Associaties voor graven

Toegevoegd op: 16-8-2017

Te gebruiken om voorwerpen te beschrijven die onder de grond zijn of zijn geweest, vaak bedekt en meestal in direct contact zijn met aarde. Gebruik 'ondergrondse bouwconstructies' voor gebouwen die opzettelijk onder het aardoppervlak zijn gebouwd. Gebruik 'ondergrondse milieu's' met betrekking tot de effecten van het begraven zijn.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Te onderscheiden van '@passage graves' door het gebrek aan onderscheid tussen de grafkamer en de toegang.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Te onderscheiden van 'galerijgraven' doordat er een duidelijke onderscheid is tussen de grafkamer en de tunnelachtige gang die erheen leidt.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Te gebruiken voor Britse edelen in de derde graad van adeldom, op hetzelfde niveau als de graven van het Europese vasteland, lager dan hertogen en markiezen en hoger dan burggraven.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Over het algemeen, de handeling of het procedé van het graven van een gat of gaten in de aarde. Meer specifiek verwijst deze term naar het systematisch doen van opgravingen en het uitvoeren van documentatiewerkzaamhedmet betrekking tot een archeologische site.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Uitgebreide bouwconstructies op of rond een graf; gebruik 'graven' voor eenvoudige teraardebestellingen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de midden-Helladische periode en cultuur die wordt geassocieerd met de graven uit circa 1600 v. Chr. tot circa 1400 v. Chr. die werden gevonden in Mycene en in andere steden uit de Griekse bronstijd. De stijl kenmerkt zich door grafconstructies die zich onderscheiden van de vroegere voorbeelden en die uit andere gelijktijdige culturen doordat de graven in cirkels waren gegroepeerd en waarschijnlijk werden bedekt met tumuli. De graven bevatten meerdere, op verschillende tijdstippen begraven mensen, en als overblijfsel van een nomadische cultuur werden kleine gouden objecten en wapens bij wijze van geschenken aan de doden meegegeven.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de neolithische cultuur die aan het begin van het 2de millennium v. Chr. op de hellingen van het Afanasyevskaya-gebergte werd gevestigd. Op sites zijn graftomben gevonden die waren gemarkeerd met cirkels van stenen, die symbool stonden voor de zonnegod; latere graftomben hadden de vorm van grafheuvels of grote aardhopen. Het aardewerk in de vroegere graven bestond uit langwerpige, bolvormige vaten met visgraatpatronen; het latere aardewerk had een platte bodem.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de neolithische stijl en cultuur in het laagland rond Almeria in Spanje, genoemd naar de opgravingen bij Los Millares in Andalusië, die zich kenmerkt door nederzettingen binnen versterkte muren, vaak gebouwd op een klip die uitkijkt over een rivier, waar werd begraven in stenen graftomben die vaak waren voorzien van daken van draagstenen, en mogelijk artikelen zoals struisvogeleieren die werden ingevoerd uit Afrika.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een cycladische stijl en cultuur in de Bronstijd, kenmerkend voor artefacten die zijn opgegraven op het Griekse eiland Amorgós. De kunst kenmerkt zich door typische stenen beeldjes met gevouwen armen, zegels, verfijnde zilveren voorwerpen en ander metaalwerk.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Vaten van uiteenlopende vorm en grootte, gebruikt in kerken en bij kroningsplechtigheden voor het bevatten van vloeistoffen. Ook zijn het vaten uit de (Romeinse en vroeg-christelijke) Oudheid, vaak bolvormig, met een of twee handvatten, die werden gebruikt voor parfum, zalf of het serveren van dranken. Er bestaan ook zogenaamde pelgrimsampullen, in de vroeg-christelijke tijd gebruikt bij martelaarsgraven.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Wordt gebruikt voor hangende, uitspringende of losstaande luifels waarmee tronen, altaren, graven of deuropeningen worden overdekt. Voor op zuilen rustende overhuivingen van altaren wordt 'ciboria' gebruikt.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Wordt gebruikt voor schuren met twee verdiepingen die meestal zijn ingegraven in een heuvel, waardoor beide verdiepingen een ingang hebben op de begane grond. Geen Nederlands equivalent.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de vroege fase (circa 4800-4300 v. Chr.) van de neolithische Yangshao-cultuur. De cultuur is genoemd naar een neolithisch dorp in de omgeving van Xi'an in de provincie Shaanxi. In de Banpo-architectuur herkennen we reeds de traditionele naar het zuiden gerichte ingang en het gebruik van houten draagconstructies voor het dak. Banpo was een belangrijk keramiekcentrum. Zo is er een industriële oven opgegraven. Het vaatwerk werd doorgaans met de hand gevormd, maar soms ook wel uit rollen opgebouwd of in vormen gegoten. Typerende vormen voor deze periode zijn kommen met versmalde voet. Het vaatwerk werd gedecoreerd met gedrukte vormen of met zwarte of grijze engobe, en werden vervolgens gepolijst. Geometrische patronen overheersen, en in zeldzame gevallen is ook een menselijk masker als motief aangetroffen. Een reeks van circa 20 verschillende markeringen die op de randen van het vaatwerk zijn ingesneden, moet wellicht worden gezien als een primitieve wijze om gebeurtenissen vast te leggen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Kistje dat gewijde aarde of as van aswoensdag bevat ter uitstrooiing in de doodskist. Door dit ritueel was de overledene in gewijde aarde begraven. Stamt uit de tijd dat katholieken op begraafplaatsen geen kerkelijke ritus mochten uitvoeren. In oud-katholieke parochies is het nog gebruik dat op een kist in het crematorium gewijde as uit een beaardingskistje over de kist wordt gestrooid.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Terreinen die worden gebruikt om overledenen te begraven of in tomben te plaatsen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

In het algemeen, terreinen die worden gebruikt om overledenen te begraven of in tomben te plaatsen. Meer specifiek verwijst dit naar relatief grote openbare parken of terreinen die uitdrukkelijk voor teraardebestelling van doden bestemd zijn en die niet bij een kerk horen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Ceremonies in verband met het begraven of cremeren van het lichaam van een overledene.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Familie van circa 30.000 soorten kevers met als kenmerken een krachtige bouw, heldere metalige kleuren, knotsvormige voelsprieten en brede voorpoten die speciaal geschikt zijn voor het graven. Tot de familie behoort de scarabee, de soort Scarabaeus sacer, die in het oude Egypte als heilig werd beschouwd.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Lege grafmonumenten ter ere van doden wier lijk men niet heeft of die elders begraven liggen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een van de meest voorkomende vormen van oinochoai. Dit type, meestal in roodfigurige stijl, heeft een klaverbladmond (met drie schenktuiten) en een bolvormige buik met een doorlopende kromming van hals tot voet. De chous was een standaardmaat, het equivalent van circa 3,28 liter. De choes waren vooral verbonden met de Anthesteria, een Atheens festival ter ere van de wijn, de wijngod Dionysos en de doden. De tweede dag van het festival droeg de naam Chous. Het was de gewoonte om tijdens het festival wijn te drinken en plengoffers op graftomben te schenken uit choes. Roodfigurige miniatuurchoes, versierd met taferelen van spelende kinderen, werden waarschijnlijk als feestgeschenken aan kinderen gegeven of geofferd op kindergraven.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Standaard grote lekythoi (grafvazen) met een cilindervorm en gewoonlijk met basiskleur wit. Men gebruikte dit type vazen voornamelijk voor begrafenisrituelen. Dit weet men op grond van de afbeeldingen op de vazen en omdat ze zijn opgegraven op begraafplaatsen. Aan het eind van de vijfde eeuw werden enorme exemplaren vervaardigd die men mogelijk gebruikte als een soort grafzerken.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Orde van één familie met ongeveer twintig levende soorten. Ze hebben een pantser dat bestaat uit verbeende huidschilden en gewoonlijk scherpe klauwen, waarmee ze naar larven graven en holen uitgraven.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Wordt gebruikt voor kleine Romeinse, Etruskische of Griekse stèles of stenen pilaren, meestal met inscripties, die bijvoorbeeld gebeurtenissen, grenzen of graven aangeven.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Graven van martelaren of biechtvaders, soms met altaren erboven, in welk geval de term zich uitbreidt tot zowel het altaar als het ondergrondse vertrek met de relieken.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Variaties in de kleur of teelt van gewassen of andere vegetatie op het oppervlak van de grond, meestal patronen van herkenbare vormen als ingegraven muren, greppels of andere overblijfselen. Wordt onder meer gebruikt om oude locaties op luchtfoto's aan te geven.