Associaties voor hangers

Toegevoegd op: 16-8-2017

Te gebruiken voor wegvoertuigen met wielen en onderstel, maar zonder motor, bedoeld om te worden getrokken door andere voertuigen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

IJzerwaren die worden gebruikt voor het stutten of verbinden van delen van hetzelfde of verschillend materiaal, zoals bijvoorbeeld een balkhanger om het eind van een balk of dwarsbalk te stutten bij een gemetselde muur.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Gouden schijven van het Afrikaanse Akan-volk, vaak verfijnd afgewerkt, doorgaans op de borst gedragen hangers, maar sporadisch ook bevestigd aan kapjes of het haar of de enkel. Ze waren oorspronkelijk bedoeld, met name bij de Asante, om de drager te onderscheiden als de 'akra' of 'zielenreiniger' van een koning, die verantwoordelijk was voor het reinigen van de ziel van de koning tijdens zuiveringsrituelen of ceremonieën ter vernieuwing van de ziel. Later kregen akrafokonmu meerdere functies en werden ze gedragen door koningen, stamhoofden, zwaarddragers, herauten, onderhoofden, krijgsheren, lagere functionarissen en jonge meisjes tijdens puberteitsrituelen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Elk van de bewegingen die hun oorsprong vinden in de radicalere elementen van de 16de-eeuwse Reformatie die stelden dat alleen de doop van volwassen geldig is en dat ware christenen geen regeringsfuncties mogen bekleden, geweld mogen gebruiken of wapens mogen dragen. Aanhangers van deze bewegingen, ook bekend als wederdopers, leggen de nadruk op een strikte kerkelijke discipline, trouw aan de Schrift en de scheiding van kerk en staat. Anabaptisten zijn regelmatig blootgesteld aan vervolging als gevolg van hun kritiek op de overheid; zij worden vaak beschouwd als de voorlopers van de doopsgezinden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Beeldhouwwerken van de Fon, een volk uit Benin in Afrika, bestaande uit een staf met daarop een schijfachtig platform versierd met uitgesneden of gesmede figuurtjes, vaak met hangers die van de randen afhangen. Ze dienen als herinnering aan overleden famillieleden. Tijdens rouwceremonies en vooroudervereringen worden aan de asen offers gebracht en gebeden gewijd.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar het systeem van zonnemonotheïsme in het oude Egypte, in het bijzonder tijdens de regering van farao Akhenaton (Amenophis IV) in de 14de eeuw v. Chr. Aten (of Aton), de Egyptische naam voor de zonneschijf, werd afgebeeld als een zonnecirkel met stralen die eindigden in handen. Aten was oorspronkelijk een aspect van de zonnegod Ra maar begon onder de beide voorgangers van Akhenaton ook zelfstandig vereerd te worden. Akhenaton meende dat Aten de enige god was die aanbidding verdiende en hij vervolgde andere goden zoals de vooraanstaande Amun. Akhenaton werd beschouwd als de enige bemiddelaar tussen Aten en de wereld. In deze tijd bloeide de belangstelling voor kunst en het resulterende schilder- en beeldhouwwerk is meer naturalistisch dan vroegere Egyptische kunst. Aanhangers van het atenisme aanbaden de echte zon als brenger van leven, schoonheid en liefde door middel van zijn licht en warmte. Het atenisme had een ontwrichtende uitwerking op de heersende klasse maar had weinig gevolgen voor de geloofsovertuiging van gewone mensen; kort na de dood van Akhenaton stortte de nieuwe religie ineen en werden de oude goden in ere hersteld.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Staf bestaande uit een stok met aan het uiteinde een knop in de vorm van een dennenappel, soms versierd met klimop of wijnbladeren. In de Griekse mythologie hoorde de staf toe aan Dyonisos en zijn aanhangers. Hij werd gebruikt als gewijd instrument tijdens religieuze rituelen en feesten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een religie die in de jaren 60 van de 19de eeuw is ontstaan uit de Perzische islamitische Babigemeenschap. Zij werd gesticht door Bahaullah, die zei dat hij de profeet was die door Ali Mohammed Shirazi, grondlegger van het Babigeloof, was voorzien. Het bahaïsme benadrukt niet alleen sociale doelen maar ook spirituele waarheden: de enkelvoudigheid van God, de eenheid van alle geloven, de harmonie van alle mensen, universeel onderwijs, trouw aan het wereldlijk gezag, het belang van een persoonlijk geweten en de onvermijdelijke eenwording van de mensheid. Vanwege dit vertrouwen in de