeken die in Europa in de 16de en 17de eeuw door mannen werden gedragen en die het lichaam bedekten van het middel tot halverwege het dijbeen. Ze waren soms gevuld, liepen uiteen van strak- tot loszittend en sloten bij het kruis op de kous aan.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Beenbedeksels die soms verwoven zijn met het slipje,die tot aan de enkel reiken en meestal de voet bedekken; zijn over het algemeen gebreid of gewoven, doorzichtig of ondoorzichtig en van dikke of dunne stof. Wordt onderscheiden van `schoeisel' dat primair als bedekking voor de voeten wordt gedragen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Porselein gemengd met beenaarde waardoor het helder wit van kleur wordt.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een onzuivere proteïne verkregen door hydrolyse van collagene materialen zoals huid, been en bindweefsel, door verschillende methoden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

In het algemeen elk voorwerp dat door soldaten, krijgsgevangenen of burgers is gemaakt van ongeacht welk materiaal, mits het voorwerp en de maker in tijd of plaats verbonden zijn met een gewapend conflict of de gevolgen daarvan. In het bijzonder voorwerpen van metaal, stof, been of hout die als aandenken zijn gemaakt tijdens of na de Eerste en de Tweede Wereldoorlog.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een van de drie hoofdfasen van de Gansu-cultuur, die dateert uit circa 3300 tot circa 2100 v. Chr. De Majiayao-cultuur omvatte het westen van de provincie Gansu en het oosten van de provincie Qinghai; de naam is ontleend aan een vindplaats in het gewest Lintao in Gansu die van 1921 tot 1923 is uitgegraven door de Zweedse archeoloog Johan Gunnar Andersson. Typerend voor aardewerk uit de Majiayao-fase zijn potten en kommen van fijne kleibrij met zwart decor geschilderd in zijdeglans op een gele of rode ondergrond. Kenmerkend voor dit aardewerk zijn de brede, kromlijnige vormen met telkens een centraal geplaatste stip of afgewisseld met golvende lijnen of kruisarceringen. Deze vormen worden met name aangetroffen op potten en urnen. Ook werden vormen toegepast als dikke zigzaglijnen en motieven zoals kikkers, vogels en dansende menselijke figuren. Daarnaast zijn er ornamenten van been, stenen en benen gereedschappen, en speelgoed zoals aardewerken rammelaars opgegraven. Het schaarse bronswerk uit deze periode was niet van economisch belang.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Snoeren of festoenen van kralen die gebruikt worden in het hindoeïsme, sikhisme en het Mahayana-boeddhisme. Ze kenmerken zich doordat ze uit 108 kralen bestaan, vaak uit hout of been zijn gemaakt en gebruikt worden als hulpmiddel bij het herhaald uitspreken van een mantra of van gebeden. Een mala kan ook een beschermende functie hebben voor de drager.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Lange hemden van maliën die de armen, romp en benen beschermen tot halverwege het dijbeen en soms ook het hoofd bedekken. Ze kwamen veel voor in Europa van de 11e tot de 14e eeuw.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Reliekbeelden van de Kota die als beschermend element werden geplaatst op manden die de beenderen van voorouders bevatten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Lang, dun keukengerei waarvan één kant is gevormd als een lange, smalle, gegroefde lepel en dat wordt gebruikt voor het verkrijgen van het merg uit het mergbeen. Soms zijn beide kanten gegroefd en van twee verschillende breedtes zodat het kan worden toegepast op botten van verschillende afmetingen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Bevelschriften die toestemming verlenen om een troepenmacht op de been te brengen en er het commando over te voeren; certificaten die officieren van een bepaalde rang andere militaire- of marinerangen en bevoegdheden verlenen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Onderklasse van vogels met een goed ontwikkeld borstbeen, een relatief korte staart en voorste ledematen die in vleugels zijn veranderd. De tanden zijn vervangen door hoornen rhamphotheca.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Kousen, meestal van zijde of wol, die in Europa in de 16de en 17de eeuw door mannen werden gedragen als bedekking van het onderbeen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Banden of koorden die door landarbeiders in Schotland net onder de knie om het been worden gebonden om hun broekspijpen vast te binden en deze daardoor schoon te houden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Kleine kralen die men gebruikte om een inro, tabakszak of geldbuideltje aan de riem te hangen. Deze kralen werden gemaakt van verschillende materialen, zoals glas, been, hout, lak, jade en ivoor. Soms waren ze voorzien van complexe gravures of hadden ze de vorm van dieren of menselijke figuren.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de hoog-paleolithische Gravettiencultuur waarvan gereedschappen zijn aangetroffen in Rusland. Deze onderscheidt zich van de overige Gravettiencultuur door een voorkeur voor de jacht op mammoeten, waarvan het vet als brandstof en het gebeente als bouwmateriaal werd gebruikt.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Schrift in de oudste tot nu toe ontdekte Chinese geschriften; de karakters zijn gegraveerd op schildpadschilden of dierlijke beenderen als verslagen van profetieën die werden gedaan door koningen in de tweede helft van de Shang-dynastie (14de tot 11de eeuw v.Chr.). De overgrote meerderheid van de orakelbeenderen is opgegraven in het tegenwoordige dorp Xiaotun bij de stad Anyang in de provincie Henan (of in de resten van Yinxu, de laatste hoofdstad van de Shang-dynastie).

