Associaties voor paleis

Toegevoegd op: 16-8-2017

Wordt gebruikt voor de officiële residenties van adellijke personen met de titel van hertog.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Wordt gebruikt voor constructies die zijn gemaakt van ijs, vaak rijkelijk versierd, gemeubileerd en verlicht, opgebouwd voor festivals, tentoonstellingen en sportevenementen; populair in de 18e eeuw in Rusland en over het gehele noordelijke halfrond in de 20e eeuw.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Wordt gebruikt voor de paleizen van leden van het koninklijk huis, vooral koningen, die meestal grootschaliger zijn dan andere paleizen en met inbegrip van verblijven voor de koninklijke hofhouding en de officieren.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Aanduiding voor gebouwen, meestal te vinden in pretparken, die diverse toestellen bevatten die zijn bedoeld om mensen te laten schrikken of lachen en die zijn opgesteld in een gang waar de bezoekers doorheen lopen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Wordt gebruikt voor de vaak grote en imposante officiële residenties van vorsten of andere hoogwaardigheidsbekleders. Gebruik 'herenhuizen' voor grote statige woningen die geen officiële residenties zijn.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Wordt gebruikt voor (Franse) stadshuizen, vooral uit de 18e eeuw, meestal verfijnder, rijker versierd en groter dan andere huizen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Wordt gebruikt voor paleizen in landelijke gebieden, meestal van regerende vorsten en hun hofhoudingen, met name in de zomer gebruikt.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de kunst en architectuur in de periode van de heerschappij van Abdülmedjid I, die regeerde van 1839 tot 1861. Hij gaf opdracht tot een portret dat werd geschilderd door de Britse kunstenaar Sir David Wilkie. Dit portret toont de sultan in een rustige, intieme omgeving, in plaats van als een heerser op de troon. Tot zijn bijdragen aan het Topkapi-paleis behoren een groot paviljoen, dat werd gebouwd in de Franse Beaux-Arts-stijl. Hij heeft tevens verschillende moskeeën gebouwd die werden ontworpen door de familie Balian, die de trend in de richting van verwesterde gebouwen voortzette.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de kunst en architectuur in de periode van de heerschappij van Ahmed II, die regeerde van 1703 tot 1730. Zijn heerschappij omspant het grootste gedeelte van wat bekend staat als de 'Tulpenperiode'. Ahmed staat vooral bekend om zijn patronaat van de hofschilder Levni, die verantwoordelijk was voor een van de beroemdste latere Ottomaanse historische manuscripten, de 'Sūrnāma' of het 'Festivalboek', uit ca. 1720. Ahmed staat ook bekend om het bouwen van een aantal fonteinen in de hoofdstad met hun karakteristieke decoratie uit de Tulpenperiode, bestaande uit lage marmeren reliëfs met afbeeldingen van vazen met bloemen. Er was ook een langdurige periode van ontwikkeling van paleisarchitectuur tijdens deze periode, vooral met betrekking tot het houten kustpaleis of yali, gebouwd aan de Bosporus.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar grote lustrewerkvazen met vleugelvormige handvatten die zijn aangetroffen in het middeleeuwse islamitische paleis Alhambra in de Spaanse stad Granada. De vazen hebben een gemiddelde hoogte van 125 cm en zijn daarmee de grootste lustrewerkvaten die ooit zijn gemaakt. Ze zijn vermoedelijk vervaardigd in de kustplaats Málaga. Dit amforavormige vaatwerk wordt onderscheiden in twee stijlgroepen. De vazen van de eerste groep dateren uit de 13de en vroege 14de eeuw en zijn boller van vorm, met een kortere hals, monochroom lustre en forse, hoekige inscripties. Vazen uit de tweede groep dateren uit de late 14de en vroege 15de eeuw, zijn langwerpiger van vorm en gedecoreerd in kobaltblauw met verguldsel. Bovendien zijn de inscripties minder opvallend. Deze vazen zijn vrij wankel en werden om die reden vermoedelijk op een standaard geplaatst of in gaten in de vloer bevestigd.