eenheid van geloof en mensheid is elke vorm van vooroordeel onaanvaardbaar en wordt culturele diversiteit verwelkomd. Aanhangers worden aangemoedigd zelf op zoek te gaan naar de religieuze waarheid; daarom worden wetenschappelijke ontdekkingen niet onverenigbaar geacht met het geloof in het bahaïsme. Tot de bahaïstische doelstellingen behoort het streven naar een wereldregering die een einde maakt aan extreme armoede en rijkdom; dit doel zou dichterbij moeten worden gebracht met een universele hulptaal. Bahaullah verklaarde dat God zelf onkenbaar is maar zich heeft gemanifesteerd als Abraham, Mozes, Zoroaster, Boeddha, Jezus Christus, Mohammed en de Bab, met Bahaullah als de ultieme verschijning. Er bestaan geen sacramenten, pastors of initiatierituelen in het bahaïsme. De godsdienstoefening bestaat uit dagelijks gebed en schriftlezing. Op de hele wereld treft men bahaïstische godshuizen aan, vooral in de Derde Wereld, meestal bij een school, ziekenhuis, weeshuis of soortgelijke instelling. Het bestuurslichaam van het bahaïsme, het Universele Huis van Gerechtigheid, komt elke vijf jaar bijeen en heeft zijn hoofdkwartier in Haifa (Israël).

Toegevoegd op: 16-8-2017

Kleine hangers die worden gedragen voor geluk of voor de sier.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een eclectische islamitische bedelorde met haar oorsprong in de 12de eeuw bij een Anatolische derwisj genaamd Hadjdji Bektash, over wie weinig bekend is. De orde werd in de 16de eeuw in Anatolië (Turkije) definitief vormgegeven door Balim Sultan. Hoewel oorspronkelijk een soefi-orde binnen de orthodoxe soennitische islam, werd de orde in deze periode meer syncretisch en nam zij leden van de sjiietische geloofsgemeenschap aan. Ook aspecten van het christendom, zoals biecht-, absolutie- en initiatiepraktijken, werden opgenomen als gevolg van contact met christenen. De Bektashi zijn sjiietisch in die zin dat zij de twaalf imams (geestelijk leiders) erkennen en Ali vereren. Zij wijken echter af van de meeste moslimorden omdat zij traditionele islamitische rituelen als hypocrisie beschouwen en, zoals veel soefi-orden, niet streng toezien op de naleving van alledaagse moslimregels. De Bektashi staan vrouwen toe ongesluierd deel te nemen aan rituelen. Mystieke geschriften van de Bektashi leveren een belangrijke bijdrage aan de soefipoëzie. Door hun betrekkingen met de Janitsaren, een Ottomaans militair elitekorps dat werd gerekruteerd uit christelijke gebieden, behielden de Bektashi hun politieke belang van de 15de eeuw tot kort na 1826, toen de Janitsaren werden ontbonden. De orde der Bektashi werd in Turkije in 1925 net als alle overige soefi-orden opgeheven maar bleef in Albanië bestaan totdat godsdienst daar in 1967 werd verboden. Bektashi worden nog aangetroffen in sommige gemeenschappen in Turkije, Albanese delen van de Balkan en de Verenigde Staten. Aanhangers dragen witte mutsen met vier of twaalf vouwen, waarbij de vier de vier poorten van de islam en de twaalf de twaalf imams symboliseren.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Voornamelijk Spaanse afbeeldingen met voornamelijk stillevens, hoewel ze vaak een deel van de keuken of en een eettafereel uitbeelden. De term werd tot ongeveer 1650 vooral in Spanje gebruikt. Deze genrestukken waren soms gesitueerd in de ruwe openbare eetgelegenheden waarnaar ze zijn genoemd. Door deze associatie werd de term echter ook gebruikt voor een grote verscheidenheid aan genrestukken met afbeeldingen van personages van lage komaf, vaak met eten en drinken. Al in de jaren 90 van de 16de eeuw werden Vlaamse en Italiaanse keuken- en markttaferelen in Spaanse boedelbeschrijvingen 'bodegónes' genoemd. Deze schilderijen werden nagemaakt door Spaanse kunstenaars. Bodegónes, zoals die van Diego Velázquez, werden destijds gezien als onbelangrijk en zelfs onfatsoenlijk. Ze waren meestal monochromatisch om reliëf en volume te benadrukken. Als gevolg van de stillevenelementen van bodegónes werd de term later meer en meer gebruikt voor stillevens in het algemeen. Tot het midden van de 17de eeuw werden Spaanse stillevens, net als de Nederlandse tegenhangers, genoemd naar de specifieke afbeelding.