Toegevoegd op: 16-8-2017

Houders voor beenderen van doden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Rokkostuums gedragen van 1825 tot de jaren '70 van de 19e eeuw, met zakken en waarbij de voorpanden vanaf de borst schuin zijn weggesneden naar het dijbeen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Toppelings geblazen bekfluiten van riet, been of hout, met verschillende aantallen vingergaten; vervaardigd en bespeeld in de Andes.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Uitgestorven klasse van gewervelde visachtige dieren met kaken. Van deze klasse zijn fossielen gevonden uit voornamelijk het Siluur en Devoon. De kop en borst waren bedekt met brede, platte benige platen. Kenmerkend waren de kaken, die door zowel de schedel als de tongbeenboog werden ondersteund, en de gedeeltelijk verbeende schedel. De kop en snuit waren bedekt met een pantser dat aan de nek vastzat. Gewoonlijk hadden de dieren buikvinnen, borstvinnen of vinachtige structuren en kieuwbogen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Poppen met bewegende delen, vergelijkbaar met ‘trekpoppen’, in het bijzonder die voor kinderen in het oude Griekenland. Ze werden meestal gemaakt van hout, been, ivoor, marmer, stof, was, albast of terracotta, met scharnierende armen en benen die apart werden gemaakt en aan de romp van de pop werden bevestigd met koorden, waardoor de ledematen konden bewegen. De vroegste voorbeelden dateren uit circa 800 v. Chr.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Middelen die gemaakt zijn van een of ander stijf materiaal, zoals hout, metaal, been, ivoor, schild of schacht, en die gebruikt worden om de snaren van een muziekinstrument te tokkelen. Ze kunnen vastgehouden worden in de hand, rondom de vinger worden gedragen, of een deel vormen van het mechaniek op sommige toetsinstrumenten zoals de klavecimbel.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Wijde pofbroek, tot over de knie vallend en sluitend om het been, voornamelijk gedragen door mannen. Aanvankelijk sportkleding, met name golf. Vanaf jaren 1860, maar voornamelijk gedragen in de jaren '20 en '30.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Delen van passers, ontworpen voor het bevatten van potloodstiften en bevestigd aan een passerbeen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een van de drie hoofdfasen van de Gansu-cultuur, die dateert uit circa 2000 tot circa 1600 v. Chr.; deze fase valt ongeveer samen met de latere fasen van de Longshan-cultuur in het oosten. Qijia werd in 1923 ontdekt door de Zweedse archeoloog Johan Gunnar Andersson, en is genoemd naar de vindplaats in Qijiaping in het gewest Guanghe, in het oosten van de provincie Gansu; de cultuur was verbreid tot in het westen van de provincie Qinghai en de autonome regio's Ningxia en Binnen-Mongolië. Aardewerk uit de Qijia-fase omvat grijs en rood aardewerk dat glad, beschilderd of corded is. De profielen van het vaatwerk zijn hoekiger, en vormen zoals postamentvormige voeten duiden erop dat er vanaf 2000 v. Chr. een kruisbestuiving heeft plaatsgevonden met andere tradities uit alle delen van China. Er zijn ook enige koperen artefacten opgegraven. Bij de begrafenis werden giften meegegeven zoals gereedschap van been of steen, aardewerken vaatwerk, ornamenten en orakelbenen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Rechte fluiten in verschillende varianten: van been, klei, kalebas, hout of metaal, met maximaal acht vingergaten; en modernere versies met vijf tot zes op gelijke afstand gelegen vingergaten en één duimgat aan de onderkant van de fluit; vervaardigd en bespeeld in Zuid-Amerika .