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl en periode die samenvielen met de heerschappij van Bajezid I (ook wel 'bliksemschicht' genoemd vanwege de snelheid waarmee hij zijn troepen verplaatste) van 1389 tot 1402. Hij staat het best bekend om de bouw van de 'Grote moskee' van Bursa, waaraan in 1390 werd begonnen en die in 1395 werd voltooid. Het hele complex omvatte een moskee, baden en een klein paleis, binnen een onregelmatig gevormde muur. De indeling en de schaal van de moskee hebben veel weg van de moskee van Moerad I, maar hier is metselwerk van gehakte steen gecombineerd met een beperkte hoeveelheid marmer. De wanden van de ruimten waarin de derwisj-pelgrims werden ondergebracht, waren versierd met bloemen en destijds polychroom. Het portaal van steen en marmer is het eerst grote Osmaanse portiek. Ook vermeldenswaardig is het Dar al Shifa, het academisch ziekenhuis uit 1400.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode die is genoemd naar de hoofdstad van Thailand, gesticht door Rama I (1782-1809) in 1782. In de architectuur wordt deze periode het best vertegenwoordigd door de verschillende constructies en latere renovaties in het Grote Paleis (Phra Borom Maha Ratchawang) waarin zich de Amarin Winichai Hall bevindt, met een T-vormige plattegrond, en de Dusit Maha Prasat Throne Hall (1789), met een vloerplan in de vorm van een Latijns Kruis, gelakte en vergulde deuren en vensters en vergulde, negenlaagse spitsen. Tempels in deze periode worden gekenmerkt door centrale heiligdommen die het palladium van het koninkrijk en andere vereerde Boeddhabeelden huisvesten, altaren die het Traiphum of bestaanswerelden afbeelden, friezen of vergulde garua's, ubosots of verlengde wijdingszalen, paarlemoeren ingelegde werken, bronzen leeuwen, wihans of gemeenschapszalen en daken met meerdere lagen. Later in de 19de eeuw weerspiegelden bouwstijlen Europese koloniale esthetica. In beeldhouwkunst en schilderkunst worden op werken uit deze periode taferelen afgebeeld uit de Ramakien en uit hindoeïstische teksten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een productieve Indiase schilderschool die verbonden is met het vorstendom Bundi in het zuidoosten van Rajasthan. Het andere grote centrum van de Bundi-schilderschool was het naburige vorstendom Kotah, waarmee Bundi ook familiebetrekkingen onderhield. Andere idioomvormen van de Bundi-stijl, zoals Indargarh, Khatoli, Toda Rai Singh, Raghugarh, Uniara en Kapren, hebben zich eveneens ontwikkeld uit deze school, die aanvankelijk uitsluitend door de Bundi-heersers werd ondersteund. De Mogolinvloeden lieten zich met name gelden in de Rajasthan-school, die een periode vanaf de 17de eeuw tot het einde van de 19de eeuw omvat. Bundi-schilderijen vertonen ook overeenkomsten met de Deccan-schilderijen uit het zuiden, een regio waarmee de heersers van Bundi en Kotah intensieve contacten onderhielden. De schilderijen werden meestal uitgevoerd als wandschilderingen in het paleis of als miniatuurkunst. Kenmerken van de Bundi-school zijn bewegende figuren, ronde hoofdvormen, symmetrische, waaiervormige platanen, weelderige plantengroei, spectaculaire nachtluchten en een opvallende weergave van water (lichtgekleurde wervelende vormen tegen een donkere achtergrond). Met name de schilderijen die werden geproduceerd onder Rao Bhao Singh (heerste van 1658-81) en Rao Anurad Singh (heerste van 1681-95) hadden een herkenbaar, gerijpt en verfijnd karakter. Bovendien was de repertoirekeuze vergroot. De schilders in Kotah hadden belangrijke opdrachtgevers als Rao Jagan Singh (heerste van 1658-84), Maharao Umed Singh (heerste van 1770-1819), Maharao Ram Singh (heerste van 1827-66) en Maharao Shatru Sal (heerste van 1866-89); vooral populair waren de weelderige schilderijen van jachttaferelen waarin de heerser een rol speelde, uitgevoerd in de vorm van wandschilderingen of als miniaturen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de opperste heersers van het oude Egypte, die werden beschouwd als koningen en