Associaties voor verliezen

Toegevoegd op: 16-8-2017

Onderaardse kerkers.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Genus van 13-19 soorten bladverliezende of groenblijvende houtige bomen en struiken, inheems in de gematigde streken van het noordelijk halfrond. Er zijn ook diverse hybride soorten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Genus van 30 tot 50 soorten kleine bladverliezende bomen of struiken, waarvan vele soorten (vlezige) pitvruchten voortbrengen waarin het gerijpte vruchtbeginsel en het omringende weefsel zowel vlezig als eetbaar worden. Appelbomen zijn inheems in de regio's rond de Kaspische Zee en de Zwarte Zee. Ze werden door de eerste kolonisten naar Amerika gebracht. Appelbomen worden voornamelijk commercieel gekweekt voor hun vruchten, maar ook het hout wordt gebruikt.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Genus van ongeveer 500 soorten bladverliezende en groenblijvende struiken met doornige spruiten die inheems zijn in de gematigde en subtropische streken in Europa, Azië, Afrika en Noord- en Zuid-Amerika. Ze zijn nauw verwant aan het genus Mahonia, dat in sommige classificaties is opgenomen in Berberis. Struiken uit Berberis hebben geel hout, gele bloemen met zes bloemblaadjes en in de meeste gevallen doorns met drie stekels aan het begin van de bladstengels. De vrucht is een rode, gele, blauwe, paarse of zwarte bes met één of enkele zaadjes. Van de vruchten van verschillende soorten maakt men jam. Het hout van de stam en de wortels kookt men in water om een geconcentreerde gele kleurstof te extraheren.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Middelgrote bladverliezende struik die groeit op vochtige zure grond en inheems is in het oosten van Noord-Amerika, van Nova Scotia en Ontario in het Noorden tot Alabama in het zuiden en Wisconsin in het westen. De blauwe bes wordt ook elders commercieel gekweekt. In de herfst worden de bladeren helderrood. De struik heeft klokvormige witte bloemen en de donkerblauwe bessen zijn eetbaar.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Een bouwmateriaal bestaande uit overlappende gevelbeplating die van verschillende soorten loofverliezende bomen is gesplitst en direct tegen de stijlen van de dakdragende muren wordt gespijkerd; wellicht alleen toegepast in Kameroen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Grote bladverliezende productieboom en in bossen voorkomende boom die inheems is in geheel Noord-Amerika. Een schimmel met de naam kastanjekanker die per ongeluk werd geïntroduceerd in het begin van de twintigste eeuw doodde echter de meeste bomen. Daarvoor was het een van de belangrijkste in bossen voorkomende bomen in zijn verspreidingsgebied. Er zijn nu nog maar enkele volwassen exemplaren binnen het oorspronkelijke verspreidingsgebied, hoewel er nog wel veel kleine spruiten zijn van bomen die zijn doodgegaan.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Genus van zeven soorten groenblijvende of bladverliezende bomen met geveerde bladeren, inheems in de tropische en subtropische gebieden van de Nieuwe Wereld.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Genus van ongeveer vijftien soorten bladverliezende bomen en grote struiken die inheems zijn in de gematigde streken op het noordelijk halfrond.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Wordt algemeen gebruikt voor het verliezen van bewegingsenergie, vooral van trillende systemen, en het daaruit voortvloeiende afnemen of verminderen van de beweging.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Fotografische procédés waarbij de afbeelding wordt verkregen door een bichromaatcolloïde oppervlak dat aan het licht wordt blootgesteld door een transparant materiaal te bestuiven met een kleurstof. De gedeelten die zijn blootgesteld verliezen hun kleverigheid en houden minder pigment vast. Meestal gebruikt voor afdrukken op glas of keramiek, waarbij de kleurstof er als een glazuurlaag op wordt gebrand.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Grote, bladverliezende kegeldragende lariks die voorkomt in de Alpen, de Karpathen en de laaglanden in het noorden van Polen en het zuiden van Litouwen. De boom wordt geteeld om zijn stevige, duurzame hout en voor de vervaardiging van Venetiaans terpentijn, terwijl de schors bij het looien wordt gebruikt.

