Associaties voor mondstuk

Toegevoegd op: 16-8-2017

Componenten van blaasinstrumenten die in of tegen de mond van de speler worden geplaatst en die samen met de lippen van de speler of het riet, de toongenerator vormen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Lampen met een bak voor calciumcarbid, een reservoir met water en een kraantje, en een mondstuk of brander voor de ontsteking van het acetyleengas, dat ontstaat wanneer het water in contact wordt gebracht met het carbid. De term wordt ook gebruikt voor lampen met acetyleenbranders die met een centrale acetyleenbron zijn verbonden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Neus- en mondstuk van zuurstofapparaten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Korte cilindervormige secties van blaasinstrumenten die het mondstuk aan de rest van de buis verbinden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Snavelfluiten met een bek, een blokje in het mondstuk. De snavel, gevormd door de ruimte tussen de buitenzijde van het blokje en de binnenste rand van het mondstuk, leidt de adem van de bespeler tegen de scherpe rand van een gat in de rand van de fluit onder het blokje.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Mondstukken van het hoofdstel, met aan elke kant hulpstukken waaraan de teugels zijn bevestigd

Toegevoegd op: 16-8-2017

S-vormige krommingen op fagotten en Engelse hoorns die het mondstuk en het dubbele riet dragen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Eenvoudige aërofonen die aan het uiteinde worden bespeeld en afkomstig zijn uit Scandinavië en de Baltische regio. Ze worden gemaakt van geitenhoorns, hebben drie tot vijf toongaten en een mondstuk dat volledig uit één uiteinde van de hoorn is gesneden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Chinese dwarsfluiten van bamboe die, naast de normale klankgaten, een extra gat hebben naast het mondstuk. Dit is bedekt met een membraan dat trilt tijdens het bespelen en een typische zoemende klankkleur veroorzaakt.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Trompetten van schelp, met een metalen mondstuk en klankbeker; aangeblazen aan het uiteinde; oorspronkelijk ontwikkeld in Tibet en bespeeld in paren tijdens boeddhistische rituelen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Dubbele snavelfluiten uit het voormalige Joegoslavië die twee iets verschillende pijpen hebben die uit één stuk hout zijn gemaakt en een snavelvormig dubbel mondstuk hebben.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Koperblaasinstrumenten met ventielen, voornamelijk tenortuba's, met Bes als grondtoon, een lengte van 2,70 m, een wijde conische boring en een ketelmondstuk, gemaakt in de vorm van een helicon, tuba of trompet.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Buisvormige fluiten die op blokfluiten lijken maar minder toongaten hebben en sinds halverwege de 18e eeuw zijn uitgerust met een dun ivoren mondstuk, dat aan een kleine kamer vastzit die een sponsje bevat om het vocht uit de adem te absorberen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Sopraanbugels met ventielen, een wijde conische boring en een middelgrote klankbeker, die met een ketelmondstuk worden bespeeld. Ze hebben de vorm van een helicon, trompet of tuba en werden tussen 1820 en 1830 in Oostenrijk uitgevonden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Blaasinstrumenten met conische boring, wijd uitlopende klankbeker, trechtervormig mondstuk en een slanke buis in een wijde ronde spiraal gebogen; tegenwoordig ook voorzien van ventielen, meestal zo geplaatst dat ze met de linkerhand kunnen worden bespeeld.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Snavelfluiten uit Slowakije. Deze grote houten fluiten worden verticaal gehouden en hebben een grote gesloten buis die is bevestigd aan een kleinere buis die het mondstuk bevat.

