Bakken, bakken, bakken.. bij KSART krijgt u de "taste of art" te pakken!
Welkom, voordat u kunt inloggen zet uw cookie instelling aan.
Nieuwe kunstvorm gevonden? Voeg nu een nieuwe kunstvorm toe!
Met betrekking tot kastmeubilair: met een voorkant die ononderbroken buitenwaarts is gebogen, van de randen naar het midden.
Wordt gebruikt voor die oppervlakken of gedeelten van objecten die naar voren zijn gericht, of die worden beschouwd als het belangrijkst of nuttigst. Als bijvoeglijk naamwoord dat de plaats van iets aan of bij de voorkant van iets beschrijft wordt 'voor' (Kenmerken en Eigenschappen) gebruikt.
Verwijst naar een gebouw, in het bijzonder een Oudgriekse of Romeinse tempel, met zuilen aan de voorkant maar niet aan de achterkant of zijkanten.
Wordt gebruikt voor oppervlakken of delen van objecten die tegenover die delen liggen die beschouwd worden als de voorkant of als de belangrijkste of nuttigste oppervlakken. Als bijvoeglijk naamwoord dat de plaats van iets dat aan of bij de achterkant gelegen is aangeeft wordt 'achter' gebruikt. Voor de delen van meubilair die de ruggen van de zittende personen ondersteunen wordt 'rugleuningen (meubelonderdelen)' gebruikt.
Franse bergmeubels die bestaan uit twee wandkasten boven op elkaar, elk met twee deuren waarbij de voorkant en de zijdes van de bovenste kast iets zijn verzonken. Ze hebben meestal een architectonisch raamwerk met pilasters die door een timpaan worden bekroond.
Sloten waarvan de voorkant en de sluitplaat zijn beveiligd, waardoor er in de ruimte tussen de deur en de deurstijl niet met het vergrendelingsmechanisme kan worden geknoeid.
Verticale of gebogen stijlen die de voorkant van armleuningen ondersteunen.
Losvallende, semiformele herenjasjes die tot net onder het middel reiken en meestal open aan de voorkant werden gedragen, met een cummerband of vest. Oorspronkelijk deel van militaire of marine-uniformen, nu ook gedragen in andere beroepen, b.v. door obers.
Scharnieren met twee bladen, die worden vastgeschroefd aan de voorkant van een deur die niet dik genoeg is voor het gebruik van vouwscharnieren.
Term van Japanse origine voor gladde, platte, ronde of ovale kussentjes met handvatten die worden gebruikt om een vel papier tegen de voorkant van een reliëfcliché te drukken om een afdruk te maken.
Term uit de 19e eeuw voor omhoogstaande mannenhoeden met een rand die plat tegen de voorkant en achterkant staat en twee hoeken vormt.
Stoelen die hoger dan normaal zijn, vaak met een richel aan de voorkant die als voetensteun dient. Ze zijn speciaal voor toeschouwers van biljart bedoeld.
Te gebruiken om te verwijzen naar meubelstukken met een voorkant waarvan het midden terugwijkt in een afgeplatte ronding tussen convexe delen van soortgelijke afgeplatte rondingen.
Jasjes tot aan het middel of korter, met of zonder mouwen en open aan de voorkant; oorspronkelijk een in Spanje gedragen kledingstuk; mode voor vrouwen vanaf ca. 1850.
Stropdassen van dun koord die aan de voorkant worden vastgemaakt met een siergesp of iets soortgelijks.
Harnas voor de dijbenen, meestal onderaan bevestigd aan de knieplaten. Geïntroduceerd in de 14e eeuw, waarna ze zich ontwikkelden van enkele platen die de voorkant van het dijbeen bedekten tot gelaagde harnasplaatjes die het hele dijbeen bedekten.
Buidelaanhangsels aan de voorkant van een strakke broek of kniebroek die tussen de 15e tot de 17e eeuw door mannen werden gedragen en veelal opvallend en rijk versierd waren. @Ook soortgelijke aanhangsels bij dameskleding die op de borst werden gedragen.
Compacte, laaghangende koetsen met de koetsiersplaats buitenop, met ruimte voor twee of meer passagiers en meestal met een rechte voorkant; kan ook worden gebruikt voor vroege auto's met een carrosserie in de karakteristieke gesloten stijl van rijtuigen en met een open bestuurdersplaats.
De buitenste trapbomen, die meestal van een beter materiaal zijn gemaakt of beter zijn afgewerkt dan de draagstukken die ze bedekken. Ze kunnen een onderdeel vormen van de eigenlijke constructie of zijn toegepast aan de voorkant van het ondersteunende deel.
De dubbel- of meervoudig gevouwen randen papier aan de boven- onder- of voorkant van de bladen van een nog niet gesneden boek, meestal bedoeld om open te snijden.
Bureaus met een schuine voorkant, die meestal door vrouwen worden gebruikt.
