Associaties voor honing

Toegevoegd op: 16-8-2017

Zoete, stroperige vloeistof die door bijen wordt gemaakt van nectar die ze verzamelen uit bloemen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Bijensoort die inheems is in Europa, Azië en Afrika en die begin 17de eeuw in Noord-Amerika werd geïntroduceerd. De bij heeft een lengte van circa 1,2 cm, een kop en borststuk met een enigszins borstelig aanzien en een kleur die per stam varieert. De twee grote samengestelde ogen en drie enkelvoudige ogen (ocelli) bevinden zich boven op de kop. Het scherpe zicht wordt gecomplementeerd door twee gevoelige geurdetecterende voelsprieten. Er komen allerlei rassen, ondersoorten en stammen van deze soort voor. Net als andere bijen zijn honingbijen sociale insecten die in nesten of korven samenleven. Al eeuwen worden bijenkolonies door mensen verzorgd en onderhouden voor het oogsten van honing en voor hun functie in de landbouw als bestuivers van gedomesticeerde planten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Houders voor het bewaren of opdienen van honing; soms met een bordje als onderzetter. Ze hebben meestal een deksel, met daarin soms een inkeping waar een lepeltje doorheen kan steken. Vaak in de vorm van een bijenkorf.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Korrelpatroon voor boekbinderslinnen in de vorm van een honingraatpatroon.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Te gebruiken om dingen te beschrijven die de structuur hebben van of lijken op een honingraat.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Grote schaduwboom die 40 meter hoog kan worden en inheems is in het oosten van Noord-Amerika. De boom produceert hout voor bijenkasten, kisten, meubels en houtwol. Het is een populaire boom voor het houden van bijen. Ze produceren een bleke lindehoning met een bijzondere smaak.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Grote insectenfamilie die bestaat uit honingbijen, niet-stekende bijen, houtbijen, bijen uit het genus Euglossini, koekoeksbijen, hommels en graafbijen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Genus van diverse soorten bijen die inheems zijn in tropische delen van Eurazië en die ook in Afrika voorkomen. Leden van dit genus produceren honing en bezoeken bloemen zonder specifieke voorkeur waardoor ze een breed scala van planten bestuiven. Tijdens het fourageren raakt het lijf overdekt met een laagje stuifmeel, dat van plant op plant wordt overgedragen terwijl de bij bloemen bezoekt.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Leden van een superfamilie bestaande uit meer dan 20.000 levende soorten vliegende insecten in acht families, waaronder primitieve wespachtige bijen, solitaire bijen en bijen die in kolonies leven, waarvan sommige door de mens worden gewaardeerd als bestuivers en voortbrengers van honing en was.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode rondom de oude stad Ayutthaya die duurde van het midden van de 14de eeuw tot de 18de eeuw. In de beeldhouwkunst wordt deze periode vooral gekenmerkt door afbeeldingen van Boeddha die zijn gegoten in brons, of die zijn gemaakt van steen of stucwerk. In de vroege 14de eeuw culmineerde een verfijning van beeldhouwkundige stijlen in de eThong-stijl die werd gekarakteriseerd door verschillende subtypen van Boeddhabeelden. Eén type wordt gekenmerkt door de Boeddhafiguur met een prominent voorhoofd, amandelvormige ogen, rechte, bijna gesloten oogleden en conische krullen op het hoofd. Een tweede type toont sterkere Khmer-invloeden die zichtbaar zijn in het vierkante gezicht en de strenge gelaatsuitdrukking. Het derde type Boeddha-beeldhouwstijl wordt gekenmerkt door een uitgerekt lichaam en een glimlachende gelaatsuitdrukking. In de architectuur wordt deze periode gekenmerkt door tempel-sancturariumcomplexen die bekend zijn onder de naam ‘wat’. De belangrijkste zijn: Wat Thanmikarat, welke een trap bevat die is versierd met leeuwen van stucwerk en een bai sema of grenssteen gemaakt van leisteen; Wat Phutthaisawan, met door de Khmer-stijl beïnvloede galerijen, stoepa's met redans en muurschilderingen; Wat Yai Chaimongkhol, met complexe stoepa's en wihans en rechthoekige galerijen; en Wat Phra Ram, met een vierkant grondplan, een constructie van baksteen en kunstmatige bassins. Keramiekstijlen komen in deze periode ook tot volledige ontwikkeling en worden gekenmerkt door heldere kleuren: jadegroen, licht grasgroen, blauwgroen, bruin, honingbruin en wit.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Bouwconstructies waarin bijenkorven staan opgesteld; vooral die ten behoeve van de winning van honing, maar ook voor de bestuiving van o.a. fruitbomen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een natuurlijke was die als nevenproduct wordt gemaakt door bijen bij de productie van honing; wordt voornamelijk gebruikt in poetsmiddelen, kaarsen, wasschilderingen, leerbereiding, hechtmiddelen en cosmetica, als een beschermingslaag bij het etsen en om verf te verzachten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Te gebruiken voor zoömorfe beeldhouwwerken van de Bamana, die fungeren als draagbare altaren voor het Komogenootschap en gewoonlijk de vorm van een koe hebben. Van binnen bevatten ze materialen zoals dierbeenderen, plantaardige stoffen, honing en metaal, van buiten zijn ze bedekt met een dikke laag aarde.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Orde van bloeiende planten met ongeveer 600 soorten. De planten in de orde der Cornales hebben gewoonlijk bloemen met vier blaadjes, steenvruchtachtige vruchten en onderstandige stampers met schijfvormige honingklieren erop.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Boomsoort die in bossen voorkomt en inheems is in de Australische staten New South Wales, Victoria en Queensland. Men gebruikt de boom voor de productie van timmerhout en van honing (vanwege de nectar).

