Bakken, bakken, bakken.. bij KSART krijgt u de "taste of art" te pakken!
Welkom, voordat u kunt inloggen zet uw cookie instelling aan.
Nieuwe kunstvorm gevonden? Voeg nu een nieuwe kunstvorm toe!
Assemblages van systematisch gerangschikte toetsen waarmee een machine wordt bediend.
Een ornament voornamelijk aangetroffen in houtwerk en meubilair, bestaande uit een paneel met een motief dat lijkt op een stuk verticaal geplooid linnen.
Te gebruiken voor sandwichpanelen die voor isolatie zorgen, meestal met een stijve schuimkern en voor structurele stabiliteit van het bouwwerk, waardoor ze geschikt zijn als complete muur, vloer of dakelementen.
Wordt gebruikt voor de afzonderlijke glasplaten in ramen of andere openingen. 'Ramen' zijn de constructies waarin ruiten gevat zijn.
Formaat kaartfoto van 10 bij 20 cm, op een opzetkarton van 19 bij 33 cm of groter.
In de kunstwereld verwijst de term naar brede, dunne, vlakke of soms gebogen stukken hout, zoals bij schilderijen op paneel. Gebruik 'panelen (oppervlaktecomponenten)' in de architectuur en andere constructieve kunsten om te verwijzen naar een paneel, van hout of een ander materiaal, dat meestal een segment vormt van een oppervlak dat verzonken is onder of uitsteekt boven het algehele niveau, en dat onderdeel vormt van een lijst of een andere begrenzing, zoals bij een schilderijlijst, soms met een afwijkende kleur of vervaardigd uit een ander materiaal.
Afzonderlijke delen, segmenten of verdelingen van een oppervlak, vooral wanneer ze dieper liggen dan of uitsteken boven het algemene niveau, of omgeven zijn door een lijst of rand. Algemeen op muren, plafonds en deuren en ook op meubelstukken.
Gebieden binnen een decoratief ontwerp die vaak rechthoekig en omlijst zijn. In de boekbinderij omvat het ook de ruimten op de zijden van een boek of tussen de banden op de rug.
Deuren bestaande uit stijlen en regels, waartussen panelen. VWB.
Foto's op karton met een formaat van circa 10x22 cm.
Lijsten of groepen lijsten die worden gebruikt om de voeg te bedekken die tussen twee oppervlakken op verschillende niveaus ligt, en die boven het oppervlak van beide uitsteekt.
Verwijst doorgaans naar schilderingen op houten dragers, waaronder ook kleinere draagbare schilderingen en middelgrote schilderingen vallen zoals altaarstukken, waarbij verschillende houten planken zijn samengevoegd om een groter paneel te vormen. De term wordt dikwijls gebruikt om specifiek te verwijzen naar schilderingen op een houten drager in de westerse kunst, die doorgaans dateren uit het oude Griekenland en Rome tot in de renaissance. Pas daarna werd canvas standaard als drager gebruikt voor schilderingen in deze formaten. Bij het vervaardigen van Griekse en Russisch-orthodoxe iconen zijn paneelschilderingen nog steeds heel gebruikelijk.
Wordt gebruikt om onderscheid te maken tussen het schilderen van draagbare schilderijen op hout en andere vormen van schilderen, zoals het maken van muurschilderingen en het illumineren van manuscripten. De term paneelschilderkunst wordt vooral gebruikt in verband met de schilderkunst uit de Middeleeuwen en de vroege Renaissance.
Lichtarrangementen met lichtbronnen die worden afgeschermd door een paneel dat evenwijdig aan de muur, bovenaan langs ramen is geplaatst; het licht kan naar boven en naar beneden worden gericht.
Wordt gebruikt voor verwarmingssystemen die gebruik maken van vloer-, muur- of dakpanelen die elektrische geleiders of verwarmingsbuizen bevatten.
Muurbedekkingen die bestaan uit panelen van hout of ander materiaal die aan elkaar zijn bevestigd zodat een doorlopend vlak ontstaat.
Kleine, lichte handzagen tussen de 25 en 61 cm lang, met kleine, dicht bij elkaar staande tanden. Worden gebruikt om gevlamd hout en lambrisering mee te zagen.
Te gebruiken voor bouwpanelen die bestaan uit twee buitenplaten met een hoge dichtheid, zoals multiplex, hardhout of metaal, met daartussen een licht kernmateriaal, meestal schuimplastic, rubber of papier met honingraatstructuur.