Wordt gebruikt voor sofa's met een S-vorm waarbij de uiteinden naar binnen zijn gebogen zodat twee mensen met hun gezicht naar elkaar toe kunnen zitten. Gebruik 'confidentes' voor sofa's met een rechte voorkant en kleine, driehoekige zittingen die soms afneembaar zijn en aan de buitenzijden van de armleuningen zitten.
Grote ronde purperen of rode mantel met een grote kap en een gat voor het hoofd die wordt gedragen door hogere prelaten, bisschoppen en kardinalen. Door de grootte van de mantel sleept de achterkant over de grond en moet de voorkant gedeeltelijk over een arm worden gedrapeerd om er niet over te struikelen. Pas in de veertiende eeuw kreeg de koorkap zijn huidige vorm.
Boekbanden met een versiering op het middelste gedeelte van de voorkant en soms van de achterkant.
Beenharnas gemaakt van maliën, gedragen van de 11e tot de 14e eeuw, dat bestond uit een strook maliën langs de voorkant van het been die was dichtgeregen aan de achterkant en onder de voet, of uit een kous van maliën die rond het been was geregen en onder de knie was vastgezet.
Nette herendassen die aan de voorkant zijn gevouwen of geknoopt met de uiteinden in het jasje gestopt. Ook stukken kant, zijde of ander fijn materiaal die om de hals worden gedragen door mannen en vooral in de mode waren in de 17e eeuw. Gebruik `stropdassen' voor lange, smalle stroken stof die om de hals onder de boord worden gedragen en in een knoop, lus of strik worden vastgemaakt.
Baskische taborfluiten met een licht conische boring, twee toongaten aan de voorkant en een duimgat aan de achterkant.
Commodes met twee wandkastdeuren aan de voorkant in plaats van laden. Binnenin de kast kunnen laden of openkast-systemen zitten.
Historische term die wordt gebruikt om stoelzittingen te beschrijven die aan de voorkant rond zijn en die soms naar binnen buigende zijkanten hebben, en zo de omtrek van een hoefijzer vormen. Vooral populair in Amerika tussen 1730 en1760, hoewel ze in veel gebieden tot in de Federale periode voorkwamen.
Wordt gebruikt voor sofa's met een rechte voorkant en kleine, driehoekige zitplaatsen die aan de buitenkant van de armleuningen zitten en soms afneembaar zijn. Gebruik 'canapés à confident' voor sofa's met een S-vorm waarvan de zijleuningen naar binnen buigen zodat twee mensen met het gezicht naar elkaar toe kunnen zitten.
Boekbanden met een versiering op de vier hoeken van de voorkant en soms van de achterkant.
Te gebruiken voor wat kleinere koetsen, meestal met gebogen voorkanten, die zijn ontworpen met het oog op compactheid of om er beter uit te zien, maar om daarbij toch de sierlijkheid van de originele, grotere gesloten voertuigen te handhaven. Gebruik 'broughams' voor kleinere, laaghangende koetsen, vooral voorkomend in de Verenigde Staten aan het einde van de 19e eeuw, die meestal werden gebouwd met rechte voorkanten en die niet op grotere prototypen waren gebaseerd.
Te gebruiken voor schepen, met een typerende smalle vorm, oorspronkelijk gemaakt van huid, later van geteerde canvas, gespannen over aanzienlijke houten spanten. De bodem van de boot loopt aan de voorkant omhoog en in de zeeg zit een diepe knik of onderbreking; soms wel 10 m lang; worden vooral aan de westkust van Ierland gebouwd.
Grote, diepe muurtassen, voornamelijk gebruikt in tenten en opgehangen aan de lattenconstructie. De voorkant is gepoold geweven en de achterkant bestaat uit gewoon inslagweefsel.
Metalen sierklemmen die de twee uiteinden van een stropdas aan de voorkant van een overhemd en aan elkaar klemmen.
Wordt gebruikt voor huizen waarvan de belangrijkste gevel naar de straatkant of naar de voorkant van het perceel staat en meestal de voordeur bevat.
Beschrijft gebouwen, in het bijzonder klassieke Griekse en Romeinse tempels en gebouwen met een soortgelijke structuur, met twee zuilen aan de voorkant tussen hoekpijlers, waarbij de pijlers worden gevormd door verlenging en verbreding van de zijmuren.
Te gebruiken voor hydroplanen die varen op twee stabilisatievinnen aan de voorkant en een punt aan de achterkant, die soms door uitsluitend een propeller omhoog wordt gehouden; zijn bijna altijd raceboten.
Met betrekking tot kastmeubilair: met een voorkant die bol is in het midden en hol aan beide uiteinden.
De eigenschap van een beeld, gebouw of ander bouwwerk dat is ontworpen om recht van voren te worden aanschouwd; in picturale composities komt deze eigenschap voort uit figuren die direct naar de voorkant toegekeerd zijn.
