Associaties voor gesticht

Toegevoegd op: 16-8-2017

Lokaal bestuurde publieke of private instellingen voor de verzorging van daklozen, gehandicapten en bejaarden zonder financiële middelen; vaak worden ze gerund in combinatie met een boerderij, zodat de boerderijproductie de kosten kan dekken. In het begin van de 20e eeuw kregen deze instellingen veel kritiek omdat ze geen gedifferentieerde behandeling bood voor de diverse problemen van de bewoners. Gebruik 'armenhuizen (instellingen) voor vroegere instellingen waar gehandicapten, arme bejaarden of zwervers voor heropvoeding en werk werden opgesloten. Gebruik 'aalmoezeniershuizen (instellingen)' voor instellingen die zich bezighouden met bedeling.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Aanduiding voor gebouwen die werden gebruikt voor de opvang van zieken en behoeftigen die eerder verzorging nodig hadden dan medische behandeling; gebruik 'psychiatrische ziekenhuizen' of 'psychiatrische klinieken' voor instellingen die geesteszieken behandelen en 'sanatoria' voor instellingen waar chronisch zieken worden behandeld.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Wordt gebruikt voor strafinrichtingen voor jeugdige overtreders van tussen de 12 en 19 jaar, of eenmalige overtreders met minder ernstige vergrijpen, waar school- en beroepsonderwijs wordt aangeboden als een middel tot hervorming van gedrag.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Instellingen gesticht of onderhouden door een klooster, abdij, overheidspersoon, edelman of private liefdadigheidsinstelling voor de opvang en steun van bejaarden en armen; kan ook een verblijfplaats van armenverzorgers bevatten. Specifiek dergelijke instellingen daterend uit de Middeleeuwen en later in Europa. Gebruik 'armengestichten (instellingen)' voor instellingen waar ouderen, armen of hulpelozen op kosten van de staat werden verzorgd en aan het werk gezet.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de kunst en cultuur die zijn verbonden met de islamitische dynastie met deze naam die werd gesticht in 750, toen deze het Umayyad-kalifaat omverwierp. De Abbasids waren een Mexicaanse familie die afstamde van Abbas, de oom van Mohammed. Hun hoofdkwartier bevond zich in Mesopotamië en ze stichtten de stad Bagdad in 762. Perzische ideeën overheersten tijdens deze periode en de Abbasids regeerden in pracht en praal als oriëntaalse monarchen. Ze stimuleerden een intensieve intellectuele en artistieke activiteit. Er werden veel paleizen en moskeeën gebouwd en de productie van luxeartikelen werd een industrie. Er ontwikkelde zich een eenvormige kunststijl die was geïnspireerd op het oude Perzië in plaats van op het christelijke Syrië. De verwoeste stad Samarra, die in de 9de eeuw werd bezet door de Abbasids, is een uitstekend voorbeeld van deze invloed, vooral met betrekking tot de Sassaniaanse constructiemethoden. Samarra staat bekend om zijn ornamentaal stucwerk, vooral om de 'afgeschuinde' manier van decoreren die is afgeleid van Scythisch-Siberisch abstract ontwerp. Hoogwaardig Chinees porselein werd geïmiteerd door pottenbakkers uit deze periode; de resultaten waren echter duidelijk islamitisch, met Arabische inscripties en ontwerpen. Abbasid-weefsels kregen eveneens een herkenbaar islamitisch karakter. Het grote rijk werd onbeheersbaar en toen het centrale bestuur zwakker werd, werden er rivaliserende kalifaten gevestigd. De Abbasids bleven tot 1258 een gedeelte van de islamitische wereld regeren, maar hun dominantie duurde slechts tot het midden van de 10de eeuw.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Elk van de verscheidene christelijke gezindten die geloven in de letterlijke en op handen zijnde wederkomst van Christus en het naderende einde van de wereld. Deze overtuigingen worden in de meeste perioden van de geschiedenis aangetroffen. William Miller (1781-1849) begon in de Verenigde Staten een beweging op basis van zijn voorspelling dat Christus zou wederkeren in 1843-44. Millers volgelingen, die het kerkgenootschap van de zevendedagsadventisten hebben gesticht, geloven dat de wederkomst van Christus alleen is uitgesteld doordat de sabbat niet wordt geheiligd. Zevendedagsadventisten houden zich streng aan de regels voor de heiliging van de sabbat en aan de oudtestamentische spijswetten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een islamitische religieuze beweging die in 1889 in India is gesticht door Mirza Ghulam Ahmad (ca. 1839-1908). Ghulam Ahmad beweerde dat hij de in de Koran voorspelde messias Mahdi, de christelijke Verlosser, een incarnatie van de hindoegod Krishna en een wederverschijning van Mohammed was. In 1914 splitste de geloofsgemeenschap zich in twee heel verschillende takken, de Qadiyani en de Lahori. De Ahmadiyya-beweging wordt door orthodoxe moslims afgewezen omdat de claim van Ghulam Ahmad dat hij een profeet is na Mohammed, niet samengaat met het traditionele geloof dat Mohammed de laatste manifestatie van God was. Andere onorthodoxe overtuigingen zijn dat Jezus zijn dood heeft geveinsd en in werkelijkheid is ontkomen naar India, waar hij overleed op de leeftijd van 120 jaar, en dat het begrip jihad (heilige oorlog) kan worden geherinterpreteerd als een vreedzame in plaats van gewelddadige strijd tegen ongelovigen. Na jarenlange demonstraties tegen de beweging werden haar volgelingen in 1974 tot ketters uitgeroepen en officieel in de ban gedaan door de orthodoxe islamitische gemeenschap. De beweging staat bekend om haar zendingsijver en is actief in Azië, Afrika en Europa.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een heterodoxe geloofsgemeenschap van wereldverzakers, gesticht door Makkhali Gosala, een tijdgenoot en tegenstrever van Boeddha (5de eeuw v. Chr.). Gosala was gedurende zes jaar de reisgezel van de jaïnistenleider Mahavira voordat zij na een verschil van mening uiteengingen. Het jaïnisme en de ajivika verschilden in overtuiging maar kenden soortgelijke praktijken: initiatie geschiedde door het uittrekken van de eigen haren en er werd een leven van uiterste soberheid geëist, waarbij naaktheid, penitentie en beproevingen een rol speelden. Ajivika’s geloofden dat het leven werd beheerst door het noodlot en ontkenden het bestaan van de vrije wil. De beweging geloofde ook dat elke ziel een proces van reïncarnatie onderging dat miljarden jaren duurde en waarbij de ziel alle mogelijke levensvormen ervoer om ten slotte volmaaktheid en bevrijding te bereiken. De ajavika’s waren een belangrijke beweging ten tijde van Boeddha en bleven dat gedurende honderden jaren. Aan het begin van de middeleeuwen was de geloofsgemeenschap echter verdwenen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode en stijl in Mesopotamië van circa 2340 tot 2150 v. Chr., tijdens de regeerperiode van de dynastie die werd gesticht door Sargon van Akkad. De stijl kenmerkt zich door gevoel voor realisme en een hoog artistiek-technisch niveau.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode in Egypte tijdens de Achttiende Dynastie, van circa 1353 tot 1332 v. Chr. onder het bewind van Amenophis IV, die zijn naam veranderde in Akhenaten. De naam van de periode is afgeleid van de huidige plaats El-Amarna bij de ruïnes van de nieuwe hoofdstad die werd gesticht door Akhenaten. De periode kenmerkt zich door een grondige verandering in de kunst, religie, ideeënwereld, literatuur en taal. Veel van de materiële overblijfselen uit deze tijd zijn door latere heersers vernietigd. De kunst, vooral statuair en en-reliëf beeldhouwwerk, is beschreven als expressionistisch of maniëristisch als gevolg van de breuk met artistieke conventies uit het verleden, met name de verandering in de proporties van menselijke figuren.