Decoratieve motieven die lijken op uiterst gestileerde ananassen; veelvoorkomend onder meer op rococo-meubilair, als fioelen op de stijlen van toegangspoorten, op tafelgerei, en gestempeld op leren boekbanden. Op boekbanden worden ze doorgaans geplaatst in ruitvormige compartimenten van een paneel, onderverdeeld door diagonale stroken.
Distinctieve christelijke visuele werken met de hortus conclusus (omheinde tuin) als iconografische thema; vooral bekend vanaf de late middeleeuwen tot de 17e eeuw, vaak in vrouwelijke monastieke instellingen. Ze hebben meestal de vorm van een paneel in bas-reliëf of assemblages, bijvoorbeeld met een centrale sculptuur en uitgebreide wassen bloemen, borduurwerk, etc. Ze portretteerde de Maagd Maria of een andere heilige figuur, omringd door bloemen en planten. Dit speciale werk ontwikkelde in de Zuidelijke Nederlanden, maar werden ook teruggevonden gevonden in het noordwesten van Duitsland en elders.
Wordt gebruikt voor de laterale platte delen aan beide kanten van een scharnierverbinding, zoals aan tweeluiken, deurscharnieren, vouwdeuren en tafelbladen. Ruimer genomen kan het ook gebruikt worden bij tafels, voor vergelijkbare maar afneembare componenten, zowel oorspronkelijk gescharnierd als los. Voor de laterale componenten van vooral veelluiken wordt de voorkeur gegeven aan 'panelen (hout)' of 'paneel (hout)'.
Paneel met de gekalligrafeerde namen van leden van een broederschap. Vaak gepolychromeerd en versierd met beeldhouwwerk. Soms ook 'cataloog' genoemd. Hangt aan de muur van de kerk of van een andere ruimte.
Vuurscherm met een schuifpaneel dat tussen twee houders op vier poten staat. Te onderscheiden van 'pole screens', waarbij het scherm wordt ondersteund door een drievoetige sokkel met schacht.
Grote klemmen die worden gebruikt om het raamwerk en de panelen van huisdeuren, binnenmuurpanelen of paneeldeuren van meubels bij elkaar te houden.
Opzetten die bestaan uit twee zijpaneeltjes die aan de onderkant samenkomen in een middenkolom, die draait op een vaststaand voetstuk, waardoor het wapen snel kan worden gericht en verticaal kan worden afgevuurd.
Beeldende werken bestaande uit drie aan elkaar bevestigde panelen, meestal gebeeldhouwd of geschilderd. Vaak aan elkaar gezet met scharnieren, zodat de buitenpanelen voor het middenpaneel kunnen worden geklapt; gebruikelijk bij altaarstukken. Term ook gebruikt voor andere werken met drie afbeeldingen naast elkaar.
Paneellijstwerk dat inspringt beneden het oppervlak van de stijlen en regels die het omgeven.
Schilderingen meestal op een stevige ondergrond als een houten paneel of metaal, maar soms ook op canvas. Zowel aan de voor- als achterkant beschilderd en bedoeld om van beide zijden te bekijken.
Verwijst naar schermen die bestaan uit één paneel, doorgaans gemaakt van hout met lage poten. Het enkelvoudige scherm is in het algemeen de kleinste van de drie typen schermen in Oost-Azië. Enkelvoudige schermen uit China werden in standaards geplaatst en doorgaans gelakt; de panelen bevatten vaak een geschilderd tafereel, jadepaneel of spiegel. In Japan werden dergelijke panelen vaak vast gemonteerd en bij de ingang van een huis gebruikt als statussymbool of om aan te geven dat er een ceremonie aan de gang was.
Planken die aan het uiteinde smal toelopen en in een kozijn zitten, met een verhoogd middendeel, veld of paneel.
Verwijst naar werken van gekleurd glas, over het algemeen in de vorm van een venster, zelfstandig paneel of lampenkap, waarvan het ontwerp bedoeld is om te worden bekeken door gebroken licht en de uitwerking in hoge mate afhangt van de hoedanigheid van het licht. De fasen van het productieproces zijn in een handboek uit de vroege twaalfde eeuw beschreven door de monnik Theofilus en het proces is sindsdien nauwelijks veranderd. Het glasobject wordt gemaakt door stukken gekleurd glas te snijden op basis van een karton op ware grootte en de stukken vervolgens te vatten in stroken lood. Op het glasoppervlak kunnen details worden geschilderd die worden gebrand in een oven voordat de glasstukken worden samengevoegd. De methode waarmee het glas waterdicht wordt gemaakt en wordt bevestigd in een raam is vaak zeer decoratief en vormt een belangrijk onderdeel van het ontwerp. Als hoogtepunten van gebrandschilderd glas worden de werken uit de Europese gotiek en de 19de-eeuwse neogotiek beschouwd.