Oosters-orthodoxe religieuze stola waarvan de twee uiteinden aan elkaar zijn vastgenaaid en recht naar beneden hangen, tot op de knieën of tot de grond, met een opening aan de bovenkant voor het hoofd. De voorkant kan ook van één stuk stof zijn gemaakt in plaats van twee aparte stukken. De sticharion en epitrachelion worden bijeengehouden door de zone (gordel), een smalle riem van wollen stof met gespen. Het verschil met stola's uit de westerse kerk is erin gelegen dat het epitrachelion recht hangt en niet gekruist over de borst.
Bengaalse vedels die uit één stuk worden gemaakt en een peervormige, aan de voorkant versmalde klankbodem hebben, bedekt met geitenvel. Ze hebben een lange hals bedekt met een holle, houten toets met gebogen metalen fretten; vier hoofdsnaren en vijftien sympatische snaren, alle van metaal.
Delen van het harnas die de voorkant van de buik beschermen onder de borstplaat; oorspronkelijk gemaakt van maliën, later van platen.
Kleine mutsen voor binnenshuis, met een enkele of dubbele sierstrook als rand aan de voorkant en tot de oren reikend; werden door vrouwen in de 18e eeuw gedragen.
Lange stropdassen die met een slipsteek worden vastgeknoopt waarbij de uiteinden aan de voorkant verticaal los naar beneden hangen.
Spaans-renaissancistische leunstoel met een rechthoekige, opgehangen zitting van leer en een leren of fluwelen rugleuning. Meestal zit er een brede dwarsbalk aan de voorkant die vaak is versierd met houtsnijwerk. Soms zijn ze voorzien van scharnieren zodat ze opklapbaar en makkelijk vervoerbaar zijn.
Fluiten die in de 16e eeuw in Frankrijk zijn ontworpen. Ze hebben een smalle kegelvormige boring die aan het einde vernauwt en gewoonlijk hebben ze vier toongaten aan de voorkant en twee duimgaten aan de achterkant.
Te gebruiken om iets te beschrijven dat met de voorkant naar de kijker staat. Gebruik 'voor' in de zin van iets dat is gesitueerd aan of betrekking heeft op de naar voren gelegen of de voorkant van iets.
Term die wordt gebruikt voor kegelvormige petten of mutsen met een gebogen punt of een punt die aan de voorkant is omgeslagen; werden gedragen door de oude Frygiërs, later werd het gezien als de vrijheidsmuts.
'Double pieces' van plaatharnas voor het schouderstuk; ze worden gedragen om de onderste driekwart van de voorkant van het schouderstuk te versterken en zijn eraan vastgemaakt met pennen, pinnen of klinknagels; verschenen voor het eerst in het begin van de 15e eeuw.
Heren of jongenshemden met een knoopsluiting van voren en lange mouwen met cilinder- of dubbele manchetten en een zachte of stijve boord. Als ze formeel of semiformeel worden gedragen hebben ze meestal een stijve of geplooide voorkant die wordt vastgemaakt met boordknopen.
Methode om boeken te binden waarbij de vrije randen van dubbele bladen aan elkaar worden genaaid en als de bindende rand functioneren, met de vouwen aan de voorkanten.
Voorzien van geronde, naar buiten bollende of zwellende zij- en voorkanten, te gebruiken met betrekking tot meubilair.
Blanke wapens, doorgaans met een kling om mee te steken, bedoeld voor bevestiging aan of in de voorkant van een vuurwapen.
Nauwsluitende bovenkleding tot net onder de taille. Meestal mouwloos en met knopen aan de voorkant, gedragen over een overhemd en onder een jas of colbert.
Tokkelinstrumenten in allerlei vormen, maten en snarenaantallen met opgebouwde zijbanden, een licht getailleerde klankkast, een hals met fretten, een platte schroevenkast, stemschroeven die machinaal of aan de achterkant kunnen worden aangedraaid, een gecombineerde snaarhouder en kam aan de voorkant en een groot, rond klankgat.
Schilderingen op de voorkant of de achterkant van glas, al dan niet of de verf vervolgens gebakken wordt op het glas. Geschilderde glazen spiegels en andere glasdecoratie, en geschilderde werken op dezelfde manier geschilderd op doek of houten panelen zijn bekend sinds de oudheid. In de context van glas in lood ramen en panelen, verwijst het naar delen van de afbeelding die zijn geschilderd op glas (vaak gebrandschilderd), in het bijzonder de kleinere details.
Voorzien van een golfachtige omtrek van vloeiende samengestelde rondingen; wordt bijvoorbeeld gebruikt met betrekking tot architectonische kenmerken zoals bogen, lijstwerk en traceerwerk. Gebruik 'kronkelend' (vorm) voor meubelstukken waarvan de voorkanten afwisselend concave en convexe lijnen vertonen. Gebruik 'kromlijnig' voor kenmerken die bestaan uit of worden begrensd door gebogen lijnen in het algemeen.
Populaire benaming voor Amerikaanse bureaus met een schuine voorkant.
Tractors met aan de voorkant een schepbak die kan worden gebruikt om te schuiven, graven en het beladen van een vrachtwagen.
Insteeksloten waarvan de voorkant uit twee loodrecht op elkaar staande vlakken bestaat. Ze worden gebruikt voor deuren die van een sponning voorzien zijn.