Toegevoegd op: 16-8-2017

Waterverfschilderingen gemaakt met gouache, dat is dekkende verf die wordt gemalen in water en gemengd met gom en honing. Gouaches kunnen worden geclassificeerd als tekeningen of schilderijen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een mengsel van honing en water dat soms wordt gebruikt als weekmaker in waterverf.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Constructieraamwerken van gewapend beton uit één stuk, met muren en vloeren van platen waarmee een honingraatmotief wordt gevormd.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl in de 19de-eeuwse Europese architectuur en beeldende kunsten,die zich kenmerkt door Spaans-Moorse vormen en motieven zoals de honingraatgewelven, arabesken en hoefijzerbogen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Genus van 7 tot 11 soorten bomen die inheems zijn in Noord-Amerika en Azië. Wordt gewaardeerd door bijenhouders. De geproduceerde honing is licht en heeft een milde smaak.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Zeldzame Noord-Amerikaanse boom die eetbare vruchten produceert en tevens een goede honing. Men gebruikt ook het hout van de boom.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Tabak die is geprepareerd om op te kauwen en in verschillende vormen wordt geproduceerd, zoals samengeperste plakken, gevlochten strengen, fijngesneden bladeren en losse bladpuntjes. Het wordt meestal gesaust met substanties als zoethout, specerijen, honing of rum.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een type travertijn dat beige, crème, honingkleurig en/of goudkleurig is; klassiek Romeins travertijn is lichter van kleur dan barco.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Te gebruiken voor bouwpanelen die bestaan uit twee buitenplaten met een hoge dichtheid, zoals multiplex, hardhout of metaal, met daartussen een licht kernmateriaal, meestal schuimplastic, rubber of papier met honingraatstructuur.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de aardewerkstijl die ontstond doordat er grote hoeveelheden keramiek voor de export moesten worden geproduceerd tijdens de Ayutthaya-periode. De exportproducten bestonden onder andere uit grote schalen, kommen, vazen, olielampen, miniatuurolifanten, katrollen, loodgewichten en dakpannen. De keramiek van deze stijl kan worden verdeeld in vijf typen: celadon, op hoge temperatuur gebakken steengoed bedekt met een natuurlijk veldspaathoudend asglazuur, onderglazuur zwart, bruin en parelgrijs, bruin en wit. De kleuren van deze keramiek variëren van lichtgroen tot olijfgroen of blauwgroen, en van bruin tot licht-honingkleurig of gebroken wit. Aardewerk en keramiek in deze stijl was doorgaans eenvoudig en praktisch, maar sommige producten vertoonden gekamde of ingegrifte patronen onder het glazuur.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Bladgoud dat tot poeder is vermalen en is vermengd met honing of een ander bindmiddel. Werd gebruikt om een poedereffect te creëren op lederen boekbanden, om goudversieringen te repareren of te herstellen en om manuscripten te vergulden. Oorspronkelijk verpakt in mosselschelpen, maar later in plastic houders in de vorm van een mosselschelp of in de vorm van een tablet of een blokje.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Orde van ongeveer 400 soorten in 6 families, waaronder die van de glansvogels, baardkoekoeken, Amerikaanse baardvogels, honingspeurders en toekans. De vogels leven in bossen, maken nesten in holen en eten insecten en vruchten. Ze kunnen hun buitenste tenen naar achteren laten wijzen. Sommige soorten zijn gespecialiseerd in klimmen en een aantal soorten zijn broedparasieten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Flessen waarbij in de hals een vernauwing is aangebracht die lijkt op een sluitring. Deze vernauwing beperkt de uitstroom van de inhoud tot druppels voor het schenken van producten die spaarzaam moeten worden toegediend. De zorg die aan de versiering van sprenkelflessen is besteed wekt de indruk dat de inhoud bestond uit luxeartikelen zoals dure parfums. Ze werden gemaakt en op grote schaal gebruikt in de midden- en laat-Romeinse keizertijd, vooral in Syrië, oostelijk Palestina en Mesopotamië. De vroegste bewaard gebleven sprenkelflessen zijn die uit Dura Europos in het noorden van Syrië, daterend van voor 256. De meest voorkomende decoratiepatronen zijn ribben met arcering en een honingraatpatroon. Vele zijn iriserend. Sprenkelflessen werden vrijwel zonder uitzondering geblazen in een mal, in twee delen die werden samengevoegd bij de hals.