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Instellingen voor opsluiting en arbeid voor arme mensen, zwervers, en gehandicapten of arme bejaarden van de 17e tot en met de 19e eeuw in Europa en Amerika. Armenhuizen vervielen uiteindelijk tot plekken waar schooiers, criminelen, zwakken, ouderen en geesteszieken werden gedumpt. Gebruik 'verbeterhuizen (instellingen)' voor soortgelijke instellingen voor het straffen en heropvoeden van criminelen. Gebruik 'armengestichten (instellingen)' voor instellingen die liefdadigheid voor armen verzorgen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een hindoeïstische geloofsgemeenschap en hervormingsbeweging die in 1875 in Bombay is gesticht door de brahmaan Dayananda Sarasvati. Zijn volgelingen, die streven naar een terugkeer tot de oorspronkelijke zuiverheid van het hindoeïsme zoals dat te vinden is in de Veda’s, zijn tegen beeldenverering, kinderhuwelijken, polygamie en betekenisloze rituelen. Dayananda's boek Vedabhashya bevat zijn uitleg van de Veda’s, de oudste hindoegeschriften. Arya Samaj draagt een morele visie van vriendelijkheid en goede wil jegens allen uit. Arya Samaj, thans een wereldwijde organisatie, is ook tegenstander van het traditionele hindoeïstische kastenstelsel en zet zich in voor de bestrijding van godsdienstig en sociaal onrecht. Volgelingen van Arya Samaj hebben ook het nieuwe idee geïntroduceerd om mensen met andere geloofsovertuigingen te bekeren tot het hindoeïsme. In 1893 was er een schisma tussen conservatieve en liberale volgelingen die het niet eens werden over de vraag of zij traditionele of moderne vormen van onderwijs moesten propageren en of ze al dan niet vegetarisme moesten bepleiten. De beweging werd later nationalistisch en kwam in botsing met sikhs en moslims, vooral in Punjab rond de scheiding van India en Pakistan in 1947.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een religie die in de jaren 60 van de 19de eeuw is ontstaan uit de Perzische islamitische Babigemeenschap. Zij werd gesticht door Bahaullah, die zei dat hij de profeet was die door Ali Mohammed Shirazi, grondlegger van het Babigeloof, was voorzien. Het bahaïsme benadrukt niet alleen sociale doelen maar ook spirituele waarheden: de enkelvoudigheid van God, de eenheid van alle geloven, de harmonie van alle mensen, universeel onderwijs, trouw aan het wereldlijk gezag, het belang van een persoonlijk geweten en de onvermijdelijke eenwording van de mensheid. Vanwege dit vertrouwen in de eenheid van geloof en mensheid is elke vorm van vooroordeel onaanvaardbaar en wordt culturele diversiteit verwelkomd. Aanhangers worden aangemoedigd zelf op zoek te gaan naar de religieuze waarheid; daarom worden wetenschappelijke ontdekkingen niet onverenigbaar geacht met het geloof in het bahaïsme. Tot de bahaïstische doelstellingen behoort het streven naar een wereldregering die een einde maakt aan extreme armoede en rijkdom; dit doel zou dichterbij moeten worden gebracht met een universele hulptaal. Bahaullah verklaarde dat God zelf onkenbaar is maar zich heeft gemanifesteerd als Abraham, Mozes, Zoroaster, Boeddha, Jezus Christus, Mohammed en de Bab, met Bahaullah als de ultieme verschijning. Er bestaan geen sacramenten, pastors of initiatierituelen in het bahaïsme. De godsdienstoefening bestaat uit dagelijks gebed en schriftlezing. Op de hele wereld treft men bahaïstische godshuizen aan, vooral in de Derde Wereld, meestal bij een school, ziekenhuis, weeshuis of soortgelijke instelling. Het bestuurslichaam van het bahaïsme, het Universele Huis van Gerechtigheid, komt elke vijf jaar bijeen en heeft zijn hoofdkwartier in Haifa (Israël).

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode die is genoemd naar de hoofdstad van Thailand, gesticht door Rama I (1782-1809) in 1782. In de architectuur wordt deze periode het best vertegenwoordigd door de verschillende constructies en latere renovaties in het Grote Paleis (Phra Borom Maha Ratchawang) waarin zich de Amarin Winichai Hall bevindt, met een T-vormige plattegrond, en de Dusit Maha Prasat Throne Hall (1789), met een vloerplan in de vorm van een Latijns Kruis, gelakte en vergulde deuren en vensters en vergulde, negenlaagse spitsen. Tempels in deze periode worden gekenmerkt door centrale heiligdommen die het palladium van het koninkrijk en andere vereerde Boeddhabeelden huisvesten, altaren die het Traiphum of bestaanswerelden afbeelden, friezen of vergulde garua's, ubosots of verlengde wijdingszalen, paarlemoeren ingelegde werken, bronzen leeuwen, wihans of gemeenschapszalen en daken met meerdere lagen. Later in de 19de eeuw weerspiegelden bouwstijlen Europese koloniale esthetica. In beeldhouwkunst en schilderkunst worden op werken uit deze periode taferelen afgebeeld uit de Ramakien en uit hindoeïstische teksten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar verschillende christelijke kloostergemeenschappen van de Byzantijnse rite die de kloosterregel volgen van Sint Basilius, hun spirituele vader; er zijn vijf hoofdtakken van de Orde van Sint Basilius. De basiliaanse kloostergemeenschap is eeuwenlang zeer invloedrijk geweest in de Byzantijnse gemeenschap, vergelijkbaar met de benedictijnse invloed binnen de westerse kloostergemeenschap. Sint Basilius, theoloog en aartsbisschop van Caesarea in Cappadocië (in het tegenwoordige Turkije), schreef zijn kloosterregel tussen 358 en 364. De eenvoudige, maar strenge kloosterregel van Sint Basilius vereist volgelingen te leven in gemeenschappen en propageert een ascetische levenswijze als een manier om God voorbeeldiger te dienen. Het extreme ascetisme van de woestijnkluizenaars is afwezig. Sint Basilius' regels impliceren beloften van kuisheid en armoede, waarmee ze vooruitlopen op de latere westerse kloostersystemen. Ook hulp aan de armen is verplicht. Aan de kloosters dienden scholen voor kinderen gelieerd te zijn, waarin de leerlingen kunnen worden getest op een mogelijke religieuze roeping. Sint Theodorus uit Studios herzag de regel van Sint Basilius in de 9de eeuw. De basiliaanse orde mag niet worden verward met een congregatie van de Latijnse rite die dezelfde naam heeft en in 1822 werd gesticht in Frankrijk, maar later voornamelijk actief was in Canada; de leden van deze congregatie wijden zich aan het onderwijzen van kinderen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de cultuur van België, ofwel de tegenwoordige staat die is gesticht in 1830 en bestaat uit de provincies van de Nederlanden die worden bevloeid door de Maas en de Schelde, ofwel het oude land van de stammen der Belgae, dat zich uitstrekte van de Marne en de Seine tot de Rijn.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Dualistische christelijke geloofsgemeenschap die in Bulgarije bloeide van de 10de tot de 17de eeuw en nog verder in het Byzantijnse Rijk in de 11de en 12de eeuw. De gemeenschap werd in het midden van de 10de eeuw in Bulgarije gesticht door een priester die de naam Bogomiel aannam. Deze gezindte kan worden omschreven als een samenvloeisel van dualistische, neomanicheïstische doctrines die werden geïmporteerd van de paulicianen en een lokale Slavische beweging gericht op hervorming van de kort daarvoor gestichte Bulgaars-orthodoxe kerk. Het centrale geloof was dat de mensheid en de zichtbare, materiële wereld waren geschapen door de duivel. Bogomielen stonden vijandig tegenover de meeste aspecten van de orthodoxe kerk maar ook tegenover het burgerlijk gezag. Zij bepleitten een rigoureus ascetisch leven en keurden seksuele omgang, huwelijk, bezit en het eten van vlees af. De bogomielen zijn van invloed geweest op de latere katharen in Europa.