Motorvoertuigen waarvan de achterkant op rupsbanden staat en de voorkant op wielen.
Delen van sommige gesloten helmen die de nek beschermen, en bestaan uit twee of drie scharnierende metalen harnasplaatjes, die aan de voorkant zijn vastgeklonken aan het kinstuk en aan de achterkant aan de helmkap. Ze vormen bij een open helm ook het onderste gedeelte van de naar beneden beweegbare buffe van een burgonet.
Wandkasten op wieltjes met open voorkant, die voor een haardvuur worden gezet om borden met voedsel op te warmen.
Te gebruiken voor kleine vrachtwagens met twee aangedreven uitsteeksels aan de voorkant, die onder zware ladingen kunnen worden geschoven en dan omhooggebracht om deze te vervoeren of op te stapelen.
Bruidskisten die in de 16e en 17e eeuw werden gemaakt in Catalonië in Spanje. Aan de voorkant van de kist zit links of rechts een deur met een aantal laden erachter, waarin kleine spulletjes worden opgeborgen. Zowel de binnen- als de buitenkant van het deksel zijn versierd.
Korte cilindrische rietinstrumenten uit Japan, met een dubbel riet, conische boring, zeven toongaten aan de voorkant, twee duimgaten aan de achterkant en een bamboe ring die het riet beschermt. Ze komen oorspronkelijk uit China en zijn sinds de 8e eeuw bekend in Japan. Voorheen werden ze van hardhout, been of hoorn gemaakt, tegenwoordig meestal van bamboe dat aan de binnenkant is gelakt.
Verwijst naar de stijl in de Shinto-architectuur die zich ontwikkelde tijdens de Heian-periode (794-1185). De stijl wordt gekenmerkt door een tempelsoort waaraan een vast dak was gebouwd aan de voorkant en twee zijden van het hoofdgebouw.
18e-eeuwse term voor zittingen waarvan het midden en de voorkant lager zijn dan de zijkanten.
Wollen mutsen die worden gekenmerkt door een plooi in de hoedenbol die van voren naar achteren loopt, korte loshangende linten aan de achterkant en een insigne aan de voorkant. Als kleding geïntroduceerd door de Hooglandeenheden van het Britse leger en daarna overgenomen als traditionele Schotse klederdracht.
Patronen zonder de conventionele metalen huls; de aandrijflading wordt in plaats daarvan vermengd met een bindmiddel, waardoor het een hard blokje wordt dat naar wens kan worden gevormd, waarna de kogel wordt verzonken aan de voorkant en aan de achterkant een slaghoedje wordt vastgezet.
Helmen die open zijn aan de voorkant, met wangstukken en een nauwsluitende helmkap, oorspronkelijk gemaakt uit twee bronzen platen en later uit één. Ze kwamen oorspronkelijk uit de Peloponnesus aan het begin van de 7e eeuw v.C.
Afneembare geplooide draperieën van zachte stof, vaak kant, die in het midden aan de voorkant van de halslijn over andere kledingstukken worden gedragen.
Jassen die bij een pak behoren, met panden en een voorkant die is weggesneden bij de taille en in een boog naar beneden loopt tot achter de knie; afgeleid van jassen die worden gedragen bij het paardrijden.
Jasjes tot in de taille van denim of ander keperkatoen, vaak blauw, waarbij de patroondelen worden geaccentueerd met stiksels, met opgestikte zakken aan de voorkant, waarvan sommige delen, b.v. de zakken, bij de hoeken worden versterkt met klinknagels.
Jassen die aan de voorkant over de hele lengte kunnen worden dichtgeknoopt en met een kleine kraag, gedragen bij het paardrijden, voornamelijk gedragen door vrouwen in de 18e eeuw in koloniaal Amerika. Geen Nederlands equivalent.
Kleine legerpetten met een bijna horizontale klep en een harde bol die aan de voorkant naar beneden afloopt. Waren zeer populair in de Franse en Amerikaanse legers en zijn later overgenomen voor gebruik door burgers.
Mouwloze, schortachtige kledingstukken met een rok en een lijfje die de voorkant, de zijkanten en een gedeelte van de rug bedekken. Gedragen over basiskleding ter bescherming of versiering.
Keukenkasten waarin voedsel wordt bewaard, met ventilatieopeningen aan de voorkant die meestal uit geperforeerd tin en soms metaalgaas of stof bestaat.
Verzameling verstelbare kleppen, meestal twee of vier, die aan de voorkant van een armatuur met lamp vast zitten om de vorm en de reikwijdte van de lichtstraal gedeeltelijk te regelen.
Zakken voor kledingstukken aan klerenhangers gedurende opslag of reis. Gemaakt van stof, papier of plastic, vaak met een rits van boven naar beneden aan de voorkant en een dichte onderkant.
