Bakken, bakken, bakken.. bij KSART krijgt u de "taste of art" te pakken!
Welkom, voordat u kunt inloggen zet uw cookie instelling aan.
Nieuwe kunstvorm gevonden? Voeg nu een nieuwe kunstvorm toe!
Tastbare en soms zichtbare eigenschap van een oppervlak die het krijgt door de grootte, vorm, ordening en verhoudingen van zijn kleinste onderdelen zoals korreltjes, deeltjes, draadjes of kwaststreken.
Uitgestrekte stukken land met weinig oneffenheden in het oppervlak, meestal vrij vlak en laaggelegen.
Vloeistof of chemische stof die aan een oplossing wordt toegevoegd om de oppervlaktespanning te verlagen en het mengen en stabiliseren te vergemakkelijken, bijvoorbeeld de vloeistof die aan aquarelverf wordt toegevoegd om de verf gemakkelijker en gelijkmatiger op het papier te laten vloeien.
De bovenste oppervlaktes van klankbodems van snaarinstrumenten waarover de snaren zijn gespannen, en die een belangrijke rol spelen in het overbrengen van de trillingen van de snaren naar de omringende atmosfeer.
Mengsel dat de oppervlaktespanning van een vloeistof waaraan het wordt toegevoegd kan verminderen.
Een resultaat van oppervlaktespanning waardoor het deel van het oppervlak een vloeistof dat in contact komt met een massief lichaam stijgt of daalt, afhankelijk van de hechtende of bindende eigenschappen van de vloeistof.
Verwijst naar een stijl in de schilderkunst van circa 1898 tot 1906, die wordt geassocieerd met een groep jonge Franse kunstenaars en gekenmerkt door krachtige heldere kleuren, oppervlaktestructuur en spontaan of onvoltooid ogende composities.
Machine om vezels te kaarden (ontwarren en evenwijdig leggen), bestaande uit twee beklede oppervlaktes die differentiaal over elkaar bewegen en waartussen de vezels worden getrokken om ze te ontwarren en de individuele vezels terug samen te voegen.
Een hard, wit, zeer sterk en snel uithardend cement dat sterk kan glanzen; het wordt gemaakt door gips bij hoge temperaturen te verhitten, het tot poeder te vermalen en er vervolgens aluin aan toe te voegen om het uitharden te versnellen. Het wordt vaak gebruikt voor oppervlaktes die veel te verduren krijgen en erg vochtig zijn.
Glaswerk uit de tweede helft van de 19e eeuw dat meer voor de sier werd vervaardigd dan als gebruiksvoorwerp en waarbij nieuwe technieken werden gebruikt om kleuren en oppervlaktestructuur te verkrijgen.
Uitgestrekte grasvlaktes met weinig boomgroei in het zuidwesten van de Verenigde Staten en in Spaans sprekend Amerika.
De neiging van twee gekleurde oppervlaktes, die op elkaar lijken als ze worden bekeken onder een soort licht, om te verschillen als ze worden bekeken onder een ander soort licht.
Uitgestrekte, meestal met gras begroeide vlaktes in Zuid-Amerika.
Waardevolle Noord-Amerikaanse productieboom die voorkomt op de vlaktes aan de Atlantische kust en de kust van de Mexicaanse Golf en op laagliggende stukken land langs de Mississippi. De boom kan 24 tot 36 meter hoog worden en vanuit de zuilvormige stam groeien takken onder een kleine hoek omhoog. De kroon is rond en compact. De schors is zilverwit met een rode tint, en de glanzende, fluweelachtige bladeren zijn heldergroen en witachtig aan de onderkant. Gewoonlijk zijn de bladeren 20 centimeter lang. In de herfst worden ze rood. In het Engels noemt men de boom vaak ���cow oak' (���koeieneik'), omdat de eikels door het vee worden gegeten, of ���basket oak', omdat men lokaal manden maakt van strips van het hout. Voorheen dacht men dat het een variëteit was van Q. prinus, maar Q. michauxii is gewoonlijk massiever dan Q. prinus. Men kan er snel achterkomen tot welke soort een boom behoort door naar de habitat te kijken. Als de boom op een heuvelrug groeit, is het waarschijnlijk Q. prinus. Als de boom op natte, lager gelegen stukken land groeit, is het waarschijnlijk Q. michauxii.
Boomloze vlaktes; wordt voornamelijk gebruikt voor bepaalde gebieden in het zuidoosten van de Verenigde Staten; verwijst ook naar tropisch of subtropisch grasland met verspreide bomen en struiken.
Representaties ��� met name van tweedimensionale kunst, andere afbeeldingen, objecten of visuele ruimtes ��� met een oppervlaktestructuur en uitstekende lijnen waarmee men het visuele beeld representeert; gewoonlijk bedoeld voor visueel gehandicapten.
Instrumenten voor het meten van trekspanning, bijvoorbeeld in staaldraden of balken, of voor het meten van de negatieve druk of oppervlaktespanning van vloeistoffen.
Surveys naar de oppervlaktesamenstelling van een gebied, inclusief de natuurlijke en kunstmatige kenmerken.