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Algemene term die verwijst naar leden van tien of meer soorten vleeseters met een stevige gedrongen romp die behoren tot de familie der marterachtigen, aangetroffen in verschillende delen van de wereld, bekend om hun graafvermogen en soms met een of meer witte strepen op hun kop. De soorten verschillen in grootte, habitat en kleurstelling, maar alle zijn nachtdieren en hebben anale reukklieren, sterke kaken en aan hun voorpoten grote, zware klauwen waarmee ze naar voedsel graven en ondergrondse holen bouwen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een Chinese neolithische periode en cultuur die deels samenvalt met Qinglian'gang. De naam is ontleend aan een vindplaats in Taian in de provincie Shandong. Dawenkou kende een bloeitijd tussen circa 4300 en circa 2400 v. Chr. en was gesitueerd in de gehele provincie Shandong, het westen van de provincie Henan, het noorden van de provincie Anhui en de gehele provincie Jiangsu. In de centrale regio van Shandong ontwikkelde Dawenkou zich uit de Beixin-cultuur. De cultuur werd opgevolgd door de Longshan-cultuur, en sommige kenmerken van het latere Longshan-aardewerk zijn reeds te herkennen in het Dawenkou-keramiek: rijk gedetailleerde ritueel vaatwerk, gepolijst zwart- en witgoed, en toepassing van het pottenbakkerswiel. Gedurende de late Dawenkou-periode (ca. 2900-ca. 2400 v. Chr.) maakte geschilderde decoratie plaats voor oppervlaktebehandelingen in de vorm van touw- of manddecoratietechnieken. Andere kenmerkende artefacten uit die periode zijn ivoren kammen en gesneden ivoren kokers. Op Dawenkou-grafplaatsen zijn de graven van rijke personen aangetroffen; sommige graven bevatten meer dan 100 waardevolle voorwerpen zoals bijlen en kralen van jade.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de filosofische en literaire beweging die wordt geassocieerd met de geschriften van de Franse geleerde Jacques Derrida in de jaren 60 van de 20ste eeuw, die later, in de jaren 80, zijn toegepast in de beeldende kunst en de architectuur. De beweging bepleit het ondergraven van de dominante component in gevestigde binaire structuren, zoals die van natuur tegenover cultuur, om te komen tot een nieuwe dialectiek. In de architectuur kenmerkt de stijl zich door een doelbewuste verschuiving van structuurelementen, die resulteert in gebouwen zonder specifiek doel.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Geometrische of beeldende graveringen in de bast van levende bomen. Het uitsnijden vindt gewoonlijk plaats met een metalen instrument. Dendrogliefen zijn een kenmerkende vorm van beeldhouwwerk van de Australische Aboriginals, gemaakt om ceremoniële plaatsen of de graven van notabelen te markeren.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl van marmeren beeldjes met gevouwen armen die op de Cycladische archipel werden vervaardigd tussen ongeveer 2800 à 2600 en 2300 v. Chr. De stijl is genoemd naar de plaats waar dit type is opgegraven en wordt gekarakteriseerd door een dunne enigszins driehoekige vorm met brede schouders en smal toelopende benen en voeten, en precieze, hoekig ingekerfde anatomische details.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Dozen of kisten om een lijk in te begraven.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Het uitgraven of leeghalen met een dreg, voornamelijk met het doel een watermassa dieper te maken, maar ook voor het zoeken naar vreemde voorwerpen in een watermassa, of om waterwegen schoon te houden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Graf dat twee lijken bevat die er tegelijkertijd begraven zijn.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verplaatsbare laadbanden die gebruik maken van een rij kleine emmers aan een rolketting om afgegraven aarde of stenen naar de dumpplaats te brengen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Handelsmerk voor een soort glas dat werd ontwikkeld door Tiffany en co. met een iriserend oppervlak dat lijkt op dat van opgegraven oud Romeins glas. Dit effect wordt verkregen door het glas te besproeien met metaalhoudende zouten terwijl het nog heet is.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Chinese methode voor het uitvoeren van terreinanalyses waarbij gebruik wordt gemaakt van geomantische technieken. Deze methode wordt vooral toegepast bij het bepalen van de locatie voor en het ontwerp van huizen, graven en tuinen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Methode voor relatieve ouderdomsbepaling waarbij de hoeveelheid fluor wordt gemeten die door het filtreren van het grondwater wordt geabsorbeerd in het kristalrooster van de minerale componenten van begraven botten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Wordt algemeen gebruikt voor voorwerpen die worden geassocieerd met of gebruikt bij rituelen met betrekking tot begraven en cremeren. Soms is de definitie ervan beperkter en duidt dan alleen op de voorwerpen die bij een menselijk stoffelijk overschot worden geplaatst op het moment van sterven of daarna, als deel van een overlijdensrite of ceremonie.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een Chinese neolithische periode van circa 3300 v. Chr. tot aan het begin van de Bronstijd. Het gebied omvatte het westen van de provincie Shaanxi en de provincies Gansu en Qinghai, maar de cultuur heeft haar naam te danken aan het feit dat de fraaiste aardewerken voorwerpen op sites in Gansu zijn opgegraven. De Gansu-cultuur kende drie fasen: Majiayao (circa 3300-circa 2100 v. Chr.), Banshan (circa 2800-circa 2300 v. Chr.) en Machang (ca. 2000-ca. 1800 v. Chr.). Deze fasen werden gevolgd door de fasen Qijia (circa 2000-circa1600 v. Chr.), Xindian en Shajing. De fijnste keramische Gansu-houders zijn licht uitgevoerd en hebben een dunne romp, en zijn voorzien van allerlei soorten krachtig geschilderde decoraties. De klei werd zorgvuldig geselecteerd en geprepareerd, en het geschilderde decor werd uitgevoerd in aardpigmenten die vermoedelijk met een zacht penseel werden opgebracht. Het opvallendste type vaatwerk dat tijdens deze periode werd vervaardigd, was de grafurn met brede schouder en smalle voet.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Wordt gebruikt voor verzamelingen voorwerpen die opzettelijk gezamenlijk zijn begraven of anderzijds zijn verborgen; kunnen bestaan uit artefacten van ieder materiaal of verschillende materialen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Het herstellen van een beschadiging in een bepleisterde muur of in muurschilderingen door het beschadigde gedeelte uit te graven en het gat te vullen met plastieke kalkmortel, Parijse kalk, Keene's cement of ander, soortgelijk materiaal.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Gebruik voor lange of wijde delen van het land van waaruit de aarde is verwijderd, meestal door het graven van sleuven of afgraving. Voor verticale diepe holtes in de aarde om vloeistoffen naar boven te halen, gebruik "putten." Voor ondiepe grote uithollingen in de aarde om materialen te winnne of te begraven, gebruik 'groeven'.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Op het vasteland van Europa te gebruiken voor edellieden die een grafelijke titel dragen en in rang gelijk zijn aan Engelse graven, maar van lagere adel zijn dan hertogen en markiezen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

In de hand gehouden stokken, gebruikt bij het planten en om in de aarde te graven naar wortels of knollen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Sepulcraal betekent graven of grafmonumenten betreffend. VDW.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een periode en cultuur uit de Bronstijd die zich manifesteerde in Europa rond 1600 v. Chr. Deze kenmerkt zich door sieraden, bepaalde karakteristieke pinnen met versierde kop, handelsnetwerken, onder andere de handel in barnsteen, en speciale grafheuvels of tumuli, waarin mensen meestal werden begraven of gecremeerd.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Gemetselde en meestal overwelfde graven, vaak ruimer dan gedolven graven, zodat de kelders meerdere overledenen kunnen bevatten, b.v. voor een familiegraf. VWB

Toegevoegd op: 16-8-2017

Constructies die graven markeren of aanduiden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Register van gegevens over de graven, zoals onder meer de namen van overledenen, de graflocaties, betalingen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Inscripties op grafmonumenten ter nagedachtenis aan personen die in het betreffende graf of de betreffende tombe zijn begraven.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Graven in de vorm van een tempel. Tempels voor het verzorgen van en offeren aan vergoddelijkte koningen; kwamen veel voor in het oude Egypte.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Zelfaandrijvende machines met aan de zijkant een shovel of een rij laadschoppen. Worden gebruikt voor het graven van greppels.