Toegevoegd op: 16-8-2017

De beukenorde van tweezaadlobbige houtige bloeiende planten, die bijna 1900 soorten in 55 genera omvat. Fagales vertegenwoordigen een aantal van de belangrijkste gematigde bladverliezende of groenblijvende bomen op beide halfronden, zoals eiken, beuken, walnoten, Carya en berken. De orde der Fagales omvat acht families: Betulaceae, Fagaceae, Juglandaceae, Casuarinaceae, Nothofagaceae, Myricaceae, Rhoipteleaceae en Ticodendraceae.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Middelgrote tot grote bladverliezende, kegeldragende lariks die een hoogte van 20-40 m kan bereiken. Wordt gekweekt voor productiehout.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Genus van ongeveer tien soorten hoge bladverliezende sier- en productiebomen met een gerimpelde schors en lansvormige bladeren. Kastanjes zijn inheems in de gematigde gebieden van Noord-Amerika, Europa, Afrika en Azië. Sommige soorten produceren lichtroodbruin hout dat men gebruikt voor bouwwerken en andere doelen. Ook kan men uit een aantal soorten een plantaardige kleurstof winnen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Genus van 7 soorten grote tropische bomen, waarvan sommige bladverliezend en andere groenblijvend zijn. De bladeren oogst men om aan het vee te voeren. De schors en andere delen gebruikt men voor medicinale doeleinden. De opzwelbare gom wordt op een groot aantal manieren gebruikt. Het hout lijkt op echt mahoniehout van bomen uit het genus Swietenia. Men gebruikt het voor meubels, het uithakken van kano's en diverse andere doelen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Familie van bloeiende planten met ongeveer 110 soorten, voornamelijk bomen en struiken, zowel bladverliezende als groenblijvende.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Mechanische combinaties van twee of meer substanties zonder vaste verhoudingen, waarbij de bestanddelen hun individuele eigenschappen behouden en met gewone fysische middelen kunnen worden gescheiden. Gebruik 'verbindingen' voor complexe zuivere substanties die zijn gemaakt van twee of meer afzonderlijke stoffen die hun afzonderlijke eigenschappen verliezen en bij elkaar worden gehouden door chemische bindingen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Coniferengenus met één levende representant, Metasequoia glyptostroboides, afkomstig uit centraal China. Fossiele vertegenwoordigers, bijvoorbeeld M. occidentalis, zijn circa 90 miljoen jaar oud en dateren uit de Late Krijtperiode. Ze zijn overal op de middelste en hoogste breedtegraden van het noordelijk halfrond aangetroffen. Doordat het klimaat circa 65,5 miljoen jaar geleden kouder en droger werd, tot in het Cenozoïsche Tijdperk, kromp het geografische bereik van de watercipres tot de huidige fossiele verspreiding. De bladeren zijn paarsgewijs gerangschikt op bladverliezende takjes, en dit bladverlies vormt vermoedelijk ook de verklaring voor de overvloedige fossiele vondsten van deze boom. De Metasequoia is nauw verwant met de genera Sequoia en Sequoiadendron.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Familie van ongeveer 1000 soorten groenblijvende en bladverliezende bomen en struiken in 7 of 8 genera, gekenmerkt door afwisselend geplaatste enkelvoudige en geveerde bladeren, eenslachtige bloemen in de vorm van katjes en vruchten in de vorm van noten in napjes.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Kleine bladverliezende boom of grote heester van de moerbeifamilie, Moraceae, die meestal 8-15 m hoog wordt. Hij is eenslachtig, met mannelijke en vrouwelijke bloemen op verschillende planten. De meervoudige vruchten zijn knobbelig en bolvormig, met een middellijn van 7-15 cm en gevuld met kleverig wit latexsap. In de herfst verkleurt de vrucht naar geelgroen en ruikt hij vaag naar sinaasappels.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Orde van één familie met zeventien soorten die voorkomen in de oceanen van het zuidelijk halfrond. De vogels hebben flipperachtige vleugels, waarmee ze zich onder water voortbewegen en korte, sterke poten met vliezen. Ze staan rechtop en hebben een dicht verenkleed met korte veren die ze in de ruitijd verliezen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Familie van meer dan 70 genera en ongeveer 650 soorten groenblijvende of bladverliezende bomen, struiken en houtachtige wijnstokken die voornamelijk inheems zijn in tropische en subtropische streken in de wereld, maar er komen ook een paar soorten voor in gematigde gebieden.