Bakken, bakken, bakken.. bij KSART krijgt u de "taste of art" te pakken!
Welkom, voordat u kunt inloggen zet uw cookie instelling aan.
Nieuwe kunstvorm gevonden? Voeg nu een nieuwe kunstvorm toe!
Hout van de boom behorende tot het genus Magnolia, inheems in de Verenigde Staten, in de bossen van de Atlantische kustvlakte van Virginia tot Texas. Het heeft roomwit spinthout, met een groenachtig of soms paarsachtig accent. Het wordt gebruikt voor het maken van schrijnwerk, deuren en lambriseringen.
Genus van ongeveer 210 soorten groenblijvende sierbomen.
Grote groenblijvende boom die meer dan 25 meter hoog kan worden en inheems is in het zuidoosten van de Verenigde Staten, in het gebied dat zich uitstrekt van de kust van Virginia tot Midden-Florida in het zuiden en het oosten van Texas en Oklahoma in het westen. Deze soort wordt op grote schaal gekweekt en er zijn wereldwijd meer dan 100 variëteiten. De boom waardeert men om zijn grote donkergroene bladeren en grote geurige witte bloemen. Het hout van de boom gebruikt men voor meubels, fineerhout en andere producten.
Hout van de boom behorende tot het genus Magnolia, met kleuren variërend van vaalgeel tot bruin. Het wordt gebruikt voor het maken van geraamten en betimmering voor meubels, pallets en interieurschrijnwerk.
Orde van bloeiende planten met 5 families, 154 genera en ongeveer 3000 soorten. Tot deze orde behoren houtige struiken, klimplanten en bomen.
Grote zuilvormige boom die inheems is in Noord-Amerika. De volksnaam is ���tulpenboom', vanwege de grote bloemen die enigszins op tulpen lijken. Deze boom is echter nauw verwant aan de magnolia. De boom biedt voedsel en beschutting aan vlinders en andere dieren. Gebruikt voor het fijn generfde en stevige timmerhout en voor landschapsarchitectuur.
Familie van bloeiende planten met 7 genera en ongeveer 225 soorten. Men beschouwt het als een oude familie. In tegenstelling tot de meeste angiospermen, waarbij de bloemdelen in ringen zijn geplaatst, zijn de meeldraden en stampers van Magnoliaceae gearrangeerd in spiralen op een kegelvormige bloembodem. Dit ziet men ook bij sommige fossiele planten. Daarnaast hebben de bloemen delen die niet duidelijk zijn gescheiden in kelkblaadjes en bloemblaadjes, terwijl dat bij latere angiospermen gewoonlijk wel het geval is.