Bank-achtige meubels voor het gebruik door een persoon in gebed, bestaande uit een bidbank met een smalle opstaande voorkant met daarboven een lessenaar voor boeken of om de ellebogen te rusten en vaak een plankje daaronder om boeken te bergen. Voor soortgelijke meubels die in de vorm van een lage stoel, gebruik 'prie-dieu chairs'.
Lichten geplaatst aan de voorkant van een voertuig, om ervóór verlichting te verschaffen.
Familie van ongeveer 300 soorten giftige slangen, gekenmerkt door korte giftanden aan de voorkant van de bovenkaak. De soorten die op het land leven, lijken gewoonlijk op de meer voorkomende gladde slangen, terwijl de soorten die in het water leven soms vinvormige staarten hebben en ook op andere manieren zijn aangepast aan het leven in de zee. De meeste soorten leggen eieren, maar er zijn enkele soorten, hoofdzakelijk in Australië, die levend baren.
Bestaand uit of begrensd door gebogen lijnen. Gebruik 'kronkelend' met betrekking tot meubelstukken waarvan de voorkanten afwisselend concave en convexe lijnen vertonen. Gebruik 'golvend' voor andere kenmerken, zoals bogen of lijstwerken, die bestaan uit vloeiende, golvende rondingen.
Kronkelend, meanderend of golvend van vorm. Wordt vooral gebruikt met betrekking tot meubelstukken waarvan de voorkanten afwisselend concave en convexe lijnen vertonen. Gebruik 'golvend' voor andere kenmerken, zoals bogen of lijstwerken, die bestaan uit vloeiende, golvende rondingen. Gebruik 'kromlijnig' voor kenmerken die bestaan uit of worden begrensd door gebogen lijnen in het algemeen.
Machines voor grondverzet die aan de voorkant een laadschop hebben die kan worden opgetild, neergelaten of gekanteld. Ze worden gebruikt voor het duwen of transporteren van aarde, gebroken steen en andere bouwmateriaal.
Kleed dat aan de voorkant van een lessenaar hangt of waarmee men de lessenaar bedekt, vaak voorzien van borduurwerk of beschilderd, soms in de liturgische kleur die hoort bij het betreffende seizoen van de kerkelijke kalender.
Britse mouwloze onderlijfjes, meestal met een knoopsluiting aan de voorkant, van tricotstof, verstevigd met stroken geweven stof; voor het eerst in de handel in 1908 en vooral gedragen door jonge meisjes. Geen Nederlands equivalent.
Harnasonderdelen die bestaan uit een enkele plaat of een reeks harnasplaatjes die soepel aan elkaar zijn bevestigd door middel van riempjes en klinknagels. Ze hangen aan de voorkant van beide zijden van de @'fauld' of de borstplaat, ter bescherming van het bovenste gedeelte van de dij.
Slappe hoeden die meestal onder de kin worden vastgestrikt, een luifel aan de voorkant hebben en die in de 19e eeuw door vrouwen werden gedragen. Tegenwoordig als muts door kinderen gedragen.
Tasjes die bestaan uit een gepoold geweven voorkant en gewoon inslagweefsel aan de achterkant.
Houten plank met een geribbelde onderzijde en een handvat langs de zijkant, gebruikt om kreuken uit het wasgoed te persen tijdens het strijken. Het wasgoed werd om een stok gewikkeld en de mangelplank werd vervolgens over de stok heen en weer gerold. De voorkant werd vaak gedecoreerd.
Losvallende vrouwenkledingstukken die open zijn aan de voorkant, met een geplooid en nauwsluitend lijfje, zeer korte mouwen en aangenaaide manchetten, met een ceintuur rond het middel en de langse sleep rond de heupen gedrapeerd om de voorkant van de onderrok te tonen. Gedragen omstreeks 1700.
Tegel waarvan één kant zo is gevormd dat deze op de voorkant of het uiteinde van een baksteen lijkt. Zeer populair tussen 1784 (het jaar waarin de 'brick tax' (baksteenbelasting) in Engeland werd ingevoerd) en 1850 (toen deze belasting weer werd afgeschaft). De tegels werden aan latten bevestigd op een houten frame of ander soort muur, of soms ook gezet in een pleisterlaag over keien of kiezels heen.
Te gebruiken om meubelstukken te beschrijven waarvan de voorkanten naar binnen buigen tussen naar buiten gebogen einden en het midden.
Koffer om messen in te bewaren en te vervoeren. Vaak is de koffer gemaakt van hout, leer, metaal of plastic. Het kan een simpel foedraal voor één mes zijn. De term kan ook verwijzen naar een houder voor meerdere stukken bestek. Vroeger zette men dit soort koffers vaak op een buffet in de eetkamer. Dit soort messenkoffers verschenen voor het eerst in de zeventiende eeuw in Europa en Noord-Amerika. Oorspronkelijk waren ze aan de buitenkant bekleed met leer en verfijnd verguldsel. Vaak was het een doos met een voorkant van serpentijn en een schuin deksel. In de doos zaten vakjes voor de messen. In de late achttiende eeuw maakte men ook messenkoffers in de vorm van urnen die met een houtlaagje waren bedekt (eerst notenhout en later mahonie) en die soms waren versierd met zilveren beslag.