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een religieuze orde volgens de kloosterregel van de Heilige Augustinus die werd gesticht door de middeleeuwse mystica Sint Brigitta van Zweden (overleden in 1373). Na de dood van haar echtgenoot wijdde Brigitta haar leven aan het gebed en kreeg zij visioenen, in een waarvan zij opdracht kreeg de Orde van de Allerheiligste Verlosser te stichten. Kort na Brigitta’s dood werd haar dochter, Sint Catharina van Zweden, de eerste abdis van het oorspronkelijke klooster in Vadstena (Zweden). Andere kloosters volgden, elk met niet meer dan zestig nonnen. Aan elk klooster was een parallelle gemeenschap van monniken verbonden, die hetzelfde liturgische leven leidden onder het bestuur van de abdis. Tot de bijdragen van de brigittinessen aan de Scandinavische cultuur behoort een van de eerste drukpersen, gebouwd in de abdij van Vadstena. De orde, die de nadruk legde op nederigheid, eenvoud en contemplatie, bloeide tot de Reformatie en werd in Zweden verboden in 1595. Daarna waren er geen brigittenmonniken meer, al zijn er wel vier autonome nonnenkloosters blijven bestaan: één in Engeland, één in Beieren en twee in de Nederlanden. Elisabeth Hesselblad begon in 1911 een nieuwe tak van de oude orde, die zij vervolgens nieuw leven heeft ingeblazen door kloosters te stichten in Zweden, Italië, Engeland, India, Zwitserland en de Verenigde Staten. Hoewel de orde een lange geschiedenis heeft, is zij modern in haar pogingen tot vernieuwing van het kloosterleven en in oecumenische kwesties.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Wordt gebruikt voor zichzelf onderhoudende grensnederzettingen of buitenposten, die gesticht zijn om te helpen bij het beheer van koloniale ondernemingen in de wildernis, zoals die bijvoorbeeld zijn gesticht door het Spaanse bewind in Amerika.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een christelijke kloosterorde, rond 1012 gesticht door de Heilige Romualdus van Ravenna (ca. 920-1027) in Camaldoli bij Arezzo (Italië). Als zelfstandige tak van de benedictijnen begon de orde in het kader van de 11de- en 12de-eeuwse kloosterhervormingsbeweging. De orderegel schrijft een combinatie voor van het solitaire leven van de kluizenaar en een sobere versie van het gewone monnikenleven. Hoewel zij deel uitmaken van de federatie van benedictijnen beschouwen de camadulenzen zich als afstammelingen van de woestijnvaders en -moeders, die aan zowel Benedictus als Romualdus voorafgingen. Nieuwelingen wonen in het klooster en de meer gevorderde monniken leven als kluizenaar in de hermitage; samen vormen zij één eenheid. Dit ideale verbond werd niet altijd aangehouden en er zijn ook onafhankelijke kloosters en hermitages gesticht. In 1935 werden de beide takken herenigd. De Congregatie van Monte Corona, in 1523 gesticht door een groep hervormingsgezinde camaldulenzen, bestaat nog steeds met een klein aantal leden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een Zuid-Chinese dynastie uit de periode 557 tot 589 n. Chr., de laatste van de Zes Dynastieën. De dynastie werd gesticht in 557, nadat Chen Baxian de Liang-keizer had afgezet; het door de Chen beheerste gebied was evenwel kleiner dan dat van hun voorgangers in de reeks dynastieën. Jiankang, de hoofdstad van de Zes Dynastieën, was een belangrijk cultureel, politiek en religieus centrum waarheen kooplieden en boeddhistische missionarissen vanuit Zuidoost-Azië en India trokken. De schilderkunst, kalligrafie, muziek en dichtkunst beleefden een bloeiperiode, mede dankzij het mecenaat van de Chen-keizers en de aristocratie. De werken van Yao Zui en Xie He laten duidelijk zien dat ook de literaire kritiek en kunstkritiek zich hadden ontwikkeld. Nadat generaal Yang Jian, hertog van Sui, zijn macht in het noorden had gevestigd, nam hij Jiankang in 589 in en vestigde daarmee de Sui-dynastie; heel China was nu verenigd.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een Jodo-school gesticht door Bencho, een leerling van Honen die Zendoji bouwde als centrum voor nembutsu-oefening in zijn woonplaats Kyushu. Er bestaan veel subsekten van Chinzei, waarvan Shirahata-ryu de sterkste nog bestaande groepering is. Het centrum staat in Chion-in maar ook Zojoji in Tokio is van speciaal belang.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een inheemse Koreaanse godsdienst, gesticht door Choe Suun (1824-1864) in een poging een direct beroep te doen op het religieuze bewustzijn van het Koreaanse volk. Chondogyo was een reactie op het christendom en de traditionele godsdiensten van Korea, maar bevat wel elementen van het confucianisme, taoïsme, boeddhisme, sjamanisme en rooms-katholicisme. Nadat Suun door de regering was terechtgesteld, ontwikkelden zijn opvolgers Choe Si-hyong en Son Piyong-hi de beweging totdat deze was uitgegroeid tot een belangrijke Koreaanse godsdienst. De geschriften van het chondogyo zijn opgesteld door de drie oprichters. In deze religie worden mensen als dragers van goddelijkheid beschouwd en daarom moeten mensen elkaar behandelen ‘als God’. Chondogyo benadrukt de universaliteit van God en pleit voor een coöperatief koninkrijk Gods op aarde dat is gebaseerd op geloof, eenvoud, standvastigheid en oprechtheid. Er bestaat geen idee van eeuwige beloning omdat de godsdienst maar één doel heeft: de wereld gerechtigheid en vrede brengen. Er zijn vijf aanbevolen oefeningen: het reciteren van een formule, elke avond om negen uur, het gebruik van water als symbool van zuiverheid, het bijwonen van een zondagse eredienst, het regelmatig geven van rijst aan de kerk en het gebed (op verschillende voorgeschreven wijzen). Chondogyo speelde een belangrijke rol in de modernisering van Korea na 1894. Het verzette zich na 1919 ook tegen het Japanse imperialisme en legde zich niet neer bij het communisme in Noord-Korea na 1945. Aan het eind van de 20ste eeuw waren er ongeveer drie miljoen leden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een christelijke geloofsgemeenschap die in 1848 in Richmond (Virginia) in de Verenigde Staten is gesticht door John Thomas (1805-71), die voorheen een volgeling was geweest van Thomas en Alexander Campbell. John Thomas wilde terugkeren tot de geloofsovertuiging en de praktijken van de eerste discipelen, vandaar de naam, die 'broeders van Christus' betekent. De naam werd tijdens de Amerikaanse Burgeroorlog aangenomen ter rechtvaardiging van het pacifisme van de gelovigen. Thomas verwierp de doctrine van de Heilige Drie-eenheid en die van het bestaan van Christus voor zijn geboorte. Christadelphians geloven in de volledige nauwkeurigheid van de Bijbel. Centraal in het geloof van de Christadelphians staat het chiliasme. In het bijzonder geloven zij dat Christus zal wederkomen om een theocratie te vestigen vanuit Jeruzalem. Christadelphians zijn het niet eens over de vraag of alle mensen zullen herrijzen, maar over het algemeen wordt aangenomen dat ieder ander dan de ware gelovige in vergetelheid zal raken. Volwassen volgelingen moeten worden gedoopt door onderdompeling. Er zijn geen gewijde voorgangers en lokale gemeenten worden 'ecclesia’s' genoemd. Christadelphians vervullen geen militaire dienst, gaan niet in de politiek en doen niet mee aan verkiezingen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een christelijke gezindte en beweging die is gesticht door Mary Baker Eddy (1821-1910) en die streeft naar herbevestiging van de christelijke boodschap van verlossing van al het kwaad, met inbegrip van ziekte en zonde. Eddy, die half invalide was en geïnteresseerd in genezing zonder medicijnen, beweerde dat zij in 1866 zonder medische hulp was hersteld van zwaar letsel. Daarna wijdde zij zich aan het herstel van de nadruk op gebedsgenezing die het vroege christendom had gekenmerkt. In 1875 voltooide zij de eerste editie van haar boek 'Science and Health with Key to the Scriptures'. Dit werk en de Bijbel zijn de voornaamste geschriften van de beweging, die veel belang hecht aan de inrichting van leesruimten waar deze boeken een eigen beroep op de lezers kunnen doen. Ook de 'Christian Science Monitor' wordt door het kerkgenootschap uitgegeven. Volgens de leer van Christian Science is onwetendheid de wortel van het menselijk ongemak, de menselijke ziekte. In plaats van medische behandeling te zoeken moet men gebedsgenezers van Christian Science raadplegen voor spirituele genezing. Gezondheid, geluk en heiligheid kunnen worden hersteld door alle aspecten van de levenspraktijk en -houding aan te spreken in overeenstemming met het beginsel van goddelijke harmonie. De eerste Church of Christ, Scientist werd in 1879 in Boston gesticht en het hoofdkwartier van de beweging is daar nog altijd gevestigd.