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een inheemse Tibetaanse godsdienst die met het boeddhisme een van de twee voornaamste religies van het land is. Veel aspecten van Bon raakten vermengd met de boeddhistische tradities die in de 8ste eeuw werden ingevoerd uit India en die het Tibetaanse boeddhisme veel van zijn eigenheid hebben verleend. Onenigheid binnen de heersende klasse van Tibet leidde er in de 8ste en 9de eeuw toe dat de adellijke families voor Bon kozen en de heersende dynastie voor het boeddhisme. Bon werd rond de 11de eeuw een georganiseerde godsdienst, vooral dankzij de boeddhistische belangstelling voor geschreven teksten. Bon leeft voort in veel aspecten van het Tibetaanse boeddhisme en is bovendien nog altijd een bloeiende godsdienst in de noordelijke en oostelijke grensgebieden van Tibet. Onduidelijk is hoeveel continuïteit er bestaat tussen het oude en het moderne Bon. De kenmerken van het oude Bon zijn moeilijk vast te stellen omdat alle vroege beschrijvingen boeddhistisch zijn. Alles wat tegenwoordig over Bon bekend is, is zwaar beïnvloed door het Mahayana-boeddhisme. Het oude Bon lijkt elementen van animisme, sjamanisme en de uitoefening van magische riten te hebben bevat. De Bon-goden van lucht, aarde en zee werden als lagere goden in het boeddhistische pantheon opgenomen. Er zijn aanwijzingen voor een cultus van heilig koningschap waarin de koningen worden beschouwd als manifestaties van de luchtgod; dit geloof zou de oorsprong kunnen zijn van de gereïncarneerde lama’s van het boeddhisme. De orakelpriesters van Bon hebben hun tegenhangers in de boeddhistische waarzeggers. Bepaalde aspecten van de Bon-doctrine zijn vrijwel identiek aan die van het Tibetaanse boeddhisme, zoals de leer van het boeddhaschap en het ideaal van bodhisattva. Opvallend zijn de dzogchen-overtuigingen die het Bon deelt met de Nyingma-school van het Tibetaanse boeddhisme; zij houden in dat er een onuitsprekelijke toestand bestaat, voorbij alle boeddha’s en alle verschijningen. Verder is het kloostersysteem van Bon bijna gelijk aan dat van de Gelug-school. Toch bewaken de Bon-gelovigen nauwgezet hun niet-boeddhistische imago. Shenrab wordt beschouwd als de stichter van de godsdienst en de historische Boeddha Shakyamuni zou een manifestatie van hem zijn. Bon-geschriften zijn verdeeld in twee groepen: de Kanjur, met mythen, doctrines en biografieën van Shenrab, en de Katen, die commentaren en rituele en iconografische werken omvat. De naam Tibet komt uit de Bon-religie.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl en periode vernoemd naar de cultuur van het eiland Borneo. De stijl wordt gekenmerkt door decoratieve kunst met gedetailleerde, uitgebreide lichaamskunst, vergulden hangers en medaillons met complexe iconografie, kralenwerk en armbanden versierd met haarlokken of slagtanden of klauwen van dieren; en door het steengoed met bruin geglazuurde potten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Hangers in de vorm van schijfjes van dun, gehamerd goud of zilver met gestempelde versiering gebaseerd op prototypen van Romeinse munten of medaillons, of met inscripties in runen. Hangen aan een rond verbindingstukje en zijn bedoeld om aan een riempje of op een andere manier om de hals te worden gedragen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een hindoeïstisch georiënteerde beweging die in de jaren 30 van de 20ste eeuw in Hyderabad is voortgekomen uit de levendige religieuze ervaringen van een koopman genaamd Dada Lekhraj. Onder de nieuwe naam Prajapita Brahma bevorderde Lekhraj de overgang van het leiderschap van de beweging in vrouwelijke handen, waar het is gebleven. In deze duizendjarige beweging zijn de traditionele rollen van man en vrouw omgedraaid. Het hindoeïstische geloof in de mogelijkheid te ontsnappen aan de samsara wordt afgewezen ten gunste van een geloof in een gouden tijdperk dat zal volgen op onze tijd van neergang, die zal eindigen in een atoomramp. Alleen gezuiverde zielen zullen in dit gouden tijdperk blijven bestaan en als goden in een staat van volkomen geluk leven. Aanhangers propageren een vegetarisch, celibatair leven zonder alcohol en sigaretten met een grote nadruk op meditatie en yoga als manieren om geestelijke eenwording met God te bereiken. Hun ideeën worden verspreid in de vorm van boodschappen of 'murli’s' die dagelijks worden afgegeven bij Brahma Kumari-centra over de hele wereld. Volgelingen van de beweging zijn recentelijk actief geworden bij de Verenigde Naties; zij hebben bijvoorbeeld de inspiratie geleverd voor de Global Co-operation Movement. Het hoofdkwartier bevindt zich tegenwoordig in Mount Abu in Rajasthan (India).