goden. De term is afgeleid van het Egyptische woord 'per-aa', dat 'groot huis' betekent en oorspronkelijk naar het koninklijk paleis verwees. De term werd als synoniem of uiting van eerbied voor de Egyptische koning gebruikt in het Nieuwe Rijk vanaf de Achttiende Dynastie (1539-1292 v. Chr.). In het moderne taalgebruik wordt de term in het algemeen gebruikt om te verwijzen naar alle Oudegyptische koningen, ongeacht wanneer zij heersten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de kunst en architectuur in de periode van de heerschappij van sultan Ibrahim, die regeerde van 1640 tot 1648. Zijn meest bekende monument is het elegante, vergulde, koepelachtige 'prieeltje' op het terras van het Topkapi-paleis. Ibrahim was een gewelddadig heerser. Hij werd vermoord in 1648.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode van de heerschappij van koning Jayavarman V (968-1001 n. Chr.). Een voorbeeld van de bouwkundige stijl van deze periode is de staatspaleistempel, Ta Keo, die zich bevindt in het centrum van de hoofdstad Jayendranagari, en de Banteay Srei, een versierde tempel die wordt gekenmerkt door colonnetten en lateien in archaïsche stijl en die timpanen bevat met taferelen uit de Indiase mythologie. Deze periode wordt over het algemeen gekenmerkt doordat nog steeds zandsteen wordt gebruikt en door de verdere ontwikkeling van gelaagde, piramideachtige tempelconstructies.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Ruimten of kleine gebouwen die dienst doen als sanctuarium of christelijke gebedsplaats. Een kapel kan worden gebruikt voor besloten erediensten in of verbonden aan een kerk, paleis, huis, gevangenis, klooster of school. De kapel kan ook worden gebruikt voor openbare erediensten van de staatskerk, ondergeschikt aan of afhankelijk van de parochiekerk, waarvan de accommodatie op een bepaalde manier wordt aangevuld door de kapel. Het concept omvat zowel vrijstaande kapellen als ruimten die dienst doen als kapel in kerken of overige gebouwen. Het Latijnse 'cappella' wordt soms ook gebruikt voor 'kapel'. De term wordt soms ook gebruikt in de oorspronkelijke betekenis, waarbij specifiek werd verwezen naar het heiligdom waarin de koningen van Frankrijk de mantel van St. Martin bewaarden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst in algemene zin naar een schilderschool in de regio Kerala in Zuid-India. Van de 15de tot de 19de eeuw kende Kerala een gevarieerde en bloeiende wandschildertraditie; de meest omvangrijke en best bewaarde voorbeelden zijn te vinden in het Mattancheri-paleis in Cochin. Tot de belangrijkste voorbeelden uit de 18de eeuw behoren schilderijen uit de paleizen van Padmanabhapuram en Krishnapuram. Ook de miniatuurschilderkunst werd in Kerala beoefend. De 18de-eeuwse miniatuurschilders namen de post-Vijayanagara tradities over welke destijds in gebruik waren in Zuid-India; kenmerkend voor de stijl zijn een neutrale achtergrond en een expressieve lijnvoering en compositie.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de periode in Meso-Amerika van circa 300 tot 250 v. Chr. Verenwerk in Meso-Amerika had zijn oorsprong in deze periode als symbool van macht en rang en bestond onder andere uit verfijnde ceremoniële hoofdtooien die waren gemaakt van veren van de staart van quetzals. Beeldhouwwerken uit deze periode omvatten aardewerk en grafurnen, zoömorfe en antropomorfe graffiguren, gegroefde vazen met karakteristieke parallelle lijnen die zijn getekend op oranje slip, en schalen die zijn beschilderd met kronkelige vormen op randbanden aan de buitenkant. De architectuurstijl in deze periode nam paleisachtige vormen aan, met robuuste, platte of gewelfde dakbedekkingen, fijn afgewerkte trappen met strekse hellingen aan weerszijden, lijstwerk, tablero's en maskers. Piramide-achtige structuren in deze periode tonen complexe cirkel- en kegelvormige secties en secties met terrassen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl van architectuur en decoratieve kunsten tijdens het bewind van Lodewijk XIV, 1643-1715. Luxueus maar formeel , het weerspiegelt klassieke en barokke vormen en motieven. De stijl is verbonden aan de patronage van de koning en met de meubels, wandtapijten, en decoratie gemaakt voor zijn paleis in Versailles. Periode 1700-1740.