Verwijst naar kunstenaars die gespecialiseerd zijn in het maken van prenten en illustraties. Verwees vroeger in meer algemene zin naar kunstenaars die gespecialiseerd waren in een van diverse soorten tweedimensionale kunst op papier, paneel of doek, met inbegrip van de schilderkunst.
Schermen die worden gebruikt om het gezicht of de benen tegen het vuur te beschermen. Vaak met gedecoreerd paneel of panelen.
Verwijst naar de stijl en cultuur van het Hmong-volk, verspreid over gebieden in heel China, Vietnam, Laos en Thailand. De artistieke productie in deze stijl wordt voornamelijk gekenmerkt door ontwerpen voor zilveren sieraden, zoals zilveren halskettingen met slotvormige hangers die waren bevestigd aan nekringen, grote halskettingen die de gehele borst bedekten, zware en dunne armbanden, en cirkelvormige oorbellen die het oor omringen en die breder worden vanaf smalle uiteinden naar een breed centrum, met puntige hangers die aan kleine kettingen hangen. Textielstijlen worden gekenmerkt door batikproducten met geometrische patronen op hennep en katoen, appliqué en reverse appliqué in opvallende kleuren, waaronder indigo, specifieke borduurontwerpen zoals mosterdbloesem, komkommerzaad, tijgertanden en pauwenogen, gedetailleerd naaiwerk, zijden coconvezels en paneelontwerpen met bloemen en verhalen, waarin het dorpsleven, seances van sjamanen, legenden en oorlogsvoering worden afgebeeld.
In het algemeen afbeeldingen waarop een heilige entiteit is geportretteerd; de afbeelding zelf wordt als heilig beschouwd. In een meer specifieke betekenis heeft de term doorgaans vooral betrekking op christelijke afbeeldingen, gemaakt vanaf de 6de eeuw binnen de context van de oosters-orthodoxe kerken, aan de hand van voorgeschreven regels voor onderwerp (Christus, Maria, heiligen en hoogfeesten) en compositie, die dienden voor godsdienstige handelingen thuis of in de kerk. Meestal zijn iconen in tempera op paneel geschilderd, maar ook andere tweedimensionale media, waaronder fresco's of reliëfs, zijn mogelijk. Christenen die iconen vereren, maken onderscheid tussen aanbidding en verering, hoewel er in de praktijk geen duidelijk onderscheid is. Gebruik 'afgodsbeeld' of 'cultusbeeld' voor een niet-christelijk beeld dat heilig is of een godheid belichaamt.
Verwijst naar de stijl die zich ontwikkelde aan de Franse en Bourgondische hoven in het midden van de 14de eeuw en die zich rond 1425 over heel West-Europa verspreidde. De stijl is vooral zichtbaar in de niet- monumentale kunst, waaronder paneelschilderingen, miniaturen, verluchte handschriften, emaillewerk, borduurwerk en gebrandschilderd glas.De stijl kenmerkt zich door een vloeiende elegantie, verfijnde kromlijnigheid, een soepele, slanke weergave van menselijke onderwerpen, speelsheid en een nieuwe belangstelling voor wereldlijke onderwerpen.
Grote, rechtopstaande piano's in 1807 ontworpen door William Southwell uit Dublin en geliefd tot halverwege de 19e eeuw. Ze waren 1,80 tot 1,95 m hoog en hadden een groot, open voorpaneel dat met doek was afgedekt.
Verwijst naar bepaalde geschilderde muurpanelen, meestal uit het Italië van de 15de en 16de eeuw. Ze werden meestal in een fries boven de houten kroonlijstlatten aangebracht, waardoor ze een apart register vormden tussen de houten lambrisering en de kale muur direct onder het plafond. Tegenwoordig zijn ze vaak verwijderd van hun oorspronkelijke locatie en worden ze gekenmerkt door hun lange, smalle proporties. Te onderscheiden van 'spalliere (schilderingen)', die lager op de muur werden aangebracht, net boven kisten of banken. Omdat de oorspronkelijke context niet meer duidelijk is nadat het paneel is verwijderd, wordt de term 'spalliere' vaak voor beide vormen gebruikt.
Verlichtingssystemen die bestaan uit lichtbronnen die worden afgeschermd door een paneel dat evenwijdig aan de muur is geplaatst en aan het plafond is bevestigd om licht over de muur te verspreiden; meestal gebruikt voor het visuele effect.