Toegevoegd op: 16-8-2017

Kleine hangers, meestal van goud maar soms van leer, die werden ontworpen als houders voor amuletten. Wordt vooral gebruikt wanneer ze van Etruskische origine zijn.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode en stijl die wordt geassocieerd met de heerschappij van de Romeinse consul en dictator Julius Caesar die stierf in 44 v. Chr. Wordt soms ook gebruikt om te verwijzen naar wat betrekking heeft op de Caesars in het algemeen, dat wil zeggen alle Romeinse keizers die de titel Caesar aannamen, van Augustus tot en met Hadrianus, en vervolgens naar de vermoedelijke opvolger van de keizer. In de moderne literatuur wordt de term soms ook gebruikt om te verwijzen naar alle keizers tot aan de val van Constantinopel, of naar de aanhangers van de Romeinse keizers als tegenstanders van de paus. In de context van kunst en architectuur is de term niet beperkt tot de gangbare betekenis in de geschiedkunde, waar zij ook in enge zin kan worden gebruikt om te verwijzen naar de Caesariaanse partij in de oude Romeinse senaat of de legereenheden van Julius Caesar.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de religieuze ideeën van mensen en groepen die sterk zijn beïnvloed door de hervormer Johannes Calvijn (1509-64) en door 17de-eeuwse calvinistische geleerden. Het calvinisme benadrukt de soevereiniteit van God over alle aspecten van het leven en de Bijbel als enige richtsnoer. Rechtvaardiging door alleen het geloof is een ander centraal begrip. Hoewel predestinatie geen vooraanstaand axioma in Calvijns theologie was, werd dat begrip zwaar benadrukt door zijn eerste volgelingen, deels om zich te onderscheiden van de aanhangers van Luther. De Helvetische Confessie (1566) en de Synode van Dordrecht (1618-19) waren belangrijke momenten in de geschiedenis van de calvinistische theologie; laatstgenoemde synode bevestigde in de Dordtse Leerregels de 'vijf punten van het calvinisme': totale verdorvenheid, onvoorwaardelijke verkiezing, beperkte verzoening, onweerstaanbare genade en ten slotte de volharding van de gelovigen. Medio 17de eeuw had het calvinisme zich vanuit Frankrijk en de Nederlanden verspreid naar Engeland en Schotland, waar het werd omarmd door de puriteinen en meegenomen naar Nieuw-Engeland. Hoewel het te lijden heeft gehad van rationalistische aanvallen, heeft het calvinisme veel invloed gehouden op het kerkelijk leven en is er in de moderne tijd sprake geweest van een neocalvinistische opleving onder invloed van de theoloog Karl Barth. Als historische kracht heeft het calvinisme een brede uitwerking gehad op de Europese en Noord-Amerikaanse cultuur.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Stilistische stroming die een documentaireachtige stijl hanteert. De naam betekent 'waarheidsgetrouwe cinema' en is afgeleid van de titel van een serie Sovjet-Russische nieuwsitems. Oorspronkelijk waren er geen sets, acteurs of scripts en in vele opzichten kan het worden gezien als een documentaristische manier van filmen. De Franse etnografische documentairemaker Jean Rouch paste deze formule zeer strikt toe, maar in de latere jaren 60 manipuleerden Rouch en zijn aanhangers de films wel door ze te monteren. De term cinéma vérité wordt gebruikt voor het beschrijven van zowel de stroming als de techniek waarbij wordt gestreefd naar een realistische weergave van de werkelijkheid door het gebruik van een draagbare camera, schokkerige bewegingen, flets licht en een onvolmaakte belichting. Deze technieken werden steeds meer overgenomen door filmmakers uit de Franse stroming Nouvelle Vague en door Amerikanen als John Cassavetes. Een van de belangrijkste werken uit de cinéma vérité is 'Le chagrin et la pitié' (1969) van Marcel Ophüls, een compromisloze visie op de bezetting van Frankrijk tijdens de Tweede Wereldoorlog.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Deskundigen op het gebied van de klassieke oudheid of aanhangers van het classicisme op het gebied van kunst of literatuur.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Te gebruiken voor personen die de leer, denkwijze of het voorbeeld van een leraar of leider leren, accepteren en er zich door laten leiden, bijvoorbeeld de belijdende volgelingen van een religieuze leider of aanhangers van een bepaalde denkwijze.