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl en periode die in verband worden gebracht met de heerschappij van Mehmed II, 'de overwinnaar'. Hij volgde zijn vader Moerad II op en was aan de macht gedurende diens troonsafstand van 1444 tot 1446 en later van 1451 tot 1481. Mehmed breidde het Osmaanse rijk uit in alle richtingen, maakte een eind aan het duizend jaar oude Byzantijnse Rijk door in 1453 Constantinopel te veroveren en in 1461 Morea en Trebizond. Na de inname van Constantinopel werd deze stad de hoofdstad van zijn nieuwe rijk, waarbij de naam werd gewijzigd in Istanboel. Tijdens zijn bewind ondersteunde hij grote bouwprojecten in de stad en legde hij de basis voor het keizerlijk hof dat kenmerkend zou worden voor het Osmaanse rijk in de 16de eeuw. Mehmed richtte het Oude paleis op, dat moest dienen als woonplaats voor de harems van voormalige sultans, en was verantwoordelijk voor het bouwplan van het Nieuwe Paleis, dat Topkapi werd genoemd. Hij beval ook de bouw van de Çinilli Kiosk, een gebouw naar Iraans ontwerp dat van schilderingen werd voorzien door de Venetiaanse schilder Gentili Bellini. Hij liet ook medailles maken door de Italiaanse kunstenaar en verzamelde een grote collectie boeken in Europese en islamitische talen. Tijdens zijn heerschappij werden bovendien diverse kunstnijverheidsgroeperingen opgericht, onder meer voor boekbinders, kalligrafeerders, zijde- en tapijtwevers en metaalwerkers.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de kunst en architectuur in de periode van de heerschappij van Mehmed IV, die regeerde van 1648 tot 1687. Artistieke prestaties tijdens zijn heerschappij zijn, onder andere, toevoegingen aan het Topkapi-paleis en de voltooiing van de Yeni Valide-moskee in 1683.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de kunst en architectuur die samenvielen met de heerschappij van Moerad III (1574-1595), zoon van Selim II en kleinzoon van Süleyman II. Moerad gaf opdracht tot de bouw van een koninklijke moskee in Manisa en herbouwde grote gedeelten van het Topkapi-paleis in Istanboel. Zijn primaire interesse als begunstiger lag op het gebied van de kunsten van het boek, en van alle Ottomaanse sultans toonde hij de meest persoonlijke interesse in de werken van hofschilders, ontwerpers en kalligrafen. Veel belangrijke geïllustreerde geschiedenissen en religieuze werken werden voltooid onder zijn patronaat. Tegen de jaren tachtig van de 16de eeuw werd de markt overspoeld door goud en zilver vanuit de Nieuwe Wereld, waardoor het hof werd gedwongen een vast tariefsysteem te hanteren voor artistieke werken zoals tegels en tapijten. Ondanks de economische terugval bereikten hoftapijten en keramiek hun technische en artistieke hoogtepunt tijdens de heerschappij van Moerad III, naast gebedstapijten en polychrome keramiektegels van het Ottomaanse rijk.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de Japanse periode en stijl die zich ontwikkelde tijdens de militaire dictatuur van Nobunaga en zijn troonopvolgers, van 1573 tot 1615. De meest opmerkelijke architectonische prestatie in deze tijd was het militaire kasteel waarin het voorheen afzonderlijke fort en paleis werden gecombineerd tot één architectonische eenheid, en dat zich kenmerkte door de zware gemetselde buitenzijden die scherp contrasteerden met de weelderig gedecoreerde interieurs. Het schilderwerk uit deze periode kenmerkt zich door een decoratieve stijl waarbij de nadruk ligt op drukke structuren en golvende lijnen, gouden achtergronden en lege composities.