Verwijst naar de heropleving van de Byzantijnse stijl en de westerse invloed die ontstond na de kruistochten in Byzantium en Oost-Europa aan het eind van de 13de eeuw. De architectuur uit deze periode is opmerkelijk vanwege de veelkleurige materialen, de decoratieve details en de variatie in soorten, dikwijls variaties op oude thema's. In verluchtigingen van handschriften, in mozaïeken, wandschilderingen, paneelschilderingen, ivoren en luxe kunstvoorwerpen kenmerkt de stijl zich door de sterke kleuren, de naturalistische weergave van het licht op de vormen, en de vaak fantastische compositorische en stilistische oplossingen.
Verwijst naar de stijl in de kunst die bloeide in de tweede helft van de 10de eeuw in Scandinavië en in Scandinavische nederzettingen elders in Europa. De stijl is genoemd naar een ingelegde bijlkop die in Mammen, Denemarken, werd gevonden. De stijl kenmerkt zich door het gebruik van specifieke motieven gebaseerd op West-Europese prototypen, maar aangepast aan de Scandinavische smaak. Binnen de stijl wordt het vroegere Scandinavische slangenmotief nog steeds gebruikt, en worden min of meer naturalistische dieren geïntroduceerd, waaronder leeuwen en vogels, krulmotieven van planten, golvende omtreklijnen en composities die meestal bestaan uit asymmetrische krullen en één of twee grote motieven die een paneel vullen met abrupte knikken en draaiingen.
Een methode voor het bevestigen van een buigzaam materiaal, bijvoorbeeld papier, tegen een massieve achter- of ondergrond, zoals een muur of een paneel.
Dunne, verticale, stangen of penanten, meestal geen constructie-onderdelen, die een scheiding vormen tussen deuren, schermen of raamvensters. Voor de kleine onderdelen die stukken glas onderverdelen en de ruiten ondersteunen of de verticalen die de panelen in paneeldeuren onderverdelen, wordt 'tussenstijlen' gebruikt.
Apparaten die worden gebruikt om te voorkomen dat houten panelen kromtrekken of barsten. Ze bestaan uit een samenstel van houten ribben dat aan de achterkant van het paneel wordt bevestigd.
Verwijst naar altaarstukken die bestaan uit een enkel paneel in plaats van meerdere panelen.
Vuurschermen met een drievoetige sokkel en een rechtopstaande schacht die het omlijste paneel ondersteunen. Te onderscheiden van 'cheval fire screens' die door vier poten worden ondersteund.
Te gebruiken voor kleine vaartuigen die traditiegetrouw overnaads gebouwd zijn, maar tegenwoordig ook van meerlagenhechthout worden gemaakt en aan beide kanten zijn voorzien van platte panelen in plaats van de meer gebruikelijke balken; het paneel aan de boeg is meestal kleiner dan die aan het achterdek.
Verwijst naar relatief kleine paneelschilderingen met rooms-katholieke religieuze onderwerpen, gemaakt in Mexico, andere Latijns-Amerikaanse landen en de Spaanssprekende delen van de Verenigde Staten vanaf de Spaanse koloniale tijd tot nu. De onderwerpen kunnen heiligen zijn of wonderbaarlijke gebeurtenissen waarbij de opdrachtgevers van de schilderingen hulp krijgen door hemelse tussenkomst van de afgebeelde heilige personages. Ze zijn meestal geschilderd in heldere kleuren, gewoonlijk in olieverf of tempera, op panelen van grenenhout, zink, koper of vertind ijzer. De schilderingen maakten deel uit van huisaltaren of dienden als religieuze dank- of toewijdingsoffers.
Bestaat uit twee dunne, dichte, sterke en hard bekleedde lagen plastic, metaal of hout die met elkaar verbonden zijn door middel van kleefmiddelen aan een kern van een licht materiaal, waardoor een paneel wordt gevormd.
Personen die hout samenvoegen, vooral bij het maken van deuren, schuiframen, paneelwerk en ander permanent houtwerk.
Tekentechniek waarbij houtskool of, minder gebruikelijk, pastelkrijt wordt gebruikt op een witgeverfd paneel dat is bedekt met marmerstof dat de tekening een schuurpapierachtige glinstering en structuur geeft en licht-en-donker-effecten die vergelijkbaar zijn met een gravure. Midden 19e eeuw populair in de Verenigde Staten.