Toegevoegd op: 16-8-2017

Leden van een berensoort die leeft in de bamboebossen in de bergen van Centraal-China, en zich onderscheidt door een opvallende zwart-witte vacht, dikke romp, rond gezicht en speciaal dieet. Een ongebruikelijk anatomisch kenmerk is het vergrote handwortelbeen dat als een soort duim fungeert, waardoor panda's hun eten met grote behendigheid kunnen hanteren. Hoewel dit dier voorheen werd gerekend tot de wasberen en hun verwanten, is men het er tegenwoordig over eens dat het een beer is. De soort wordt met uitsterven bedreigd door verlies van habitat.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een type pottenbakkersgereedschap; #ribs zijn kromme stukken hout of been, gekenmerkt door één platte en één ronde rand. #Ribs worden gebruikt voor het vormen, buigen, gladmaken, afsnijden of openen van natte klei; ze geven profiel aan de buitenkant van een bord of pot. Eén hand drukt naar buiten en naar boven aan de binnenkant van de bewerkte klei, terwijl aan de buitenkant de #rib wordt gebruikt om een glad oppervlak te maken.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Rietinstrumenten bestaande uit een pijp van riet, hout, been of metaal, waarbij het geluid wordt voortgebracht door de trilling van een enkel, dubbel of vrij riet. Gebruik 'tongpijpen' voor orgelpijpen die tonen voortbrengen door middel van de trilling van een flexibel metalen riet.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Prehistorische kuilen gevuld met verschillende voorwerpen zoals aardewerk, dierlijke beenderen en vuurstenen werktuigen die zorgvuldig werden uitgekozen en daar werden begraven als deel van een ritueel.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Tibetaanse trompetten, van oudsher gemaakt van een menselijk scheenbeen, hoewel de term tegenwoordig verwijst naar bottrompetten bedekt met metaal en kleine metalen trompetten in het algemeen. Ze worden gewoonlijk bespeeld in paren.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Kledingstukken uit één geheel met bijeengenomen beensluitingen en knopen of drukkers om het kruis te sluiten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Leden van een orde van amfibieën die worden gekenmerkt door een staart, normale ledematen, tal van kraakbeenachtige skeletelementen, een geleding in vier facetten tussen de schedel en de wervelkolom, een onvolledige maxillaire boog zonder benige verbinding met het neurocranium en het palatoquadrate kraakbeen, en larven met echte tanden en uitwendige kieuwen. Kwam reeds in de Midden-Jura voor en omvat tien levende en drie uitgestorven families, met inbegrip van meer dan 550 levende soorten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Oudegyptische make-up houders uit hout, ivoor of been, gebruikt om droge substanties zoals poeder or rouge in te bewaren, vaak rijkelijk versierd of gevormd naar de beeltenis van bepaalde dieren of jonge vrouwen, die wedergeboorte en regeneratie symboliseerden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Bedekkingen voor de voeten die soms tot boven de enkel lopen en over het algemeen van duurzaam materiaal zijn gemaakt. Wordt onderscheiden van `kousen en sokken' die primair beenbedekkingen zijn.