Toegevoegd op: 16-8-2017

De hiërarchie Geluidsmiddelen bevat descriptoren voor apparaten die gebruikt worden voor het voortbrengen van muzikaal of niet-muzikaal geluid. Hieronder vallen instrumenten die tijdens muziekuitvoeringen worden bespeeld, instrumenten die binnen het kader van religieuze of andere ceremoniële gebeurtenissen worden bespeeld, geluidsproducerende instrumenten die niet in eerste instantie als muziekinstrument fungeren maar voor sein- of communicatiedoeleinden zijn bestemd, en benodigdheden die in combinatie met instrumenten worden gebruikt om geluid voort te brengen. Relatie met andere hiërarchieën: descriptoren voor toonhoogte-aanduidingen (bijvoorbeeld 'sopraan' of 'bas') zijn opgenomen in de hiërarchie Ontwerpattributen. Descriptoren voor apparaten die geluid voortbrengen maar tot integrale systemen behoren (bijvoorbeeld 'inbraakalarmsystemen', 'intercomsystemen') zijn ondergebracht in de hiërarchie Bouwwerkonderdelen. Descriptoren voor delen van geluidsmiddelen (bijvoorbeeld 'resonatoren', 'mondstukken') en voor benodigdheden die gebruikt worden voor het activeren van een geluidsproducerend mechanisme (bijvoorbeeld 'plectra') vindt u in de hiërarchie Objectonderdelen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Houders voor water, meestal van metaal of plastic, met een tuit waarvan het mondstuk geperforeerd is, om planten water mee te geven of te besproeien.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Schelphoorns met een houten of metalen mondstuk of zonder mondstuk, waarbij dan het puntige uiteinde is afgezaagd en het gat gepolijst; aangeblazen aan het uiteinde; oorspronkelijk ontwikkeld en bespeeld in Japan, vanaf de 7e eeuw gebruikt bij boeddhistische rituelen, en ook om signalen te geven aan manschappen tijdens gevechten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Laat 18e eeuwse Europese klarinetten met een ronde of peervormige klankbeker en een smalle opening, soms met een kromme metalen klankbuis waarop het mondstuk is bevestigd; ze kunnen gebogen, hoekig of recht van vorm zijn.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Koperblaasinstrumenten met ventielen, die een middelgrote conische boring hebben en met een ketelmondstuk worden bespeeld.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Meestal metalen onderdeel van een enkelrietinstrument dat het riet stevig tegen het mondstuk houdt, maar het ook toelaat om vrij te trillen wanneer erop geblazen wordt.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Mondorgels met een rechthoekige romp die eindigt in een plastic mondstuk. Ze worden bespeeld als een blokfluit.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Japanse dwarsfluiten van het No theater, gemaakt van drie tot zes aan elkaar gebonden korte stukken bamboe. Net zoals de 'ryuteki' met zeven vingergaten op gelijke afstanden, een balansgewicht bovenaan, een roodgelakte boring en een omhulsel van schors of twijn. In tegenstelling tot bij de 'ryuteki' is een korte buis in de boring aangebracht, tussen het mondstuk en het eerste vingergat, is bovenaan een metalen versiering aangebracht en is de rode lak, waarmee de boring bedekt is, bij mondstuk en vingergaten ook aan de buitenzijde aangebracht.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Blaasinstrumenten met een enkel riet, conische boring, snavelvormig mondstuk, kleine metalen klankbeker en 14 kleppen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Klephoorns van metaal met een U-vormige buis en wijde conische boring, eindigend in een licht uitlopende klankbeker, met cupmondstuk.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Meervoudige rechte fluiten bestaande uit een aantal pijpen van verschillende lengten die in de vorm van een vlot of een bundel zijn samengevoegd. De pijpen hebben geen vingergaten of mondstukken.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Rookgerei voor het genieten van tabak en andere roesmiddelen; bestaat meestal uit een steel met mondstuk en een kopje waarin het te roken product wordt verbrand.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Vizier met een spits toelopend mondstuk, die op bacinetten werden gemonteerd in de 14e eeuw.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Posthoorns met rechte kegelvormige buis, smalle boring en wijd uitlopende klankbeker, gemaakt van messing, ook koper, met stukken van verschillende soorten metaal; bespeeld met behulp van een cupmondstuk; Engeland.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Zinken met conisch mondstuk, niet afneembaar want samen met de buis van het instrument uit één stuk hout gedraaid, sopraanstemming.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Tibetaanse schalmeien met een dubbel riet, gebruikt in boeddhistische rituelen. Ze hebben een conische boring, zeven vingergaten en een mondstuk met pirouette.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Blaasinstrumenten, gemaakt van schelpen, met conische boring, geluid producerend door lipspanning; met een mondstuk of met een gat bovenin, wanneer aangeblazen aan het uiteinde, of met een gat in de spiraal in de spiraal van de schelp, wanneer aan de zijkant aangeblazen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Blaasinstrumenten, bestaande uit een kronkelende houten buis van ca.. 2 m. lang, met conische boring, kromme aanblaasbuis en cupmondstuk, lage stemming, geluid geproduceerd met lipspanning; Europa.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Serpenten, koper met houten klankbeker, 2 scherpe U-vormige krommingen, 6 vingergaten, 3 of 4 kleppen, kromme aanblaasbuis met mondstuk, rechtopstaand; Parijs, rond 1833.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Mondorgels met een gelakte houten schaal als windkamer, een kort mondstuk en zeventien bamboe pijpen die symmetrisch in een cirkel zijn gerangschikt, waarvan er twee geluidloos zijn, zonder riet of vingergat; voortgekomen uit de Chinese 'cheng', vervaardigd en bespeeld in Japan.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Natuurlijke aërofonen zonder ventielen of kleppen met een brede conische boring, meestal, maar niet altijd, spiraalvormig en met een cupmondstuk; vooral gebruikt in het leger en in optochten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Toppelings geblazen fluiten waarbij de luchtstroom door een smal mondstuk wordt geleid naar de scherpe rand van een gat dat even onder het mondstuk in de buis is uitgesneden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Afneembaar stuk buis dat in aërofonen wordt aangebracht, permanent of voor een speciale speelgelegenheid, met als doel het geluid van de buislengte te veranderen of het mondstuk gemakkelijker bereikbaar te maken voor de speler.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Horlepiepen, buis van hout of been, klankbeker van dierenhoorn, verlengd houten mondstuk, enkel riet; Zuid-Schotland.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Blaasinstrumenten met een houten klankkast, conische boring, dubbel riet en pirouette; 13de eeuw. Het hedendaagse model, heeft een enkel riet en klarinetachtig mondstuk; Hongarije.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Koperblaasinstrumenten, behorende tot de kornetfamilie, altbereik, middelgrote klankbeker, 3 kleppen, cupmondstuk.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Blaasinstrumenten met een telescopische schuif waarmee de lengte van de buis veranderd kan worden, cilindrische boring, cupmondstuk.