Toegevoegd op: 16-8-2017

De gebruiken voor holten in de grond, meestal niet onder grondwaterniveau, die in verhouding tot hun breedte ondiep zijn. Meestal worden ze gebruikt voor het opgraven of begraven van materialen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Tractors met aan de voorkant een schepbak die kan worden gebruikt om te schuiven, graven en het beladen van een vrachtwagen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar grotten die worden benut, meestal nadat ze zijn uitgegraven of anderszins zijn aangepast, als onderdak voor mensen of dieren, als opslagruimte, als heiligdom of als ruimte met een andere bestemming. De betekenis kan overlappen met die van de term 'rotsarchitectuur', maar grotarchitectuur hoeft niet per se in rotsen te zijn uitgehouwen, terwijl rotsarchitectuur niet altijd rond een grot is ontworpen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar kunstmatige tuinelementen die sinds de 16de eeuw veelvuldig zijn toegepast in Franse en Engelse landschapstuinen. Kenmerkend voor een grotto is dat hij is uitgegraven of geconstrueerd om op een rotsgrot te lijken. Een grotto is vaak gedecoreerd met schelpwerk, kleurige stenen enzovoort. Veelal fungeert hij als ontspanningsplek of als plaats om beschutting tegen de zon te vinden. Gebruik 'grotten' of 'spelonken' voor natuurlijke landschapselementen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Orde van slangachtige amfibieën met een compacte schedel voor het graven, met tal van samengestelde botten, ledematen of gordels, een blijvend rudimentaire ruggengraat, meestal met een naakte huid (hoewel sommige soorten schubben hebben), een volledige metamorfose zoals bij kikkers en padden, en kleine oogjes zonder oogleden die door de huid aan het zicht worden onttrokken. Ze leefden reeds in de vroege Jura en omvatten momenteel zes families en circa 170 levende soorten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl van de artistieke voortbrengselen op het zuidelijke en centrale deel van het Griekse vasteland tijdens de Bronstijd tussen circa 3600 en 1050 v. Chr. Tot circa 1600 v. Chr. werd de artistieke productie gedomineerd door aardewerk, vooral in Minyen en matt-painted stijl. Na 1600 v. Chr. behoren tot de belangrijkste kunstwerken waarmee deze periode zich onderscheidt, naast het aardewerk, ook metaalwerk, zoals de bekers van Vapheio, muurschilderingen van oorlogs- en jachttaferelen, en de bouw van paleizen en doorwrochte koepelgraven.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Stam van een aantal in kokers levende wormachtige ongewervelde zeedieren. Kenmerkend is de hoefijzervormige lofofoor, een karakteristiek voedingsorgaan. De dieren hebben een echte lichaamsholte die in compartimenten is onderverdeeld, een aantal tentakels aan het bovenste uiteinde, een vaatstelsel, circulaire en longitudinale spieren en een zenuwstelsel onder een epidermis. Ze kunnen 4,5 meter lang worden. De dieren leven in kokers gemaakt van chitine die ze uitscheiden. Het onderste uiteinde daarvan is ingegraven in de modder of het zand op de bodem van ondiepe zeeën. De dieren strekken de tentakels uit om voedsel te verzamelen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Wordt gebruikt voor huizen waarvan de verdiepingen diep zijn uitgegraven onder het omliggende grondniveau; veelvoorkomend in de prehistorische periodes van vele culturen. Gebruik @'sunken huts' voor multifunctionele gebouwen uit het eerste millennium, gevonden in Engeland en in geheel Noord-Europa.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een Chinese neolithische cultuur uit de periode van 4000 tot 3000 v. Chr.; de cultuur omvatte het gebied van de provincie Liaoning, het westelijke deel van Binnen-Mongolië en het noordoosten van de provincie Hebei. De naam Hongshan is afgeleid van de eerste opgravingslocatie in Honghanhou, aan de rivier de Laoha, uit 1908. De vrij complexe samenleving van Hongshan bestond uit dorpen die over een groot gebied verspreid lagen, en er was contact met de Yangshao-cultuur van de Centrale Hoogvlakte. De Hongshan woonden langs rivieren in het weidegebied, en hadden ceremoniële locaties en uitgestrekte begraafplaatsen in de heuvels en bossen. Realistische dierlijke en menselijke figuurtjes zijn gevonden op ceremoniële plaatsen; de vrouwelijke figuurtjes zouden op een matriarchaat kunnen duiden. De huizen zijn groot en op een hoog terras aangelegd; de graven zijn van het cairn-type en bevatten vaak offergaven in de vorm van aardewerk en gesneden jade. Gepolijste stenen werktuigen en grijs aardewerk, soms gedecoreerd met geometrische patronen, werden er vervaardigd. De gesneden en versierde jadeobjecten van Hongshan zijn met name interessant, aangezien bij de meeste neolithische jade de oppervlaktedecoratie ontbreekt. Hongshan-jade is gesneden in allerlei dierlijke vormen, kralen, ringen, hangers en bi-schijven.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een kunstmatig waterbekken dat is uitgegraven en is aangelegd met metselwerk of ander materiaal, en dat vaak is uitgerust met vloeddeuren, waar boten of schepen kunnen binnenvaren om aan te meren, te laden of te lossen, of voor reparatiewerk. Gebruik 'ankerplaatsen (ruimten aan de waterkant)' indien zulke plaatsen niet bezet zijn en ze langs een aanlegplaats liggen. Gebruik 'ligplaatsen (ruimten aan de waterkant)' wanneer zulke waterplaatsen onbezet zijn en zich tussen twee aangrenzende pieren bevinden of loodrecht liggen ten opzichte van aanlegplaatsen. Gebruik 'haventerreinen' voor de groep aanlegplaatsen in havens of voor havenaccomodaties als geheel.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Stenen of aardewerken potten waarin de oude Egyptenaren de ingewanden van een overleden persoon bewaarden; gewoonlijk voor het begraven met de mummie.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de cultuur en aardewerkstijl van de ‘bekermensen’ uit het late neolithicum en de vroege Bronstijd, die leefden in het 4de millennium v. Chr. en zijn vernoemd naar de typische klokvormige bekers die met horizontale banden versierd waren met behulp van fijn getande stempels. De cultuur is waarschijnlijk oorspronkelijk afkomstig uit Spanje en heeft zich verspreid over Centraal- en West-Europa, daarbij de techniek van het werken met brons naar de Britse eilanden brengend. De cultuur wordt gekenmerkt door aardewerk, een voorkeur voor individuele graven, snelle expansie op zoek naar koper en goud, het ontstaan van talrijke wapens, waaronder bogen, koperen speerpunten, platte, getande dolken en opvallende gebogen, rechthoekige polsbeschermers.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode en cultuur die in Japan vanaf circa 250 kan worden waargenomen. Kofun kenmerkt zich door een zeer georganiseerde, aristocratische samenleving, vooruitgang in wapenrusting en ijzeren wapentechnologie, de belangrijke rol van strijders te paard, en specifieke, grote, in de aarde ingegraven tumuli of grafheuvels in de vorm van een sleutelgat, die werden omgeven door grachten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode die samenviel met de heerschappij van de Korje-dynastie in Korea, van 918-1391 n. Chr. De nauwe banden van de dynastie met China gedurende de Sung-periode (908-1279 n. Chr.) resulteerden in rechtstreekse invloeden van de Chinese cultuur. De meeste artefacten die zijn overgebleven uit deze periode zijn bronzen tempelbellen, door monniken gekopieerde boeddhistische soetra's in goud en zilver op paars papier, en houtsneden. Deze periode is ook bekend door de belangrijke prestaties op het gebied van porselein met celeadon-glazuur, dat samen met de doden werd begraven in graftombes.