Associaties voor iepenfamilie

Toegevoegd op: 16-8-2017

Familie van vijftien genera van bomen en struiken die voornamelijk voorkomen in gematigde streken. Het sap van de planten is waterig en de bladeren zijn afwisselend geplaatst langs de takken. De bladeren hebben gewoonlijk getande randen en zijn vaak asymmetrisch aan de kant van de stengel. De bloemen hebben geen bloemblaadjes. Planten dragen mannelijke en vrouwelijke bloemen, samen of apart. De vrucht is een dopvrucht die gevleugeld kan zijn, vlezig of nootachtig. In oudere classificaties had men deze familie ondergebracht in de voormalige orde Urticales.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Algemene benaming voor verschillende planten die niet met elkaar verwant zijn. De bekendste lotussen zijn de volgende. De Egyptische lotus is een witte waterlelie, Nymphaea lotus, of de blauwe lotus, N. caerulea. Bij de oude Egyptenaren waren deze planten een belangrijk motief op kunstvoorwerpen. Ook gebruikte men de planten tijdens ceremonies vanwege de slaapverwerkende en psychotrope eigenschappen. De lotus van de oude Grieken was de soort Ziziphus lotus uit de wegedoornfamilie (Rhamnaceae), een struik die inheems is in Zuid-Europa. De plant heeft grote vruchten met een meelachtige substantie waarmee men brood en gegiste dranken kan maken. In de oudheid waren de vruchten een voedingsmiddel voor arme mensen. Men geloofde dat de wijn die ervan werd gemaakt, zorgde voor een tevreden stemming en vergetelheid, zoals Homerus schreef. Dit is waarschijnlijk ook de lotus die wordt genoemd in het Bijbelboek Job, waarin een grote nijlpaardachtig wezen (Behemoth) wordt beschreven die onder een lotusboom ligt. Homerus beschrijft de lotus ook als een soort klaver of drieblad, een plant die door paarden werd gegeten, misschien Melilotus officinalis of een driebladsoort uit het geslacht Lotus. De heilige lotus van de hindoes was de waterlelie Nelumbo nucifera, een plant met witte, blauwe of roze bloemen. De lotusboom, die bij de Romeinen bekendstond als de Libische lotus, was waarschijnlijk de netelboom uit Zuid-Europa, Celtis australis, een lid van de iepenfamilie (Ulmaceae). Deze boom heeft vruchten die eruitzien als kleine kersen. Ze zijn eerst rood en daarna zwart als ze rijp zijn. De boom wordt genoemd door auteurs uit de oudheid vanwege zijn harde zwarte hout, waaruit men beelden, fluiten en andere objecten sneed.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Genus van bomen met ongeveer 70 soorten uit de hennepfamilie (Cannabaceae) die inheems zijn in gematigde en tropische streken op het noordelijk halfrond. Gewaardeerd om hun hout en als sierbomen. Voorheen ondergebracht in de iepenfamilie. In sommige classificaties vormt Celtis zijn eigen familie.