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar kunst en architectuur die is verbonden met het islamitische Nasrid-hof in Granada, Spanje; het hof floreerde bijna acht eeuwen als een levendig centrum van islamitische cultuur tot 1492, toen het hele Iberisch schiereiland onder christelijk bestuur werd gebracht. De Alhambra, de koninklijke stad van de Nasrids, is een van de meest beroemde islamitische gebouwen en is het best bewaard gebleven islamitische paleis ter wereld. Nasrid-architectuur wordt gekenmerkt door prachtige façades die eenvoudig gestructureerde gebouwen verbergen; houtskeletbouw, zware stenen muren en lichte, houten daken zijn kenmerkend. Decoraties bestaan uit gesneden en geschilderd stucwerk, geglazuurde tegels, gesneden en samengevoegd hout en muqarnas-gewelven. Andere opmerkelijke kunstwerken zijn de grote lustrewerkvazen met vleugelhandvatten die bekend staan als Alhambravazen (de grootste lustrewerkpotten die ooit zijn gemaakt), waarschijnlijk geproduceerd in Malaga.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Kisten die rijkelijk zijn versierd met inlegwerk van gewelven en fantasie-architectuur ter nagedachtenis van het (verdwenen) paleis Nonsuch van Hendrik VIII. De naam van het paleis betekent 'ongeëvenaard'. Ze zijn waarschijnlijk in Noord-Duitsland gemaakt, of in London door 16e-eeuwse Duitse handwerkslieden die zich daar hadden gevestigd.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een stijl van porselein en binnenhuisdecoratie die is ontwikkeld in Schloss Sankt Emmeram, het toenmalige paleis van Thurn en Taxis in het Duitse Regensburg.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Ruimten in een paleis of een groot huis, vaak weelderig gedecoreerd, die worden gebruikt voor officiële (staats-)ontvangsten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de kunst en cultuur van de islamitische dynastie met deze naam die als vertegenwoordigers van de Fatimid-kaliefs van Egypte van 1047 tot 1138 over Jemen regeerde. Al-Sayyida al-Hurra Arwa bint Ahmad, de vrouw van de machtige Sulayhid-heerser Al-Mukarram Ahmed (regeerde 1067-84), regeerde na de dood van haar echtgenoot en vestigde een nieuwe Sulayhid-hoofdstad in Dhu Jibla. Daar bouwde ze een paleis en een moskee die bekend stonden om de introductie van verschillende kenmerken die karakteristiek waren voor Fatimid-moskeeën in Egypte. Met Arwa's dood in 1138 eindigde de effectieve macht van de Sulayhid-dynastie, hoewel enkele Sulayhid-prinsen forten bleven bezitten tot het eind van de 12de eeuw.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl en periode die in verband worden gebracht met de heerschappij van koning Suryavarman I (1002-1050 n. Chr.), die in het algemeen wordt beschouwd als de eerste boeddhistische heerser van Angkor. De periode wordt gekenmerkt door overvloedige bouwprogramma's met onder meer zandstenen bouwwerken in de vorm van kleine tempels en het koninklijk paleis, dat de eerste versterkte paleismuur had in Angkor, pakhuizen en schatkamers die bekend stonden onder de naam Khleang, en een heiligdom met een centrale toren in plaats van de gebruikelijke vijf torens. Voorbeelden van andere vernieuwende aspecten in de architectuur en beeldhouwkunst van deze periode zijn te vinden bij Preah Vihear, waar een reeks binnenplaatsen en gopura's in elkaars verlengde zijn geplaatst in plaats van concentrisch.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Wordt gebruikt voor grote Chinese heiligdommen gewijd aan voorouders, meestal verbonden met paleisgebouwen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de stijl die is vernoemd naar de hoofdstad van Laos en werd gesticht door koning Setthathirath (1548-1571 n. Chr.). Deze stijl wordt gekenmerkt door culturele invloeden uit Chao Phraya, Mon Dvaravati, Thailand en Angkor. In de beeldhouwkunst in deze stijl zijn de thema's en iconen ontleend aan het boeddhisme. Monumenten zoals stèles bij ziekenhuizen weerspiegelen duidelijk de Angkor-stijl die dominant was tijdens de heerschappij van koning Jayavarman. Verder kwam het Phra Bang-Boeddhabeeld veel voor. In de architectuur laat de stijl zich typeren door opvallende tempelstructuren zoals het koninklijk paleis, Vat Ho Phra Kaeo en That Luang, een stoepa waar een relikwie van Boeddha wordt bewaard.