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Grassoort die inheems is in Europa, maar tegenwoordig ook daarbuiten voorkomt en vaak een invasief onkruid is geworden. De plant verspreidt zich via de lange witte wortelstokken. De bladeren worden gegeten door grazende zoogdieren en rupsen. De zaadjes worden gegeten door vinken, gorsen en andere graslandvogels. Al sinds de klassieke oudheid gebruikt men de plant in de kruidengeneeskunde. Het volksgeloof wil dat zieke honden de wortels opgraven en opeten. De plant heeft antiseptische eigenschappen. Middeleeuwse kruidendokters gebruikten de plant voor de behandeling van patiënten die vocht vasthielden of met aandoeningen van het urinekanaal. Men gebruikte de gedroogde wortelstokken van de plant soms als wierook.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl en artistieke productie op het zuidelijke en centrale deel van het Griekse vasteland tijdens de Bronstijd tussen circa 1600 en 1050 v. Chr. De Myceense cultuur domineerde de Egeïsche cultuur tijdens deze periode, waardoor de kunstwerken, hoewel deze ook nog Minoïsche invloeden tonen, in toenemende mate verfijnd en gevarieerd zijn. Er zijn onder andere metalen werken, zoals de gouden Vapheio-bekers en gouden gezichtsmaskers, en muurschilderingen waarop voornamelijk oorlogs- en jachttaferelen staan afgebeeld. Het aardewerk kenmerkt zich door de introductie van nieuwe vaste motieven geïnspireerd op het planten- en dierenrijk, terwijl de architectuur zich kenmerkt door de constructie van paleizen en verfijnde tholosgraven zoals de Schatkamer van Atreus.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Vroege keramiekstijl gekenmerkt door complexe geometrische motieven op vaten in allerlei vormen en die wijd verspreid voorkomen binnen alle culturen van Oceanië. De opvallende patronen zijn gecreëerd met behulp van een getand stempel met één ontwerpelement dat in combinatie met andere stempels een patroon vormt. De ontwerpen tonen soms ook antropomorfische gezichten en figuren. Naast vaatwerk zijn ook vrijstaande Lapita-aardewerkfiguren met menselijke en dierlijke thema's opgegraven. De stijl is genoemd naar een vindplaats in Nieuw-Caledonië en naar een oude cultuur van de Stille Oceaan.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een neolithische Chinese cultuur en periode tussen circa 3300 en 2250 v. Chr. De opvallendste Liangzhu-artefacten zijn rituele voorwerpen van jade; in graven zijn platte schijven van uiteenlopende grootte en gesegmenteerde holle zuilvormige objecten aangetroffen. De zuilvormige jadeobjecten hebben scherpe hoeken met afbeeldingen van menselijke vormen, de vroegste voorbeelden in dit deel van de wereld. In handleidingen voor rituelen van latere datum worden de objecten omschreven als 'bi' (de platte schijven) en 'cong' (de zuilvormige objecten) en wordt hun rol toegelicht bij de aanbidding van hemel en aarde, en als hiërarchische rangaanduiding; de jade had ongetwijfeld een betekenisdragende functie, maar de latere teksten zijn misschien niet relevant voor de neolithische context.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl van de kunst en de architectuur die in de oudheid voorkwam in de regio Lycia in de zuidwestelijke hoek van Anatolië. De stijl kenmerkt zich met name door monumentale graven die in het gebied veelvuldig voorkwamen van circa 500 v. Chr. tot circa 200 na Chr., en die Griekse, Perzische en Romeinse invloeden vertonen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een van de drie hoofdfasen van de Gansu-cultuur, die dateert uit circa 2000 tot circa 1800 v. Chr. De naam is ontleend aan een vindplaats ten oosten van Ledu, in het oosten van de provincie Qinghai, die van 1921 tot 1923 is uitgegraven door de Zweedse archeoloog Johan Gunnar Andersson. Aardewerk uit de Machang-fase werd vervaardigd uit rode klei of uit zandgetemperde rode en grijze klei; de meest voorkomende vormen zijn potten, kommen en kruikachtig vaatwerk. Typerende decoratiemotieven zijn vier grote cirkels, ringetjes, spiralen, antropomorfe patronen en weef- of blokpatronen. Machang-aardewerk is veelal voorzien van geschilderde symbolen; tot dusverre zijn er 139 verschillende symbolen geïdentificeerd. Sommige grote potten zijn voorzien van een deksel in de vorm van een menselijk hoofd, en op één opvallend vat is een menselijke figuur met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtskenmerken en borsten afgebeeld. Dergelijke figuren kunnen waarschijnlijk in verband worden gebracht met sjamanistische rituelen. De best bewaarde resten van Machang-huizen zijn opgegraven in Majiawan, in Yongjing.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Kralen met een religieuze betekenis die in Japan werden geïntroduceerd vanuit Korea. In Japan heeft men ze gevonden in prehistorische graven. Men denkt dat ze vanaf het begin van de Japanse geschiedenis tot en met de Kofun-periode (300-710) op het lichaam werden gedragen. De kralen werden gesneden uit jadeïet, agaat, mica, glas of jaspis, gewoonlijk in de vorm van een komma. De grootte varieert van een paar millimeter tot vijf centimeter.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een geofysische onderzoekstechniek waarbij de distorsies van het normale magnetische veld van de aarde worden gemeten; wordt met name gebruikt in de archeologie om begraven overblijfselen te lokaliseren.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een van de drie hoofdfasen van de Gansu-cultuur, die dateert uit circa 3300 tot circa 2100 v. Chr. De Majiayao-cultuur omvatte het westen van de provincie Gansu en het oosten van de provincie Qinghai; de naam is ontleend aan een vindplaats in het gewest Lintao in Gansu die van 1921 tot 1923 is uitgegraven door de Zweedse archeoloog Johan Gunnar Andersson. Typerend voor aardewerk uit de Majiayao-fase zijn potten en kommen van fijne kleibrij met zwart decor geschilderd in zijdeglans op een gele of rode ondergrond. Kenmerkend voor dit aardewerk zijn de brede, kromlijnige vormen met telkens een centraal geplaatste stip of afgewisseld met golvende lijnen of kruisarceringen. Deze vormen worden met name aangetroffen op potten en urnen. Ook werden vormen toegepast als dikke zigzaglijnen en motieven zoals kikkers, vogels en dansende menselijke figuren. Daarnaast zijn er ornamenten van been, stenen en benen gereedschappen, en speelgoed zoals aardewerken rammelaars opgegraven. Het schaarse bronswerk uit deze periode was niet van economisch belang.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar adellijke personen in Europa en Japan, in het bijzonder zij die in verschillende Europese landen in de adelstand als tweede staan geplaatst; ze zijn ondergeschikt aan hertogen maar staan boven graven. De term kan ook in de oorspronkelijke betekenis van ‘markgraaf’ worden gebruikt en verwijst in dat geval naar graven die heersten over een mark, een grensgewest.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Gereedschap dat wordt gebruikt voor het graven van gaten voor palen, voornamelijk de apparaten die door een aftakas van een tractor worden bediend.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Heiligdommen, kerken en graven van martelaren.