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Aanhangers of sympathisanten van het fascisme.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de school in het Tibetaanse boeddhisme die in 1409 is begonnen toen Tsongkapa (1357-1419) het klooster Riwo Ganden stichtte. Als laatste van de grote scholen is Gelug ook de grootste geworden. De dalai lama en de panchen lama zijn beiden lid van deze school. De Kadampa, de oudste orde van het Tibetaanse boeddhisme, is erin opgegaan. De Gelug is sinds de 17de eeuw de overheersende school en heeft een enorme politieke macht gehad van de tijd van de vijfde dalai lama, die heerser van Tibet werd, tot de Chinese inval van 1951. De leden hechten waarde aan eruditie en organiseren regelmatig debatten tussen vertegenwoordigers van tegengestelde filosofische standpunten. Dogmatiek en logica worden beschouwd als hulpmiddelen om verlossing te bereiken omdat het continuüm van een persoon wordt gezien als een cognitieve en lumineuze energie die kan worden gezuiverd door meditatie en contemplatie. De school staat bekend om het rigoureuze onderwijssysteem dat bestaat uit een aantal klassen die een monnik moet doorlopen; de meest begaafde leerlingen gaan op voor de graad van Geshe ('professor'), waarvoor zij 24 jaar moeten studeren. De nadruk ligt op kloosterdiscipline (vinaya), celibatair leven, onthouding van bedwelmende middelen en geweldloosheid. Tantristische lessen worden daarom aangepast aan de celibataire leefstijl en zijn alleen beschikbaar voor hen die eerst de theorie onder de knie hebben gekregen. Aanhangers worden vaak ‘geelkappen’ genoemd vanwege de gele kappen die Tsongkapa aan de Gelug-monniken voorschreef om zich te onderscheiden van Nyingma-monniken, die rode kappen dragen. De school heeft met centra in Europa en de Verenigde Staten ook veel weerklank gevonden buiten Tibet. Het hoofdkwartier staat in Dharmasala in het noorden van India, waar met een ambitieus uitgeefproject wordt getracht de Tibetaanse teksten te conserveren en te verspreiden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Grote kleerhanger voor een kerkelijk gewaad. Deze is langer en breder van formaat dan de gangbare kleerhangers en meestal aangepast aan de vorm van het gewaad.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Schotse variant van art nouveau die ontstond aan de Glasgow School of Art en zijn bloeitijd kende van ca. 1890 tot ca. 1920. Belangrijke aanhangers waren Charles Rennie Mackintosh, Herbert MacNair en de gezusters Frances en Margaret MacDonald. Toen Francis H. Newbery (1853-1946) in 1885 directeur werd van de Glasgow School, stond zijn leer onder de invloed van de Arts and Crafts-beweging. Deze propageerde kunst die doelmatigheid met schoonheid combineerde, waarbij eigenheid van en het experimenteren door de studenten werd gestimuleerd. Het tijdschrift 'The Hobby Horse' (dat voor het eerst verscheen in het voorjaar van 1884) had een voorliefde voor het samengaan van oud en nieuw, en een harmonieuze relatie tussen abstracte lijnen en massa's. De stijl werd verder ontwikkeld door de toenemende populariteit van het Keltische revivalisme, dat tegelijkertijd was ontstaan in Glasgow. Na het begin van de Eerste Wereldoorlog verdween de stijl langzaam maar zeker.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een religieuze ideologie die in de 4de eeuw populariteit genoot in de christelijke wereld, hoewel ook mogelijk is dat het eerdere, niet-christelijke wortels heeft en is ontstaan als gevolg van een breuk met het judaïsme. De aanhangers van het gnosticisme hadden het idee dat alleen zij in aanmerking kwamen voor volledige verlossing, omdat zij beschikten over de leer van Christus met betrekking tot de kosmische oorsprong en de spirituele bestemming van mensen. Het werd beschouwd als een ketterse ideologie omdat gnostici God niet konden zien als Schepper, zij geheime tradities hadden, en geloofden dat Christus eigenlijk niet menselijk was en dat zijn kruisiging alleen een manier was om kwade machten te misleiden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Noodgeld uitgegeven in verschillende denominaties in 1689 en 1690 in Ierland door aanhangers van James II van Engeland en gemaakt van alle mogelijke koperen of koperachtige voorwerpen, inclusief kanonnen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Kleine beeldjes