Associaties voor overhangende dakrand

Toegevoegd op: 16-8-2017

Wordt gebruikt voor de horizontale delen van een hellend dak die uitspringen ten opzichte van de muren. Voor de delen van het dak die uitspringen ten opzichte van de geveltop wordt 'overstekende dakranden' gebruikt.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Te gebruiken voor de overhangende dakranden van een hindoetempel.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Wordt gebruikt voor spanen daken die vanwege bepaalde kenmerken, waaronder naar binnen gebogen overhangende dakranden, op rieten daken lijken; populair in het begin van de 20e eeuw.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst in hoofdzaak naar de periode van de belangrijke Late Ly-dynastie (1010-1225 n. Chr.), die in de delta van de Rode Rivier tot ontwikkeling kwam, maar kan ook verwijzen naar de stijl en periode van de minder ontwikkelde Vroege Ly-dynastie (544-603 n. Chr.). De stijl van de Late Ly-dynastie ontstond in een sfeer van dynastieke stabiliteit en heeft de stijl van de moderne Vietnamese staat mede beïnvloed, zo wordt algemeen gedacht. In de architectuur wordt de periode gekenmerkt door boeddhistische tempels met inheemse innovaties zoals het gebruik van steen, bovengeplaatste spanten, balken en halfzuilen, en het gebruik van overhangende dakranden met symbolen in terracotta. Een voorbeeld bij uitstek van de architectuur uit deze periode is de Lotustempel (1049 n. Chr.) in Hanoi, met decoratieve motieven in terracotta langs de dakranden, een duidelijk lotusvormige constructie en een complex spantensysteem met elkaar kruisende balken en zuilen. In de beeldhouwkunst wordt de periode gekenmerkt door Boeddhafiguren gezeten op verhogingen die gedecoreerd zijn met draken- en bloemmotieven, reliëfpanelen uitgevoerd in een Cham-stijl of Chinese stijl, stoepa's met gebeeldhouwde motieven van eiken- en druivenbladeren, en beelden van leeuwen, olifanten, buffels en paarden die afzonderlijk op een lotusvoetstuk zijn geplaatst en zijn beeldgesneden uit één blok steen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

De hiërarchie Materialen bevat beschrijvingen van een groot aantal stoffen, van natuurlijke en synthetische ruwe materialen tot materiaalproducten. Materiaalproducten zijn hier opgenomen in plaats van in de sectie Objecten, omdat ze kunnen worden gebruikt bij de constructie van diverse objecten (bijvoorbeeld 'plank' voor vloeren of muren) en omdat ze niet een noodzakelijk onderdeel van een object zijn (bijvoorbeeld: 'dakspaan' is niet essentieel voor daken op dezelfde manier als overhangende dakranden of boeiboorden). Relatie met andere hiërarchieën: beschrijvingen van activiteiten die op of met materialen worden uitgevoerd zijn te vinden in de hiërarchie Procedés en technieken (bijvoorbeeld 'glasbewerking'). Beschrijvingen van objecttypen die worden gedefinieerd door het materiaal waaruit ze zijn gemaakt staan in de hiërarchie Objectgenres (bijvoorbeeld 'metaalwerk', 'textilia', terwijl de beschrijving van de materialen zelf in deze hiërarchie staan ('metaal', 'textiel'). Beschrijvingen van gereedschap dat wordt gebruikt om afbeeldingen te maken (bijvoorbeeld 'houtskoolpotloden', 'pennen') zijn opgenomen in de hiërarchie Gereedschap en Uitrusting, terwijl beschrijvingen van de materialen waarvan ze zijn gemaakt of die ze gebruiken, hier te vinden zijn ('houtskool', 'inkt').

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl van artistieke voortbrengselen in de Nederlandse koloniën met een combinatie van Nederlandse en inheemse kenmerken. In de architectuur verwijst de term in het bijzonder naar bouwwerken in Zuid-Afrika en delen van Noord-Amerika, gekenmerkt door gebroken mansardedaken, overhangende dakranden, trapgevels en gemetselde baksteen. De term wordt ook gebruikt om meubilair te beschrijven dat is vervaardigd in Oost-Indië tussen 1602 en 1942, en dat wordt gekenmerkt door gedraaide poten of bedstijlen, rietwerk en het gebruik van inheemse houtsoorten zoals satijn-, teak-, ebben- en kalamanderhout.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een term uit de oude Griekse architectuur voor de platte dakpan of Hollandse pan met een decoratieve neus, gebruikt voor de overhangende dakranden (met antefixen) als vervanger van de neuslijsten (terracotta of marmeren dakgoot van een gebouw). In de tegenwoordige bouwkunst is de onderpan een dakpan die doorgaans korter of eenvoudiger is dan andere dakpannen, en wordt gebruikt in de eerste rij pannen langs de dakranden van een gebouw.