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Familie van elf soorten in vier genera, waaronder die van de gestreepte skunks en stinkdassen. Ze hebben redelijk lange lichamen met tamelijk korte, gespierde poten, een gestreepte vacht en extreem goed ontwikkelde anale geurklieren. Daarmee produceren ze stinkende geurstoffen waarmee ze vijanden afschrikken. De lange klauwen aan de voorpoten gebruiken ze om mee te graven.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een fase uit de Chinese neolithische Yangshao-cultuur. De naam is ontleend aan het dorp Miaodigou in de provincie Henan, waar de eerste vondst uit deze cultuur werd gedaan. Er zijn twee verschillende perioden te onderscheiden: Miaodigou I, daterend van circa 4000 tot circa 3300 v. Chr., en Miaodigou II, van 3300 tot 2600 v. Chr. Keramiek van de Miaodigou-cultuur is meestal vervaardigd uit fijne rode klei, soms bedekt met rode of witte engobe. Enkele objecten uit het dunne, harde aardewerk met zijdeglans dat zo typerend is voor de Longshan-cultuur zijn opgegraven op Miaodigou-vindplaatsen. Rond om de dorpen bevonden zich greppels en omheiningen, en de dorpen zelf waren onderverdeeld in afzonderlijke woon-, werk- en grafgedeelten. Als grafgift werd meestal keramiek meegegeven, maar er zijn ook wel stenen werktuigen en benen ornamenten aangetroffen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl van de kunstvoorwerpen op het zuidelijke en centrale Griekse vasteland tijdens de bronstijd tussen circa 2000 en 1600 v. Chr., herkenbaar aan het Minyan en matgeschilderde aardewerk en door de ontwikkeling van de tholos-graven.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de tweede van drie grote perioden in de Egyptische beschaving, van circa 2008 tot 1630 v. Chr. en de 11de en 12de dynastie omvattend. Sommige bronnen rekenen hier ook de 13de dynastie toe, die circa 1630 v. Chr. ten einde liep. De periode kenmerkt zich door een heropleving van de kunst, die met name te zien is in de bouw van koninklijke grafpiramiden en tempels, particuliere, uit rotsen gehakte graven en de versiering hiervan, een belangstelling voor portretkunst in de koninklijke beeldhouwkunst en een algeheel hoog niveau van kunstzinnigheid en precieze uitvoering, met name in reliëfbeelden en de schilderkunst.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl en periode die in verband worden gebracht met de heerschappij van Moerad II, zoon van Mehmed I. Hij was aan de macht van 1421 tot 1444, toen hij afstand deed van de troon. Daarna was hij van 1446 tot 1451 wederom aan de macht. Het belangrijkste architectuurproject tijdens zijn heerschappij was de bouw van de enorme 'moskee met drie balkons' waaraan men in 1438 begon en die zo werd genoemd vanwege de vernieuwende minaret met drie balkons. Het gebouw was uniek met zijn ruitjespatronen, glas-in-loodramen en kronkelende strepen in rood-roze steen, een grote binnenplaats en enorm hoge minaretten. Moerad II was de laatste sultan die werd begraven in de stad Bursa, maar de locatie die hij had gekozen, was meer afgelegen en het resulterende complex van gebouwen en de Koninklijke begraafplaats is lager gelegen en eenvoudiger van aard dan eerdere werken. Ook vermeldenswaardig is de bijbehorende tuin met een grote verscheidenheid aan ceders, platanen, oleanders en rozenstruiken.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de religieuze geloofssystemen van een aantal groepen en sekten die hun geloof baseren op het Book of Mormon en de leer en visionaire ervaringen van Joseph Smith (1805-1844). De grootste van deze sekten is de Church of Jesus Christ of Latter-Day Saints. Mormonen geloven dat Smith in 1822 door de engel Moroni naar goudtabletten werd geleid die in 438 n. Chr. zijn begraven op een heuvel nabij Palmyra in de staat New York. Op deze tabletten stond het Book of Mormon geschreven, dat door Smith werd vertaald. Het Book of Mormon is een verhaal over bepaalde stammen in Israël die vóór de geboorte van Christus naar Amerika migreerden; verder wordt verhaald dat Christus na de wederopstanding in Amerika is verschenen. De authenticiteit van de teksten wordt om uiteenlopende redenen betwist, maar wordt door Mormonen wel erkend. De mormoonse doctrine is ook afgeleid van de King James-versie van de Bijbel, hoewel het mormonisme sterk afwijkt van de christelijke doctrine. Een van de opmerkelijkste verschillen is dat volgens het mormonisme de heilige drie-eenheid bestaat uit drie afzonderlijke wezens. Mormonen geloven dat christelijke kerken afvallig zijn en dat het ware christendom door Smith in ere is hersteld. Volgens het mormonisme kan de spirituele perfectie of goddelijkheid worden gerealiseerd middels een proces van spirituele evolutie en dagelijkse praktische begeleiding. Toetreding tot het koninkrijk van Christus wordt gerealiseerd door het tonen van berouw en het ondergaan van een doopplechtigheid. Mormonen geloven dat er een millennium komt waarin Christus zal heersen vanuit Jeruzalem en Independence in de Amerikaanse staat Missouri. Het mormonisme wordt vaak geassocieerd met onder meer collectief bezit, het schenken van een tiende van het inkomen aan de kerk, polygamie (later in onbruik geraakt), grote gezagsgetrouwheid, sterk kerkelijk activisme en bekeringen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Zelfaandrijvende elektrische apparaten, die worden gebruikt voor het afgraven of laden van puin.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode en cultuur waarin specifieke gereedschappen tot ontwikkeling komen in Europa, het Midden-Oosten en Afrika, vanaf 50.000 jaar geleden. De periode is genoemd naar de schuilgrotten bij Le Moustier in het zuidwesten van Frankrijk. De cultuur wordt traditioneel in verband gebracht met Neanderthalers in Europa en hun tijdgenoten in Afrika. Het kenmerkt zich door de expansie van volkeren naar nieuwe gebieden en aanpassingen aan nieuwe omgevingen, zoals diversificatie en specialisatie van stenen werktuigen, vakkundig en selectief jagen en doelbewust begraven. De cultuur heeft enige overlap met het Clactoniën.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Te gebruiken voor de lichamen van mensen of dieren die zijn gebalsemd om te worden begraven volgens de methode van de oude Egyptenaren of op een overeenkomstige manier.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode van circa de 4de eeuw v. Chr. tot de 4de eeuw na Christus, toen het koninkrijk van Nabatea floreerde in het noordwesten van Arabië. De stijl van de periode staat bekend om het eclectische karakter en de combinatie van Hellenistische, Romeinse en Oosterse motieven, die vooral te zien zijn in de gevels van de uitgehouwen graven bij Petra, de hoofdstad van het rijk.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Orde van twee soorten in één familie. De dieren lijken op echte mollen. Ze hebben voorpoten met driehoekige klauwen waarmee ze graven, een leerachtige huid, een stompe snuit, een stompe staart en slecht ontwikkelde ogen die vrijwel geheel zijn verborgen in de lange, zijdezachte vacht. Ze hebben de gewoonte om vlak onder de grond holen te graven.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Kleine, uiterst zeldzame eivormige oud-Griekse vaten, zowel zwart- als roodfigurig gevonden. Waarvoor oa specifiek gebruikt werden is niet bekend, maar echte, marmeren en aardewerken eieren werden wel in graven geplaatst. In oa met deksel is wellicht reukolie (parfum) bewaard. Oa zonder deksel waren waarschijnlijk geen houders omdat ze maar een kleine opening aan een of beide uiteinden hebben, of helemaal geen opening.