Keltische verdedigingsmuren uit de late ijzertijd, die over het algemeen zijn gemaakt van dikke lagen steen die bijeen worden gehouden en versterkt door een kern van houten geraamtes, aan elkaar gezet met ijzeren spijkers en bedekt met een hellende aarden borstwering. Soms met gekapte steen aan de voorkant en afgedekt met een parapet.
Schaven van ongeveer 10 tot 15 centimeter lang, waarvan de voorkant open is zodat de beitel helemaal vooraan de schaaf kan schaven. Worden gebruikt om moeilijk bereikbare plekken bij te schaven.
Jasjes met een dubbele plooi aan beide kanten van het midden aan de voorkant, een dubbele plooi in het midden op de rug en met zakken op de heupen en een ceintuur van hetzelfde materiaal.
Wordt gebruikt voor de voorkant, bovenkant of het belangrijkste oppervlak van munten, medailles, zegels of andere tweezijdige objecten. Specifiek voor de belangrijkste zijde van vellen papier wordt 'rectos' gebruikt.
Oorbel in de vorm van een knopje. Bestaat uit een voorkant met het knopje en een achterkant waarin deze via het oor wordt vastgestoken. Meest voor de hand liggend type oorbel wanneer men gaatjes heeft laten prikken.
Te gebruiken voor afneembare aanhangers voor het vervoeren van vrachten; voorzien van wielen aan de achterkant, waarbij de voorkant meestal rust op de achterkant van een trekker.
Mouwloze, tot op de grond reikende bovengewaden, aan de voorkant eenvoudig van snit en aan de achterkant wijd afhangend vanaf een jukstuk; ze zijn meestal gemaakt van scharlaken of zwarte zijde en worden altijd over een rochet gedragen.
Romeinse techniek voor het aanbrengen van een deklaag, waarbij piramidevormige stenen met een vierkante voorkant in regelmatige netpatronen worden aangebracht op een betonnen muur.
Te gebruiken om iets te beschrijven dat zich aan of bij die kant van iets bevindt dat geen voorkant, achterkant, boven- of onderkant is. Gebruik 'zijkanten' van de hiërarchie Onderdelen om te verwijzen naar die oppervlakken die geen voorkant, achterkant, boven- of onderkant zijn.
Behuizingen voor de pijpen van een orgel, opengelaten aan de voorkant en meestal van hout.
Damesblouses, meestal naar mannenmodel, met een opening met knopen of een split met boordknoopjes aan de voorkant in het midden, manchetten en een kraag.
Jurken met een lijfje in de vorm van een mannenoverhemd, gewoonlijk met knopen aan de voorkant, manchetten en een kraag. Het lijfje loopt over in de rok en vaak draagt men een riem om het middel.
Lichte hoeden gemaakt van fijne, lichtgekleurde stro met een voorgevormde deuk van de voorkant naar de achterkant over de bol, met de hand gevlochten van de bladeren van de jippijappa in Midden- en Zuid-Amerika. Ook een term die gemakshalve vaak gehanteerd wordt voor soortgelijke zomerhoeden ongeacht het soort stro.
Mandora's met een smalle, amandelvormige klankkast, korte hals met frets, sikkelvormige sleutelkast, klankgat met rozet in het midden en een snaarhouder aan de voorkant, bespannen met darmsnaren.
Manillapapier met een gewicht van 50 tot 80 pond, dat aan één zijde met was is bestreken. Oorspronkelijk werd het gebruikt voor patronen die aan de voorkant werden geladen, maar nu wordt het alleen nog gebruikt als stijf waterdicht materiaal.
Sjaalachtige capes van bont of stof die om de hals worden vastgemaakt en aan de voorkant naar beneden afhangen. Gebruik 'stolen (liturgische kleding)' voor de bandstroken die over liturgische gewaden van geestelijken worden gedragen.
Lange, mouwloze capes uit het oude Rome, meestal met capuchon en soms met een opening aan de voorkant.
Bedekkingen van stof die ter decoratie en bescherming over de voorkant van een piano worden gelegd.
Schraagstandaarden uit de Spaanse renaissance, die dienden als onderstel voor varguenos. Aan elke kant van de standaard zitten krukken waar de uiklapbare voorkant van het kabinet op kan steunen.
Snaarinstrumenten met 2-8 gebogen houten halzen die aan de achterkant uit de klankbodem steken; aan elke hals is een snaar gespannen naar de voorkant van de klankbodem; Afrika, Cuba.
Wordt gebruikt voor kabinetten met een glazen voorkant om porselein in op te bergen en te vertonen.
Standaarden voor grote afdrukken. Ze hebben meestal een uitklapbare voorkant en vaak een slot.
Kleine, lage leunstoelen of schemels die vaak zijn gestoffeerd en een brede voorkant, een zeer smalle achterkant en een trapezoïde zitting hebben.
Frontalen die aan de voorkant van een preekstoel naar beneden hangen en waarop vaak toepasselijke voorstellingen zijn geborduurd.