gesneden uit groen nefriet die de Maori's van Nieuw-Zeeland dragen als hangers. Het zijn vruchtbaarheidssymbolen met de vorm van een menselijke foetus. Traditioneel worden ze alleen gedragen door vrouwen en gaan ze over van generatie op generatie. Tegenwoordig produceert men ook kunststof hei tiki's in massa als souvenirs of talismans voor toeristen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Naam die de volgelingen van het mahayana-boeddhisme gebruiken voor de oude, meer orthodoxe scholen van boeddhisme die voorafgingen aan de opkomst van mahayana-ideeën. Hoewel in de naam tot uitdrukking komt dat de mahayanisten hun eigen tradities als een superieur model beschouwen, dat andere scholen voorbijstreeft in universele goedheid, wordt deze naam door de conservatieve scholen niet gebruikt als term om te verwijzen naar de algemene traditie van het boeddhisme. Moderne aanhangers van de oude hinayana-traditie worden Theravadins genoemd (volgelingen van de Weg van de Ouden) en beoefenen het Theravada-boeddhisme.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl en cultuur van het Hmong-volk, verspreid over gebieden in heel China, Vietnam, Laos en Thailand. De artistieke productie in deze stijl wordt voornamelijk gekenmerkt door ontwerpen voor zilveren sieraden, zoals zilveren halskettingen met slotvormige hangers die waren bevestigd aan nekringen, grote halskettingen die de gehele borst bedekten, zware en dunne armbanden, en cirkelvormige oorbellen die het oor omringen en die breder worden vanaf smalle uiteinden naar een breed centrum, met puntige hangers die aan kleine kettingen hangen. Textielstijlen worden gekenmerkt door batikproducten met geometrische patronen op hennep en katoen, appliqué en reverse appliqué in opvallende kleuren, waaronder indigo, specifieke borduurontwerpen zoals mosterdbloesem, komkommerzaad, tijgertanden en pauwenogen, gedetailleerd naaiwerk, zijden coconvezels en paneelontwerpen met bloemen en verhalen, waarin het dorpsleven, seances van sjamanen, legenden en oorlogsvoering worden afgebeeld.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode die wordt geassocieerd met de Hoa Lai in het noordelijke uiteinde van de vlakte van Phan Rang van het midden van de 8ste tot het midden van de 9de eeuw. Prominente voorbeelden van de architectuur uit deze periode omvatten de tempels van Hoa Lai, die worden gekenmerkt door een kalan, versierde pilasters, talrijke bogen, prominente uitsteeksels, een stenen omheining, voetstukken die zijn gedecoreerd met oplegwerk en waarop de gebouwen in miniatuur worden weergegeven, Indonesisch-Javaanse elementen, en een tempelconstructie bij Mi Son, die wordt gekarakteriseerd door achthoekige stenen colonnetten, gedecoreerd met centrale ringen en verticale banden, pilasters met afwisselend effen en gedecoreerde banden, gebeeldhouwd gebladerte, en bogen die zijn versierd met niet-kronkelige lijnen. In de beeldhouwkunst is deze periode beperkt en minder vernieuwend, met zogenoemde dv'rap'las-beelden die worden gekenmerkt door schijfvormige oorhangers en lang haar, gebeeldhouwd in de stenen posten van deuren en valse deuren, en Javaans geïnspireerde afbeeldingen van Boeddha, bodhisattva's en goden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een Chinese neolithische cultuur uit de periode van 4000 tot 3000 v. Chr.; de cultuur omvatte het gebied van de provincie Liaoning, het westelijke deel van Binnen-Mongolië en het noordoosten van de provincie Hebei. De naam Hongshan is afgeleid van de eerste opgravingslocatie in Honghanhou, aan de rivier de Laoha, uit 1908. De vrij complexe samenleving van Hongshan bestond uit dorpen die over een groot gebied verspreid lagen, en er was contact met de Yangshao-cultuur van de Centrale Hoogvlakte. De Hongshan woonden langs rivieren in het weidegebied, en hadden ceremoniële locaties en uitgestrekte begraafplaatsen in de heuvels en bossen. Realistische dierlijke en menselijke figuurtjes zijn gevonden op ceremoniële plaatsen; de vrouwelijke figuurtjes zouden op een matriarchaat kunnen duiden. De huizen zijn groot en op een hoog terras aangelegd; de graven zijn van het cairn-type en bevatten vaak offergaven in de vorm van aardewerk en gesneden jade. Gepolijste stenen werktuigen en grijs aardewerk, soms gedecoreerd met geometrische patronen, werden er vervaardigd. De gesneden en versierde jadeobjecten van Hongshan zijn met name interessant, aangezien bij de meeste neolithische jade de oppervlaktedecoratie ontbreekt. Hongshan-jade is gesneden in allerlei dierlijke vormen, kralen, ringen, hangers en bi-schijven.