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Milieus die zich beneden grondniveau bevinden, inclusief die binnen bouwwerken. Gebruik 'ondergrondse bouwconstructies' voor de structuren zelf wanneer ze opzettelijk ondergronds zijn gebouwd. Gebruik 'begraven' voor voorwerpen die bedekt met aarde onder de grond lagen of liggen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar kerkhoven waar slachtoffers van oorlogshandelingen liggen begraven.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een Chinese dynastie uit de periode 317 tot 420 n. Chr., de tweede van de zogeheten Zes Dynastieën die elkaar opvolgden in zuidelijk China. Na de verwoesting van Luoyang en Chang-an in 317 vluchtten de Chinezen naar het zuiden om daar een nieuwe zuidelijke staat te vestigen. De keizers van de Sima-familie slaagden er niet in het noorden te heroveren, en dat gebied zou onder de heerschappij blijven van allerlei groepen die gezamenlijk bekend stonden als de Zestien Koninkrijken; een uitzondering werd gevormd door het gebied dat tegenwoordig de provincie Sechuan omvat en dat in 347 werd geannexeerd, waardoor een route naar Centraal-Azië werd opengelegd. In politiek opzicht was dit weliswaar een weinig stabiele periode in de Chinese geschiedenis, maar de literatuur en kunsten maakten een ongekende bloeitijd door. De hoofdstad Jiankang was een bloeiend cultureel centrum dat door boeddhistische missionarissen en kooplieden uit Zuidoost-Azië en India werd bezocht. Een van de vroegst bekende boeddhistische verguld-bronzen beelden werd in 338 gegoten, als imitatie van een Gandhara-model. Wang Xizhi, de invloedrijkste kalligraaf uit de Chinese geschiedenis, was werkzaam gedurende deze periode. De keramiekvormen van de Oostelijke Jin waren innovatiever dan die van de Westelijke Jin. Een aantal graftombes uit deze periode is opgegraven bij de berg Gugui in Nanjing, die volgens literaire bronnen fungeerde als begraafplaats voor de keizerlijke families van de Oostelijke Jin.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Dammen die zijn gemaakt met materiaal dat met hydraulische methoden is uitgegraven, vervoerd en geplaatst. Grove materialen in het slijk blijven liggen aan de uiteinden van de dam en fijner materiaal slaat neer in het midden, waardoor een ondoordringbaar centraal gedeelte ontstaat. Het materiaal wordt niet samengeperst en bij slechte drainage en inklinking bestaat bij dit soort dammen het risico dat ze bezwijken.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Locaties waar wordt gegraven of op een andere wijze grondonderzoek wordt gedaan naar sporen van oude bewoning, zoals artefacten van menselijke activiteiten, fossielen, bevroren overblijfselen of andere geconserveerde resten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Schrift in de oudste tot nu toe ontdekte Chinese geschriften; de karakters zijn gegraveerd op schildpadschilden of dierlijke beenderen als verslagen van profetieën die werden gedaan door koningen in de tweede helft van de Shang-dynastie (14de tot 11de eeuw v.Chr.). De overgrote meerderheid van de orakelbeenderen is opgegraven in het tegenwoordige dorp Xiaotun bij de stad Anyang in de provincie Henan (of in de resten van Yinxu, de laatste hoofdstad van de Shang-dynastie).

Toegevoegd op: 16-8-2017

Te gebruiken voor objecten die zijn gevonden bij archeologisch onderzoek, met name voor opgegraven voorwerpen die stammen uit de periode voor 1800 of voorwerpen uit niet meer bestaande culturen. Gebruik 'etnografica' voor objecten die afkomstig zijn uit een nog bestaande cultuur of bekende cultuur uit het vrij recente verleden, wanneer deze voorwerpen van belang zijn voor etnografische en etnologische onderzoek.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Te gebruiken voor luchtkoelsystemen die niet gebruikmaken van machinaal aangedreven mechanische apparatuur, maar van natuurlijke methoden zoals verdampen, condenseren, straling, convectie en ingraven.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Poppen die in oud-Egyptische graven zijn aangetroffen en die enigszins op een peddel lijken. Ze zijn meestal gesneden uit vlakke stukken hout en zijn gedecoreerd met verf en met stroken klei of houten kralen die haar moeten voorstellen. Ze zijn mogelijk als speelgoed gebruikt, maar misschien ook als beschermende figuren voor de overledenen in het dodenrijk.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Vogelbekdieren zijn samen met mierenegels de enige zoogdieren die eieren leggen. Deze orde bevat één bestaand genus met één soort en één of meer uitgestorven genera. Vogelbekdieren zijn zoogdieren die op het land en in het water leven en holen uitgraven. Ze komen voor in de meren, rivieren en andere wateren op Tasmanië en in het oosten van Australië. De dieren hebben een bruine vacht, een gevoelige, flexibele snavel die op die van eenden lijkt, poten met zwemvliezen en een platte staart. De mannetjes hebben giftige sporen. De vrouwtjes leggen leerachtige eieren en de jongen drinken melk uit de poriën van de melkvelden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Oud-Griekse, relatief kleine, doosachtige bakjes met zware deksels om cosmetica en toiletartikelen in te bewaren. Deze vaak cilindervormige bakjes werden doorgaans aangetroffen in de graven van vrouwen en krijgers.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een van de drie hoofdfasen van de Gansu-cultuur, die dateert uit circa 2000 tot circa 1600 v. Chr.; deze fase valt ongeveer samen met de latere fasen van de Longshan-cultuur in het oosten. Qijia werd in 1923 ontdekt door de Zweedse archeoloog Johan Gunnar Andersson, en is genoemd naar de vindplaats in Qijiaping in het gewest Guanghe, in het oosten van de provincie Gansu; de cultuur was verbreid tot in het westen van de provincie Qinghai en de autonome regio's Ningxia en Binnen-Mongolië. Aardewerk uit de Qijia-fase omvat grijs en rood aardewerk dat glad, beschilderd of corded is. De profielen van het vaatwerk zijn hoekiger, en vormen zoals postamentvormige voeten duiden erop dat er vanaf 2000 v. Chr. een kruisbestuiving heeft plaatsgevonden met andere tradities uit alle delen van China. Er zijn ook enige koperen artefacten opgegraven. Bij de begrafenis werden giften meegegeven zoals gereedschap van been of steen, aardewerken vaatwerk, ornamenten en orakelbenen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een Chinese Neolithische cultuur en periode die zijn naam ontleent aan een in 1951 ontdekte archeologische site in het gewest Huai'an in de Chinese provincie Jiangsu. Globaal omvatte Qingliangang de periode tussen 4500 en circa 2300 v. Chr., en het gehele kustgebied vanaf de provincie Shandong in het noorden tot aan de grens met de provincie Fujian in het zuiden. In meer specifieke zin wordt er de periode tussen circa 4500 en circa 3200 v. Chr. mee bedoeld, en uitsluitend het gebied van de provincie Shandong en het noordelijk deel van de provincie Jiangsu. De weinige Neolithische resten die in Qingliangang zijn opgegraven, omvatten hoofdzakelijk geavanceerde stenen gereedschappen, aardewerken houders en potscherven. Het aardewerk van Qingliangang bestaat overwegend uit roodbakken steengoed, hoewel ook grijs en zwart aardewerk is aangetroffen. Vaatwerk is gevonden in de vorm van borden of schalen van het pan- en pen-type, kommen van het bo-type, statieven van het ding- en li-type, kopjes van het bei- en dou-type, alsmede zeng-stoompannen. Sierontwerpen komen uitsluitend voor in de vorm van eenvoudige geometrische patronen, meestal bestaande uit gebogen of rechte parallelle lijnen. Het decor is doorgaans ingestempeld en geschilderd; ook zijn technieken als insnijden en appliqué gebruikt.