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Kleine, langzaam groeiende bladverliezende heesterachtige boom die voorkomt op de droge, zanderige gebieden in het zuidoosten van de Verenigde Staten, op de kustvlakte van Delaware tot Florida en Louisiana. De boom kan 10 meter hoog worden en heeft diep ingesneden bladeren met drie tot zeven smalle lobben en eikels die in achttien maanden rijp worden. Deze soort vormt gemakkelijk kruisingen met Q. falcata (de sikkeleik), Q. incana, Q. laurifolia en Q. nigra. In het Engels noemt men de boom ���turkey oak' (���kalkoeneik') omdat de bladeren lijken op de pootafdruk van een kalkoen, of omdat wilde kalkoenen de eikels eten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Het bedenken hoe zaken uitgevoerd moeten worden, door mogelijke verliezen, verwondingen of andere schade te bepalen, te minimaliseren en te voorkomen.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Genus van drie soorten bladverliezende bomen en struiken. Twee soorten komen voor in Azië (S. tzumu en S. randaiense) en één in het oosten van Noord-Amerika (S. albidum). Er is ook één uitgestorven soort. Ze zijn commercieel interessant vanwege hun geurige olie, die men gebruikt in parfum, limonade en thee. Het zachte, lichte hout wordt gebruikt als timmerhout. Uit het hout wint men een kleurstof voor textiel die rozebruin tot grijs is en een goede kleurvastheid heeft.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Middelgrote tot grote bladverliezende, kegeldragende larix die voorkomt in het westen van Rusland en een hoogte van 20-50 m kan bereiken. Bestand tegen koude weersomstandigheden en tegen houtrot.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Kleine bladverliezende boomsoort of grote heester die tot 7 m hoog kan worden en inheems is in het Middellandse Zeegebied. Hij zou al in Myceense teksten zijn vermeld en komt voor in Bijbelse teksten en was bekend in het oude Griekenland. Het sap wordt gebruikt als geneesmiddel en voor de vervaardiging van een terpentijnolie. De vrucht wordt gebruikt bij het broodbakken. De schors en de gallen worden gebruikt bij het looien van leer en voor het bereiden van een drank.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Genus van grote, voornamelijk bladverliezende bomen die inheems zijn in het oosten van Azië, het oosten van Noord-Amerika en West-Indië. De bomen hebben grote bladeren die voor veel schaduw zorgen en een geschikte habitat vormen voor een groot aantal vogels en andere dieren. De Latijnse naam is afgeleid van de naam van de Catawba-indianen voor deze bomen (de tribale totem). De beschrijvende botanist nam de naam verkeerd over en maakte er ���Catalpa' van.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Het geleidelijk verliezen van kleur of intensiteit.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Soort grote bladverliezende heester of kleine loofboom, inheems in Zuidwest-Azië en het Middellandse Zeegebied, die op grote schaal wordt gekweekt voor zijn eetbare vrucht. Het was een van de eerste planten die werd gekweekt door de mens, zoals blijkt uit bewijsmateriaal dat dateert uit de periode 9400-9200 v.Chr., dus nog vóór de domesticatie van tarwe, gerst en peulvruchten.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Grote bladverliezende, kegeldragende larix die een hoogte van 30-60 m kan bereiken en inheems is in de bergen van het westen van Noord-Amerika, van Brits Colombia en Alberta in Canada tot Washington, Oregon, Idaho en Montana in de VS.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Familie van 55 genera en meer dan 1000 soorten bladverliezende of groenblijvende struiken en bomen. De soorten uit deze familie komen in de hele wereld voor, met name in de tropen, behalve in Nieuw-Zeeland. In Australië groeien maar een paar soorten. De classificatie is onderwerp van discussie.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Grote bladverliezende eik die 20 tot 40 meter hoog kan worden en inheems is in het grootste deel van Europa en Anatolië. De boom lijkt op Quercus robur (de zomereik). De verspreidingsgebieden van beide soorten overlappen elkaar grotendeels.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Genus van ongeveer 250 soorten bladverliezende en groenblijvende bomen en struiken die inheems zijn in warme gematigde en subtropische gebieden in de wereld.

Toegevoegd op: 16-8-2017

Lange bladverliezende walnootboomsoort die inheems is in het oosten en middenwesten van Noord-Amerika. De bomen produceren eetbare noten en sterk en duurzaam hout dat men gebruikt voor meubels en andere producten. Van de vliezen van de noten en de bladeren van de boom wordt een donkerbruine kleurstof gemaakt. Door de kern van de noot samen te persen kan men drogende olie winnen die wordt gebruikt voor schilderverf. Gemalen walnootschillen gebruikt men als vulstof in plastics. Waar het verspreidingsgebied van J. nigra dat van J. microcarpa (de Texaanse zwarte walnoot) overlapt, ontstaan er soms kruisingen met kenmerken tussen die van de twee soorten in.