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een belangrijke school of sekte binnen het religieuze taoïsme, in 1163 gesticht door Wang Chuan-yang (1112-1170) nadat hij een kluizenaar had ontmoet die zei een incarnatie van twee van de onsterfelijken te zijn en van wie hij geheim onderricht ontving. Chuan-yang baseerde zich op klassieke taoïstische bronnen en op bronnen buiten de taoïstische traditie, in het bijzonder uit het zenboeddhisme. Elke volgeling van deze school heeft als doel het bereiken van de tao-ervaring door inzicht in zijn eigen geest en aard in relatie tot de tao. De beweging had de voorkeur van de Mongolen, en de tweede patriarch, Chiu Chang-chun, werd uitgenodigd om naar Midden-Azië te komen en te preken voor Dzjengis Khan. De school was immens populair en de gemeenschappen van celibataire monniken bleven actief tot in de 20ste eeuw met het befaamde Klooster van de Witte Wolken in Peking als hoofdkwartier. Dit klooster behoort tot de school van Lung-men (Drakenpoort), een van de belangrijkste van verscheidene bewegingen die zijn voorgekomen uit Chuan-chen tao.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een christelijke kloosterorde die voortkwam uit de hervormingen binnen de benedictijnse orde in de 10de en 11de eeuw. De orde is vernoemd naar de stad Cluny in Bourgondië, de locatie van de beroemde abdij met dezelfde naam die in 910 werd gesticht door hertog Willem de Vrome van Aquitanië. De nieuwe orde herstelde de strenge naleving van de kloosterregel van de heilige Benedictus (Regula Benedicti), in een tijd dat kloosterorden over het algemeen minder strikt waren. De hervormingen van de cluniacenzer beweging werden overgenomen door andere kloosters en de opeenvolgende abten bouwden langzaam maar zeker in heel West-Europa aan een indrukwekkend netwerk van kloosters die de strikte cluniacenzer gewoonten volgden. De cluniacenzer orde werd niet feodaal geleid en was ook tegen feodale oorlogvoering. De orde hing de Treuga Dei en de Pax Dei aan, die respectievelijk geweld op bepaalde dagen of perioden en geweld tegen bepaalde personen verbood. Verder wordt de maatschappelijke integratie van monniken toegeschreven aan de cluniacenzer beweging. De belangrijkste cluniacenzer abten waren de heilige Odo van Cluny (879-942) en de heilige Hugo van Cluny (Hugues de Semur, 1049-1109). De heilige Odo verwierf voor alle cluniacenzer huizen (priorijen genaamd) immuniteit voor alle gezag behalve voor die van de paus, een centralisatie die voorheen ongekend was in benedictijnse orde. Onder de heilige Hugo bereikte het middeleeuwse kloosterwezen zijn hoogtepunt en stond Cluny bekend als het spirituele centrum van het westerse christendom. Met Hugo als abt werden er bijna 2000 nieuwe kloosters gesticht in Italië, Engeland en Spanje. In 1055 stichtte hij het eerste cluniacenzer nonnenklooster.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode van circa 2112 tot 2.000 v. Chr. waarin Mesopotamië werd geregeerd door een dynastie die werd gesticht door Ur-Nammu en was gevestigd in de stad Ur in het zuiden van Mesopotamië.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een rooms-katholieke orde die in 1215 in Zuid-Frankrijk werd gesticht door de Spaanse heilige Dominicus. De bijzondere kenmerken van de nieuwe orde waren de verplichting om theologische studies uit te voeren en de missie om de leer te verkondigen, een taak die voorheen werd beschouwd als het exclusieve privilege van bisschoppen en hun afgevaardigden. Deze bedelorde wordt gekenmerkt door een centraal gezag en een centrale organisatie en legt de nadruk op missiewerk en wetenschap in combinatie met een actief en contemplatief leven. Een lid behoort tot de orde (en niet tot een autonoom klooster) en kan te allen tijde worden overplaatst naar een andere locatie. Beroemde dominicaanse wetenschappers zijn Albertus Magnus en zijn leerling, de heilige Thomas van Aquino. Het door Aquino ontwikkelde systeem werd in 1278 officieel aangenomen door de orde. Er is een orde van dominicaanse nonnen die in de 19de en 20ste eeuw explosief groeide en een tertiaire orde van leden die niet in kloosters leefden. De orde staat bekend om het onveranderlijk orthodoxe naleven van de leer van Aquino.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode Champa die wordt geassocieerd met het koninklijke kloostercomplex Dong-Duong dat werd gesticht door koning Indravarman II (875-889 n. Chr.) en dat in het gebied floreerde van de 9de tot de vroege 10de eeuw. Bouwkundige kenmerken uit deze periode zijn gebaseerd op het Dong-Duong-complex en bestaan onder andere uit in baksteen opgetrokken heiligdommen die zijn gegroepeerd binnen interne omheiningen, zalen met pilaren, interne en externe penanten ter ondersteuning van de stupa, stenen kalan met meerdere verdiepingen, zuilconstructies die bekend zijn als stambah's en die qua vorm vergelijkbaar zijn met boeddhistische torenstupa's, een lange zaal die de vih'ra wordt genoemd en die beelden van Boeddha bevat, en altaren die tegen muren zijn geplaatst. In de beeldhouwkunst manifesteert deze periode zich in de religieuze trend van het Mahayana-boeddhisme, gekenmerkt door Boeddha-figuren die op Chinese wijze zijn gekleed, dv'rap'las-figuren met krachtige uitdrukkingen, dikke lippen, gestileerde oren en kortgeknipte bakkebaarden, bronzen beelden van Boeddha die zijn gegoten met behulp van het verlorenwasgietprocédé, bas-reliëfs die timpanen en altaren decoreren, en die verschillende koninklijke personages tonen in gestileerde handelingen, beelden van olifanten met gebogen achterpoten en met hun kop naar voren of met hun lichaam opgericht. Shaivitische koppen en vrouwelijke afbeeldingen van Tara uit deze periode worden gekenmerkt door een sterke frontaliteit en overdreven gelaatstrekken.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode en stijl in de kunst, voornamelijk beeldhouwkunst en architectuur, ten tijde van de dynastie die werd gesticht na de dood van Nero in 69 n. Chr. Deze stijl wordt gekenmerkt door een grotere nadruk op diepte, picturale illusie, het gebruik van licht en schaduw en de bouw van grootschalige gebouwen zoals badhuizen en amfitheaters.

Toegevoegd op: 16-8-2017

De grootste religieuze orde binnen de rooms-katholieke kerk, gesticht door St. Franciscus van Assisi in het begin van de 13de eeuw. De strenge en eenvoudige voorschriften van Franciscus leggen de nadruk op de gelofte van armoede, een voorwaarde die tot veel conflicten heeft geleid. St. Franciscus riep zijn volgelingen op rond te trekken en te preken, maar ook om de armen en zieken te helpen. Het effect van de vroege straatpredikers en met name van hun stichter was enorm, zodat er binnen 10 jaar 5000 Franciscanen waren. St. Bonaventura (1257-1274) bedacht een gematigde interpretatie van de regel van St. Franciscus, waardoor de verschillende stromingen die zich door de jaren heen hadden gevormd werden herenigd. Om deze reden wordt hij soms wel de tweede stichter van de orde genoemd. Onder St. Bonaventura breidde de orde zich uit en werd deze bekend om zijn theologische scholen. Enkele van de vroegere stromingen vinden hun weerklank in de drie onafhankelijke takken van de Eerste Orde der Franciscanen: de observanten, de conventuelen en de kapucijnen. De Tweede Orde is de orde van nonnen, gesticht door St. Clara onder leiding van St. Franciscus, bekend als orde van de arme klaren of clarissen. De Derde Orde bestaat uit religieuzen en leken, zowel mannen als vrouwen, en is verder onderverdeeld in de seculiere derde orde (levend in de wereld, zonder gelofte) en de reguliere derde orde (levend in religieuze gemeenschappen, met gelofte).