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Wordt gebruikt voor necropolissen die bestaan uit graven die vanuit een centraal punt in lange afzonderlijke rijen naast elkaar liggen; werden vanaf het begin van de 5e eeuw tot de 7e eeuw gebruikt, meestal langs rivieren, in Duitsland, Frankrijk, België en Nederland.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Ringvormige sloten die apart liggen of deel uitmaken van een vestingwerk of wallencomplex, vaak het overblijfsel van afgegraven heuvels.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Prehistorische kuilen gevuld met verschillende voorwerpen zoals aardewerk, dierlijke beenderen en vuurstenen werktuigen die zorgvuldig werden uitgekozen en daar werden begraven als deel van een ritueel.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Zware schoffels die worden gebruikt voor het opgraven van wortels, stronken en soortgelijke dingen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een soort Romeins aardewerk dat een variant is van het Terra sigillata. De term wordt gebruikt voor aardewerk dat ofwel vervaardigd werd op Samos, een eiland in de Egeïsche Zee, of werd gemaakt van klei die van dit eiland afkomstig was. Moderne wetenschappers gebruiken de term doorgaans als een synoniem voor ‘Terra Sigillata', omdat zij ervan uitgaan dat het eerdere gebruik van de term was gebaseerd op een verkeerde interpretatie van de oude toepassing,die waarschijnlijk slechts verwees naar een bij Terra sigillata gebruikte laktechniek en niet naar Samos. Soms wordt de term gebruikt als verwijzing naar Grieks geometrisch en oriëntaal ogend aardewerk dat werd gemaakt of opgegraven op Samos.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Stijlen en culturen die ontstonden in het zuidoosten van Frankrijk en het noordwesten van Italië. Vanaf de 11e eeuw regeerden hier de graven van Savoye namens het koninkrijk Arelat, maar uiteindelijk werd het onafhankelijk en werd het grondgebied sterk uitgebreid.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Orde van zeventien soorten in één familie. Het zijn slanke dieren met een lange staart en een zachte grijze of bruine vacht. De soorten die op de grond leven zijn groter dan de soorten die in bomen leven en hebben grotere klauwen, waarmee ze insecten opgraven.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Graf waarvoor een smalle schacht in de grond is gegraven.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Kleine militaire verdedigingswerken in de vorm van een drie-, vier- of vijfhoek in afgegraven aarde die voornamelijk in Noord-Europa werden gebruikt vanaf de late Middeleeuwen tot de 19de eeuw.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Machines die graven, slepen of schaven en zijn uitgerust met een snijkant, een draagbak, een beweegbare frontmuur of bed en een stort- of uitwerpmechanisme.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verzameling grote rechtopstaande stenen geplaatst in de vorm van een schip. Vooral aangelegd in het stenen tijdperk en de tijd van de Vikingen. Stenen schepen vindt men in heel Scandinavië. Soms bevatten ze een of meer graven. Men denkt dat ze grafmonumenten zijn, misschien voor mensen die op zee waren verdwenen. Ook is gesuggereerd dat de oriëntatie van de stenen moest overeenstemmen met de opkomende en ondergaande zon op de dag van de zonnewende.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Grote scheppen,meestal gemonteerd op een voertuig, om te worden gebruikt in de bouw, groenvoorziening, brandbestrijding, en vele andere contexten om gaten te graven, herverdeling van grote hoeveelheden ruwe aarde, zand of grind. Zie voor de machine: 'laadschoppen'.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Lange smalle uitgravingen die in de aarde zijn gegraven voor verdediging, drainage of irrigatie.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Gebieden die ontstaan door opgegraven grond of overgebleven materiaal, voordat het terug wordt gestort; ook het deel van een mijn waar de kolen en andere mineralen achterblijven die niet verhandelbaar zijn.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Wordt gebruikt voor doosvormige graven, meestal rechthoekig en bestemd als enkel graf, welke zijn uitgegraven in de grond en vaak langs alle kanten zijn afgedekt met stenen platen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Rituele lemen holtes die werden gegraven onder belangrijke punten onder Oudegyptische tempels of tombes in aanbouw. Ze werden gevuld met ceremoniële objecten zoals amuletten, scarabeeën of voedsel en moesten het nieuwe gebouw beschermen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een Chinese dynastie uit de periode 589 tot 618 n. Chr. Gedurende deze periode werden het noorden en zuiden van China na jaren van scheiding herenigd. De Sui-dynastie heeft betrekkelijk kort bestaan, maar deze periode werd wel gekenmerkt door belangrijke vernieuwingen in de economie, de politiek en het onderwijs. Tijdens de Sui-periode kwam er een bloeiende handel met Centraal-Azië en het westen op gang. Ook op het gebied van techniek en architectuur was het een periode van vernieuwing, zoals blijkt uit het werk van Li Chun, een ingenieur, en de architect Kai Yuwen, die beiden dienden onder keizer Wendi (heerste van 581-604). Li Chun was verantwoordelijk voor 's werelds eerste open boogbrug van steen, de Anji-brug, terwijl Kai Yuwen het ontwerp leverde voor Daxing, dat zou uitgroeien tot de grootste stad met het hoogste bevolkingsaantal van zijn tijd. De Sui waren diepgelovige boeddhisten; veel van hun stenen beeldhouwwerken zijn bewaard gebleven, in tegenstelling tot hun in brons, hout en lakwerk uitgevoerde kunstwerken; ook hebben ze tal van oudere boeddhistische afbeeldingen gerestaureerd. Het Sui-beeldhouwwerk wordt als technisch hoogstaand beschouwd, maar blijft qua sierlijkheid achter bij het fraaiste beeldhouwwerk van de Noordelijke Qi. Sui-keramiek is zorgvuldig gemodelleerd maar overigens vrij sober. In zowel het noorden als het zuiden van China zijn Sui-celadons opgegraven, waarvan sommige zijn gedecoreerd met ingestempelde patronen. In steengoed of aardewerk uitgevoerde beeldjes van krijgers, ambtenaren en beschermende wezens werden in groten getale vervaardigd, met name als grafobject. Modellen van alledaagse voorwerpen zoals kachels en schoenen werden eveneens aan de overledene meegegeven voor gebruik in het hiernamaals. Kostbare militaire missers, natuurrampen en een autocratisch en spilziek bewind leidden tot het verval van de Sui-dynastie, die werd opgevolgd door de Tang-dynastie.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een van de twee canonieke feesten van de islam. Het feest valt in de eerste drie dagen van de maand Shawwal, direct na de vastenmaand ramadan, en wordt gevierd met de gezamenlijke recitatie van het speciale Id-gebed en het afstaan van speciale aalmoezen. Deze drie dagen worden gebruikt om vrienden te bezoeken, geschenken te geven, nieuwe kleren te dragen, uitbundige maaltijden te gebruiken, elkaar te feliciteren en de graven van verwanten te bezoeken, Ook worden officiële recepties ter ere van dit feest gehouden. Dit feest is in grote delen van de islamitische wereld tevens een nationale vakantieperiode.