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode en de stijl die in het algemeen worden geassocieerd met het eiland Java. In de beeldhouwkunst kenmerkt de stijl zich door bronswerk dat sterk is beïnvloed door de Dông-son-cultuur en de Indiase culturen. Voor beeldsnijwerken werd veel gebruik gemaakt van been en schildpad. Naarmate de islam zich in de 15de eeuw over Java verspreidde, werden de beeldhouwstijlen meer gekenmerkt door diep ingesneden reliëfs met een levendige maar minder verfijnde dynamiek en werden religieuze thema's als verlossing en redding afgebeeld. De bouwstijl uit deze periode kenmerkt zich door de candi, een tempelcomplex met meestal een dakstructuur die bestaat uit in lagen aangebrachte stenen, versierd met arkels, basementen met rond lijstwerk, cellae en beeldhouwwerken van banaspatikoppen. Granaten, kristallen, parels, ivoor en amethisten werden gebruikt in armbanden en halskettinghangers. De hofsieraden zijn voorzien van ingesneden iconografie. Op Java werden ook manuscripten geïllumineerd met afbeeldingen van islamitische onderwerpen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Zakken voor kledingstukken aan klerenhangers gedurende opslag of reis. Gemaakt van stof, papier of plastic, vaak met een rits van boven naar beneden aan de voorkant en een dichte onderkant.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Stangen die horizontaal hangen, gewoonlijk in (kleren)kasten, waaraan men klerenhangers met kledingstukken kan ophangen. Ze kunnen vast zitten of verwijderbaar zijn.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Kleerhangers die zijn gebogen zodat ze in de schouders van een kledingstuk passen en aan de bovenkant een haak hebben zodat ze kunnen worden opgehangen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Populaire naam voor kleine, fijne hangers die aan een halskettinkje hangen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Historische benaming voor verlichtingsmiddelen, zoals kroonluchters en kandelabers, die van glas zijn gemaakt of met glazen hangers zijn versierd.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar ruwe kant of franje die wordt gemaakt door touwen of dikke draden in een geometrisch patroon aan elkaar vast te knopen. De term is afgeleid van het Turkse 'makrama', dat 'doekje' of 'handdoek' betekent. Het was een specialiteit van Genua, waar met geknoopte touwen versierde handdoeken populair waren in de 19de eeuw. De voorloper van macramé was 'punto a groppo', een 16de-eeuwse techniek voor het knopen van kant. In de jaren 60 van de 20ste eeuw werd macramé een populaire ambacht- en kunsttechniek in Amerika en Europa. Het werd gebruikt voor lampenkappen, plantenhangers, hangmatten, raambedekkingen en wandbekleding.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de cultuur van mesolithische werktuigen die is genoemd naar de archeologische vindplaats in het veen nabij het Deense Mullerup. De cultuur bestond in noordelijk Europa van circa 9.000 tot 5.000 v Chr. Het ontstond door een bosvolk dat zich na het terugtreden van de gletsjers langs de rivieren en meren vestigde en daar nieuwe gereedschappen ontwikkelde om in de veranderende omgeving te kunnen overleven. Deze gereedschappen waren stenen microlithen, bijlen, pijlen en bogen, vishaken, houten peddels, kano’s en visnetten. De artistieke activiteiten bestonden uit het aanbrengen van dessins op werktuigen en decoratieve objecten, zoals amuletten en hangers.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Te gebruiken voor afneembare aanhangers voor het vervoeren van vrachten; voorzien van wielen aan de achterkant, waarbij de voorkant meestal rust op de achterkant van een trekker.