Toegevoegd op: 16-8-2017

Beschrijft werken die zijn vervaardigd door het gelijknamige Afrikaanse volk, dat in Ethiopië en Eritrea leeft. Ze hebben ooit het koninkrijk Funji gesticht, met als centrum Sinnar. Het rijk beheerste het oostelijk deel van Sudan, met inbegrip van het zuiden van Nubië. De bloeitijd van het koninkrijk omvatte de 15de tot en met de 19de eeuw.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de geloofsorde die rond 1140 werd gesticht door Gilbert van Sempringham (circa 1083-1189) in Lincolnshire, Engeland. Zowel mannen als vrouwen konden toetreden tot deze enige zuiver Engelse kloosterorde die ooit heeft bestaan. Gilbert wilde zijn orde schoeien op de leest van de cisterciënzer orde; toen de cisterciënzers weigerde gemeenschappen van nonnen onder hun hoede te nemen, liet Gilbert zijn nonnen onderrichten volgens het Augustinianisme. Tot aan de ontbinding van de orde in 1536 waren de Gilbertijnen geliefd en werden ze ook begunstigd door de Engelse koningen, aangezien ze, in tegenstelling tot de leden van andere orden, geen trouw waren verschuldigd aan kerkleiders buiten Engeland.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar Franse protestanten uit de 16de en 17de eeuw. Nadat de Reformatie in 1517 in Duitsland was begonnen, breidde deze zich uit naar Frankrijk, waar de aanhang vooral groot was in economisch zwakke gebieden, bevolkt door mensen met grieven tegen de overheid. De hugenoten werden vaak streng vervolgd; de eerste martelaar van de hugenoten belandde in 1523 op de brandstapel. Meaux, de eerste gemeenschap van hugenoten op Frans grondgebied, werd gesticht in 1546 naar het model van Straatsburg. In 1559 riep de protestantse kerk de synode bijeen in Parijs en werd een geloofsbelijdenis opgesteld die sterk was beïnvloed door Johannes Calvijn. Na de lange en gewelddadige godsdiensttwisten verkregen de hugenoten uiteindelijk religieuze en politieke vrijheid in 1598 met het Edict van Nantes. De strubbelingen duurden echter voort en het Edict werd in 1685 herroepen. Als gevolg hiervan emigreerden honderdduizenden Franse protestanten. Hoewel sporadisch vervolging bleef plaatsvinden en hun aantallen sterk verminderden, zijn de hugenoten nooit volledig geëlimineerd. Bij het begin van de Franse Revolutie bekrachtigde de Assemblée Nationale in 1789 de vrijheid van godsdienst en verleende protestanten toegang tot alle overheidsfuncties. De gereformeerde kerk van Frankrijk organiseerde zich in 1938, waarbij een aantal gereformeerde groepen fuseerden die tijdens en na de 16de eeuw waren ontstaan in Frankrijk.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode van de expansieve heerschappij van koning Indravarman I (877-890 n. Chr.) tijdens de periode waarin het Angkor-rijk werd gesticht. De stijl van deze periode wordt gekenmerkt door grootse bouwcampagnes, stadsplanning waarbij gebruik wordt gemaakt van uitgebreide irrigatiesystemen, en monumenten en graftombes ter ere van de nalatenschap van begunstigers. Architectuur in deze periode wordt gekenmerkt door de eerste Cambodjaanse tempels die voornamelijk in steen werden gebouwd in plaats van in baksteen met stucwerkversieringen. Tijdens deze periode werd ook het tempel-bergprototype ontwikkeld, een voorloper van toekomstige grotere, koninklijke tempels in Angkor. Beeldhouwkundige ontwikkelingen in deze periode betreffen vrijstaande beeldhouwwerken van meerarmige hindoegoden die worden ondersteund door hoefijzervormige voetstukken, gekenmerkt door een subtiel, gestileerd realisme dat zichtbaar is in de beeldgesneden anatomische details zoals traanbuizen, gedetailleerde haarwrongen, gedeelten van de torso en gedrapeerde kleding.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de religie en filosofie die in de 6de eeuw v. Chr. in India is gesticht door Vardhamana, een van de religieuze figuren die in opstand kwam tegen de orthodoxe dogma's van de Vedische religie. Kenmerkt zich door een afkeer van de gangbare offerriten in Vedische tradities, en stelt het geloof in de ethische doctrine ahimsa centraal, waarbij ernaar wordt gestreefd om geen enkel levend wezen pijn te doen en het volmaakte ideaal van menselijke perfectie wordt nagestreefd door een devoot leven in het klooster.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Christelijke sekte die is gesticht door Charles Taze Russell, aan het eind van de 19de eeuw. Russells opvolger Joseph Franklin Rutherford koos in 1931 voor de naam 'Jehova's getuige'. De sekteleden geloven dat Jehova (Jahweh) de ware God is en dat Jezus Christus de zoon van God is. Doel van de sekte is het stichten van wat zij beschouwen als het Koninkrijk Gods, dat volgens hun overtuiging zal ontstaan na de Apocalyps van het Armageddon. Doorgaans onderhouden Jehovagetuigen geen banden met geloofsrichtingen, en zij aanvaarden geen aardse autoriteit. Ze stemmen niet en vieren evenmin religieuze hoogtijdagen of nationale feestdagen, en de leden zijn principiële dienstweigeraars. Ze gaan van deur tot deur om hun geloof te verkondigen en hun publicaties 'De Wachttoren' en 'Ontwaak!' aan de man te brengen. Deze publicaties verschijnen in 80 talen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een rooms-katholieke orde voor mannen die in 1540 werd gesticht door de heilige Ignatius van Loyola, een Spaanse soldaat die zich tijdens het herstel van een oorlogswond bekeerde tot het geloof. Het is een niet-contemplatieve orde die strikte gehoorzaamheid, naleving van Ignatius' Geestelijke Oefeningen en bijzondere trouw aan de paus vereist. De jezuïeten zwoeren veel middeleeuwse gebruiken af, waaronder de verplichting tot regelmatige penitentie en vastentijden, uniforme kleding en de gezamenlijke voordracht van de liturgische dienst. Andere vernieuwingen waren de zeer gecentraliseerde gezagsvorm met een levenslange ambtstermijn voor het hoofd van de orde, gradatie van leden, een jarenlange proeftijd voorafgaand aan de gelofte en het ontbreken van een vrouwelijke tak. De jezuïeten voeren verschillende soorten missiewerk uit, met de nadruk op scholing. De orde heeft overal ter wereld talrijke onderwijsinstellingen opgericht. De jezuïeten waren de belangrijkste geloofsverdedigers van de rooms-katholieke kerk, vooral ten tijde van de Contrareformatie. Meer recent was de orde van grote invloed op de modernisering van de kerk.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een school van het Reine Land-boeddhisme in Japan, die is gericht op de genade en de macht van de amida-boeddha, de boeddha van het allesomvattende licht en intense ontferming. Door de genade van Amida kan iemand worden herboren in het paradijs van Amida of het Reine Land, om van daaruit uiteindelijk het nirwana te bereiken. De school werd in 1175 gesticht door Honen, die de nadruk legde op het gebruik van 'nembutsu', het herhaaldelijk aanroepen van de amida-boeddha. Jodo is de op een na grootste school van het Reine Land in Japan.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de grootste richting binnen het Japanse boeddhisme. Jodo Shinshu werd gesticht door Shinran (1173-1262) en georganiseerd door Rennyo (1414-1499) en is gebaseerd op een simpele maar wel exclusieve toewijding aan Amida. Shinran, een leerling van Honen, was radicaler dan zijn leermeester en geloofde dat Amida’s genade van belang is voor een goed mens en daarom nog relevanter is voor een zondig mens. Vertrouwen op Amida is alles wat er nodig is voor bevrijding. Slechts één oprechte recitatie van de 'nembutsu' is nodig om te worden wedergeboren in het Zuivere Land van Amida. De nembutsu wordt veeleer beschouwd als een uiting van dankbaarheid dan als een smeekbede om vertrouwen. Dit en andere aspecten van Jodo Shinshu (bijvoorbeeld dat het een lekenbeweging is zonder monniken of kloosters) maakten de beweging uiterst populair. Zij raakte in de 17de eeuw verdeeld in twee facties, de Otani en de Honganji. Beide zijn tegenwoordig nog altijd invloedrijk en populair en hebben hun hoofdtempels in Kyoto.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een kloosterorde die in 1529 door Matteo da Bascio (1495-1552) is gesticht als hervormingsbeweging. De orde is een zelfstandige vertakking van de orde der franciscanen en hanteert een zeer strenge regel met de nadruk op soberheid en armoede. In zijn streven terug te keren naar de grotere eenvoud van de eerste franciscanen en hun letterlijke naleving van de regel van de Heilige Franciscus van Assisi, droeg Matteo de puntkap (capucine) van Franciscus en introduceerde hij aspecten van het solitaire leven van de kluizenaar. Ondanks tegenstand van gevestigde groepen franciscanen en bijna totale onderdrukking nadat hun vicaris-generaal in 1542 protestants was geworden, maakten de geloofsijver en prediking van de kapucijnen hen tot een belangrijke machtsfactor tijdens de Contrareformatie, want zij spraken gewone mensen en de plattelandsbevolking aan. In 1619 werden zij officieel een zelfstandige orde. Matteo en zijn volgelingen wijdden zich van de 16de tot de 18de eeuw aan de zorg voor slachtoffers van de pest; zij staan ook bekend om hun missionair en sociaal werk.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Te gebruiken voor door de staat gefinancierde werkplaatsen die later zouden uitgroeien tot beroepsopleidingscentra, en die tijdens de perioden van het sultanaat en de mogols in India werden gesticht; er werden allerlei kunsten en ambachten beoefend, zoals weven, emailleren, edelsmeden en het illumineren van manuscripten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een rooms-katholieke kloosterorde die in 1084 in de Chartreuse (ten noorden van Grenoble, Frankrijk) werd gesticht door de heilige Bruno van Keulen. De kartuizers combineren het afgezonderde kluizenaarsbestaan met een gemeenschapsleven in het klooster. De monniken of nonnen wonen in aparte cellen en komen alleen samen op bepaalde momenten van de dag of voor speciale festiviteiten. Ze houden zich aan strikte abstinentie. De kartuizers verspreidden zich langzaam, maar in 1521 telde de orde 195 kloosters in alle katholieke Europese landen. Ze speelden een belangrijke rol bij de kloosterhervormingen in de 11de en 12de eeuw. Zelf was het echter de enige vorm van religieus gemeenschapsleven die niet werd hervormd. De kloosters zijn te vinden in grote delen van Europa, hoewel het aantal leden relatief klein is. In 'La Grande Chartreuse', het moederklooster van de orde, wordt een beroemde likeur gemaakt. De opbrengst gaat naar de liefdadigheid.