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Kruisen in de vorm van een Maltezer kruis, waarbij de armen niet zijn afgesneden maar een puntig uiteinde hebben en een bal of punt is bevestigd aan elk van de drie hoeken op elke arm. Het werd gevoerd door de middeleeuwse graven van Toulouse.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een funeraire aardewerkstijl uit de regio Akan in Zuid-Ghana, gekenmerkt door terracotta hoofden en ritueel aardewerk, gevonden in graven uit de 17de eeuw en later. De naam Hemang verwijst naar de plaats in de regio Akan in het zuiden van Ghana, waar dit aardewerk werd gevonden. Voorafgaand aan de kolonisatie was hier de staat Twifo gevestigd.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode op het Omaanse schiereiland van circa 2.500 tot 2.000 v. Chr., genoemd naar het eiland Umm an-Nar. De periode is bekend om zijn collectieve, monumentale, ronde graven, die soms waren gedecoreerd met reliëfs die werden gekenmerkt door hun eenvoud. Voorts is deze periode bekend om zijn gedecoreerde kruiken van zachte steen, zoals ze ook werden gemaakt in Mesopotamië en Perzië.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een periode en cultuur uit de Bronstijd die zich ontwikkelde in Únetice, vlak bij Praag, in het huidige Tsjechië, en die zich verspreidde over Bohemen, Duitsland en Polen. Deze periode kenmerkt zich door handel in zout, barnsteen, en goud, en door de ontwikkeling van steeds uitgebreider graven, sommige voorzien van grafheuvels, die waarschijnlijk een impuls betekenden voor de Tumulus-periode.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een cultuur uit de Late Bronstijd die zich voordeed in de 12de eeuw v. Chr. in het oosten van Midden-Europa en Noord-Italië, en die zich verspreidde over Oekraïne, Sicilië, Scandinavië, Frankrijk en het Iberisch schiereiland.Deze cultuur is genoemd naar de gewoonte om de verbrande resten van de overledenen te bewaren in urnen, in zowel vlakke graven als ronde grafheuvels. De cultuur kenmerkt zich door versterkte nederzettingen, opvallend aardewerk en metalen gietvormen, gesmeed bronzen wapentuig, en slagzwaarden met opstaande randen om het handvat te beschermen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Wordt gebruikt voor gegraven, bevaarbare waterwegen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Landbouwwerktuigen bestaande uit een lange rechte steel, aan het uiteinde voorzien van twee of meer grote punten, gebruikt om te dragen, graven, tillen of schudden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Graf waarin een strijder samen met zijn strijdwagen is begraven, paarden en andere bezittingen inbegrepen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Egyptische figuren van steen, hout of klei in mummiegedaante die in graven werden geplaatst met het doel de overledene te dienen in het hiernamaals.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een geofysische overzichtstechniek waarbij de weerstand wordt gemeten van de aarde tegen een elektrische stroom die door metalen elektroden wordt geleid; wordt met name gebruikt in de archeologie om begraven overblijfselen te lokaliseren.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verticale schachten in gebouwen en schepen of uitgegraven in de grond om toegang te verschaffen tot lagere gedeelten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode en cultuur uit de Vroege Bronstijd die tot ontwikkeling kwam in het Engelse Wessex, en die wordt gekarakteriseerd door kenmerkende grafheuvels waarin begraven of verbrande overledenen, en overvloedige, gevarieerde grafgeschenken, met name gedecoreerd aardewerk, metaalwerk, wapens, waaronder dolken, en persoonlijke sieraden, gemaakt van niet-lokale materialen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een Chinese dynastie uit de periode 265 tot 316 n. Chr., de eerste dynastie van de zogeheten Zes Dynastieën die elkaar in Zuid-China opvolgden. De Westelijke Jin-hoofdstad was Luoyang, in de provincie Henan. Grondlegger van de dynastie was Sima Yan, die later bekend zou worden als keizer Wudi (heerste van 265-289 n. Chr.). Sima Yan zette de laatste Wei-keizer af en onderwierp de staat Wu, waarmee hij China gedurende korte tijd wist te verenigen. De Westelijke Jin-periode is bekend om het bij hoog vuur gebakken steengoed met groen glazuur, bedoeld als imitatie van bronswerk. Dergelijk keramiek is aangetroffen in Westelijke Jin-graven, evenals grafmodellen en bronzen spiegels. Twisten tussen machtige families maakten de vorming van een krachtdadige regering onmogelijk en mondden uit in een burgeroorlog; De situatie werd nog verergerd door droogte en hongersnood. In 311 volgde een inval door de Xiongnu, een noordelijk nomadenvolk, die een einde maakte aan de Westelijke Jin-dynastie. Tot aan de Sui-dynastie zou China verdeeld blijven in noordelijke en zuidelijke dynastieën.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode van de Zhou-dynastie van circa 1050 tot 771 v. Chr. Bronzen voorwerpen en voorwerpen van jade uit deze periode lijken op de voorwerpen uit de voorafgaande Shang-dynastie. Toen het systeem van voorouderverering begon af te brokkelen, werden bronzen door de Zhou gebruikt als giften en als trofeeën om volgelingen te belonen. De kwaliteit van keramiek en glazuurwerk verbeterde in deze periode, hoewel vaatwerk vaak grijsgekleurd was. Jadesnijwerk raakte geleidelijk in onbruik. Volgens de overlevering werden in deze periode keizerlijke hoofdsteden gevestigd in Feng en Hao aan de rivier de Feng in de centrale Shaanxi-provincie. De exacte locaties van deze centra zijn onbekend, maar er zijn ruïnes van paleizen opgegraven in Fengxi.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Personen die de vaardigheid bezitten om water, mineralen, schatten, archeologische resten en zelfs lijken onder de grond op te sporen met behulp van een wichelroede. Wichelroedelopers houden de wichelroede bij de twee gevorkte uiteinden vast en lijken dan energie op te vangen vanuit het object of de substantie onder de grond, met als gevolg onwillekeurige spierbewegingen waardoor de wichelroede gaat krom staan of hevig gaat draaien of trillen. Sommige wichelroedelopers beweren dat ze al een begraven substantie kunnen opsporen door de wichelroede over een kaart van het betreffende gebied te bewegen. Voor deze gave bestaat nog geen wetenschappelijke verklaring, maar wichelroedelopers ontkennen meestal dat hun methode deels op giswerk berust.

Soort vijgenboom die inheems is in Afrika en die al sinds de oudheid wordt gekweekt. De oude Egyptenaren gebruikten de soort vanaf de predynastische periode in het derde millennium voor Christus. Zo werd de boom gebruikt voor het afbeelden van de oude Egyptische levensboom. De vrucht, het hout en zelfs de takken werden tijdens het Oude Rijk, het Middenrijk en de Late Periode in graven gelegd. De kisten van sommige mummies zijn gemaakt van het hout van deze soort. De soort wordt ook genoemd in een aantal bijbelpassages. Voor de voortplanting van deze soort is de aanwezigheid van de symbiotische wesp Ceratosolen arabicus vereist, maar dit insect is inmiddels uitgestorven in Egypte. In tropische gebieden waar de wesp veel voorkomt, omgeven complexe mini-ecosystemen met de wesp, nematoden, andere parasitaire wespen en diverse grotere roofdieren de levenscyclus van de vijgenboom.