Verwijst naar afbeeldingen die optisch worden weergegeven op een oppervlak of in de ruimte, meestal door een object te plaatsen tussen een lichtbron en het oppervlak of een aangewezen punt in de ruimte. Hieronder vallen ook afbeeldingen gemaakt met dia's of film, digitale afbeeldingen of andere computerbestanden, of schaduwen geprojecteerd door ondoorzichtige objecten. Afbeeldingen kunnen op de voorkant of achterkant van het oppervlak worden geprojecteerd. Ook hologrammen gericht op een punt in de ruimte zijn projecties.
Bij breien een basissteek waarbij men de breinaald door de voorkant van de lus steekt, van links naar rechts, waardoor iedere lus door de lus aan de rechterkant wordt getrokken. De lussen vormen dan verticale rijen, of ribbels, aan de voorkant en diagonale rijen, of banen, aan de achterkant.
Wordt gebruikt voor de belangrijkste kant van vellen papier. Voor de voorkant, bovenkant, of belangrijkste oppervlak van munten, medailles, zegels of papiergeld, waar het hoofdontwerp staat wordt 'obversen' gebruikt.
Double-or single-breasted, driekwart- of enkellange nauwsluitende overjassen met wijde rokken, soms open aan de voorkant om de kleding eronder te tonen en meestal met grote kragen en revers. Ze werden vooral gedragen in de 18e en 19e eeuw door mannen en vrouwen. Oorspronkelijk gemaakt met een korte schoudercape.
Japonnen, ook bedoeld om buiten te dragen, open aan de voorkant, zodat de onderrok zichtbaar is, of met een voorpand in contrasterend materiaal, met een kraag en revers en lange mouwen. Het lijfje kan twee rijen knopen hebben en een hoge of gewone taille; laat 18e-eeuws.
Eéndelige japonnen, gedeeltelijk nauwsluitend en zonder opening aan de voorkant, meestal lang, in vloeiende belijning, gedragen in de middeleeuwen; japonnen met een nauwsluitend lijfje, met of zonder mouwen en met een lange wijde rok, voor formele en speciale gelegenheden, gedragen vanaf de jaren '20 van de 20e eeuw; ook algemene term tot 20e eeuw voor verschillende typen japonnen voor formele gelegenheden. Gebruik 'gewaden' voor lange, wijde, meestal ééndelige kleding, aan de voorzijde open, in vloeiende belijning en gedragen door mannen en vrouwen als dagelijkse kleding, bij ceremoniële of officiële gelegenheden of als ambtssymbool.
Te gebruiken om iets te beschrijven dat zich aan die kant van een object bevindt die het tegenovergestelde is van zijn voorkant of van de belangrijkste of nuttigste kant. Gebruik 'achterkanten (delen)', uit de hiërarchie Onderdelen voor deze delen zelf.
Aanduiding voor huizen met twee verdiepingen aan de voorkant en één aan de achterkant en met een asymmetrisch puntdak, waarvan de achterste schuine zijde langer is dan de voorste.
Kledingstukken die ter bescherming, soms ook louter decoratief worden gedragen over bovenkledingstukken. Bedekken meestal de voorkant van het lichaam en sluiten om het middel met banden, kunnen echter ook een borststuk of schouderbanden hebben.
Een stel laden die aan de voorkant worden afgesloten door een blad dat als het wordt neergelaten een schrijfblad vormt. Gebruik 'schrijftafels' voor vlakke bureaus op hoge poten die meestal de vorm van een tafel hebben met een lange la onder het blad.
Urinehouders voor vrouwen, ovaal, samengedrukt, ingebogen rand aan de voorkant.
Meubelarmen waarvan de leuning hoger wordt vanaf het zitvlak, die eerst naar de voorkant buigen en dan naar de achterkant, en breder worden voor de armleuning. Wordt gebruikt in de Queen Anne en vroeg Georgiaanse tijd.
Harnasstukken voor de voorkant van het hoofd van een paard of kameel, vaak met zijplaten om de wangen te beschermen en vaak versierd om het aan te passen aan de uitrusting van de berijder. Bekend in het klassieke Griekenland en vanaf de 12e eeuw ook in Europa, het Midden-Oosten, Turkije, Noord-Afrika en Japan. De harnasstukken waren gemaakt van staal of leer, hoewel de Japanners ook papier-maché en hout gebruikten en de Osmaanse Turken en de Soedanezen voornamelijk koper gebruikten.
Hartsvangers met korte kruisgevesten, die vaak zijn gemaakt van kostbare materialen zoals been, ivoor of gegoten zilver, rijkelijk verzierd en soms met een kettinkje dat de pareerstang aan de voorkant verbindt met de gevestknop; voor het eerst vervaardigd in het tweede kwart van de 17e eeuw en veel voorkomend in de 18e eeuw. Soms speciaal bedoeld voor de jacht.
Scharnieren die meestal decoratief zijn en die op de voorkant van een deur zijn gemonteerd in plaats van op de stijl.