Verwijst naar het grootste kerkgenootschap en belangrijkste lichaam van de mormoonse godsdienst, dat aan het eind van de 20ste eeuw meer dan 9,7 miljoen leden telde. Het hoofdkwartier bevindt zich in Salt Lake City (Utah) in de Verenigde Staten. Een belangrijk leider van dit kerkgenootschap was Brigham Young (1801-1877), die in 1847 de tocht naar Utah leidde, waar Salt Lake City werd gesticht.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Schilderschool die midden 16de eeuw een bloeitijd kende in het oosten van Tibet; de school is gesticht door Jamyang Khyentse Wangchuk (geboren in 1524). Kenmerken van deze school zijn grote aandacht voor het detail, blijvende Chinese invloeden en een nieuwe wijze van behandeling van de achtergrond.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Aanduiding voor steden gebouwd in streken waar voorheen geen stedelijke nederzettingen bestonden, meestal ontworpen volgens een totaalplan, en vaak gesticht door een stedelijke cultuur met een lokaal bestuur als doel.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een Noord-Chinese dynastieke periode tussen 907 en 1125; de dynastie werd gesticht door het proto-Mongoolse Khitan-volk. De Liao-periode bestond ten tijde van de Vijf Dynastieën en de Noordelijke Song-dynastie in het zuiden. Er waren vijf hoofdsteden, overeenkomstig het boeddhistische principe van de vijfvoudige structuur van het heelal. De Khitan waren een nomadenvolk dat zelf nauwelijks enige kunstzinnige traditie bezat. De kunstwerken die in deze periode werden geproduceerd, waren beïnvloed door Tang-vormen en -technieken. De Liao-architectuur verraadt Tang-invloeden en trouw aan het boeddhisme. Tot de nog bestaande gebouwen behoren de Bai ta (Witte Pagode) in Balin in Binnenmongolië, de Mu ta (Houten Pagode) in Ying xian, in de provincie Shanxi, tevens de oudste bewaard gebleven houten pagode, en de bibliotheek van de Bhagavad-sūtra's (circa 1038) in de Benedentempel van Huayan, Datong, eveneens in de provincie Shanxi. Dit laatste bouwwerk bevat bovendien 32 originele Lao-beelden en houten geschriftkasten in paviljoenvorm. De Liao-keramiek was eveneens beïnvloed door de keramiek uit de Tang-periode, hoewel uit opgravingen op grafplaatsen blijkt dat er ook Song-aardewerk en ander aardewerk is geïmporteerd. Daarnaast werden er gouden en zilveren voorwerpen vervaardigd op basis van metaalwerk- en verguldtechnieken van de Tang en Song. De Khitan werden uiteindelijk verslagen door binnenvallende Jin, die vervolgens een eind maakten aan het bewind van de Noordelijke Song. Restanten van de Liao-dynastie bleven nog intact in de vorm van de Westelijke Liao, in een gebied rond Tian shan; later werd dit gebied veroverd door Djenghis Khan.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de moderne protestantse Kerk van de Nazarener, in 1895 gesticht in Californië (Verenigde Staten).

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een tak van het Japanse boeddhisme, gesticht door de militante boeddhistische hervormer Nichiren (1222-82). Nichiren, die andere vormen van boeddhisme aanviel, geloofde dat de 'lotussoetra' de ultieme waarheid bevatte en vroeg het Japanse volk zich te bekeren tot het ware boeddhisme. Tegenwoordig zijn er bijna veertig subsekten, waarvan Nichiren Shoshu de grootste en belangrijkste is.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode die grofweg ligt tussen de val van het Assyrische rijk in 612 v. Chr. en de opkomst van het Achaemenidische rijk in 539 v. Chr., en waarin Mesopotamië werd geregeerd door een nieuwe dynastie die in 627 v. Chr. in Babylon werd gesticht door Nabopolassar. De stijl kenmerkt zich door een heropleving van de Babylonische tradities.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een noordelijke Chinese dynastie uit de periode 557 tot 581 n. Chr. De Yuwen-familie van de Xianbei-stam stichtte de Noordelijke Zhou-dynastie vanuit de marionettenstaat van de Westelijke Wei. De dynastie had haar machtscentrum in de vallei van de rivier de Wei, met als hoofdstad Chang'an, in de provincie Shaanxi. Tijdens het regime van keizer Wudi (heerste van 561-577) werden boeddhisten vervolgd, omdat de kloosters de staatskas te zwaar zouden belasten. De verovering door Wudi van de Noordelijke Qi-dynastie, waardoor het noorden van China tijdelijk werd verenigd, werd grotendeels gefinancierd uit de geconfisqueerde kloosterbezittingen; miljoenen monniken en nonnen verloren hun status en moesten dwangarbeid verrichten. Niettemin werd er nog wel boeddhistische kunst geproduceerd gedurende deze periode, met name in Chang'an. Indiase Gupta-modellen dienden als voorbeeld voor diverse Boeddhabeelden, en ook zijn er enkele wandschilderingen in de Noordelijke Zhou-stijl vervaardigd, in de Duizend Boeddhagrotten in Dunhuang. In dergelijke schilderingen neemt het landschap wel een voorname plaats in, maar blijft het ondergeschikt aan de figuren. De Noordelijke Zhou-dynastie werd opgevolgd door de Sui-dynastie, die in 1581 werd gesticht door Yang Jian, een lid van het koningshuis van de moederlijke tak.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de Chinese dynastieperiode en cultuur vanaf 534 tot 550 n. Chr. die werd gesticht door een voormalige garnizoenscommandant van Noordelijke Wei, Gao Huan (496-547), en zijn zonen. Ze beheersten een gebied ten oosten van Luoyang. De hoofdstad was gevestigd in Ye in de zuidelijke provincie Hebei. Het boeddhisme bleef de belangrijkste inspiratie voor de kunsten. De oudste overgebleven stenen pagodekapel in China, bij Shentong si op de berg Tai, is waarschijnlijk Oostelijke Wei. Beeldhouwkunst uit deze periode wordt gekenmerkt door een grotere rondheid dan beeldhouwkunst van de Noordelijke Wei. De dynastie eindigde in 550 toen Gao Huans zoon Gao Yang keizer werd en de Noordelijke Qi-dynastie stichtte.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Dualistische christelijke geloofsgemeenschap, in de 7de tot 11de eeuw ontstaan in Armenië en het oosten van het Byzantijnse Rijk. De identiteit van Paulus, de naamgever van de paulicianen, is omstreden. De beweging, in het midden van de 7de eeuw gesticht door een Armeniër genaamd Constantijn, lijkt een wijdverbreide politieke en militaire opstand te hebben veroorzaakt. Behalve gedurende een korte periode waarin zij in de gunst was bij de iconoclastische keizers van de 8ste en 9de eeuw, werd de beweging voortdurend vervolgd met als consequentie dat zij een bondgenootschap aanging met de moslims. De beweging is vooral beïnvloed door de dualistische overtuigingen van het marcionisme en het manicheïsme. De fundamentele dualistische doctrine van de paulicianen stelde dat er een slechte God en een goede God bestaat, van wie de eerste de schepper en heerser van deze wereld is en de laatste de schepper en heerser van de wereld die komen gaat. Hieruit leidden zij de ketterse notie af dat Jezus niet werkelijk de zoon van Maria was. Terwijl de paulicianen het evangelie van Lucas en de brieven van Paulus in ere hielden, verwierpen zij het Oude Testament en de brieven van Petrus. Ook de sacramenten, de eredienst en de hiërarchie van de gevestigde kerk werden verworpen. Ondanks de vervolging verspreidden de doctrines van de beweging zich, in het bijzonder onder Macedonische, Bulgaarse en Griekse boeren. De paulicianen hebben invloed gehad op een andere neomanicheïstische gezindte, de bogomielen die in de 10de eeuw opkwamen. In de vroege 19de eeuw werden nog kleine pauliciaanse gemeenschappen aangetroffen in de door Russen bezette delen van Armenië.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Rechthoekige vooruitspringende onderdelen van grote gebouwen op de hoeken of in het midden van de gevel gelegen. Ook enigszins afzonderlijk gelegen afdelingen van ziekenhuizen of gestichten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Wordt gebruikt voor Spaanse civiele koloniale nederzettingen in het zuidwesten van de Verenigde Staten, voornamelijk gesticht voor de landbouw en handel.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Nederzettingen, gesticht door tijdens het transport uit Afrika (vooral Loango) gevluchte slaven, in het bijzonder aangetroffen in Sao Tomé en Brazilië.