Toegevoegd op: 16-8-2017

De vroegste vorm van de scheenplaat, daterend van halverwege de 13e eeuw, bestaande uit gleufvormige buizen van metaal of leer, die aan één kant open waren en het scheenbeen bedekten van net boven de enkel tot net onder de knie.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Vaasachtige houders, normaal gesproken vervaardigd van glas, die worden gebruikt op de eettafel voor het serveren van stengels bleekselderie. Voor relatief lage en smalle schalen voor het serveren van bleekselderie wordt 'selderieschalen' gebruikt. Voor soortgelijke vaasachtige houders die ook worden gebruikt op de eettafel maar die vaak een geschubde rand hebben en bedoeld zijn voor lepels wordt de term 'lepelvaasjes' gebruikt. Voor vaasachtige houders die vaak vervaardigd zijn van glas maar soms van hout of been en die bedoeld zijn om spaanders, stukjes hout of gedraaid papier te bevatten om een vuur aan te maken, gebruik 'spaanderhouders'.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de eerste Chinese dynastie waarover we een zekere kennis bezitten, zowel op archeologisch als op historisch gebied. De Shang-dynastie heerste van circa 1600 v. Chr. tot circa 1050 v. Chr. Het centrum van hun cultuur bevond zich op de hoogvlakte van de Gele Rivier, hoewel hun macht zich in bepaalde perioden uitstrekte tot het noorden van de huidige provincie Henan en tot delen van de huidige provincies Shandong, Shanxi en Shaanxi. Deze periode staat bekend om de vooruitgang op het gebied van de bronsbewerking en andere technieken, die de beschaving op een hoger peil brachten. De Shang-dynastie beschikte over omvangrijke legers met een grote verscheidenheid aan wapens en wapenrusting. Brons werd ook gebruikt voor rituele voorwerpen, zoals klokken en standaarden. De bronzen voorwerpen uit de Shang-dynastie werden voorzien van een uiterst schetsmatige decoratie, waarin het 'taotie'-dierenmasker een veelvoorkomend motief was. De godsdienst en voorouderverering in de Shang-periode kende het gebruik van zogeheten orakelbenen (jiagu), dierenbeenderen en schildpadschilden met inscripties. Er zijn bijna 100.000 orakelbenen gevonden sinds onderzoekers de betekenis van dit verschijnsel hebben ingezien. Orakelbenen zijn de oudste vorm van Chinese geschiedschrijving. Uit de inscripties is een lijst met koningen afgeleid die overeenstemt met latere schriftelijke historische bronnen. De Shang-dynastie kende een redelijk verfijnd schrift; sommige karakters worden nog steeds gebruikt. Het aardewerk van de Shang-dynastie was veelkleurig en werd vervaardigd met een draaischijf of opgebouwd uit rollen. Het aardewerk werd vaak voorzien van opgedrukte patronen. De oudst bekende Chinese glazuren werden gemaakt in de Shang-periode. Er zijn marmeren en kalkstenen beeldhouwwerken van bestaande en mythische dieren gevonden. De stedelijke nederzettingen uit de Shang-periode tonen aan dat de basisvormen van de Chinese architectuur al werden gebruikt; belangrijke nederzettingen zijn Erlitou, Zhengzhou en Yin (nabij het huidige Anyang), die allemaal op verschillende momenten als hoofdstad hebben gefungeerd. De latere Shang-vorsten waren hedonisten die weelderige paleizen lieten bouwen. De Shang-dynastie werd opgevolgd door de Zhou-dynastie, die oorlogszuchtiger was en effectief gebruik maakte van de strijdwagen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Hartsvangers met korte kruisgevesten, die vaak zijn gemaakt van kostbare materialen zoals been, ivoor of gegoten zilver, rijkelijk verzierd en soms met een kettinkje dat de pareerstang aan de voorkant verbindt met de gevestknop; voor het eerst vervaardigd in het tweede kwart van de 17e eeuw en veel voorkomend in de 18e eeuw. Soms speciaal bedoeld voor de jacht.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Lange, smalle, plankachtige toestellen die worden vastgezet onder speciaal ontworpen hoge schoenen en gebruikt om mee over sneeuw te glijden; al meer dan 5000 jaar bekend en oorspronkelijk gemaakt van dierenbeen dat direct aan schoeisel werd bevestigd, maar tegenwoordig vervaardigd uit verschillende harde, duurzame materialen, met een taps toelopend en omhoogkrullend vooreinde.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Korte beenkappen die over de instap worden gedragen en meestal worden vastgemaakt met een riempje onder de voet. Werden vooral aan het einde van de 19e eeuw en het begin van de 20e eeuw gedragen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Aërofonen bestaande uit een spatelvormig stuk hout, been, steen dat aan een koord is gebonden, geluid producerend wanneer ze door de bespeler aan het vrije uiteinde van het koord door de lucht worden rondgedraaid.