Toegevoegd op: 16-8-2017

In algemene zin: alle blaasinstrumenten, bespeeld door lipspanning, en meestal met cylindrische boring. In specifieke zin: blaasinstrumenten in moderne westerse context met een wijd mondstuk, smalle boring, kleppen en een middelgrote klankhals en klankbeker.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Blaasinstrumenten van koper met ventielen, een wijde conische boring en een wijd uitlopende klankbeker; bespeeld met een cupmondstuk, als de bas- of contrabasstemming.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Te gebruiken voor aërofonen met over het algemeen een conische boring en een houten klankkast, gemaakt van of omwonden met berken- of andere schors, met vingergaten, een bekervormig mondstuk en een hoornen beker aan het andere uiteinde; voorbeelden hiervan zijn aan het begin van de jaren dertig van de 20ste eeuw gemaakt door Teppo Repo, afkomstig uit de Russische regio Ingra, die het instrument meenam naar Finland. Ook heel algemeen gebruikt voor uiteenlopende houten hoorns uit Finland, meestal gemaakt van of bedekt met berkenschors, met of zonder vingergaten, sommige lijkend op trompetten of kornetten, andere met een enkel riet.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Zonnebrillen met speciale vorm om het mondstuk plaats te bieden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Tuba's, elliptisch, met een conische boring die geleidelijk wijder wordt en eindigt in een klankbeker, 4 draaiende ventielen, mondstuk van een Franse hoorn.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Horlepiepen, enkele of dubbele cilindrische pijp met opslaand, door een mondstuk van koeien hoorn beschermd riet, eindigend in een klankbeker van koeien hoorn; Wales, Middeleeuwen.