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een stijl van schilderkunst en beeldhouwkunst die werd verspreid door een koloniale kunstacademie in Ecuador, gesticht in 1552. Daarmee werd de basis gelegd voor een religieuze kunststroming die vooral houten polychrome beeldhouwwerken en schilderijen zou voortbrengen. In de architectuur heeft de stijl invloed uitgeoefend op kerken, kloosters en landhuizen, met kenmerkende elementen zoals barokzuilen en -plafonds, en omvangrijke, van bladgoud voorziene altaren.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Wordt gebruikt voor nieuwe nederzettingen, gesticht in vroeger landelijke gebieden, in de buurt van belangrijke steden, hoofdzakelijk bestemd voor kantoorbanen, winkelen en amusement; meestal hebben ze een uitgestrekte, op autogebruik gebaseerde, opzet, en beschikken over veel huur- en winkelruimte, maar missen gewoonlijk sociale- en gemeenschapsactiviteiten, duidelijk aangegeven grenzen, een centraal bestuur, of gecentraliseerde groeipatronen die traditionele steden kenmerken.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een school in het Tibetaanse boeddhisme die de leer volgt van de geleerde en reiziger Drogmi (992-1072). Drogmi is bekend om zijn vertaling in het Tibetaans van de Hevajra Tantra, een belangrijk tantrisch werk en een van de voornaamste teksten van de Sakya-school. Hij is ook verantwoordelijk voor de invoering in Tibet van het Indiase systeem dat bekendstaat als Lam Drey, dat gebruik maakt van de symboliek van de seksuele vereniging als middel om de mystieke re-integratie van het zelf te bereiken. De hevig behoedende Hevajra is de beschermgod van de Sakya-school. De school is bekend om zijn wetenschappelijke productie, in het bijzonder door de exegeses en historische verhandelingen over het boeddhisme. De bekende 'Blauwe annalen', een geschiedenis van het Tibetaanse boeddhisme, zijn in de 15de eeuw geschreven door een volgeling van de school. De school ontleent zijn naam aan het klooster van Sakya, in 1073 gesticht door Konchok Gyalpo, een leerling van Drogmi, 80 km ten noorden van de Mount Everest. Kunga Nyingpo, de zoon van Konchok Gyalpo, maakte de leer van de Sakya-school systematischer. De abten van het klooster van Sakya werden van circa 1270 to 1340 door de Mongoolse heersers van China benoemd tot regenten van Tibet, maar toen de Mongoolse dynastie aan macht inboette, deden de abten van Sakya dat ook. Sakya heeft om de macht gestreden met andere scholen van het Tibetaanse boeddhisme, vooral de Gelug. De abten van Sakya mogen trouwen en het ambt gaat over van vader op zoon of van oom op neef. De Sakya-school kent twee subsekten: de Ngor en de Tshar.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de laat-Assyrische periode van 721 tot 627 v. Chr., tijdens de heerschappij van de door Sargon II gestichte dynastie en zijn opvolgers, Sennacherib, Esarhaddon, en Assurbanipal.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de Indiase religie die islamitische en hindoeïstische elementen bevat en is gesticht door Nanak Sikhs, volgelingen van Nanak en zijn negen opvolgers die ook wel de tien goeroes worden genoemd, in de Indiase regio Punjab aan het einde van de 15de eeuw. Kenmerkende principes zijn het idee dat er één God is die niet wordt verbeeld in afgodbeelden of afbeeldingen; de verantwoordelijkheid van het individu om een volgzaam leven te leiden dat wordt overheerst door het gebed en het lezen van het heilige boek, de Granth; en het streven naar een zielsverhuizing waarbij het individu een verbond aangaat met God. Belangrijke kenmerken van dit geloofssysteem zijn het ontbreken van een professionele priesterorde en de bevoegdheid van zowel mannen als vrouwen om religieuze ceremonies uit te voeren.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Fysiek sterke hondensoort met een grote kop en hangende oren die speciaal zijn gefokt om mensen op te sporen en te redden. De schofthoogte is minimaal 63,5 cm en ze kunnen 90 kg zwaar worden. De vacht is roodbruin en wit of vlekkerig bruin en wit en is dicht en kortharig of tussen kortharig en langharig in. Ze worden gefokt in het hospitium dat door Sint-Bernard van Montjoux is gesticht in de Grote Sint-Bernardpas, in de Walliser Alpen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de tak van de islam die is gebaseerd op het beginsel dat goddelijke liefde en kennis kunnen worden verworven door een rechtstreeks persoonlijk verbond aan te gaan met Allah. Deze tak wordt gekenmerkt door een aversie tegen traditionele theologische wetten en redeneringen. In plaats daarvan hanteren ze een voorkeur voor een systeem van antithetische categorieën om te komen tot een synthese van het uitwendige en het innerlijke hebben ze orden van derwisjen gesticht die streven naar het bereiken van een bepaalde spirituele extase en passen ze de spirituele techniek van het reciteren (dhikr) toe, waarbij zinnen uit de Koran worden gereciteerd. Deze tak staat ook bekend om de popularisering van mystieke liefdespoëzie in het Perzisch, Turks en Oerdoe.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode die wordt geassocieerd met de stad Thonburi, die in 1767 werd gesticht door de militaire leider Taskin nadat deze binnenvallende legers had verslagen en de politieke macht had gegrepen. In de stijl van deze periode staat het hernieuwde gevoel van militaire macht en politieke eenwording centraal. In de schilderkunst manifesteerde de stijl zich op muurschilderingen waarop boeddhistische onderwerpen, Thaise landschappen en details over de plattegronden en de constructie van gebouwen worden afgebeeld. Muurschilderingen decoreerden meestal de interieuren van koninklijke gebouwen of tempels. In deze periode floreerden bouwprogramma's voor tempels en paleizen, onder andere voor de Chakri Maha Prasat en de Wat Arun, een Chinees geïnspireerde tempel die wordt gekenmerkt door klokkentorens en met porselein bedekte timpanen, en door Thaise details zoals teakwoningen voor monniken. In de beeldhouwkunst manifesteert deze periode zich in grote beelden van Boeddha in koninklijke kledij die zijn gemaakt van verguld en gelakt stucwerk en gedecoreerd met ingelegd paarlemoer. Reusachtige bewakers zoals mythische half-menselijke, half-vogelachtige figuren en apsarasa's en Chinese stenen beelden verfraaien de binnenhoven van tempels in deze periode.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een school van het Chinese boeddhisme, gesticht door Hui Ssu (515-577) en Chih I (538-597), die vooral belang hecht aan de 'Lotus Sutra,' een van de integrale geschriften uit de mahayana-traditie. De naam is afgeleid van de berg Tj'ien in China, waar Hui Ssu leefde en zijn leer verkondigde. Een belangrijk kenmerk van Tj'ien-T'ai is het concept van de drievoudige waarheid van het ledige, het tijdelijke en de middenweg, wat inhoudt dat alle dingen verschillend zijn maar tegelijkertijd deel uitmaken van een groter geheel. Een voortvloeisel van dit concept is de overtuiging van Tj'ien-T'ai dat alle wezens, hoewel verschillend, dezelfde boeddhanatuur delen en dus in staat zijn om uiteindelijk het boeddhaschap te bereiken. Hoewel Tj'ien-T'ai alle andere boeddhistische scholen erkent, deelt men het boeddhisme op in vijf perioden die uiteindelijk leiden tot de 'Lotus Sutra', de ideale vorm van de religie. Na de vervolgingen van 845 raakte Tj'ien-T'ai in China in verval, maar werd het in Korea en Japan populair als Tendai.