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Kleine lepels, gemaakt van zilver, been, ivoor of hout, die worden gebruikt om snuif vanuit een snuifhouder naar de neus te brengen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Vaasachtige vormen die meestal van glas gemaakt zijn, maar soms van hout of been en die bedoeld zijn om spaanders, stukjes hout of gedraaid papier te bevatten om een vuur aan te maken. In vorm lijken ze op selderieglazen, hoewel ze niet bedoeld zijn om op de eettafel te gebruiken, maar eerder bij een open haard, olielamp of vergelijkbaar middel ter verlichting. Voor vergelijkbare vaasachtige vormen met een geschulpte rand die op de tafel gebruikt worden voor het bevatten van lepels wordt 'lepelhouders" gebruikt.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Methode voor relatieve ouderdomsbepaling van beenderen door de hoeveelheid stikstof te meten die overblijft in het collageen, dat over het algemeen met een vaste snelheid desintegreert.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Horlepiepen, buis van hout of been, klankbeker van dierenhoorn, verlengd houten mondstuk, enkel riet; Zuid-Schotland.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Klasse van gewervelde vissen die vinstralen hebben, dat wil zeggen hun vinnen zijn vliezen gevormd door huid die door benige of hoornen staafjes worden ondersteund, in tegenstelling tot de vlezige gelobde vinnen van sommige andere vissen. Hun gepaarde vinnen hebben meestal geen vlezige basis. Ook hebben ze geen interne neusgaten en hun luchtzakken functioneren gewoonlijk als zwemblazen. Hun skelet is doorgaans goed verbeend. Deze onderklasse omvat 46 ordes en meer dan 30.000 soorten. De oudste fossielen komen uit het Laat-Siluur en zijn 420 miljoen jaar oud. In sommige classificaties beschouwt men deze onderklasse als klasse.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de cultuur die ontstond tijdens de Sunga-dynastie van de 2de en 1ste eeuw v. Chr. in India. De Sunga's wierpen het Maurya-keizerrijk omver in 185 v. Chr. Het Sunga-keizerrijk was niet zo uitgebreid als dat van de Maurya's. Hoewel van kunstwerken die gedurende deze periode zijn gemaakt kan worden gezegd dat ze behoren tot de Sunga-periode, impliceert deze term niet altijd dat er sprake was van een patronaat of dat Sunga de controle had over een bepaald gebied. Met de Sunga-periode brak een onafgebroken continuüm van Indiase kunst en architectuur aan. De vroegste overgebleven stoepa-balustrade, samen met een gedeelte van een poort, werd gevonden in Bharhut in oostelijk Madhya Pradesh en dateert van deze periode. Evenals het geval was met andere vroege stoepa-balustrades, werden figuren en reliëfs gedoneerd door personen van wie de namen erop werden gegraveerd. Vaak worden de afgebeelde scènes aangeduid met labels, aangezien boeddhistische iconografie nog in de kinderschoenen stond. In het algemeen werd de nadruk in Sunga-kunst gelegd op het overbrengen van een religieuze boodschap, ten koste van naturalisme; dit wordt ook een dominant kenmerk van latere Indiase kunst. Vaak worden gebeeldhouwde yakshi- en yaksha-figuren aangetroffen, en andere pre-boeddhistische heiligen die een plaats kregen binnen het boeddhisme. Een belangrijk verschil tussen deze en vroegere figuren is dat vele ervan een meer ontspannen linkerbeen hebben. De figuren zijn nog steeds stijf en zwaar zoals Maurya-figuren, maar de dikke kleding en hoge polijstingsgraad zijn verdwenen. Andere belangrijke sites zijn de in rotssteen uitgehouwen grotten in de westerse Ghats, met name die van Bhaja en Pitalkhora. Deze boeddhistische grotnederzettingen bestonden uit een caitya-zaal en verblijven voor de monniken (vihara's). De façades werden gewoonlijk gedecoreerd met hoefijzervormige bogen, terwijl de gebeeldhouwde versiering aan de binnenkant over het algemeen eenvoudig was; schilderingen en houten toevoegingen maakten waarschijnlijk ooit deel uit van de iconografische en decoratieve ontwerpen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Hard uitsteeksel van gemineraliseerd of deels gemineraliseerd weefsel dat wordt gevormd in de kaken van dieren; door de opbouw te onderscheiden van ander been.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar islamitische bidsnoeren met kralen waarin eenheden van 99, 33 of andere getallen de namen van God symboliseren; de gebedskralen, die oorspronkelijk uit Perzië afkomstig zouden zijn, zijn meestal vervaardigd uit hout, been of edelstenen, met aan elkaar geknoopte uiteinden. Moslims raken de kralen een voor een aan en zeggen daarbij een van de talloze mogelijke gebedsformules op, meestal 'Glorie zij Allah'. Aangezien een gebed ook in stilte vanuit het hart mag worden uitgesproken, kan men zijn loftuitingen aan God verveelvoudigen door tijdens een gesprek de kralen door de vingers te laten gaan.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Harnasdelen die in de 15e en 16e eeuw werden gebruikt in steekspelen, bestaande uit grote metalen platen, ofwel in de vorm van een schild of in de vorm van het dijbeen; ze hingen aan beide kanten van het zadel of waren vastgeriemd aan de beide dijbenen van de strijder, ter bescherming van de dijbenen en knieën.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Liften voor vervoer trap op, trap af, van slecht ter been zijnde personen, in een (rol)stoel over geleidende rails