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Lampen die bestaan uit eenvoudige, open, ondiepe bekkens waarin brandstof wordt gedaan. De pit rust in de brandstof op de bodem van het bekken. Soms zijn ze uitgerust met hangers waarmee ze aan een plafond, wand of lamphouder kunnen worden gehangen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een periode in de prehistorische vervaardiging van werktuigen die volgt op de Mousterién-nijverheid in het hoog-paleolithische Europa. Het is genoemd naar een gebied in het zuiden van midden-Frankrijk. De periode overlapt enigszins met de laat-paleolithische nijverheid en werd gevolgd door het Solutréen. De Périgordien-nijverheid kenmerkt zich door de fijn getande gereedschappen in Mousterién-stijl, stenen messen met een scherpe en een platte kant, en verschillende schrapers, boren, graveerstiften, kleine lemmeten en hangers.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een van de belangrijkste protestantse groeperingen die voortkwamen uit de 16de-eeuwse Reformatie. In het algemeen hebben moderne presbyteriaanse kerken hun oorsprong in de calvinistische kerken op de Britse eilanden, waarvan de Europese tegenhangers bekend zijn geworden onder de meer algemene naam 'gereformeerden'. De term 'presbyteriaans' verwijst ook naar een collegiaal type kerkbestuur onder leiding van pastors en leken die ouderlingen of presbyters worden genoemd. Strikt genomen maken alle presbyteriaanse kerken deel uit van de gereformeerde of calvinistische traditie, maar zijn niet alle gereformeerde kerken presbyteriaans in hun bestuursvorm.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Driehoekige, glazen of kristallen, hangers die vooral worden gebruikt om kroonluchters of kroonkandelaars te versieren. Voor soortgelijke gladde of gefacetteerde hangers, die in allerlei vormen worden gemaakt, wordt 'lusters (onderdelen van verlichtingsmiddelen)' gebruikt.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een minderheidsstroming van de islam, die zich onderscheidt van de populairdere soennitische stroming. Deze stroming ontstond in de vroege islamitische geschiedenis als politieke groepering die de heerschappij steunde van Ali, schoonzoon van Mohammed en vierde kalief van de moslimgemeenschap. Deze tak van de islam stelt dat de heerschappij over de moslimwereld is gebaseerd op afstamming; alleen nakomelingen van Ali kwamen in aanmerking voor het leiderschap. Het merendeel van de aanhangers van deze stroming van de islam bevindt zich in Syrië, Libanon, Oost-Afrika, India en Pakistan. De aanhangers worden vaak geassocieerd met militant islamitisch fundamentalisme.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een Japanse school van esoterisch en mystiek boeddhisme, die in 806 door Kukai vanuit China naar Japan werd gebracht. Een belangrijk Sjingon-geschrift is Kukai's 'Diamanten sleutel voor de winkel der mysteriën' (Hizoboyaku), waarin spirituele verworvenheid via Sjingon wordt beschouwd als de vervulling van negen andere spirituele wegen uit het boeddhisme en andere religies. Aanhangers geloven dat de esoterische waarheid van Sjingon meer voldoening geeft dan de naar buiten gekeerde leer van de historische boeddha. Sjingon hecht belang aan de Vairocana, de boeddha van het allesomvattende licht, en aan mandala's en andere vormen van beeldhouw- en schilderkunst. Mantra's, mudra's en rituelen zijn andere elementen van Sjingon. Er zijn tegenwoordig meer dan veertig Sjingon-scholen in Japan. Bovendien zijn elementen van Sjingon overgenomen door andere vormen van Japans boeddhisme.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Aanhangers van het spiritualisme of personen die daarin geloven.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst in algemene zin naar de periode van circa 2000 tot 1000 v. Chr. in de oude culturen van de Olmeken en Maya's in Meso-Amerika. Wat betreft aardewerk en keramiek wordt de periode gekenmerkt door vaatwerk van gemalen steen, uiteenlopend van ruw uitgevoerde mano's en metates (wrijf- en maalstenen) tot verfijnd uitgevoerde kommen met vlakke bodem, kleine spiegeltjes van pyriet en ilmeniet, en kleine ingeboorde blokken. Bewerkte edelstenen zijn aangetroffen in de vorm van kralen, hangers, oorsieraden, objecten in de vorm van een mosselschelp, petaloïde vuistbijlen en vuistbijlvormige tabletten. Voor sieraden gebruikte men voornamelijk zuiver blauwachtig of doorschijnend jadeïet, met een zweem van donker smaragdgroen. In de architectuur wordt de periode in verband gebracht met eenvoudige hutten die voor bewoning, gemeenschapsgebruik of religieuze doeleinden waren bestemd; er beginnen zich evenwel al eenvoudige piramidevormige structuren te ontwikkelen.