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Gebouwen met daarin instellingen voor opsluiting en verbetering, waarin met hard werk en strenge discipline wordt geprobeerd te ingezetenen te verbeteren. Vooral gebruikt voor dergelijke gebouwen vanaf de 16e eeuw in Europa en koloniaal Amerika. Gebruik 'strafrechtelijke instellingen (gebouwen)' om in het algemeen te verwijzen naar verbeteringsgestichten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de islamitische kunst en architectuur van de Tuluniden-dynastie, die in 868 werd gesticht door Ahmad ibn Tulun, een gouverneur van Egypte die ook Syrië onder zijn gezag bracht. Hij was tevens de eerste bewindvoerder die Egypte onafhankelijk maakte van de Abbasidische kaliefen. De dynastie was welvarend, maar bestond slechts korte tijd en werd in 905 omvergeworpen door Abbasidische strijdkrachten. Buiten de hoofdstad, in Fustat, bouwde Ahmad een moskee die bekend staat als de 'Moskee van Ibn Tulun' en die wordt beschouwd als een van de meesterwerken van de middeleeuwse islamitische architectuur; de materialen en het ontwerp van de moskee weerspiegelen de toenmalige architectuur van het Abbasidische hof in Samarra. De kunst van de Tuluniden-dynastie staat ook bekend om het beeldsnijwerk in hout, rotskristal en pleister, dat duidelijk was geënt op de afgeschuinde stijl van Samarra, maar daarnaast ook afbeeldingen van vogels tussen de abstracte motieven toonde. De productie van keramiek en textiel kende ook een bloeitijd onder het mecenaat van de Tuluniden, hoewel van deze objecten, net als van het Tulunidische beeldsnijwerk, slechts fragmenten bewaard zijn gebleven.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl die is vernoemd naar de hoofdstad van Laos en werd gesticht door koning Setthathirath (1548-1571 n. Chr.). Deze stijl wordt gekenmerkt door culturele invloeden uit Chao Phraya, Mon Dvaravati, Thailand en Angkor. In de beeldhouwkunst in deze stijl zijn de thema's en iconen ontleend aan het boeddhisme. Monumenten zoals stèles bij ziekenhuizen weerspiegelen duidelijk de Angkor-stijl die dominant was tijdens de heerschappij van koning Jayavarman. Verder kwam het Phra Bang-Boeddhabeeld veel voor. In de architectuur laat de stijl zich typeren door opvallende tempelstructuren zoals het koninklijk paleis, Vat Ho Phra Kaeo en That Luang, een stoepa waar een relikwie van Boeddha wordt bewaard.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de cultuur die in verband wordt gebracht met de Noord-Chinese dynastie die van 386 tot 556 n. Chr. dateert en die werd gesticht door het Tuoba-volk. De Wei-dynastie kwam na de Zestien Koninkrijken (310-439) die Noord-China beheersten na de val van de Westelijke Jin-dynastie, die eenheid nastreefde. De Noordelijke Wei-dynastie heerste van 386 tot 534 en slaagde erin opnieuw het noorden te verenigen. In 534 kwamen grensstreken in opstand, en de Noordelijke Wei-dynastie werd opgevolgd door de twee overlappende staten Oostelijke Wei (534-550) en Westelijke Wei (535-556). China was destijds geografisch sterk verdeeld, maar wist wel te profiteren van buitenlandse invloeden. Onder Wei ingevoerde instellingen zoals landhervorming, belastingheffing en militiestelsels werden verder ontwikkeld door latere Chinese dynastieën. Tijdens de Wei-periode vond het boeddhisme algemeen ingang en zou deze godsdienst uitgroeien tot de belangrijkste inspiratiebron voor figuratieve kunst. De Wei-heersers vormden een krachtig mecenaat voor de boeddhistische kunst, en gaven opdrachten voor de bouw van enorme uit de rotsen uitgehouwen tempels met beeldhouwwerk en schilderingen in Longmen, op de berg Maiji en in Dunhuang. Talloze bronzen beeldhouwwerken werden vervaardigd, waarvan de meeste inmiddels zijn omgesmolten. De landschapsschilderkunst werd belangrijker, zoals blijkt uit de gesneden stenen sarcofagen en uit de wandschilderingen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de Chinese dynastieperiode en cultuur vanaf 535 tot 556 n. Chr. die werd gesticht door Yuwen Tai (regeerde 535-551). De hoofdstad van de dynastie was in Chang'an in de provincie Shaanxi en regeerde het land ten westen van Luoyang; het gebied van de hedendaagse provincie Sichuan werd in 553 geannexeerd. Deze dynastie was kleiner dan de Oostelijke Wei-dynastie maar zeer goed georganiseerd en efficiënt. De Dunhuang-grotten in de provincie Gansu worden gekenmerkt door boeddhistische muurschilderingen en stucwerk uit de Westerse Wei-periode. Funeraire figuren kregen meer gelaatsuitdrukking dan vroegere voorbeelden; de vele etnische typen die in deze figuren werden aangetroffen weerspiegelen de interculturele invloeden van die periode. De zoon van Yuwen Tai vestigde in 557 de Noordelijke Zhou-dynastie.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst in algemene zin naar iedere Japanse variant van de beeldende kunsten waarbij westerse technieken worden gebruikt. De term raakte in zwang gedurende de Meiji-restauratie (1868-1912) en was bedoeld om een onderscheid aan te brengen tussen de westers georiënteerde en de traditionele schilderstijlen van Japan. Reeds in de 16de eeuw kende Japan westers georiënteerde schilderstijlen, maar de belangstelling verdween door de invoering van een politiek van nationaal isolement, de sakoku-rei, ten tijde van het Togukawa-shogunaat (1603-1867). In 1855 riep het shogunaat een onderzoeksbureau voor westerse studies in het leven, en in 1876 werd de Technische School voor de Schone Kunsten gesticht. In de jaren 80 van de 19de eeuw kwam er verzet tegen de westers georiënteerde schilderkunst en bloeide de belangstelling voor de traditionele kunsten weer op.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een Chinese dynastieke stijl en periode tussen 1279 en 1368. De dynastie werd gesticht door de Mogol Kublai Khan (heerste van 1260-1294), die heel China verenigde tot een rijk dat zich naar het westen toe uitstrekte tot de gebieden van het huidige Polen en Hongarije. Hoewel er geen sprake was van een belangrijk kunstmecenaat, leidden de hereniging van China, de uitbreiding van de handel en het ontbreken van stilistische beperkingen tot een samengaan en vrijelijk toepassen van allerlei tradities en invloeden. Met name in de toegepaste kunst - porselein en lakwerk - deden tal van vernieuwingen hun intrede. Gedurende deze periode werd de Zijderoute weer geopend en ontkiemde de Europese belangstelling voor China. Als reactie op de buitenlandse overheersing vluchtten de geschoolde Chinezen in de oude tradities, terwijl veel geleerden weigerden in overheidsdienst te treden. De school van literati-schilderen ging een dominante rol spelen in de schilderkunst, en kunstenaars legden nu de nadruk op de individuele en kalligrafische expressie; ze zetten zich daarmee af tegen het decoratieve karakter van de officiële schilderkunst. De belangrijkste meesters van de Yuan-stijl waren Huang Gongwang, Wu Zhen, Ni Zan en Wang Meng, allen literati die zich verzetten tegen de Mongoolse overheersing. Een belangrijke uitzondering werd gevormd door de voornaamste Yuan-kalligraaf Zhao Mengu, die voor de Mongolen werkten en aan het hoofd stond van de Hanlin-academie. Op keramisch gebied leidden invloeden uit het Midden-Oosten tot overdadige, in blauw en wit uitgevoerde decoraties; kooplieden uit het Midden-Oosten gaven daarnaast opdrachten voor enorme Longquan-celadons. De Yuan-periode bracht ook tal van opdrachten voor boeddhistische beeldhouwwerken: tantrische figuren met meerdere armen en benen, een bewijs van de Mongoolse voorkeur voor de lamakunst van Nepal en Tibet. Ook de ciseleertechniek in zilverwerk, die wordt geassocieerd met de zilversmid Zhu Bishan, komt in deze periode tot ontwikkeling; ten slotte werd er beeldgesneden Yuan-lakwerk geproduceerd. Voorbeelden van Mongoolse bijdragen aan de architectuur zijn de omvangrijke gebouwen die op grote schaal verrezen in Beijing, de hoofdstad van de Mongolen; het stedelijk ontwerp werd later aangepast tijdens de Ming- en Qing-dynastie. Na de dood van Kublai Khan raakte de Yuan-dynastie in verval.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de oude pre-islamitische religie in Iran, gesticht door de Iranese profeet Zoroaster in de 6de eeuw v. Chr., met zowel monotheïstische als dualistische kernmerken die later het judaïsme, de islam en het christendom beïnvloedden. De religieuze samenleving is verdeeld in een structuur van drie klassen. De eerste bestaat uit leiders en priesters, de tweede uit strijders en de derde uit landbouwers en veefokkers. Elke klasse wordt vaak geassocieerd met goden of daiva's, hoewel Zoroaster elke godsverering afkeurde, behalve die van Ahura Mazda (de Wijze Heer). Het kenmerkende principe is het geloof dat het kwaad zijn oorsprong heeft in de prille fase van de schepping, toen de tweelingzoons van Ahura Mazda als gevolg van een bittere rivaliteit de vrijheid kregen om verschillende morele wegen te volgen. Spent Mainyu (de milde geest) koos het goede, Angra Mainyu (de vernietigende geest) het kwade.