Toegevoegd op: 16-8-2017

Pose in de Aziatische kunst en dans, specifiek uit India. Het is een staande lichaamshouding die wordt gekenmerkt door drie buigingen, vaak met het gewicht op één been, en met het lichaam gebogen in tegengestelde richtingen bij het middel en de nek. Zo ontstaat een s-vorm, vergelijkbaar met contrapost.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Truien waarvan de hals de welving van het sleutelbeen volgt; hoog aan de voor- en achterkant, breed aan de zijkanten en eindigend in de schoudernaden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Grote opgevulde kussens die als zitplaats of beensteun dienst doen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Vuurstenen werktuig met een scherpe punt gebruikt om gaten te boren in been, hout of huid.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Tafels gemaakt om te worden beschreven, meestal gemaakt van hout of been bedekt met was, waarop met een stilet werd geschreven. Vooral gebruikt in het oude Rome en tijdens de middeleeuwen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Zwartfigurige kylikes met kenmerkende handvatten in de vorm van een vorkbeen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Langwerpig (ca. 12-20cm lang; ca. 1-2cm breed) werktuig met een platte ovaal als doorsnede, en afgeplatte uiteinden. Deze uiteinden kunnen afgerond of recht zijn, met of zonder groefjes. De schoenmaker gebruikt het likbeen om te polijsten en glad te maken, plooien te verwijderen en naden vlak te wrijven

Toegevoegd op: 16-8-2017

Zeer kleine poppetjes gemaakt van stof, been en hout waarbij restjes stof uit kledingateliers worden gebruikt. Kinderen en volwassenen vertellen hun problemen aan het poppetje, waarna het de problemen zou overnemen zodat de gebruiker rustig kan slapen. Zijn doorgaans uit Guatemala afkomstig, maar hebben hun oorsprong vermoedelijk in de Mayacultuur.