Toegevoegd op: 16-8-2017

B Verwijst naar de vroegste fase van de Minoïsche kunst en cultuur in het alternatieve classificatiesysteem van de archeoloog Arthur Evans. De periode wordt gekenmerkt door de introductie van metalen uit Klein-Azië, onderscheidende beeldhouwkunst en aardewerk, met inbegrip van met de hand vervaardigde potten van klei, versierd met ingekerfde geometrische patronen, en andere die schijnen te zijn geïnspireerd door Egyptische voorbeelden uit de tijd van de eerste tot de vierde dynastie. Deze periode valt gedeeltelijk samen met de prepaleistijd in het classificatiesysteem van Nikolas Platon.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Zalen die veel langer zijn dan dat ze breed zijn, belangrijk onderdeel in de paleisbouw van Renaissance en Barok, bijvoorbeeld de 'long galleries' in Engelse landhuizen uit de tijd van Jacobus I en Elizabeth I.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar de cultuur die is verbonden met de islamitische dynastie met deze naam die regeerde in gedeelten van Noord-Afrika en Spanje en die tussen 972 en 1152 actief kunst en architectuur begunstigde. Zirid-architectuur stond open voor invloeden van buiten: uit de ruïnes van het paleis van Ziri bij Ashir blijkt dat het paleis was gemodelleerd naar een vroeg Fatimid-paleis en de uitgebreide ruïnes van de paleizen van de Qal 'at bani hammad laten overeenkomsten zien met Fatimid-architectuur in Egypte en Normandische architectuur in Sicilië. Er zijn verschillende Zirid-gebouwen in Granada, waaronder een paleis (1052-6) op de locatie van het Alhambra, dat werd gebouwd door Yusuf ibn Naghrallah, de joodse vizier van de Zirid. De enige overblijfselen van dit prachtige paleis zijn twaalf witmarmeren leeuwen, die in de 14de eeuw zijn hergebruikt voor de centrale fontein in het Paleis van de Leeuwen. Zirid-begunstigers droegen ook bij aan de inrichting van religieuze gebouwen; in 980 gaf de Zirid-heerser Buluggin bijvoorbeeld een houten minbar aan de moskee van de Andalusiërs in Fez. Het belangrijkste voorbeeld van Zirid-houtwerk is de zwaar bewerkte maqsura die werd besteld door al-Mu'izz ibn Badis voor de congregationele moskee van Kairouan; een gebeeldhouwde inscriptie wordt omlijnd door een karakteristieke Zirid-verhoogde kraal. Boekmaken floreerde eveneens tijdens deze dynastie en de heerser zelf was de auteur van een belangrijke verhandeling over de kunst van het boek.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Verwijst naar een Chinese dynastieke stijl en periode tussen 1127 en 1279. Grondlegger van de dynastie was Gaozong (heerser van 1127-1162), zoon van de laatste keizer van de Noordelijke Song. De hoofdstad van de Zuidelijke Song was Nanjing, later Lin'an, en deze dynastie heerste over het gebied ten zuiden van de rivier de Huai. Buitenlandse invloeden werden gemeden en inspiratie werd veelal geput uit archaïsche tradities. Het landschapsschilderen bleef het belangrijkste schildersgenre, met kunstenaars als Ma Yuan en Xia Gui, die lokale, etherische en lieflijke landschappen afbeeldden, een wereld van verschil met de hoekige, ruige landschappen van de Noordelijke-Songschilders. Deze schilderschool, de zogeheten Ma-Xia-school, kwam voort uit de keizerlijke schildersacademie. De levendige, vlot geschilderde werken van de zenmonniken uit die perioden staan hiermee in scherp contrast. Nu de industriële ovens in het noorden niet meer beschikbaar waren, ontvingen de nieuwe productiecentra van keramiek in het zuiden opdrachten van het keizerlijk hof. In de nabijheid van het paleis werd speciaal (officieel) guan-aardewerk vervaardigd. In Longquan produceerde men celadon geglazuurd steengoed in expliciet archaïsche vormen. Een kleine fabriek in Jingdezhen die Qingbai-aardewerk produceerde, kende een uitbreiding in die periode en zou uiteindelijk uitgroeien tot het belangrijkste productiecentrum van keramiek in China. Jade en metaalwerk werden veelal in archaïsche vormen vervaardigd. De productie van wandtapijten uit fijne zijde, de zogeheten 'kesi', bereikte zijn hoogtepunt in de Zuidelijke Song. Kenmerken van de vergulde en beschilderde houten Boeddhabeelden waren sensuele lichamen, een mysterieuze lach en een levendige uitstraling.