Schalmeien van hout met een wijd uitlopende metalen klankbeker, zeven vingergaten aan de voorkant, één duimgat aan de achterkant en een pirouette; afkomstig uit Centraal-Azië, voor de 16e eeuw geïntroduceerd in China.
Met betrekking tot kastmeubilair: met een rechte, ongebogen voorkant.
Vrij lange, smalle stukken zacht materiaal, zoals zijde of wol, die om de hals onder de boord worden gedragen en met een knoop, lus of strik aan de voorkant worden vastgemaakt, waarbij de twee uiteinden meestal verticaal los naar beneden hangen.
Op valletjes gelijkende behangsels aan de voorkant van altaren, vaak met borduurwerk passend bij het frontaal.
Lange, brede, drijvende planken van meestal zo'n 1,50 tot 1,80 m lang en 0,90 m breed op het breedste gedeelte en meestal met lichte rondingen, vooral aan de voorkant, om op de branding mee te surfen.
Het naar achteren geplaatst zijn van de voorkant van een gebouw naar een lijn dichter bij de achterkant van de bouwlijn of naar de achterzijde van de muur eronder, om de onderste etages en de straat meer zon en lucht te geven.
Kleine muurtassen, voornamelijk gebruikt in tenten en die aan de lattencontructie worden opgehangen. De voorkant is gepoold geweven en de achterkant bestaat uit gewoon inslagweefsel.
Opklapbare zonnebeschermers gemaakt van een reeks halve hoepels van riet, bedekt met zijde die aan de voorkant van een damesbonnet zijn vastgemaakt en bescherming tegen de zon verschaffen. Werden vooral op de Britse eilanden gedragen halverwege de 19e eeuw. Kan in Schotland ook verwijzen naar alle beschermende hoofddeksels die zijn gemaakt van over halve hoepels gespannen katoen.
Opslageenheden die aan de voorkant open zijn en die zich in de holte van een bureau bevinden.
Nauwsluitende bovenkledingstukken voor het bovenlichaam tot de taille of net daaronder. Meestal zonder mouwen en boord en vaak met knopen of zakken. Voor nauwsluitende bovenkleding die tot over de taille komt en meestal knopen aan de voorkant heeft, soms ook mouwen heeft, en worden gedragen over een overhemd en onder een jas, gebruik dan 'gilets'.
Te gebruiken om iets te beschrijven dat zich aan of bij de voorkant of het belangrijkste deel van iets bevindt. Gebruik 'voorkanten', uit de hiërarchie Onderdelen als verwijzing naar deze delen zelf. Gebruik 'frontaal' in de zin van naar de kijker toe gewend zijn, zoals een figuur in een schilderij.
Kurassen die zijn gemaakt in de vorm van een gewoon wambuis, bestaande uit twee helften die aan beide kanten van een reep over het midden van de rug een scharnier hebben en aan de voorkant worden gesloten als een gilet, meestal met knoopjes die vastzitten met haakjes. Ze werden vaak aan de voorkant voorzien van stalen imitatieknopen.
Wordt gebruikt voor weegschalen die meestal worden gekenmerkt doordat ze een grote wijzerplaat hebben aan de voorkant van een doos waar zich het mechanisme in bevindt, met daar bovenop het weegoppervlak.
Platen, schijven, voorkanten of andere oppervlakken met markeringen of cijfers voor het aangeven van informatie zoals tijd, maat of frequentie, meestal door middel van wijzers
Gevels van winkels of pakhuizen aan de voorkant van een straat die meestal een etalage hebben.
Uitstekende knoppen, op bijvoorbeeld wapens of aan de voorkant van een zadel.
Hoofddeksels van witte of marineblauwe stof met een platte hoedenbol en een onbuigzame donkere klep; meestal versierd met een insigne en een tres aan de voorkant en gemaakt naar voorbeeld van de petten van marineofficiers.
Methode voor het binden van boeken waarbij het gehele tekstblok als een eenheid aan elkaar wordt vastgemaakt door het bindingsmiddel, meestal gaat het om draadkrammen, vanaf de voorkant door het tekstblok naar de achterkant, dicht langs de vouwen van het katern, te halen.
Wordt gebruikt voor de oppervlakken van objecten die geen voorkanten, achterkanten, bovenkanten of onderkanten zijn. Als bijvoeglijk naamwoord dat de plaats van iets aan of bij de zijkant van iets beschrijft, wordt 'zij' (Kenmerken en Eigenschappen) gebruikt.
Die delen van de flankerende muren van de cella van een tempel die uitsteken voorbij de voorkant of achterkant en die vaak eindigen in antae.
Schalmeien, in verschillende regionale varianten, doorgaans bestaande uit een houten buis met een conische boring, zeven vingergaten aan de voorkant, één duimgat aan de achterkant, een wijd uitlopende klankbeker en een klein riet met een metalen pirouette eronder; vervaardigd en bespeeld in de Arabische wereld en - onder islamitische invloed -in gebieden in Europa en Azië.