Verwijst naar geschilderde muurpanelen, meestal naar een bepaald soort geschilderd paneel dat in de 15de eeuw en de vroege 16de eeuw werd geproduceerd in Toscane. Tegenwoordig zijn ze meestal verwijderd van hun oorspronkelijke locatie en worden ze gekenmerkt door hun grootte en vorm. Hun lengte is twee tot drie keer groter dan hun hoogte en ze zijn groter en naar verhouding hoger dan cassone-panelen. De term betekende oorspronkelijk 'ruggensteun (voor meubelstuk)' en verwees naar decoratieve panelen op hoofd- en schouderhoogte in lambriseringen boven de ruggensteun van een meubelstuk zoals een cassone, bed of een bank met een hoge rug, met een kist onder de zitting die eveneens fungeerde als een smal bed (een 'lettuccio'). Het kan ook verwijzen naar paneelschilderingen die als integraal onderdeel van de beschotten in de muur waren aangebracht. Ze zijn vaak te onderscheiden van 'kroonlijstschilderijen', die hoger in de muur in een fries boven de houten kroonlijstlatten waren aangebracht, waardoor ze een apart register vormden tussen de houten lambrisering en de kale muur direct onder het plafond. Omdat het onderscheid niet meer duidelijk is nadat het paneel is verwijderd, wordt de term 'spalliere' vaak voor beide vormen gebruikt.
Schrijftafels die vaak een verschuifbaar, met leer bedekt blad hebben en soms een verstelbaar, scharnierend paneel om op te lezen. Te onderscheiden van 'bureaux plats' doordat ze kleiner zijn.
Een zich niet herhalend, vaak vlak, rechthoekig oppervlak van steen, of een plaat of paneel, in een muur of sokkel aangebracht, met daarin een inscriptie, schilderij of reliëfsculptuur. Gebruik 'tablet' voor soortgelijke objecten die verplaatsbaar zijn of die niet structureel deel uitmaken van een muur of postament.
Square-back Windsorstoelen met een dwarspaneel op de achterstijlen dat meestal buiten de achterstijlen uitsteekt. Zulke stoelen kunnen een rugleuning hebben die bestaat uit lange spijlen, dwarslatten, één of meer dwarslatten met korte spijlen of een verticaal middenblad in de rug.
Architectonische elementen van sommige Midden-Amerikaanse gebouwen, bestaande uit een horizontaal, rechthoekig paneel (tablero) dat uitkraagt over een omhoog hellende muur (talud). Wordt vaak herhaald op trapvormige piramides die ongeveer na 300 v.C zijn gebouwd.
Wordt zowel gebruikt voor de horizontale of verticale delen die een beglaasd gedeelte verdelen in vensterruiten en het glas op zijn plaats houden, als voor de verticale delen die de panelen in paneeldeuren verdelen. Voor de staanders die openingen verdelen die op een rij staan wordt 'middelstijlen' gebruikt.
Verwijst naar geschilderde of gebeeldhouwde werken die uit meerdere panelen bestaan. Deze werken zijn vaak altaarstukken, maar kunnen ook een andere functie hebben. Een polyptiek bestaat doorgaans uit een middenpaneel met een even aantal zijpanelen, die soms voorzien zijn van scharnieren om ze dicht te kunnen klappen, en een predella. Hoewel technisch gesproken elk object met twee of meer panelen een polyptiek valt te noemen, wordt het woord meestal alleen gebruikt voor werken die groter zijn dan een triptiek. Oorspronkelijk had de Griekse term 'polyptycha' betrekking op schrijftabletten en kalendericonen die uit meerdere panelen bestonden.
Stijl van Nubische fresco- en paneelschilderstijlen die als een van de stilistische kenmerken had dat hij meer gebruikmaakte van de kleur wit dan eerdere stijlen. De stijl ontstond aan het einde van de 11e eeuw en bleef bestaan tot ongeveer 1175.
Verwijst naar de meest invloedrijke stijl in de paneel-, muur- en glasschilderkunst en miniaturen in de Duitstalige gebieden van de 13de eeuw. De term is Duits voor ‘Tandenstijl’, en kenmerkt zich door een karakteristiek gebruik van draperie, waarin stoffen een nerveuze, levende vitaliteit lijken te hebben, en zigzag- of gebroken plooivormen.
Stijl van bidkleden die, of ze nu wel of niet afkomstig zijn uit Lâdik, een motief hebben dat is afgeleid van een 16e-eeuws ontwerp van het Osmaanse hof. De stijl bestaat uit drie bogen van ongelijke hoogte die worden ondersteund door ranke zuilen met daarop een paneel zoals eerder beschreven. De meeste zuilenladiks zijn gevonden in Europa en een aantal is mogelijk in de 17e en 18e eeuw in de Balkan gemaakt. Een minder subtiel en meer recent type met krachtigere kleuren komt uit de nabijgelegen stad Konya.